Nieuwe zorgregeling veroorzaakt veel kiespijn bij illegalen
Sinds de invoering van de nieuwe zorgregeling in 2009 krijgen illegalen minder goed toegang tot gezondheidszorg dan voorheen. Het blijkt allemaal in de eerste plaats om de centen te draaien, en pas daarna om de gezondheid van mensen in een kwetsbare positie. Zorgverleners en belangenorganisaties zijn bezorgd en trekken aan de bel.
De nieuwe zorgregeling wordt uitgevoerd door het College van Zorgverzekeringen (CVZ). Het was officieel de bedoeling dat de nieuwe regeling een aantal knelpunten van de vorige regeling zou wegnemen. Die werd nog door stichting Koppeling uitgevoerd, en kende een gebrekkig en ingewikkeld stelsel van vergoedingen aan zorgverleners, en de toegankelijkheid van de zorg voor illegalen liet flink te wensen over. De nieuwe regeling richt zich primair op de inkomensschade van zorgverleners, en niet zozeer op het verbeteren van de toegankelijkheid van de zorg. De vergoedingen aan gespecialiseerde zorgverleners zijn verbeterd. Maar de regeling legt de meeste zorgverleners “een ondernemersrisico” op. Zorgverleners die illegalen helpen, kunnen hun rekeningen indienen bij het CVZ. Huisartsen en andere eerstelijns zorgverleners krijgen echter slechts 80 procent van de openstaande kosten vergoed. Ze lopen dus altijd 20 procent mis. Dat vermindert vanzelfsprekend de bereidheid om illegalen zorg te geven. Bovendien komen alleen de ziekenhuizen en andere medische instellingen die een contract met het CVZ hebben afgesloten voor vergoeding in aanmerking. Spoedeisende hulp is daarvan uitgezonderd. Die hulp moeten ook instellingen zonder CVZ-contract verlenen.
Politieke mening
Volgens Dokters van de Wereld, een humanitaire organisatie die medische en psycho-sociale hulp geeft aan kwetsbare groepen, is in 2009 de toegang tot de eerstelijns zorg verslechterd ten opzichte van voorgaande jaren. Het gaat daarbij om het niet of te laat verlenen van zorg, terwijl de patiënt wel de juiste procedure heeft gevolgd. Het meest in het oog springende voorbeeld daarvan is dat patiënten vaak niet eens bij de zorgverlener terecht komen, maar al bij de balie van de instelling worden tegengehouden en weggestuurd. Dat kan zijn omdat de patiënt niet kan betalen, omdat de zorgverlener meent dat illegalen geen recht op medische zorg hebben, omdat men onbekend is met het vergoedingensysteem van het CVZ, of omdat men geen zin of tijd heeft om met dat systeem te werken. Daarnaast laten zorgverleners hun handelen ook wel eens bepalen door hun politieke mening over illegalen. Dan willen ze geen moeite voor hen doen.
Illegalen mogen zich vanwege de uitsluitingsregels niet verzekeren tegen ziektekosten. Maar ze hebben wel recht op medische zorg. Zorgverleners hebben een zorgplicht voor iedereen. De praktijk toont echter keer op keer aan dat illegalen meestal niet op eigen kracht de hulp kunnen krijgen die ze nodig hebben. Steungroepen moeten vaak intensief bemiddelen, evenals zorgverleners die hun patiënt niet behoorlijk doorverwezen krijgen. Soms is het nodig om met de Inspectie voor de Gezondheidszorg te dreigen of zelfs om een advocaat in te schakelen.
Dat is des te schrijnender omdat de gezondheidstoestand van illegalen gemiddeld genomen slechter is dan die van anderen. Hun gezondheidsklachten zijn vaak ernstiger, ook al omdat ze bezoeken aan zorgverleners uit angst of door een gebrek aan geld vaak uitstellen. Jaarlijks worden naar schatting zo'n 1.200 tot 2.000 baby’s geboren die illegaal en onverzekerd zijn. Illegale tienermeiden en vrouwen worden geconfronteerd met mishandeling, seksueel geweld, ongeplande zwangerschappen en problemen met anticonceptie en abortus, aldus de Landelijke Huisartsen Vereniging en de Johannes Wier Stichting voor mensenrechten en gezondheidszorg.
