“Hoog tijd voor herdenking van de slachtoffers van het Nederlandse kolonialisme”

Jeffry Pondaag

In september veroordeelde de Haagse rechtbank de Nederlandse staat tot een schadevergoeding aan zeven weduwen uit het Indonesische dorp Rawagede, waar  Nederlandse militairen in 1947 tijdens de koloniale oorlog tegen Indonesië een bloedbad aanrichtten. Initiatiefnemer van deze rechtszaak was Jeffry Pondaag, voorzitter van het Comité Nederlandse Ereschulden. Samen met Max van der Werff neemt hij stelling tegen het witwassen van het gruwelijke koloniale verleden van Nederland. Een ontmoeting met twee bevlogen activisten.

De uitspraak van de Haagse rechtbank vormt een belangrijke doorbraak, omdat voor het eerst sinds ruim 60 jaar de staat is veroordeeld voor oorlogsmisdaden die Nederlandse militairen in Indonesië hebben begaan. Door middel van een staaltje huichelachtige wetgeving was in de jaren 70 bepaald dat oorlogsmisdaden in het algemeen niet kunnen verjaren, behalve in het geval van Nederlandse oorlogsmisdaden in Indonesië tussen 1945 en 1950. Het beroep door de staat op die verjaring faalde echter, omdat de rechtbank dat “onaanvaardbaar” vond, gezien de ernst van de feiten.

Hakblok

We willen graag van Pondaag en Van der Werff weten of de Rawagede-rechtszaak verandering zou kunnen brengen in de zo krampachtige en versluierende manier waarop in Nederland wordt omgegaan met het koloniale verleden. Ook zijn we benieuwd naar een mogelijk vervolg op de rechtszaak. De Indonesiër Pondaag woont ruim 40 jaar in Nederland. Al sinds de jaren 70 houdt hij zich bezig met het koloniale verleden van Nederland in Indonesië. Vanaf 2005 begon hij met de voorbereiding van de Rawagede-rechtszaak, waarvoor hij het Comité Nederlandse Ereschulden oprichtte dat met behulp van advocaat Liesbeth Zegveld Nederland aanklaagde wegens oorlogsmisdaden. Pondaag beschouwt de beslissing van de rechtbank als een historische overwinning. Maar hem is vooral de oorverdovende stilte in de politiek opgevallen die na de uitspraak volgde. De publieke opinie toonde zich ‘oostindisch’ doof. Dat staat in schril contrast met de massale aandacht in Indonesië voor de rechtszaak, waar de uitspraak groot nieuws was en men zich er verheugd en verrast over toonde dat de vroegere koloniale mogendheid zoveel jaar later alsnog een afstraffing had gekregen voor zijn misdaden.

In Nederland heeft de Rawagede-zaak het politieke en maatschappelijke debat over het koloniale verleden en de oorlogsmisdaden helaas nog niet op gang gebracht. Het schandalige optreden van het Nederlandse leger tijdens de koloniale oorlog wordt nog steeds ontkend, verzwegen of gebagatelliseerd door de staat en zijn handlangers, zoals de nationalistische Indië-veteranen die samen met het Oud-Strijders Legioen (OSL) hun oorlogsmisdaden steeds hebben goedgepraat. Kritiek op koloniaal Nederland ligt ook gevoelig bij Nederlanders van Indische afkomst, waartoe zowel Indo-Europeanen behoren als Nederlanders die lang in Nederlands-Indië hebben geleefd. Deze groepen hadden in de kolonie een betere maatschappelijke positie dan “de inlanders”, de autochtone Indonesiërs, en vereenzelvigden zich met het koloniale bestuur. Na de onafhankelijkheid van Indonesië zijn veel Indische Nederlanders naar Nederland gemigreerd. Zij en hun kinderen stelden zich veelal loyaal op naar “het moederland”. Nog steeds kiezen ze in debatten over het koloniale verleden veelal de kant van de voormalige kolonisator.

“Ik ben zelf ook zo’n Indo”, vertelt Van der Werff. “Ik schaam me erover dat ik lange tijd zo slecht op de hoogte was van het gruwelijke koloniale verleden van Nederland.” Hij ziet voor zichzelf de rol weggelegd om als een van de weinige Indo’s principieel de kant van de Indonesische vrijheidsstrijders te kiezen. “Ik ben bereid om daarvoor bij wijze van spreken mijn hoofd op een hakblok te leggen”, laat hij weten. Hij merkt hoeveel agressie en irritatie hij oproept als hij de beerput van het Nederlandse kolonialisme opentrekt en daarbij ook nog eens zijn eigen nest bevuilt. Lange tijd werd aangenomen dat de staat onder druk van de Indië-veteranen geen verantwoordelijkheid wenste te nemen voor de oorlogsmisdaden. Maar volgens Van der Werff ligt de zaak eerder omgekeerd. De staat heeft de veteranen voor zijn karretje gespannen om onder die verantwoordelijkheid uit te kunnen komen. Duidelijk is wel dat de veteranen van grote invloed zijn geweest op het dominante vertoog over de koloniale oorlog. Maar nu die generatie aan het verdwijnen is, ontstaat mogelijk meer ruimte voor anti-koloniale visies.

