Nieuwe brochure over Doorbraak en organizing

Cover van de brochure.
In de Gebladerte-reeks verschijnt vandaag brochure nummer 34: “Zet de wereld op z’n kop, organiseer van onderop”. Hier de inleiding.

Zo’n 5 jaar geleden, in mei 2006, kwam een groepje activisten in Oss bijeen om te praten over een nieuwe linkse organisatie, en in januari van het jaar daarop werd Doorbraak opgericht. De initiatiefnemers kwamen uit diverse politieke hoeken en ze waren ontevreden over waar het naar toe ging met links. De linkse beweging kent een lange geschiedenis met veel geslaagde en minder geslaagde ideeën en strijdmethoden.

De brochure bestellen? Maak 5 euro over op giro 95225 t.n.v. Stichting Gebladerte te Leiden, en vergeet daarbij niet “G34” en je adres te vermelden. Of geef je adres door via het winkelformulier op deze site.

De afgelopen jaren is in Nederland het nationalisme en racisme enorm toegenomen. Het kapitalisme beleeft momenteel haar grootste crisis in 80 jaar. Maar er is hier geen noemenswaardige linkse tegenbeweging van de grond gekomen. Hooguit heeft links her en der wat achteruitgang weten tegen te houden. Maar over het algemeen zitten we al jaren in het defensief. We lijden nederlaag op nederlaag. Wat links tot nu toe doet, is overduidelijk niet goed genoeg. Doorbraak wil daarom werken aan een vernieuwende linkse kracht, met ideeën en organisatiemethoden die beter bij deze tijd passen. Voor een socialisme van onderop voor de eenentwintigste eeuw.

In de afgelopen 5 jaar heeft Doorbraak gaandeweg een landelijke organisatiestructuur opgezet met lokale afdelingen, actieve leden en steunleden, en met een eigen krant en website. We hebben inmiddels bijna 50 acties en 40 openbare bijeenkomsten georganiseerd, vaak in samenwerking met anderen, en voor zo’n 30 andere bijeenkomsten sprekers geleverd.

Thema’s

We hebben er in eerste instantie voor gekozen om actief te zijn op gebieden waar andere linkse organisaties wat minder hun neus laten zien, met name rond racisme en migratiebeheersing. We hebben ons in woord en daad ingezet tegen het migratiebeleid en de gedwongen inburgering, tegen het ophemelen van het koloniale verleden, en tegen het rechts-populisme van Verdonk en Wilders, tegen moslimfundamentalisme, en tegen Nederlands en Turks extreem-rechts. Dat heeft ons veel nieuwe contacten en kameraden opgeleverd. Later hebben we onze aandacht verder uitgebreid richting de uitgebroken economische crisis en de daarop volgende bezuinigingen. Veel van onze thema’s hebben onderling grote raakvlakken, en we proberen de actuele ontwikkelingen ook in die samenhang te begrijpen, onder meer via het concept van de bevolkingspolitiek. Meer daarover lees je in ons visiestuk “Doorbraak tegen bevolkingspolitiek”.

Bij Doorbraak zien we onszelf als onderdeel van de lange geschiedenis van bewegingen die van onderop geprobeerd hebben om verbeteringen in de samenleving te bevechten. We proberen te leren van onze voorgangers, en te analyseren wat er goed ging en wat minder werkte. Dat hebben we bijvoorbeeld gedaan in ons artikel “De radicale actiebeweging van de jaren 80”. Ook trachten we na te gaan hoe het toch komt dat er momenteel zo weinig beweging ter linkerzijde is. Dat leidt tot artikelen als “Tijd voor strijd”. Daarnaast leveren we vanzelfsprekend ook wel eens kritiek op activiteiten die ons niet echt vooruit helpen. Zo waren we bijvoorbeeld niet onverdeeld enthousiast over de interne gang van zaken en de manier van denken rond de 1 mei-demonstratie van 2010. Daarover kun je lezen in het artikel “Veel adrenaline, weinig beweging”. In onze krant proberen we steeds discussie te organiseren met activisten van andere organisaties en stromingen over hoe we onze strijd het beste kunnen aanpakken, of het nu is tegen het rechts-populisme, het migratiebeleid of de bezuinigingen.

