1 Mei 2013: toen en nu, her en der
Het begon in 1886. Toen was in de opkomende vakbonden in de VS het idee opgekomen om een campagne op te zetten om een arbeidsdag van maximaal acht uur te bereiken door middel van actie. Werkdagen van veel meer dan acht uur – tien, twaalf, veertien – waren niet ongebruikelijk. De campagne kreeg in de aanloop naar 1 mei 1886 vleugels, en bereikte in Chicago – een stad met een radicale arbeidersbeweging met een flinke rol voor anarchisten, en een draagvlak onder vooral migranten van Duitse afkomst – een hoogtepunt. Daar was ook een plaatselijk arbeidsconflict gaande, en agenten schoten op protesterende arbeiders. Op 4 mei vond daartegen een protestbijeenkomst plaats in de open lucht op het Haymarket-plein in de stad. Vele duizenden arbeiders luisterden naar toespraken. Tegen het eind verscheen er een peloton politie en dat gelastte de betogers om hun bijeenkomst te beëindigen. Vervolgens ontplofte er een bom, die aan een agent het leven kostte, en brak er een vuurgevecht uit met nog enkele doden als gevolg.
De jaren daarop werd zowel de strijd voor de achturendag als de herdenking van de Martelaren van Haymarket vanuit strijdende arbeiders naar voren geschoven. 1 Mei werd zo tot strijddag van arbeiders, zowel voor verbetering van hun bestaan, als tegen de onderdrukking waarmee kapitaal en staat de strijd trachtten te breken. Bij sociaal-democraten werd de 1 mei-traditie al snel getemd tot een soort lentefeest waar de Nieuwe Dageraad die voor arbeiders ooit zou aanbreken, werd gevoerd. Strijd raakte buiten beeld, die mocht worden overgelaten aan gekozen parlementariërs die de partij netjes vast klonken binnen de kapitalistische orde. Zo werd de radicale oorsprong van het 1 mei-gebeuren gekneveld.
Radicalere stromingen in de arbeidersbeweging bleven het strijdelement in de traditie naar voren schuiven, maar de op de staat georiënteerde vorm van radicaal socialisme – noem het bolsjevisme, leninisme en haar ongewenste kleinzoon het stalinisme – stelde in haar 1 mei-aanpak het ophemelen van staten die uit naam van arbeiders regeerden steeds meer centraal. En waar geheerst wordt namens arbeiders, is voor de stem van arbeiders zelf al snel opmerkelijk weinig plaats, behalve dan als megafoon van de nieuwe macht. Plechtigheden in de hoofdsteden van de Sovjet-Unie, China, Noord-Korea, Cuba, de DDR, Albanië, Vietnam en noem ze allemaal maar op – het waren staatsplechtigheden, doortrokken van dezelfde autoritaire geest als de wanvertoning op de Dam op 30 april. De oorsprong van de 1 mei-traditie – een strijd voor een beter bestaan, in vrijheid – werd en wordt hiermee geweld aan gedaan.
Intussen bleef de traditie leven daar waar arbeiders daadwerkelijk voor hun rechten bleven opkomen. Dat ze daarbij vaak iconen van de zogenaamde arbeidersstaten als symbool namen, dat protesterende arbeiders met vaandels en koppen van Lenin, Stalin en Mao zwaaiden, wil nog niet zeggen dat zulke demonstraties in bijvoorbeeld Turkije – tegenover een zwaarbewapende arbeidersvijandige staat – op één lijn gezet mogen worden met de staatsverheerlijking in de oude Sovjet-Unie of in het huidige Cuba. Het eerste is en blijft legitiem arbeidersprotest, weliswaar met misplaatste symboliek. Het tweede is helemaal geen protest, maar een feestje in dienst van de zittende macht. Gelukkig is er ook nog arbeidersprotest dat zich niet siert met staatshoofden en aanverwante machtsiconen, en ook dát manifesteert zich jaarlijks op de eerste mei. Ook zien we dat alternatieve kritische nieuwe stromingen, die zich niet rechtstreeks zien als deel van de linkse arbeidersbeweging, de 1 mei-traditie oppikken en er een levendige strijdbare invulling aan proberen te geven. Dat geldt bijvoorbeeld voor Occupy, en eerder ook wel voor allerhande groepen en initiatieven vanuit de anders-globaliseringsbeweging.
Tussen deze twee bespottelijke nep-arbeidersprotesten noemt het artikel wel een reeks authentieke acties. De eendagsstaking in Griekenland. Een opvallende reeks arbeidersprotesten in Aziatische staten: Cambodja met vijfduizend demonstrerende arbeiders uit de kledingindustrie, de Filippijnen met betogende contractarbeiders die geen vakbond mogen vormen en ondersteuning van de regering eisen, Indonesië waar minstens twintigduizend arbeiders in de hoofdstad betoogden voor een hoger minimumloon. Ook noemt het bericht een poging van arbeiders in Istanboel, Turkije, om op te trekken naar het Taksim-plein, waar in 1977 tijdens de 1 mei-viering tientallen arbeiders omgebracht zijn. De politie blokkeerde de toegang en schoot met waterkanonnen, terwijl sommige betogers dingen richting de politie gooiden. Dat is authentiek arbeidersverzet in de Haymarket-traditie: voor een beter bestaan en tegen onderdrukking vanuit de staat.
