Het referendum over de associatieovereenkomst met Oekraïne: een lastig dilemma voor links (referendum-discussie, deel 4)
Op 6 april vindt het referendum over de associatieovereenkomst met Oekraïne plaats. Dit referendum is er gekomen omdat het Burgercomité EU en het Forum van Democratie van Thierry Baudet de hulp van GeenStijl ingeschakeld hebben en onder de noemer geen GeenPeil 427.939 handtekeningen hebben weten te verzamelen. Een referendum dat door conservatieve en zeer rechtse krachten is geïnitieerd en dat steun heeft gekregen van politieke partijen als de PVV, SP, PvdD en 50Plus. Eigenlijk wilde het Burgercomité EU een referendum houden over de Europese begroting, maar omdat die net voor de referendumwet kwam, is ervoor gekozen om de eerstvolgende Europese wet aan te grijpen om een referendum te houden over Europa (de EU) en de rol van Nederland daarin. Dat laat zien dat het de initiatiefnemers niet te doen is om de associatieovereenkomst en Oekraïne, maar vooral om de Europese Unie, haar ontwikkeling en de rol van Nederland daarbij. Dat zie je ook terug in de discussie, die bijna nooit over de inhoud van de associatieovereenkomst gaat.
De referendum-discussie 1. Een linkse tegenstem tegen het associatieverdrag met Oekraïne: nee tegen EU-expansie, liberalisering en privatisering (Mehmet Kırmacı) 2. Een kwalijk verdrag, een kwalijk referendum – waarom ik op 6 april thuis blijf (Peter Storm) 3. Oekraïne-referendum: stap uit het rechtse frame (Willem Bos) 4. Het referendum over de associatieovereenkomst met Oekraïne: een lastig dilemma voor links (Lennart Feijen en Bas Schuiling) 5. Pas op voor het Euro-patriottisme! (Veerle Slegers en Mehmet Kırmacı) 6. Dans niet op de maat van rechts: zes redenen om het Oekraïne-referendum te boycotten (Mathijs van de Sande) 7. Dit referendum is zèlf de vijand (Peter Storm) |
We stellen voor dat het aankomende referendum nu al wordt omgedoopt tot “het referendum van gemiste kansen”. We moeten de campagnes nog afwachten, maar nu lijkt het al meer om beeldvorming te gaan dan werkelijk om feiten of de kans via een stem de wereld weer iets meer solidair te maken. Jammer, want er zijn argumenten te verzinnen voor zowel een “ja” als een “nee”. Een belangrijk verschil met het referendum voor de EU-grondwet in 2005 is dat het toen ook ergens over ging. Het was geen gepasseerd station, en tijdens de campagne – waar wij ook aan meegeholpen hebben – werden mensen gedurende de tijd meer geïnformeerd over Europa en wat daar gebeurt. Dat beeld is nu volstrekt anders. Het is een referendum over een verdrag dat al in werking is getreden. Het lijkt er niet op dat er ook maar iemand iets wijzer gaat worden over Oekraïne. Helaas zijn verschillende partijen, met 2005 in het achterhoofd, op de populistische wagen gesprongen om wat precies te bewerkstelligen? Er is in de campagne nog geen woord gewijd aan de alternatieven.
De eenzijdigheid van zowel het ja-kamp als het nee-kamp is stuitend. Het is ondoenlijk om in dit artikel alle dingen die niet kloppen of niet in de juiste context worden bezien te weerleggen. Daarom richten wij ons niet op wat er zoal over Oekraïne en de associatieovereenkomst wordt gezegd, maar willen wij een analyse geven van de situatie in Oekraïne en wat het referendum en de associatieovereenkomst mogelijk kunnen betekenen. Wie een weloverwogen afweging wil maken hoe hij/zij zich opstelt in dit referendum, dient de situatie in Oekraïne en de ontwikkeling van Maidan te begrijpen.
De eerste stap is het begrijpen van Oekraïne. Er wordt maar al te graag een beeld geschetst van een grauw grijs land waar vliegtuigen vallen, schilderijen verdwijnen en iedereen leeft van 40 euro per maand. Waar bovendien een oorlog heerst (burgeroorlog of invasie – naar gelang uw consumptie van “Russia Today”-nieuws). Wat klopt? Ja, de pensioenen en het minimumloon zijn (te) laag. Echter, iedereen is er wel van doordrongen dat dat niet kan blijven duren. Er is een strijd gaande in delen van het land die de regering maar al te graag aangrijpt om alle problemen te verdoezelen, van de staat van de overheid tot de corruptie.