Organizing

Bij een delegatie van schoonmakers in november 2007 waren sympathisanten nog in de meerderheid...
Essentieel voor het bevechten van verbeteringen in de samenleving is natuurlijk het opbouwen van macht, van een tegenmacht die tegenover de autoriteiten staat. We zijn daarom voortdurend op zoek naar methoden die daarbij behulpzaam kunnen zijn. Een van de methoden waar we al heel vroeg kennis mee maakten, is het organizen. Vlak na de oprichting van Doorbraak, in het voorjaar van 2007, kwamen we in contact met de organizers van de FNV die toen net een half jaar bezig waren met het organiseren van de schoonmakers op Schiphol Plaza. We organiseerden dat najaar samen met anderen openbare bijeenkomsten in Leiden, Amsterdam en Den Haag om de maatschappelijke betrokkenheid bij de strijd van de schoonmakers te vergroten. Gedacht werd aan mensen uit kerkelijke hoek, migrantenorganisaties, sociale bewegingen, buurtorganisaties, maar ook aan familieleden van de schoonmakers. In de weken daarop bezochten delegaties van schoonmakers en hun sympathisanten, waaronder wij dus, een aantal locaties waar de schoonmakers werken, vooral bij grote bedrijven en ministeries. Daar werden de opdrachtgevers dringend verzocht om hun schoonmaakbedrijven onder druk te zetten om hun personeel voortaan meer respect te geven en minstens 10 euro per uur te betalen. Aan de delegaties deden meestal zo’n 10 tot 20 mensen mee, en vaak waren de sympathisanten ver in de meerderheid. Maar langzamerhand groeide de organisatie van de schoonmakers en daarmee ook hun kracht. Dat leidde tot een reeks successen.

.. maar tweeëneenhalf jaar later, in maart 2010, stroomde de hal van Utrecht CS vol met stakende schoonmakers.
In februari 2008 werd een veel betere cao bevochten, met 10 euro per uur, een betere reiskostenregeling, taalcursussen in werktijd voor wie daar behoefte aan heeft, en bovendien een cao waar dat in begrijpelijke termen in vermeld staat. In september 2008 behaalden schoonmakers van Center Parcs in Limburg een overwinning na een aantal opvallende acties, waarbij ook actievoerders van onder meer Doorbraak betrokken waren. Werkgever Menke gaf toe aan alle eisen, waaronder uitbetaling van achtergehouden toeslagen, en ontslagen collega’s werden weer aangenomen. In mei 2009 wonnen de schoonmakers op Schiphol een aparte strijd, tussen de tweejaarlijkse cao’s door. Ze eisten en kregen een betere reiskostenvergoeding, vast werk en het alsnog uitbetalen van een gestolen bonus. Ook kregen ze vakbondsfaciliteiten en prettige en schone kantines. Meer over die staking lees je in het evaluatiestuk “Schoonmakers Schiphol winnen aan arbeidsvoorwaarden en kracht”. En in het voorjaar van 2010 begonnen de schoonmakers een nieuwe strijd die uitmondde in een zeer langdurige staking. Hoe de schoonmakers die zelf beleefd hebben, lees je in het interview “De staking zou twee dagen duren”. Doorbraak en andere organisaties hebben geprobeerd om de actie waar mogelijk te steunen, onder meer vanuit het speciaal opgerichte comité Steun de schoonmakers. In april 2010 werd een fikse loonsverhoging binnengehaald. Organizing werkt goed voor de schoonmakers, dat is wel duidelijk.

