Nieuwsbrief voor de Leidse regio 3, november 1990

Auteur: Harry Westerink


Anti-apartheidstrijd

Onderstaand stuk is in de eerste plaats een discussiestuk. Het is geschreven naar aanleiding van de komst van het blanke stamhoofd De Klerk (hoezo president van Zuid-Afrika?) naar Nederland op 23 en 24 oktober 1990. Verder probeert het stuk aan te geven hoe het nu staat met de strijd tegen apartheid, en wat voor nieuwe strijdperspectieven we kunnen ontwikkelen.

Al jarenlang wordt er wereldwijd actie gevoerd tegen het apartheidsysteem in Zuid-Afrika. Op allerlei manieren, vanuit allerlei ideologische uitgangspunten, gematigd, radicaal, reformistisch, anti-imperialistisch, sociaal-democratisch, autonoom, hebben mensen geprotesteerd en verzet gepleegd tegen het geïnstitutionaliseerde racisme daar. Collectes, demonstraties, sabotage-acties, handtekeningenlijsten, sanctie-maatregelen, boycot-oproepen, popconcerten, je kon geen actievorm bedenken of hij was al eens gebruikt in het kader van de strijd tegen apartheid. Al deze actievormen werden aangewend om het apartheidsysteem aan de kaak te stellen en omver te werpen. Vooral het verzet tegen de aanwezigheid van de multinational Shell in Zuid-Afrika steeg tot grote hoogte. Het snijden van de slangen van Shellpompstations leek een internationale volkssport te zijn geworden (nou ja, na voetbal dan).

En toen? Toen werd de druk zo hevig, zo internationaal, zo algemeen, dat ook de heersende blanke minderheid (althans delen daarvan) in Zuid-Afrika ging inzien dat er iets moest gebeuren. Het kon gewoon niet langer op dezelfde manier doorgaan, of het zou uit elkaar spatten en er zou een gewelddadige omwenteling plaatsvinden, waarbij de blanken de macht voorgoed zouden kwijtraken. Daarom werd stamhoofd Botha, de doordouwer, de man van de harde lijn, vervangen door stamhoofd De Klerk. De Klerk was zonder meer een goeie keus van de Nationale Partij; een advocaat, slim, diplomatiek, huichelachtig net een schijn van eerlijkheid. Met de aanstelling van De Klerk veranderde er in elk geval nogal wat. Nelson Mandela en andere politieke gevangenen werden vrijgelaten, het ANC en de Zuid-Afrikaanse Communistische Partij werden gelegaliseerd, en de zogenaamde kleine apartheid werd afgeschaft en zelfs verboden. Wat je verder ook van dit nieuwe beleid denken mag, het zijn voor de situatie in Zuid-Afrika, met jarenlang ondergronds verzet en extreme repressie, behoorlijke veranderingen. De internationale anti-apartheidsbeweging sprak (en spreekt, ten dele) van cosmetische wijzigingen: de make-up wordt opnieuw aangebracht, omdat het monster erachter te zichtbaar is geworden. Anti-apartheidsactivisten hameren erop dat het fundament van het apartheidsysteem nog recht overeind staat, dat er nog geen enkele wezenlijke verandering is doorgevoerd. Er is nog steeds geen stemrecht voor zwarten, bijvoorbeeld ook niet voor Mandela, de rijkdom van het land is uitsluitend in handen van de blanken, en de overgrote meerderheid van de zwarte bevolking bewoont de onvruchtbaarste en slechtste gebieden, de zogenaamde thuislanden.

Ondanks de geringe verbeteringen in Zuid-Afrika, en dan ook nog alleen maar voor de zwarte elite, leek (en lijkt) een groot deel van het buitenland (in elk geval de officiële vertegenwoordigingen daarvan, de regeringen) in een complete feeststemming te verkeren, toen zij op de hoogte werd gebracht van het beleid van De Klerk. De man werd als het ware doodgeknuffeld en ingehaald als de top-attractie van het jaar (komt dat zien!). Ineens had iedereen tot en met GroenLinks vertrouwen in de nieuwe president. Terwijl nog maar een half jaar geleden minister Van den Broek de tijd nog niet rijp achtte (zo heet dat dan) voor een bezoek van De Klerk, mocht hij eind oktober van de Nederlandse regering de beloning in ontvangst nemen voor zijn zogenaamde veelbelovende hervormingsproces. Want, op 23 en 24 oktober, mocht voor het eerst in de geschiedenis een Zuidafrikaanse president (naar president van wie?) voet op Nederlandse bodem zetten.

