De Fabel van de illegaal 56, januari/februari 2003
Auteurs: Peter Zegers, Marcel Poorthuis, Theo Salemink
Na 6 jaar artikelen schrijven heeft de Amsterdamse fotograaf Peter Edel nu zijn onfrisse ideeën gebundeld in "De schaduw van de ster". Zoals te verwachten zit ook zijn boek boordevol antisemitische redeneringen. Die allemaal weerleggen zou een minstens even dik boek vergen. Zinvoller is het om te laten zien in welke oude antisemitische tradities Edels boek is te plaatsen. Een recensie.
We zullen het er snel over eens zijn dat de huidige politiek van Israël volop bediscussieerd mag worden. Ook is het duidelijk dat de beschuldiging van antisemitisme die politieke discussie dood kan slaan, en dat we daarmee dus heel terughoudend moeten zijn. Maar terughoudendheid betekent niet: de ogen sluiten voor wat overduidelijk uit troebele bron is geput. En dat is zeker het geval met Edels boek. Tot nu toe schreef hij alleen voor linkse actiebladen, zoals het Amsterdamse Ravage en het Bossche Kleintje Muurkrant. Edels debuutartikel in 1996 leverde nogal wat opschudding op vanwege antisemitische tendensen. Zo was volgens hem "de joodse elite" zelf verantwoordelijk voor het aan de macht brengen van Hitler, en heeft het jodendom bijgevolg de shoah aan zichzelf te wijten. Deze volgens hem "objectieve geschiedschrijving" weet hij de laatste tijd ook aan pro-Palestijnse media te slijten. En nu is het allemaal op een nog hoger plan getild door het verschijnen van zijn boek bij de Belgische radicaal-linkse uitgeverij EPO. Opvallend is dat schrijver en SP-adviseur Karel Glastra van Loon een lovend voorwoord schreef.
Samenzweringen
Peter Edel zegt zich in te willen zetten voor nobele humanistische en democratische waarden, maar maakt hierbij het zionisme en de joodse religie tot exclusieve vijanden van deze waarden. Het jodendom zou al eeuwenlang bezig zijn met een samenzwering om de wereldmacht naar zich toe te trekken. De oude joodse religieuze boeken van de Talmoed zijn volgens Edel de bakermat van deze vermeende agressieve joodse drang. Dit heeft allemaal natuurlijk niets te maken met feitelijke geschiedenis, maar wel zijn het bekende elementen uit antisemitische propaganda. Die eeuwenoude propaganda kent zowel een extreem-rechtse als een radicaal-linkse variant. En Edel gaat nog verder: er zou ook nog een samenzwering zijn van wetenschappers, historici en theologen die proberen de slechte aard van het jodendom te verdoezelen. Daardoor zouden niet-joden ervan weerhouden worden door te dringen tot de kwaadaardige kern van het jodendom en het zionisme. Dat zou volgens Edel de gedachte zijn dat de joden een superieur ras vormen. Dat vermeende racisme zou zijn oorsprong vinden in de joodse religieuze geschriften zelf. En zo doet Edel aan wat psychologen "blaming the victim" noemen: het jodendom zou niet het slachtoffer zijn van racisme, maar juist zelf racistisch zijn!
Mythen
In zijn boek verweeft Edel het linkse debat over de politiek van de staat Israël en over het zionisme als politieke beweging met een vijftal mythen uit het aloude Europese antisemitisme. De eerste mythe die Edel recycelt is dat het Oude Testament, ofwel "het klassieke judaïsme" zoals hij dat noemt, voorspelt dat er een politieke messias zou komen die de wereldheerschappij zou overnemen. Daaruit zou dan het zionisme zijn voortgekomen. Het verwijt van een politiek messianisme is een steeds terugkerend thema in het christelijke politieke antisemitisme van de 19de en begin 20ste eeuw. Ten tweede beweert Edel dat de Talmoed de joodse superioriteit zou verkondigen en principieel xenofoob zou zijn. Die misvatting sluit nauw aan bij de mythe over het gevaar van de Talmoed, zoals die in het laatste kwart van de 19de eeuw door antisemieten als Drumont en vooral Rohling ontwikkeld is. De derde mythe die Edel uitdraagt is dat de joodse rabbijnen een op macht beluste joodse elite zouden vormen die de superioriteit van "het joodse ras" zouden prediken en een hervorming van het jodendom van binnenuit zouden tegenhouden.