Onderzoek

Om onze eigen ervaringen met het organizen aan te vullen, zijn we op zoek gegaan naar voorbeelden van elders, van union en community organizing. Het werd ons duidelijker hoe het organizen ontstaan is en hoe de gehanteerde methoden precies werken. Veel van wat we tegenkwamen bevestigde onze positieve kijk, zoals de eveneens grote successen van de schoonmakers in de VS. Maar we kwamen ook serieuze bezwaren en kritieken op het spoor. Een steeds terugkerende kritiek is dat de hele methodiek zeer arbeidsintensief is. Voor organizing blijken full-timers daardoor eigenlijk onontkoombaar. En dat betekent dus betaalde banen, want die activisten moeten ergens van leven. Maar daardoor kunnen activisten die organizen, namens de vakbond of in communities, moeilijk ingaan tegen de bondstop of de subsidiegevers die hen van salaris voorzien. Een ander probleem vormt de hiërarchische verhouding tussen de organizers en de mensen die ze proberen te organiseren. Die is eigenlijk onontkoombaar, zeker aan het begin van het hele proces. Meer over onze bevindingen lees je in het artikel “Leren van organizing”. Daarin beschrijven we ook kort hoe deze tekortkomingen uitwerken in de concrete Amerikaanse vakbondspraktijk. Door de vele organizers zijn daar enorme vakbondsbureaucratieën ontstaan met allerlei ondemocratische vormen van top-down management die de leden soms feitelijk buitenspel zetten. Om hun positie niet in gevaar te brengen, maken organizers zelfs regelmatig afspraken met bedrijven om er geen actie te voeren, en om leden te beteugelen die dat wel willen.

We kwamen ook twee kritische artikelen tegen van de Duitse organisatie Wildcat. Die hebben we vertaald: “De vakbonden op nieuwe paden” en “New Labour – Nieuwe vakbond”. De auteurs signaleren dat de organizers vooral ook ingezet worden om nieuwe leden de bond binnen te halen. Ze worden daartoe opgejut met streefcijfers en zeer resultaatsgerichte neo-liberale productiemethoden. Dat leidt ertoe dat veel organizers snel opgebrand raken. Ook zouden de organizers niet echt luisteren naar wat de arbeiders bezighoudt en uiteindelijk toch vooraf geplande thema’s oppakken. In de artikelen wordt ook beschreven hoe de organizers gebruik maken van bestaande sociale structuren op de werkvloer en in de samenleving, zoals dat bij de methode hoort. Maar dat wordt natuurlijk problematisch wanneer die verhoudingen zeer hiërarchisch zijn. Intensieve samenwerking met de directe chef op de werkvloer of een religieus leider kan de machtspositie van dat soort types bevestigen en versterken. Wat het intensief benutten van bestaande structuren kan betekenen, laat ook het voorbeeld van de organisatie London Citizens zien. Die organizers brengen met name religieuze migrantengroepen bijeen om samen een vuist te kunnen maken. Dat heeft tot een flinke machtspositie geleid. Tegelijk roept het initiatief de vraag op of dit soort verbanden ooit tot een werkelijk revolutionaire tegenmacht kunnen leiden, en hoe en wanneer het omslagpunt er dan zal komen. Een aantal leden van Doorbraak en SAP/Grenzeloos is samen met FNV-organizers afgereisd naar Londen om een kijkje te nemen in de keuken bij deze community organizers. Later heeft een Doorbraak-activist ook nog een training in Londen gevolgd. Daarover lees je meer in het inspirerende stuk: “Een verslag van een London Citizens-training”.