Wie een beetje politiek geschoold is (en dat hoeft dan nog niet eens in een linkse hoek te zijn), weet dat je niks cadeau krijgt. Iedereen weet dat je voor je rechten, voor je geld, voor je geluk zult moeten vechten (nou ja, iedereen...). In elk geval zal voor een hoop mensen duidelijk (moeten) zijn dat degenen die de macht hebben, die macht niet zomaar opgeven. Je zou wel gek zijn... En denk je dat dat in Zuid-Afrika zo anders is? Nee, toch? Als je de geschiedenis van de apartheid bestudeert, dan weet je (en kàn je aantonen) dat het blanke minderheidsregime niks weggeeft, dat ze zo'n beetje ten koste van alles aan de nacht willen blijven. Dus: we gaan ons toch niet gek laten maken door die De Klerk? Kom nou! Het perspectief in de strijd tegen apartheid zou er volgens mij aldus uit kunnen zien:



Dinsdag 23 oktober was voor vele blanke Zuidafrikanen een gedenkwaardige dag. Hun president mocht in een van de "stamlanden", Nederland, de beloning in ontvangst nemen voor zijn zogenaamde vergaande hervormingen. In Zuid-Afrika werd het bezoek van De Klerk beschouwd als een belangrijke politieke doorbraak. Roelof Botha, de Zuidafrikaanse minister van Buitenlandse Zaken, sprak van het belangrijkste overzeese bezoek dat De Klerk tot nu toe heeft ondernomen. Want, zo zei hij, door dit bezoek zal de Afrikaanse (daarmee bedoelt hij het Zuid-Afrikaans van de blanken) taal bevrijd worden uit haar ketenen. Slik! Je moet wel een hele grote klootzak zijn om in dit verband van ketenen te durven spreken.

De Klerk kreeg in Nederland volop de gelegenheid om het nieuwe gezicht (masker?) van blank Zuid-Afrika te promoten. Hij ontving goedkeurende schouderklopjes, en de Nederlandse regering was zo blij als een kind dat het eindelijk weer eens fatsoenlijk met blank Zuid-Afrika om mocht gaan. Het kon allemaal weer: glimlachen, sancties (voorzover al aanwezig en effectief) afschaffen, de zogenaamde historische banden weer aanknopen, alles was weer koek en ei. Ook de verslagen in de kranten getuigden hiervan, waarbij het geloof opviel, geloof in De Klerk, geloof in zijn goede bedoelingen, geloof in een goede afloop. Het leek bijna een sprookje. Maar sinds wanneer geloven we een president die de zwarte Zuidafrikanen niet hebben kunnen kiezen?

Is het niet beter om De Klerk het nadeel van de twijfel te geven, in plaats van het voordeel? Lijkt het niet tactischer om hem te negeren, en hem zeker geen aai over zijn bolletje te geven?

En waar was de Nederlandse anti-apartheidsbeweging op 23 en 24 oktober? Waar waren al die mensen van vroeger (denk bijvoorbeeld aan de 50.000 van de landelijke demonstratie in 1988), nu de situatie in Zuid-Afrika in een beslissend stadium is gekomen? Nu het ANC misschien meer dan ooit internationale solidariteit nodig heeft? Die mensen waren er niet... Terwijl De Klerk de kans volop aangreep om zijn goodwill uit te bouwen, terwijl hij het public-relations offensief voortzette dat hij zo daadkrachtig heeft opgepakt, stonden buiten bij de diverse officiële Haagse gebouwen niet meer dan 2 of 3 rijtjes anti-apartheidsactivisten, de laatste der Mohikanen, de beroepsdemonstranten die je overal ziet.

Hoe teleurstellend was dat, daar in Den Haag zag je met tranen in je ogen dat de zoveelste solidariteitsbeweging was ingezakt, verwatert, ineengestort en uit elkaar gespat. Na Vietnam, El Salvador, Nicaragua is er weer een beweging minder. Mijn eigen verwachtingen waren vóór de picketline, op weg erheen, zo laag, dat de opkomst van mensen me nog meeviel. Ik kon me zelfs nog enthousiast maken door de spandoeken, het lawaai, de trommels, de sfeer, maar toch... Was dit nu die grote anti-apartheidsbeweging? Was dit nu het protest tegen de komst van de President van blank Zuid-Afrika?

Donkere wolken spannen zich samen in de strijd tegen apartheid. We zijn er nog lang niet, ook na een eventuele machtsovername niet. Om te laten zien hoe verschillend er gedacht wordt over de situatie in Zuid-Afrika, volgen hier tot slot 2 citaten, uit 2 tegenover elkaar staande kampen: ANC-strijdster Zarina Maharaj: "Ik hoop niet dat u zich door De Klerk voor de gek laat houden. Hij is niet de messias van de vrede, maar een paria van de democratie."

"Onze" minister-president, die ook nu weer het laatste woord heeft: "De verwijdering in de afgelopen jaren is, gezien de aloude historische banden tussen onze beide landen, ook hier in Nederland als pijnlijk en in wezen tegennatuurlijk ervaren."

Duidelijker kunnen de tegenstellingen niet blootgelegd worden. Terwijl het ANC alle moeite doet om een vuist te maken en om zich voor te bereiden op een Zuid-Afrika vrij van apartheid, staat de man van de minder softe aanpak van de buitenlanders alweer te popelen om blank Zuid-Afrika in zijn armen te nemen, daarbij de zwarte meerderheid van de bevolking opnieuw volkomen negerend.

Terug