Ook schrijft Edel, en dat is dan de vierde mythe, aan de mystieke joodse stroming van de kabbala een geheimzinnige invloed toe in de geschiedenis van het jodendom. Die zou zo het politieke machtsstreven van de zionisten gevoed hebben. Edel suggereert zelfs, eveneens zonder een greintje bewijs, dat de joodse kabbala ook het machtsstreven van de nazi's gevoed zou hebben omdat er ook in "arische" kringen interesse was voor kabbala. Tot slot de vijfde mythe. Edel duidt het politieke streven naar zelfbestuur en staatsvorming door joden om tot een racistisch project. De gelijkstelling van het zionisme met racisme en zelfs nationaal-socialisme vindt zijn wortels in met name kringen van orthodoxe katholieken in de jaren 30. In de jaren 60 en 70, rond de Zesdaagse Oorlog en de Jom Kippoer-Oorlog, is deze antisemitische mythe door linkse auteurs omgevormd tot een politieke slogan. Ook het Nederlandse Palestina Komitee (NPK) heeft zich in die zin uitgelaten. Deze ideologische beeldvorming lijkt tot doel te hebben om de jodenvervolging uit het geweten te bannen.
Troebele bronnen
Vrijwel alle informatie en citaten die Edel ontleent aan het werk van serieuze historici zijn gemanipuleerd. In de meest extreme gevallen staat er in de oorspronkelijke bronnen zelfs het tegendeel van wat hij daar meent te hebben gelezen. Maar zelfs zo bleek al het materiaal dat hij kon vinden nog niet voldoende op te leveren om zijn onwankelbare vooringenomen idee te bevestigen. Daarom haalt hij extreem-rechts bronnenmateriaal aan om bijvoorbeeld te 'bewijzen' dat joodse organisaties in de VS neo-nazistische groeperingen ertoe aanzetten om aanslagen te plegen op joodse doelen. Antisemitisme zou volgens Edel namelijk nauwelijks nog bestaan. Op deze wijze zouden joden echter kunnen doen voorkomen alsof antisemitisme nog steeds bestaat, om vervolgens donaties te kunnen innen en goodwill voor Israël te kweken.
Uit angst om voor antisemiet uitgemaakt te worden, deinzen historici er volgens Edel voor terug om de betrokkenheid van zionisten bij de shoah uit de doeken te doen. Maar behalve dat ze zelf medeplichtig zouden zijn aan de vernietiging van 6 miljoen joden, zouden de zionisten daar volgens de waanvoorstellingen van Edel ook nog eens een slaatje uit slaan via de Wiedergutmachungsgelden. En daar bovenop zouden ze ons ook nog eens straffeloosheid voor het misdadige regime in Israël opdringen. De zionisten zouden de vijanden van de mensheid zijn. Hoe anti-racistisch Edel zich verder ook voordoet, het valt toch op dat hij bij voorkeur joodse auteurs citeert. Dat zegt niets ten gunste van Edel. Antisemitische auteurs redeneren namelijk al van oudsher zo: als een jood zelf zegt dat zijn volk en religie niet deugen, dan moet het wel waar zijn.
Assimilatie
Edels oplossing bestaat uit een nogal verouderde en vage slogan: assimilatie. Joden moeten volgens hem afzien van elke vorm van eigen identiteit. Ook hier wreekt zich het geringe historische besef van de Amsterdamse kunstenaar. Juist in landen als Duitsland en Oostenrijk waren de meeste joden perfect geassimileerd. Zoals bekend leidde dat niet tot het verdwijnen van antisemitisme en kon dat ook de shoah niet tegenhouden.
Onder het mom van anti-zionisme worden aloude antisemitische stereotiepen opnieuw tot leven gewekt. Anti-zionisme is inderdaad niet altijd hetzelfde als antisemitisme, maar de grenzen tussen beide zijn vloeiend en er is weinig voor nodig om van het een in het ander terecht te komen. Het boek van Edel is daar een sprekend voorbeeld van. Dat de politiek van de staat Israël bekritiseerd mag worden, daar zijn we het hartgrondig mee eens. Maar dat die politiek antisemitisme zou veroorzaken, dat idee wijzen we ten sterkste af. Antisemitisme kent namelijk geen enkele rechtvaardiging.
De strijd van de Palestijnen voor gelijke rechten is niet gebaat bij het aanleunen tegen ranzige antisemitische publicaties. Edel bewijst met zijn boek de Palestijnse zaak dan ook een slechte dienst. Dat Glastra van Loon meent dat dit "pijnlijke boek" de oplossing van het conflict in het Midden-Oosten naderbij brengt, geeft wel aan hoe weinig besef hij heeft van geschiedenis en politiek. Het boek is inderdaad erg pijnlijk, maar wel op een heel andere wijze dan de SP-adviseur bedoelt.