The Guardian heeft uitvoerig en levendig bericht over internationale 1 mei-vieringen, en daarin vind je zaken die Aljazeera liet liggen. Heel veel over de staking en bijbehorende demonstraties in Griekenland, met foto’s en Twitterberichten. Meer ook over de gevechten rond het Taksim-plein in Istanboel, waar niet alleen van waterkanonnen, maar ook van traangas sprake was. Grote vakbondsdemonstraties in Spanje, waar de zware bezuinigingen mensen laaiend maakt en waar honderdduizend mensen in actie waren. In Duitsland namen vierhonderdduizend mensen aan vakbondsmanifestaties en dergelijke deel.
Het is ondoenlijk om hier zelfs maar een globaal overzicht te geven van wat er allemaal verder gebeurd is. Maar een paar curieuze berichten sprongen eruit. In Nigeria, bijvoorbeeld, koos Promise Adewusi, voorzitter van het Nigeriaanse Arbeids Congres de eerste mei uit om te zeggen dat wat betreft deze vakfederatie er níet om een hoger minimumloon gevraagd zal worden. Er moet wat hem betreft nader onderzoek komen of dat wel nodig is. Zo staat een vakbond weer eens openlijk – en niet, zoals heel vaak, verkapt – tegenover arbeidersbelangen.
Nederland
Bij dit alles steken gebeurtenissen in Nederland wat bleek af. Toch was er in dit land ook van 1 mei-activiteit sprake, met een paar aangename verrassingen. Een deel van het gebeuren was voorspelbaar. De NOS vermeldt de jaarlijkse 1 mei-betoging in Rotterdam, en noemt een aantal van “ongeveer 500 linkse demonstranten”. Volgens mij is dat meer dan in eerdere jaren. De demonstratie is trouwens een voorbeeld van wat ik hierboven legitiem arbeidersprotest, maar voorzien van misplaatste iconen, noemde. “Betogers voerden portretten van Mao, Marx en Lenin mee”, en kwamen onder andere uit een maoïstische organisatie. Maar het zou misplaatst zijn om vanwege deze aspecten deze betoging af te doen als alleen maar autoritaire onzin. Mensen voeren zulke portretten niet mee omdat ze van onderdrukking houden, mensen voeren zulke portretten mee omdat ze de genoemde personen als bondgenoten zien in de strijd tegen onderdrukking. Ten onrechte, waar het Mao en ook Lenin betreft, maar dat doet aan de motivatie van de deelnemers niets af.
Uit Leiden kwam wel heel mooi nieuws. Daar is Doorbraak al tijden actief met een campagne tegen dwangarbeid, de correcte benaming voor het verplicht en onbetaald verrichten van arbeid door mensen in de bijstand. In dat kader voerde Doorbraak ook actie op de stoep van het zogeheten Participatiecentrum, waar deze dwangarbeid dus plaatsvindt. Vijfentwintig mensen, vooral van Doorbraak zelf, namen deel. De inzet was om met de daar werkende mensen in contact te komen. Kennelijk vond de directie dat geen goed plan, want de mensen kregen een vrije dag! Dus wordt er in Leiden niet alleen 1 mei gevierd, maar ook 2 mei, in de vorm van een soortgelijke actie. Die bracht weer 25 mensen op straat: 10 Doorbrakers, 15 dwangarbeiders met wie dus contact was, “en daar was het ons om te doen!”. Geen vrije dag, maar wel een beoogd effect van de actie dus. Maar met dit type van actie wordt in ieder geval de strijdbare kern van de 1 mei traditie levend gehouden en geactualiseerd. Dat smaakt naar meer, over een jaar en in de krap twaalf maanden die daaraan vooraf gaan.
Peter Storm
Blogger via Ravotr.
Op http://www.grenzeloos.org staat de tekst van de toespraak van Ger Geldhof op 1 mei in Amsterdam.
Bij het Nederlandse protest omtrent 1 mei 2013, is “de lange mars” die in Den haag plaats gevonden heeft, vergeten. “De lange mars” had (heeft) als inzet een (zo men dat noemt) “menswaardig basisinkomen” voor iedereen.
Het lijkt er echter op, dat deze “lange mars” georganiseerd is door 1 persoon, Rob Vellekoop. Die achteraf schreef, zoals te lezen is op de site die gepaard met die “lange mars”, dat de opkomst tegen viel en dat hij er aan denkt een nieuwe partij op te richten, de “Meipartij” (Videoverslag van De Lange Mars 1 mei en hoe verder: http://delangemars.nl/?p=1617).
Aanvankelijk was de inzet van die “lange mars” een “Bond van Uitkeringsgerechtigden” op te richten echter. Maar het geheel heeft een iets te hoog “smeekgehalte”. Een “smeekbede aan hen die ‘ons’ regeren” gehalte. Nee zeggen tegen Rutte II tot daar aan toe eventueel, maar dan als “alternatief” een volgende luis in die pels te gaan willen oprichten (de “Meipartij”), maakt maar al te duidelijk dat de inzet ten slotte niet verder wil gaan dat die “smeekbede te richten aan hen die ‘ons’ regeren” en draagt het dan ook niet echt bij aan het “mee bouwen aan een beweging die de kracht heeft haar eigen eisen zelf te realiseren”.
Weeral een gemiste kans lijkt mij, helaas…
De Lange Mars ontbreekt inderdaad in dit artikel, maar natuurlijk niet op deze website: http://www.doorbraak.eu/?p=14507
De lange mars had/heeft enkele zaken tegen:
– een tamelijk korte aanloop naar 1 mei.
– de troonswisseling op de dag voorafgaand.
– diverse andere acties in het land op 1 mei.
– te weinig samenwerking met / draagvlak bij andere actiebewegingen.
– immobiliteit van minima.
– psychosociale factoren die minima weerhouden van actie (schaamte, angst, berusting, etc.).
Aan mijn promotionele cartoons heeft het niet gelegen natuurlijk. 😉