De Peueraar 47/48, juli/augustus 1994

Auteur: Gerrit de Wit en Eric Krebbers


Praten met de dader

Eind vorig jaar liep in De Peueraar een diskussie over seksueel geweld. Dat was niet de eerste keer. Het gaat er steeds over hoe om te gaan met de dader. Wij vinden het belangrijk voor mannen om die discussie niet alleen aan vrouwen over te laten. Ook vrienden en mannelijke collega's moeten een omgangsvorm met daders ontwikkelen. We zetten hierover wat gedachten op een rijtje. We maken daarbij gebruik van de ideeën van de Stichting Ondersteuning MANnenwerk (SOMAN) en van de Leidse pedagoog Ruud Bullens, die zich beroepshalve bezig houdt met hulpverlening aan incestdaders.

De machtsverhoudingen tussen mannen en vrouwen moeten op wereldschaal veranderen. Dat brengt een herverdeling van inkomen en bezit met zich mee. En het vraagt vooral ook om een herziening van de normen en waarden die ten grondslag liggen aan hele samenlevingen. Dat alles te veranderen is geen makkelijke klus. Het feminisme heeft er een krachtig begin mee gemaakt. Maar haar doelen zijn nog lang niet bereikt. En ook de ideale wereld niet (voor zover dat ooit zal gebeuren). Ook nu al willen vrouwen (en veel mannen) een leven zonder (seksueel) geweld. Vrouwen kunnen daartoe de handen ineen slaan en afdwingen dat mannen met hun poten van hen afblijven als vrouwen dat willen. Veel vrouwen gaan bijvoorbeeld op zelfverdediging en karate. We horen vaak van vrouwen om ons heen dat ze geen zin meer hebben om ons mannen op te voeden, om ons bepaalde dingen af te leren. Wie niet horen wil moet maar voelen.

Daar ligt een gat voor ons mannen. Wij zouden medemannen kunnen aanpakken, kunnen steunen, kunnen helpen bij het afleren van seksisme. Wij zouden openheid kunnen scheppen over onze gedachten, ons gedrag.

Plotselinge veranderingen?

Het is onze verantwoordelijkheid om samen met vrienden en mannelijke collega's te werken aan een minder seksistische wereld. Gesprekken tussen mannen over seksisme zijn belangrijk en nodig. In mannengroepen of gewoon met zijn tweeën thuis, in de kroeg of op het werk. Een bewustzijn van veel mannen over seksisme zou toch heel wat seksueel geweld kunnen voorkomen. Het zou prachtig zijn als seksisme onder mannen een normaal gespreksonderwerp zou zijn. Want in feite kan je ervan uitgaan dat seksueel geweld altijd wel ergens in je omgeving voorkomt. Helaas komt het onderwerp vaak pas ter sprake als een vrouw naar buiten brengt dat een man in onze omgeving zich schuldig maakt of heeft gemaakt aan seksueel geweld. Dan wordt er veel gepraat, zoals we toentertijd in De Peueraar konden lezen. Maar al te vaak wordt er dan niet meer gepraat mét de dader maar óver hem. Logisch, wie heeft er nou zin in een gesprek met een geweldpleger? Toch betreft het vaak een man waarmee men voorheen gewoon omging. Het is niet voor de hand liggend dat de betreffende man plotseling totaal veranderd is. Het machtsdenken dat geleid heeft tot het geweld was er al. Misschien heb je voorheen niet goed opgelet of dingen van hem geaksepteerd die eigenlijk niet okee waren. Je moet het hebben kunnen merken: zijn machtsdenken op seksueel en seksistisch gebied staat niet geïsoleerd van de rest van zijn denken. Machtsdenken beperkt zich in de regel niet tot vrouwen. Misschien denk je hetzelfde en herkende je dat machtsdenken niet als een probleem.