Onze praktijk

In ons artikel “Doorbraak en organizing” gaan we uitgebreid in op onze visie op de vakbonden. Die zijn volgens ons belangrijk omdat ze kunnen voorkomen dat arbeiders door de bazen tegen elkaar worden uitgespeeld. Tegelijk functioneren ze als een soepel mechanisme om arbeidersverzet te kanaliseren en onschadelijk te maken voor het kapitalistische systeem. Doorbraak ziet de bonden als een van de grote maatschappelijke strijdterreinen waarop links meer invloed zou moeten zien te bevechten. Dat is een van de redenen waarom we de organizers – die een van de progressieve krachten in de bond vormen – en hun strijd steunen, naast natuurlijk het inherente belang van de schoonmakersstrijd voor hogere lonen, betere omstandigheden en respect. Maar Doorbraak is natuurlijk zelf geen vakbond, en ook geen organisatie die zich primair ten doel heeft gesteld om vakbonden te steunen. We kunnen als kleine club sowieso toch relatief weinig betekenen voor die grote bonden. We participeren in het Amsterdamse Steuncomité Sociale Strijd, en proberen de domestic workers waar mogelijk bij te staan bij de opbouw van hun eigen bond. Maar in de praktijk loopt het contact met de organizers vaak wat stroef. De FNV lijkt na een voortvarend begin minder tijd te kunnen vrijmaken voor het samenwerken met de maatschappelijke krachten die de schoonmakers en domestic workers een warm hart toedragen. Dat terwijl het betrekken van de sociale omgeving toch een van de kerndoelen en krachten van het union organizing is.

Doorbraak is in diverse steden bezig om van onderop te organiseren en probeert daarbij bruikbare organizingelementen in te bouwen. We hebben veel geleerd en blijven nog steeds bijleren van de ervaringen van de organizers. Maar zelf zijn we nadrukkelijk geen organizers vergelijkbaar met die van de bond. We hebben geen betaalde krachten of professionals in dienst, maar proberen zelf met de mensen om ons heen nieuwe strijdbare sociale banden op te bouwen. Dat is een langdurig proces, en daar komen bepaalde organizingprincipes handig bij van pas. Het gaat om uitgangspunten, ideeën en methoden die niet zozeer bedacht, maar vaak wel gesystematiseerd zijn door allerlei organizers. Centraal staat het besef dat we voor elke vorm van tegenmacht sowieso meer mensen nodig hebben, en dat we ons dus zullen moeten organiseren. We willen nagaan wat andere mensen raakt en bezig houdt, en hoe we hen het best kunnen bereiken. We moeten dus op anderen afstappen en gesprekken aangaan. Wat zijn nu precies de problemen? Hoe kunnen we ze aanpakken? Waar zit de macht nu? We willen heldere plannen maken, duidelijke doelen formuleren en veel gerichter te werk gaan dan in de actiebeweging gebruikelijk is. We willen met kleine acties beginnen en dan langzaam de druk opvoeren. En dan hopelijk kleine overwinningen binnenhalen en ook vieren. En steeds na elke stap goed evalueren, zodat we van onze ervaringen kunnen leren en voortgang kunnen boeken. Kortom, niet meer alleen af en toe een actie voeren omdat we ergens tegen zijn. Twee Doorbraak-activisten werken als organizer bij de bond, en over hun en ons leerproces lees je in het artikel “We moeten heel doelgericht mensen gaan organiseren”. In het daarop volgende stuk “Beweging opbouwen door organiseren met een plan” vind je een schematisch overzicht van de organizingmethode.

De lokale inzet van Doorbraak richt zich in eerste instantie tegen de bezuinigingen. In ons stuk “Doorbraak en de crisis” lees je over onze kijk op de crisis en wat er volgens ons nu zou moeten gebeuren. Dat stuk vormde overigens het begin van een langere discussie waaraan auteurs van diverse linkse stromingen inmiddels 7 bijdragen geleverd hebben. Een wat uitgebreider verhaal over het organiseren van linkse protesten tegen de bezuinigingen vind je in: “Naar een nieuw links van onderop”. Tenslotte twee artikelen over onze concrete dagelijkse praktijk rond het organizen. Over het experiment in Leiden schreven we: “Werken aan een platform tegen de bezuinigingen”, en over de consequenties die dat heeft voor onze opstelling in landelijke verbanden: “Politieke keuzen maken, lokaal en landelijk”. Het gaat in beide gevallen, net zoals bij deze hele brochure natuurlijk, slechts om momentopnamen. We willen onze praktijk steeds blijven aanpassen aan de veranderende omstandigheden en aan onze voortschrijdende inzichten.

Eric Krebbers