Afsluitdijk

Ook de Indonesische staat is niet zo happig om het over de Rawagede-uitspraak te hebben, leggen Pondaag en Van der Werff uit. Men vreest dat die beslissing werkt als een katalisator voor Indonesiërs om ook de eigen overheid aansprakelijk te stellen voor misdaden, zoals de massamoorden in de jaren 60 en 70 waarvan vooral communisten het slachtoffer werden. De Indonesische bevolking laat wel volop zijn vreugde over de uitspraak zien, maar heeft volgens Pondaag en Van der Werff niet in de gaten hoezeer Nederland de gruwelijkheden van zijn koloniale verleden nog steeds onder het vloerkleed veegt.

Maar de twee activisten leggen zich niet neer bij de houding van de Nederlandse staat en een groot deel van de Nederlandse bevolking. Met veel kennis van zaken maken ze duidelijk hoeveel Nederland heeft te danken aan het wingewest in “de Oost”. “Wist je dat Indonesië enorm veel geld heeft moeten betalen, omdat Nederland door de onafhankelijkheid inkomsten zou mislopen?”, vraagt Pondaag. Een vergelijking met “de West” dringt zich op. In Suriname moesten de vrijgemaakte slaven na de afschaffing van de slavernij in 1863 nog 10 jaar voor hun voormalige meesters werken om hen schadeloos te stellen. “En wist je dat de Afsluitdijk met Indonesisch geld is gefinancierd? Nederland houdt trouwens ook nog steeds een andere datum aan voor de onafhankelijkheid van Indonesië dan de rest van de wereld.” Op 17 augustus 1945 verklaarden de Indonesiërs zich onafhankelijk, maar Nederland is steeds uitgegaan van 27 december 1949, toen de macht officieel werd overgedragen. “Zo bezien hebben de Nederlandse militairen in Rawagede een massamoord gepleegd op landgenoten, op Nederlanders dus”, aldus Pondaag. “Koningin Beatrix is in 1995, tijdens de viering van het vijftigjarige bestaan van de onafhankelijkheid, onder druk van de veteranen opzettelijk een paar dagen na 17 augustus in Indonesië aangekomen. Zo gaf ze impliciet de boodschap af dat ze de Indonesische onafhankelijkheidsdatum verwierp. Mijn landgenoten waren daar laaiend over.”

Herdenkingsdag

Tijdens een aanstaand bezoek aan Indonesië gaat Pondaag samen met advocaat Zegveld onderzoek doen naar, en met ooggetuigen praten over, andere Nederlandse oorlogsmisdaden. Ze willen onder meer weten wat er is gebeurd met de mensen die tijdens het bloedbad in Rawagede zijn ontvoerd door Nederlandse militairen. En ze willen uitzoeken hoe het zit met de massamoord in Zuid-Sulawesi, waarbij 40 duizend mensen zouden zijn omgekomen door toedoen van commandant Westerling en zijn terreureenheid Depot Speciale Troepen (DST). Ook onderzoeken ze de moord op 214 boeren in het dorp Bulukumba. Dat soort oorlogsmisdaden zijn altijd zoveel mogelijk in de doofpot gestopt, zoals de affaire rond majoor Wijnen laat zien, over wie luitenant-generaal Spoor al in 1948 in een brief had vastgesteld dat hij strafrechtelijk aansprakelijk was voor het bloedbad in Rawagede. Toch is het nooit tot vervolging gekomen van Wijnen. Hoe lang de misdaden zijn verzwegen, bleek enige tijd geleden weer toen een Nederlandse militair op zijn sterfbed eindelijk bekende 120 Indonesiërs te hebben afgeslacht. Indonesiërs werden “routinematig” gemarteld door het Nederlandse leger, vertelde onlangs de 85-jarige Herman Burgers, toentertijd werkzaam bij de krijgsraad in Batavia.

Van der Werff grijpt de Rawagede-rechtszaak aan om te pleiten voor een nationale herdenkingsdag voor de slachtoffers van het Nederlandse kolonialisme, overal ter wereld. Hij heeft er ook al een datum voor, namelijk 7 mei, de dag waarop Sa’ih bin Sakam, de laatste ooggetuige van de massamoord in Rawagede, is overleden. Tijdens deze herdenking zou men stil moeten staan bij de slachtoffers en de schade die het Nederlandse kolonialisme heeft veroorzaakt. “Dat mag niet langer worden genegeerd of tot folklore worden gemaakt. Wat mij betreft zou een herdenkingsmonument in de Hofvijver bij het Binnenhof in Den Haag niet misstaan. Er staan in dit land zoveel monumenten die het kolonialisme verheerlijken dat het hoog tijd wordt dat er ook een monument komt voor alle koloniale misdaden”, aldus Van der Werff, die op zoek is naar medestanders om deze herdenkingsdag van de grond te krijgen.

Jos Hooimeijer
Harry Westerink