Walging overwinnen

Je zou kunnen zeggen dat het juist een taak van de vrienden en collega's van de man is om in gesprek met hem te treden of te blijven. Om te zorgen dat hij, dat wij allemaal, veranderen. Door hem eenvoudigweg aan de rand van de stoep te zetten ontken je een deel van jezelf. Het is belangrijk om op een bepaalde manier solidair te blijven met vrienden of collega's die zich schuldig hebben gemaakt aan seksueel geweld, en zichzelf ter discussie willen stellen. Hoewel daar natuurlijk wel grenzen aan zijn. Zijn geweldsdaad kan zo afschuwelijk zijn dat je het niet op kan brengen solidair te zijn. De ervaring van de vrouw speelt daarin ook een rol: hoe heftig heeft zij het beleefd?

Je kan proberen solidair te blijven door te proberen onderscheid te maken tussen de persoon en zijn gedrag. Je kan proberen hem te blijven zien als waardevol respectabel mens, ongeacht zijn gedrag. Daar zijn zoals gezegd grenzen aan, maar we hebben het hier over vrienden en collega's die je voor het geweld nog accepteerde en die de behoefte tonen contact met je te houden.

Het is belangrijk te werken aan een kameraadschappelijke sfeer en een manvriendelijk klimaat. De mate van menselijkheid is bepalend voor het succes van de gesprekken. Menselijkheid is nodig om het isolement van de man te doorbreken. Juist mannen zijn er goed in om als man andere mannen te begrijpen. Vanwege de herkenning vanuit een gedeelde maatschappelijke positie en opvoeding. Je kent je eigen zwakheden en kan daarom ook trachten de zijne te begrijpen. Natuurlijk is het makkelijker je te identificeren met slachtoffers dan met daders. Je moet trachten verder te komen dan een gevoel van walging. Want die walging is voor een gedeelte ook gericht tegen jezelf, als man.

Professionele therapie ?

De pedagoog Ruud Bullens geeft therapie aan incestdaders. Het betreft veroordeelde mannen die kunnen kiezen tussen celstraf en hulpverlening, vergelijkbaar met het HALT-project elders in deze Peueraar. Hij werkt dus met mannen die gedwongen behandeld worden. Je kan daar je vraagtekens bij zetten. Kan dat überhaupt, iemand via gedwongen gesprekken veranderen? Je kan je ook afvragen of je vindt dat de politie ingezet moet worden tegen incestdaders. Dezelfde politie die ingezet wordt om links te criminaliseren, razzia's te houden, kortom de gevestigde orde te handhaven. In een idealere samenleving heb je geen politie, of staat een politiemacht onder directe invloed van de lokale gemeenschap. Zolang die idealere samenleving er nog niet is, is dadertherapie wellicht het beste wat er is. Want wat lost een gevangenisstraf nu op? De dader kan na vrijlating op dezelfde voet verder gaan? Zelf zouden we niet willen werken aan dadertherapie, maar vinden we een aantal ideeën van Bullens wel bruikbaar voor gesprekken met daders in eigen kring. We zien niets in professionele hulpverlening. Onder andere vanwege het systeembevestigende karakter ervan en de machtsverhoudingen die daarbij een rol spelen. We zijn echter niet te beroerd om methodieken van professionals te gebruiken die we zinvol en politiek okee achten. Uiteindelijk zijn hulpverleningsmethodieken niets anders dan gesystematiseerde menselijke ervaringen. Bullens behandelt incestdaders, maar sommige van zijn hulpverleningsprincipes zijn in grote lijnen ook toepasbaar op andere seksueel geweldsdaders. Wij willen het hebben over seksueel geweld, zoals verkrachting en aanranding, maar ook over seksistisch geweld: vervelende opmerkingen, psychisch kleineren en fysieke mishandeling.

De aanpak van Bullens werkt alleen met een stok achter de deur: gevangenisstraf. Wij zouden onze vriendschap in de strijd kunnen gooien: we willen alleen nog met de dader omgaan als hij toestemt in gesprekken over zijn seksueel geweld.

Uitgangspunten

Uitgangspunt van de gesprekken moet zijn (1) dat hij moet stoppen met het plegen van het seksueel of seksistisch geweld. Verder moet hij (2) zijn verantwoordelijkheid nemen en (3) begrijpen wat hij zijn slachtoffer heeft aangedaan. Je moet tijdens de gesprekken voortdurend duidelijk maken waarom je met hem praat en wat je doelen zijn, en dat het ophoudt als hij deze drie dingen niet wil. Dan is dat finito vriendschap of samenwerking.

