Hoe is strijd tegen het leenstelsel voor studenten te winnen?
Intussen staat ons dus iets te doen: overlast veroorzaken voor orde en gezag! Een dagje protesteren brengt geen minister uit haar of zijn evenwicht. Maar toen na twee maanden acties in de laatste maanden van 1994 ettelijke duizenden studenten de perrons van station Utrecht urenlang bezet hielden en het landelijke treinverkeer ontregelden, wist de minister van toen niet hoe snel hij een drastische collegegeldverhoging van tafel moest halen. Een flink stuk maatschappelijke chaos, gecombineerd met goede uitleg waar de woede om draait, is deel van ons wapenarsenaal. Het is wel zaak om dat niet te beperken tot korte heftige stunts. De felle studentendemonstraties in Londen in 2010, met als hoogtepunt een bezetting van het kantoor van de Conservatieve regeringspartij, brachten even een schok te weeg. Maar het parlement besloot desondanks tot hoger collegegeld, en omdat het protest net zo snel verdween als het was opgekomen, kon de regering doorduwen. Bij elke heftige actie, hoe succesvol ook om de boel op zijn kop te zetten en de eisen van studenten van aandacht te voorzien, is steeds de vraag: en wat doen we de dag erna? Hoe bijten we niet alleen terug, hoe bijten we dóór? Nog een vraag dringt zich op: hoe vinden we vriendinnen en vrienden? Een van de redenen dat gezagsdragers zenuwachtig worden van studentenprotest dat langer duurt dan een dag of twee, is de angst voor besmettingsgevaar. Als andere groepen zien dat studenten samen voor hun recht op komen, kunnen ook zij moed vatten. Het zou niet voor het eerst zijn dat op die manier een grotere golf van sociale strijd op gang kwam. Wat gezagsdragers als gevaar zien, is – alleen al daarom! – een mooi wapen voor ons.
Peter Storm in Hoe te winnen? (Ravotr)