Leidse burgemeester blijft demonstratierecht verkwanselen ondanks advies bezwaarcommissie
Vorig jaar november legde de Leidse burgemeester Henri Lenferink beperkingen op aan de protestmanifestatie van Doorbraak bij de Eureka-prijsuitreiking van het dwangarbeidcentrum DZB. Zo mochten we geen actieflyers uitdelen buiten een aan ons toegewezen vak van anderhalve meter breed. We spanden daartegen een kort geding aan, dat we verloren, waarna ook nog een hoorzitting van de bezwaarschriftencommissie volgde. Bij beide gelegenheden probeerde de gemeente-advocaat Doorbraak zwart te maken door erop los te fantaseren dat wij zouden bedreigen en intimideren. De commissieleden achtten hem niet erg geloofwaardig, zo blijkt uit hun beslissing bijna een half jaar later. In hun advies aan de burgemeester wijzen ze het flyerverbod af, maar die lapt dat aan zijn laars. Met dezelfde kromme argumenten die de commissie terecht verwerpt, tracht hij zijn repressie toch weer recht te praten.
Aanstaande donderdag, 1 mei vanaf 11:30 uur, voert Doorbraak voor de vijfde keer actie op dezelfde locatie. Wij waren er bij de opening van het dwangarbeidcentrum, bij de uitreiking van de Eureka-prijs en nu alweer voor de derde keer op de Dag van de Arbeid. Kom ook en doe mee! We laten ons niet intimideren. |
Hoe zat het ook alweer? Het Leidse dwangarbeidcentrum DZB loofde in oktober 2013 een prijs uit. Het bedrijf met het “beste” ondernemingsplan kon een geldprijs, kantoorruimte en arbeidskrachten winnen. Nergens stond vermeld dat deze arbeidskrachten salaris en een contract zouden krijgen, en dat trok onze aandacht. Doorbraak schreef een kritisch artikel over het kunnen “winnen van dwangarbeiders”. Ook schreven we ons voor de wedstrijd in, om met een ludiek ondernemingsplan t-shirts tegen dwangarbeid te gaan maken. Wethouder Jan-Jaap de Haan en DZB-directeur Bas van Drooge haastten zich om in de gemeenteraad en in de media uit te komen leggen dat er geen gebruik zou worden gemaakt van gratis arbeid. Onduidelijk bleef echter of de mensen die eventueel bij de winnende baas zouden komen te werken vanaf de eerste dag een contract en minstens minimumloon zouden krijgen. De gemeente Leiden laat immers wel vaker mensen tot vier maanden gratis in bedrijven werken, die dan vervolgens mogen uitkiezen wie ze eventueel in dienst nemen.
Doorbraak besloot daarom om een manifestatie te organiseren tijdens de prijsuitreiking op 27 november, om zo de feestende ondernemers ervan te doordringen dat we het er niet bij zouden laten zitten als zij over de ruggen van dwangarbeiders winst zouden gaan maken. Op het plein voor de DZB zouden we onze nieuw gemaakte t-shirts tegen dwangarbeid presenteren. Speciaal voor de genodigden, ondernemers uit Leiden en omstreken, hadden we een flyer gemaakt waarin we uitlegden wat er mis is met dwangarbeid en waarin we hen maanden om geen dwangarbeiders zonder loon en contract in dienst te nemen.
Criminalisering
De gemeente was niet blij met onze manifestatie, net zoals men ook bepaald niet dol is op ons inmiddels drie jaar durende strijdexperiment tegen dwangarbeid. Daarom probeert men ons onderzoek naar dwangarbeid al langere tijd te dwarsbomen via pand- en pleinverboden. In de zomer van 2013 verplichtte men ons doodleuk om onze gesprekken met dwangarbeiders van te voren aan te melden, alsof het om demonstraties zou gaan. Lenferink had het zelfs over een een “door de politie aan te wijzen vak”. Alleen daar zouden we met de dwangarbeiders mogen praten. Vanzelfsprekend lieten we ons niet in die hoek drukken. Nog steeds gaan we een of twee keer per week tijdens de lunchpauze met dwangarbeiders praten.
Lenferink probeert het aanspreken van omstanders en voorbijgangers zelfs nog extra te bemoeilijken wanneer we daadwerkelijk een demonstratie organiseren, zoals bleek in de aanloop naar de manifestatie. De gemeente wees ons een plek toe waarbij “geen fysiek contact mogelijk was tussen de demonstranten en bezoekers van de DZB”. Daarbuiten mochten we niet komen, ook niet om flyers uit te delen. Daar spanden wij een kort geding tegen aan. Bij de rechter construeerde de gemeente-advocaat een beeld van Doorbraak als een organisatie die de DZB en andere bedrijven zou bedreigen. De rechter liet haar oren gemakkelijk naar hem hangen en gaf de gemeente gelijk. Gelukkig werd de actie ondanks de tegenwerking toch een groot succes. Maar de inbreuk op onze demonstratievrijheid bleef vanzelfsprekend onaanvaardbaar, zeker omdat die werd beargumenteerd via criminalisering van onze organisatie. Daarom lieten we het bezwaar daartegen doorlopen.