Over het eerste punt - stoppen met geweld - heeft Bullens niet veel te zeggen. Dat is zo klaar als een klontje. Moeilijker wordt het bij het tweede punt: de verantwoordelijkheid nemen voor zijn daden. Daders zullen namelijk niet snel de verantwoordelijkheid op zich nemen. Het zal zeker niet in één gesprek lukken. Bullens therapie duurt soms wel een jaar, waarbij hij tweemaal per week met de man afspreekt. Zijn therapie eindigt soms met het opstellen van een brief waarin de dader verantwoordelijkheid neemt voor zijn gedrag.

Tijdens de gesprekken zal de dader trachten er omheen te kletsen en aan het belang van de gebeurtenissen afdoen. Hij zal excuses zoeken. Hij zal zielig doen alsof hijzelf het slachtoffer is. Zij zal het geweld op de een of andere manier uitgelokt hebben, niet duidelijk geweest zijn of toegestemd hebben. Volgens hem zal het probleem in zijn jeugd liggen of in zijn hormonen.

Het is voor zijn gesprekspartners belangrijk niet snel tevreden te zijn. Je zal de mannen de kost moeten geven die met snelle mooie praatjes de verantwoordelijkheid van zich afschuiven of snel zeggen genoeg nagedacht te hebben en zichzelf veranderd te hebben.

Confronteren

Bullens acht het onontbeerlijk precies te weten wat er gebeurd is. Het verhaal van de vrouw moet het uitgangspunt vormen van de gesprekken met de man. Zonder dat je weet wat er precies gebeurd is, is het haast onmogelijk er met de man over te praten en niet in zijn praatjes te stinken. Hij moet immers toegeven dat hij iets misdaan heeft. Dat kan je vergemakkelijken door de dingen bij naam te noemen, door de man ermee te confronteren en duidelijk maken dat je het meent en niet van plan bent je af te laten schepen. Je moet duidelijk maken dat je alleen met hem verder wil als hij serieus en eerlijk tracht te zijn. Je moet zorgen dat je de macht behoudt in het gesprek. De man zal trachten zijn machtsspel ook bij jou door te zetten en in de loop van het gesprek de macht totaal in handen willen nemen. Wie niet enigszins bedreven is in machtsspelletjes kan er maar beter niet aan beginnen. (De confronterende wijze moet natuurlijk niet al te ver worden doorgevoerd zodat de man al snel afhaakt. Mannelijke trots en angst voor gezichtsverlies kunnen grote gevolgen hebben.)

Op het moment dat de dader zijn verantwoordelijkheid neemt zal hij ook het slachtoffer ontschuldigen. Dat is ook heel belangrijk, want meestal heeft de dader het slachtoffer opgezadeld met een schuldgevoel. Als hij eenmaal de verantwoordelijkheid voor zijn daden heeft genomen is daarmee de grondslag gelegd voor de verdere gesprekken. Hij kan dan niet in het oude gedrag terugvallen en dat dan rechtvaardigen door te zeggen: "ze lokte het uit", of "ik heb mijn driften niet onder controle", of "zo gaat dat nu eenmaal bij mannen". Je kan dan duidelijk maken dat je zal trachten hem te steunen bij het verdere verloop van de gesprekken.

Kijken door de ogen van het slachtoffer

Als derde moet de man leren te kijken door de ogen van het slachtoffer. Volgens Bullens kunnen de daders meestal opmerkelijk helder vertellen over hun eigen gedachten en gevoelens tijdens het geweld. Ze zijn immers nogal op zichzelf gericht. Gevraagd daarentegen naar de gevoelens en gedachten van het slachtoffer klappen ze dicht. De man weet daar niets van te zeggen of komt niet verder dan een aantal veronderstellingen die hij op haar geprojecteerd heeft. Vaak kunnen ze zich, als het bijvoorbeeld om verkrachting gaat, niet voorstellen dat de vrouw het niet prettig vond. Vaak is er sprake van een selectief geheugen: bepaalde uitspraken of gedragingen van het slachtoffer die zijn daad zouden rechtvaardigen heeft hij onthouden, de rest is hij vergeten. Soms doen vrouwen in onmachtssituaties inderdaad positieve uitspraken. Ze voelen dat de man die van hen verwacht. Het is natuurlijk onzin daar instemming in te horen. Dat die uitspraken van het slachtoffer onder druk gedaan zijn, kunnen (of beter: willen) de meeste daders zich niet voorstellen. Hoe kan je iemand pijn doen als je tegelijk meevoelt met je slachtoffer?