Dat is echter niet het hele beeld. Als je kijkt naar Maidan, “de revolutie van de waardigheid”, dan ging het zijdelings over Europa maar vooral over het recht op een toekomst. Het recht op fatsoenlijk werk, de mogelijkheid om te ondernemen, mensenrechten, een werkend rechtssysteem en een regering die controleerbaar en eerlijk haar taak doet.
In Nederland proberen sommigen deze revolutie van gewone mensen te framen als een extreem-rechtse, fascistische coup. Wat deze mensen niet begrijpen of niet willen begrijpen, is wat er op Maidan gebeurde en waarom. Het waren voor het overgrote deel gewone mensen, voor een deel uit de “middenklasse” maar ook arbeiders. Het waren allerlei soorten mensen die een normaal bestaan willen opbouwen.
Ja, extreem-rechts, fascisten en nazi’s waren ook op Maidan aanwezig en ze hebben zeker een rol gespeeld daar. Maar de steun voor politieke partijen en bewegingen in het algemeen op Maidan was laag, want daar was geen vertrouwen in. De steun voor extreem-rechts is gedurende Maidan wat toegenomen (wat ook te maken had met dat zij de verdedigingslinie tegen de brute staatsrepressie vormden), maar is daarna weer afgekalfd. Het is belangrijk dit dus in de context van de geschiedenis van Oekraïne en de Maidan-revolutie te zien om dit in perspectief te plaatsen. Zeker in een land van (economische en sociale) wetteloosheid waar politieke partijen slechts een speelbal van oligarchen zijn.
Wat dat betreft heeft links niet veel te vrezen van het “neo-liberalisme”, voor dit land zou het een vooruitgang zijn. Op dit moment is er vrijwel geen sociale zekerheid, geen bescherming (sinds eind vorig jaar is er politie!) , geen werknemers- of mensenrechten, geen functionerende zorg. Wie zonder werk komt of ziek wordt, gaat dood. Wie kritisch is of komt aan de belangen van de oligarchen, wacht hetzelfde lot. Wie naar Kiev komt en rondloopt, zal weinig van dit alles zien. De tweedeling in dit land is niet te onderschatten. Niet alleen qua inkomen, maar ook qua mentaliteit. De Sovjet-geschiedenis is overal tastbaar. Kritiek betekende een enkeltje Siberië, dus vooral de oude generatie zal zich wel twee keer bedenken.
Dat betekent ook dat de huidige machthebbers zijn opgegroeid in een omgeving waar de orders top-down kwamen en zonder vragen uitgevoerd moeten worden. Corruptie en diefstal waren in die tijd voorwaarde om te overleven, in de vijfjarenplannen ‘bestonden’ immers veel dingen niet. Deze generatie houdt zich maar met moeite staande in een wereld die niet wordt gedicteerd van boven. Des te belangrijker dat ook deze generatie goed vertegenwoordigd was op Maidan. Langzaam maar zeker dringt het besef door dat dingen veranderd kunnen worden, de tijd van de Sovjet-Unie is voorbij.
Wie onder de grofweg 35 jaar is, is opgegroeid met internet, kapitalisme, vrijheid van pers en gedachte (althans: veel meer!). Deze groep neemt steeds meer van de macht over, en is klaar om het land te hervormen. Zij vertegenwoordigen ook, oncomfortabel voor sommigen wellicht, de toekomst van het land. Oekraïne is een land met veel gezichten. Zowat de grootste IT-sector in Europa, een hoogopgeleide bevolking en de graanschuur van Europa. Kortom, een potentieel welvarend land. Het is jammer dat achterstand vaak wordt verward met achterlijkheid. In de kern is Oekraïne een rijk en prachtig land dat nu al eeuwen wordt geplunderd door de machthebbers van dienst.
De situatie die zich nu voordoet, is dat er aan de ene kant een conservatieve en zeer rechtse campagne tegen deze associatieovereenkomst gevoerd wordt die gebaseerd is op nationalistische argumenten en onderbuikgevoelens. Terwijl aan de andere kant de heersende klasse en het kapitaal voor deze associatieovereenkomst is, omdat zij economische kansen ruiken in een potentieel grote afzetmarkt in Europa en dit voor eigen gewin uit willen buiten. Er is dus sprake van een nationalistische nee-campagne tegenover een kapitalistische ja-campagne. Het is hierin lastig, zeker gezien de zwakke staat van links in Nederland, om als links een stellingname in deze situatie te nemen die niet een van beide kampen in de kaart speelt.
