Harry Westerink: “Bontekoe en zijn scheepsjongens, dat is giftige koloniale nostalgie”

Afgelopen zaterdag vond in het kader van de strijd tegen koloniale verheerlijking in Hoorn een enerverende demonstratie plaats tegen het standbeeld van de genocidepleger Jan Pieterszoon Coen, ook wel “de slachter van Banda” genoemd. De actie was georganiseerd door We Promise, Aralez, Dekolonisatie Netwerk en Doorbraak. Harry Westerink hield vanuit Doorbraak het onderstaande praatje over Willem IJsbrantszoon Bontekoe, een bondgenoot van Coen. Hij deed dat in de buurt van de beeldengroep Scheepsjongens van Bontekoe in de haven van Hoorn.

Ik ben Harry, ik ben lid van Doorbraak, en ik ben al een tijd betrokken bij de strijd tegen koloniale verheerlijking in Hoorn.

We staan hier bij de beeldengroep Scheepjongens van Bontekoe, een typisch symbool van de giftige koloniale nostalgie die in Hoorn valt aan te treffen. De beeldengroep is ook een uiting van witte onschuld. Het Nederlandse kolonialisme heeft eeuwenlang dood en verderf gezaaid. En wat laat koloniaal Hoorn ervan zien? Een paar jongens die ontspannen lijken rond te hangen aan de kade.

Meer over de demonstratie tegen het standbeeld van J.P. Coen op 7 september in Hoorn
De aankondiging
Dekoloniale demonstratie in Hoorn: “Coen moordde voor de poen” (beeldverslag)
Max de Ploeg: “Net als het standbeeld van Coen promoot de Wereldhavendag kolonialisme”
Harry Westerink: “Bontekoe en zijn scheepsjongens, dat is giftige koloniale nostalgie”
We Promise: “Je uitspreken tegen het standbeeld van genocidepleger Coen leidt altijd tot geweld en bedreigingen”
Chihiro Geuzebroek: “Hier staan de mensen die witte suprematie van sokkels verstoten”
Stephan Lallhit: “Hoorn is niet voor iedereen, zolang het standbeeld van Coen hier blijft staan”

Wat verderop staat een borstbeeld van Bontekoe zelf, van Willem IJsbrantszoon Bontekoe, om precies te zijn. Ook een voorbeeld van de verheerlijking van de koloniale terreur waar Hoorn volop aan heeft bijgedragen. Net als het standbeeld van de genocidepleger Jan Pieterszoon Coen op het plein Roode Steen. Verheerlijking van het Nederlandse kolonialisme in de openbare ruimte moet eindelijk eens gaan stoppen. Daarom demonstreren we vandaag in Hoorn tegen Coen, tegen Bontekoe, tegen de VOC, tegen koloniale verering. Want kolonialisme is een misdaad tegen de mensheid en de menselijkheid.

Bontekoe is in 1587 in Hoorn geboren en in 1657 in Hoorn gestorven. Hij was schipper en koopman. Toen hij 31 jaar was, trad hij in dienst van de Verenigde Oostindische Compagnie, de VOC. Dat was in 1618. De VOC bestond toen nog maar 16 jaar. Aan het eind van dat jaar voer hij met zijn schip Nieuw Hoorn naar Oost-Indië, zoals de Nederlandse kolonisatoren het enorm uitgestrekte gebied dat nu Indonesië heet, toen noemden. Aan boord van het schip bevonden zich 350 vaten buskruit, die waren bestemd voor de eerste grote koloniale Nederlandse oorlog in Oost-Indië die toen gaande was. Onderweg, in de Indische Oceaan, ontploften die vaten buskruit per ongeluk, door toedoen van een brandende kaars. Als gevolg daarvan ging het hele schip aan diggelen. Velen kwamen om. Bontekoe zelf wist maar ternauwernood aan de dood te ontsnappen.