Tijdens de hoorzitting twee maanden later, in januari, bleek de gemeente-advocaat nog steeds over een rijke fantasie te beschikken. “Gelet op de ervaringen uit het verleden en de teksten op de website van Doorbraak had de burgemeester gegronde vrees dat er wanordelijkheden zouden ontstaan en dat de bezoekers van de prijsuitreiking het pand van de DZB niet ongehinderd konden betreden”, zo zoog hij uit zijn duim. “De burgemeester heeft in dit geval aanleiding gezien om beperkingen op te leggen, omdat Doorbraak al enige tijd actie voert tegen de DZB en in dat verband eerst in het gebouw van de DZB zelf, en daarna daarbuiten in gesprek probeerde te komen met werknemers van de DZB. Dat verliep op zich rustig, maar daarbij hebben zich wel enige incidenten plaatsgevonden.” Zonder enig bewijs probeerde de gemeente-advocaat ons in het beklaagdenbankje te zetten.
Vasthoudend
Maar de bezwaarcommissie blijkt nu dus niet mee te gaan in deze vorm van criminalisering. “Onaannemelijk is dat de burgemeester er in de gegeven omstandigheden op voorhand van mocht uitgaan dat de situatie zeker uit de hand zou lopen.” Men beschouwt flyeren als “een zelfstandig middel om een mening te uiten. In dit verband is de commissie van oordeel dat de burgemeester, door aan de demonstratie het voorschrift te verbinden dat de demonstranten niet buiten het aangewezen vak treden om te flyeren, het feitelijk vrijwel onmogelijk heeft gemaakt om flyers uit te delen en onder de aandacht van de bezoekers van de prijsuitreiking te brengen. Nu het grootste gedeelte van de bezoekers op een dusdanig grote afstand van de actievoerders over de looproute naar de hoofdingang van de DZB zijn gelopen, waardoor zij niet door de actievoerders konden worden benaderd, is Doorbraak wel in haar recht tot vrijheid van meningsuiting beperkt. De commissie adviseert de burgemeester dan ook om in het vervolg het opleggen van deze strikte voorwaarde, die erop neerkomt dat een zelfstandig middel van het grondrecht om de vrije mening te uiten feitelijk onmogelijk wordt gemaakt, achterwege te laten.”
Gemeentelijke bezwaarschriftencommissies geven slechts advies over door de burgemeester te nemen beslissingen over bezwaren. Hij mag daar weliswaar vanaf wijken, maar moet dat wel deugdelijk motiveren, want het advies is zwaarwegend. In het algemeen nemen burgemeesters deze adviezen dan ook over. Maar niet in ons geval. Lenferink geeft zichzelf namelijk nog steeds gelijk, en verwijst daarbij naar dezelfde argumenten die de commissie eerder al had verworpen. In zijn brief begint hij opnieuw over vermeende “dreigende taal” op onze website en “gegronde vrees voor wanordelijkheden”. Maar het omgekeerde is juist het geval: de enige twee “wanordelijkheden” die tot nu toe hebben plaatsgevonden, zijn de verbale en fysieke bedreigingen van Doorbraak-activisten door DZB-medewerkers en -bewakers.
Lenferink blijft proberen onze mening en onze strijd tegen dwangarbeid de kop in te drukken. Hij heeft er kennelijk genoeg van dat wij al drie jaar principieel en vasthoudend actie voeren tegen het dwangarbeidcentrum. In zijn ogen moet dat gezeur van ons maar eens afgelopen zijn. Een keer symbolisch en vrijblijvend een blokje om lopen, dat mag nog wel. Maar invloed krijgen en successen boeken, dat gaat hem duidelijk te ver. Toen we in november ook bazen wilden gaan aanspreken op dwangarbeid, zou dat een mogelijke verstoring betekenen van het contact tussen hen en de gemeentemanagers. De burgemeester en de DZB-bestuurders proberen ons protest daarom te isoleren. Zowel dwangarbeiders als bazen willen ze zo ver mogelijk van ons vandaan houden, en daartoe breekt de burgemeester net zo makkelijk het demonstratierecht af. De burgemeester mag dan oordelen dat de burgemeester goed heeft gehandeld toen hij demonstranten verre probeerde te houden van het dwangarbeidproject van de burgemeester en zijn wethouders, maar zo makkelijk komt hij natuurlijk niet van ons af. Dit type machtsmisbruik sterkt ons alleen maar om door te zetten in de strijd tegen het nog veel grotere machtsmisbruik van de dagelijkse uitbuiting en onderdrukking van tienduizenden werklozen door gemeenten.
Mariët van Bommel
Wacht, laat mij raden van welke politieke partij die burgemeester is. Het begint met een V. Kijk, jongens en meisjes, dit is nu een klassiek voorbeeld van DICTATUUR.
Mis, haha, zijn partij begint met een P. Niet dat dat nu zo ontzettend veel uitmaakt tegenwoordig. Bede partijen kunnen landelijk prima regeren met een repressief neo-liberaal programma.