Pijnlijk
Het overgrote deel van de tandartszorg aan illegalen wordt in de nieuwe regeling niet langer meer vergoed. Illegalen kunnen dus niet meer naar de tandarts, tenzij ze zelf de vaak hoge kosten ophoesten. In februari stuurde het Breed Medisch Overleg (BMO), een samenwerkingsverband van steungroepen en zorgverleners, daarover een noodkreet naar het CVZ en de Eerste en Tweede Kamer. Het verschil in het aantal tandartsbehandelingen tussen voorgaande jaren en 2009 is enorm. In Amsterdam werd in 2009 nog geen drie procent van het aantal tandartsbehandelingen van 2008 gehaald. Dat toont aan dat veel illegalen wel behoefte hebben aan tandartszorg, maar die niet kunnen betalen en daarom moeten missen. De Leidse steungroep De Fabel van de illegaal heeft in de eerste drie maanden van 2009 alleen al ongeveer 60 illegalen met tand- of kiespijn moeten teleurstellen. Er was geen geld voor een tandarts en ze konden het ook zelf niet betalen. Ook de Utrechtse steungroep STIL merkt de gevolgen: “Je ziet meer en meer dat mensen met halve gebitten rondlopen. Tanden en kiezen zijn wel getrokken, want dat is goedkoop, maar er is geen geld voor prothesen. Dat ziet er niet alleen beroerd uit, maar betekent ook dat ze niet kunnen kauwen en dus niet fatsoenlijk kunnen eten.”
In vijf grote steden zijn particuliere noodfondsen opgericht om een beperkt aantal illegalen met gebitsproblemen te kunnen helpen. De inperking van de financiering heeft volgens het BMO tot gevolg dat patiënten onterecht worden doorverwezen naar een kaakchirurg, voor wie nog wel een vergoedingsmogelijkheid bestaat, in plaats van naar een tandarts. Verder verwacht het BMO dat illegalen als gevolg van verwaarlozing van hun gebitten steeds meer gezondheidsproblemen krijgen en uiteindelijk toch bij de kaakchirurg zullen belanden, omdat tandartsen niet beschikbaar zijn. Het CVZ zegt daar geen bewijzen van te hebben. De monitoring van het CVZ beperkt zich echter tot het aantal al dan niet terechte verwijzingen naar kaakchirurgen en laat de rest van de groep illegalen die tandartszorg nodig hebben simpelweg buiten beschouwing. “In 2009 is deze hulpverlening nagenoeg geheel onmogelijk geworden. We zien veel mensen met kiespijn ten gevolge van cariës. Als artsen hebben wij geen mogelijkheden het cariësproces te stoppen, maar het veroorzaakt veel pijn. Wij staan er bij en kijken er naar, wat wij kunnen is pijn bestrijden en wachten tot de totale kies of tand is gedestrueerd om vervolgens de wortelresten door de kaakchirurg te laten verwijderen, wat deze vakgroep niet graag doet – zij delen ons mede dat dit het werk voor een tandarts is. Niemand in de samenleving is aanspreekbaar over de pijn die deze groep mensen lijdt. Anno 2010 is dit helaas de pijnlijke realiteit”, aldus een huisarts.
Stampij
Uit een onderzoek van gezondheidszorginstituut NIVEL blijkt dat 48 procent van de verloskundige praktijken wel eens illegale cliënten heeft gehad. Dat is aanzienlijk meer dan in huisartsenpraktijken. Van de onderzochte huisartsenpraktijken had 31 procent illegale patiënten geholpen. Verloskundigen krijgen dus relatief vaak te maken met vrouwen zonder verblijfsrecht. Uit ander onderzoek blijkt dat tussen 2003 en 2008 de kosten van de zorg rond de geboorte die waren ingediend bij stichting Koppeling, gelijk waren gebleven, terwijl alle andere kosten voor medische zorg waren gestegen. Volgens een verloskundige zijn nogal wat “onverzekerde zwangere vrouwen huiverig om in een ziekenhuis te bevallen uit angst in aanraking te komen met de politie. In een aantal gevallen sloegen ze meteen na de bevalling ‘op de vlucht’ – zonder dat ze kraamzorg regelden. Ook komt het voor dat ziekenhuizen vaak vooraf proberen een financiële regeling te treffen met een onverzekerde vrouw, hetgeen ook de bedoeling is. Maar als gevolg daarvan worden de ziekenhuizen door de vrouwen gemeden.” Overigens wordt alle zorg rond zwangerschap en bevalling wel voor honderd procent vergoed aan de zorgverlener. Geld zou dus geen belemmering voor de zorg mogen vormen.
Het CVZ stelt weinig meldingen van toegangsproblemen te krijgen. Er bestaat echter een zorgwekkend verschil tussen de cijfers van het CVZ en alleen al de honderden meldingen bij Dokters van de Wereld. Het is daarom van belang om toegangsproblemen ook te melden via de helpdesk van het CVZ. Dokters van de Wereld roept zorgverleners op om zelf meer stampij te maken, en niet alleen op het werk van steungroepen te leunen. Ze worden immers zelf beperkt in hun zorgplicht aan mensen zonder verblijfsrecht.
Goede gezondheidszorg staat in de hele samenleving onder druk. De voortschrijdende liberalisering en privatisering leidt ertoe dat patiënten steeds meer worden beschouwd als kostenpost waarop moet worden bezuinigd. Wie de toegang en de kwaliteit van de zorg aan illegalen wil verbeteren, moet ook kritiek leveren op een economisch systeem dat structureel geld boven mensen stelt.
Ellen de Waard