Om te bewerkstelligen dat de dader meer oog krijgt voor het slachtoffer is het belangrijk zorgvuldig bespreekbaar te maken wat het slachtoffer tijdens het gebeuren moet hebben gedacht en gevoeld. Als de man niet goed vanuit zichzelf kan verwoorden wat het slachtoffer doorgemaakt moet hebben kan je proberen als plaatsvervangend aanklager op te treden voor het slachtoffer. Daartoe moet je je wel zelf goed kunnen verplaatsen naar onmachtssituaties. Dat kan door veel praten met vrouwen over (de angst voor) seksueel geweld. Door boeken te lezen van ervaringsdeskundige vrouwen. Eigenlijk vinden wij dat je dat als anti-seksistische man sowieso verplicht bent. Iedere man kan door onwetendheid in de positie van dader terecht komen.

Met het leren kijken door de ogen van het slachtoffer ben je in feite bezig de dader gevoelig te maken voor het zelfbeschikkingsrecht dat ieder individu heeft over het eigen lichaam. Er worden op deze manier scherpere grenzen getrokken tussen het ik en de ander. Veel mannen hebben daar nauwelijks enige ervaring in. Ze menen net zo over anderen te kunnen beslissen als over zichzelf.

Kijken door de ogen van een ander zorgt er ook voor dat de behoeften van de dader even naar achter geschoven worden. Dat is hard nodig, de dader heeft immers zijn eigen behoeften boven die van zijn slachtoffer gezet.

Tot slot

Om verder seksueel geweld te voorkomen is het belangrijk goed na te gaan hoe de dader (en jijzelf) met vrouwen en vriendinnen omgaan. Wie wint vaak kibbelarijtjes? Hoe ga je om met lichamelijkheid en genegenheid? In welke mate ervaar je relaties als beklemmend? Enzovoorts. Al dit soort onderwerpen kunnen aan bod komen. Op deze manier kan je omgaan met daders van seksueel geweld in je omgeving. Een omgangsvorm die verder gaat dan enerzijds alleen verketteren en anderzijds doen alsof er niets aan de hand is. Daarbij blijf je zelf ook niet buiten schot.

Dit soort gesprekken vormen natuurlijk een politieke discussie. Ook politieke discussie op meer maatschappelijk niveau is hard nodig. Samen met de dader moet gekeken worden naar maatschappelijke verhoudingen waarbinnen het geweld zich afspeelt. Je moet vanzelfsprekend oppassen niet te veel te individualiseren. Het moet de man verder duidelijk zijn dat hiërarchieën uit den boze zijn. Dat mannen geen recht hebben op vrouwen. Mannen die dit niet kunnen bevatten en alleen kunnen denken in termen van hoger en lager dienen gewoonweg met macht duidelijk gemaakt te worden dat seksueel geweld door de gemeenschap niet getolereerd wordt. Dat er dan sancties volgen.

Er zijn vast mensen die na al het bovenstaande denken: dit is te moeilijk, dit zou ik niet kunnen, dit is echt iets voor professionals. Ja en nee. Het is allemaal niet makkelijk en eenvoudig. Er zijn geen eenvoudige zwart/-wit-patronen en je bent zelf onderdeel van de konflikten en dat is niet altijd even leuk. Aan de andere kant: als radicaal-linksen willen we een zelfbepaald leven leiden, samen de maatschappij vorm geven en het niet aan professionele bestuurders overlaten. Helaas is ook seksueel geweld een veel voorkomend onderdeel van ons bestaan. Dat deel zullen we ook zelf moeten aanpakken en niet overlaten aan deskundigen. Als we dingen die onszelf zo diep raken al afstaan aan deskundigen, als we menen dat de relaties tussen mensen geregeld moeten worden door betaalde krachten, wat houdt onze ideale wereld dan in?

Bronnen:

Terug