De Scheepsjongens

Bontekoe hield een scheepsjournaal bij, dat later werd gepubliceerd en enorm populair werd. Het spectaculaire schipbreuk- en reddingsverhaal is centraal komen te staan in de nationalistische geschiedschrijving. De rol van Bontekoe als trouw hulpje van de dictatoriale Jan Pieterszoon Coen werd daarbij verdonkeremaand. Bontekoe is tot 1625 in dienst geweest van de VOC. Hij moet worden beschouwd als een loopjongen van Coen. In opdracht van Coen, de gouverneur-generaal, moest hij het vuile werk opknappen: met geweld en dwang producten in handen krijgen, want “handel is oorlog”, zoals Coen zelf uitlegde. En Bontekoe moest mensen gevangen nemen, ontvoeren en tot slaaf en dwangarbeider maken. Coen stuurde hem naar de Zuid-Chinese Zee om de Chinezen te dwingen tot “handel” en Chinese dwangarbeiders te ronselen voor de plantagewerkkampen en de forten. De scheepsreis liep uit op een plundertocht, waarbij de Nederlanders dorpen in brand staken, goederen roofden en zo’n duizend Chinezen gevangen namen. Uit de toonzetting van zijn scheepsjournaal blijkt dat Bontekoe het doodnormaal vond om met het mes op de keel monopolieposities voor de VOC af te dwingen. Hij werkte er volop aan mee om Spaanse en Portugese kolonisatoren het leven zuur te maken. Die concurrenten op de zich ontwikkelende kapitalistische wereldmarkt moesten volgens de VOC-machthebbers met alle ter beschikking staande middelen worden bestreden.

Beeld van Bontekoe

Op basis van het scheepsjournaal van Bontekoe schreef Johan Fabricius er in 1924 een jeugdboek over. En nog maar kort geleden, in 2007, werd er een film gemaakt op basis van dat jeugdboek. Het is veelzeggend hoe de film door de makers ervan wordt ingeleid. Ik citeer nu: “Rolf, Hajo en Padde gaan als scheepsjongens mee in een VOC-schip onder leiding van Bontekoe. Na een schipbreuk en een aanval van inboorlingen te hebben overleefd, moeten ze zichzelf zien te redden.” Einde citaat. Ja, je hoort het goed: “inboorlingen”, dat is de term die nu nog op internet is te vinden bij de omschrijving van de film. Dit is kolonialisme als spannend jongensboek, dit is valse romantiek over verre exotische oorden waar ontdekkingsreizigers schatten vinden, dit is propaganda en trots over 350 jaar koloniale bezetting, plundering en uitbuiting van Indonesië door Nederland.

Na die film uit 2007 gooide het gemeentebestuur van Hoorn er in 2011 nog een schepje bovenop. Want in dat jaar voegde men het borstbeeld van Bontekoe toe aan de collectie koloniale verering in de openbare ruimte. Laat het tot je doordringen: het beeld van Bontekoe stamt niet uit de negentiende eeuw, zoals het geval is bij het beeld van Coen. Het stamt uit 2011, toen er al zo’n tien jaar lang een slavernijmonument stond in het Oosterpark in Amsterdam. In 2011, toen de strijd tegen Zwarte Piet opnieuw volop losbarstte. Ook de beeldengroep van de scheepsjongens is relatief nieuw. Die beelden stammen uit 1968. In het stadhuis van Hoorn is er een ruimte die de “Bontekoe-zaal” wordt genoemd. Lange tijd heeft de gemeente Hoorn zich “stad van de Gouden Eeuw” genoemd, een stad die in de koloniale tijd tot z’n nek in de slavernij zat. Ik wil maar zeggen: koloniale verheerlijking is niet voorbij. Het is helaas springlevend. Maar de strijd tegen die verheerlijking wint terrein.

Weg met koloniale propaganda! Dekoloniseer Hoorn! Dekoloniseer Nederland!

Harry Westerink