Eigenlijk gaat dit referendum over de EU, haar steeds verdere ontwikkeling en hoe Nederland daarin staat. Het wordt vooral gezien als een kans om met de Nederlandse regering en met Brussel af te rekenen. En dat over de rug van Oekraïne en haar bevolking. De discussie is dus een andere dan de vraag die daadwerkelijk voor ligt. De echte vraag is: wat is in het belang van de Nederlandse en Oekraïense bevolking. De associatieovereenkomst heeft vooralsnog meer impact op de Oekraïense bevolking dan op de Nederlandse bevolking en dit vraagstuk moet dan vooral vanuit hun perspectief benaderd worden.
Een nee-stem zal worden uitgelegd als een stem tegen meer Europa en als een conservatieve, nationalistische onvrede over de Nederlandse regering en Brussel worden verklaard. Wij geloven niet dat de linkse krachten die dit conservatief-rechtse referendum legitimeren (de SP en de PvdD) in staat zullen zijn om hun linkse campagne voor een nee-stem overtuigend en genoeg voor het voetlicht te brengen om de nee-stem te verklaren vanuit linkse optiek. Zo is de maatschappelijke dynamiek momenteel niet. En dit is ook niet hoe het nee-kamp momenteel haar rol speelt in de samenleving. Het is vooral het referendum van GeenStijl onder leiding van Jan Roos. Een nee-stem is dus een stem voor conservatisme, voor nationalisme, voor een Wij tegen dat enge, corrupte Oekraïne. Bovendien gaat er van een nee-stem nog een ander signaal uit. Namelijk dat Europa, of op zijn minst Nederland, de Oekraïense bevolking laat vallen in haar streven om een normaal land te worden dat aansluiting zoekt bij Europa, waarmee zij aan haar lot wordt overgelaten en waardoor de kans toeneemt dat Rusland haar invloedssfeer in dat land weer kan uitbreiden. Een ‘nee’ is te verantwoorden als je pessimistischer kijkt en stelt dat het land nog lang een puinhoop zal blijven, er miljarden ondersteuning nodig gaat zijn, of door botweg te stellen dat er in Europa geen plek is voor Oost-Europa. Links zou kunnen stellen dat neo-liberalisme, privatisering en open grenzen een deel van het land in armoede zal storten – zeker op de korte termijn.
Een principieel ‘ja’ kun je beargumenteren met de kans voor Oekraïne zich aan te sluiten bij de Europese waardengemeenschap, als kans om hen te helpen bij het opbouwen van een land, het bestrijden van corruptie en samenwerking te zoeken om van een kleptocratie midden in Europa een welvarend land te maken. Dat is goed voor de stabiliteit. Een ja-stem daarentegen is een stem voor “onze” eigen heersende klasse en hun aspiraties om de situatie in Oekraïne uit te buiten voor haar eigen gewin. Een stem voor neo-liberale vrijhandel en een roofbouw op de Oekraïense economie. Een nee-stem aan de andere kant is een stem voor de Russische heersende klasse en hun aspiraties om hun grip op de Oekraïense economie en samenwerking te verstevigen. Bij het niet doorgaan van de associatieovereenkomst wordt het land namelijk noodgedwongen in Russische handen gedreven om hun samenleving draaiende te houden.
Het is dus een keuze tussen neo-liberalisme en imperialisme van Europa aan de ene kant en Rusland aan de andere kant. Een neo-liberalisme volgens EU-regels of neo-liberalisme zonder regels. Wat dat betreft zou de associatieovereenkomst een vooruitgang ten opzichte van de huidige situatie kunnen betekenen, omdat neo-liberalisme met EU-regels nog altijd minder erg is dan neo-liberalisme zonder regels en met despotische willekeur.
Maar hoewel deze associatieovereenkomst voornamelijk over vrijhandel gaat, heeft het ook een politieke dimensie. Het vrijhandelsgedeelte van deze associatieovereenkomst is de Deep and Comprehensive Free Trade Area (DCFTA). Een aparte overeenkomst die wel onderdeel van de associatieovereenkomst is, maar die apart daarvan is afgesloten door Oekraïne en de Europese Commissie. En dat gedeelte gaat, wel of geen referendum, toch wel door aangezien het een bevoegdheid is van de Europese Commissie en het referendum daar niet over gaat. Het is daarom vooral de politieke dimensie van de associatieovereenkomst waar het in het referendum over gaat.
De Oekraïners die weten dat er een associatieovereenkomst is en dat daar in Nederland een referendum over wordt gehouden, kijken daar vooral met verbazing naar. Voor hen is het niet de vraag of ze gaan voor Russisch of Europees kapitalisme, maar of zij een normaal land kunnen opbouwen wat aansluiting zoekt met Europa en daar zijn hoop op vestigt voor de toekomst. Zij vragen zich af waarom zij niet bij Europa mogen horen, waarom zij daar geen aansluiting bij mogen zoeken en hun toekomst daarop mogen oriënteren. Zo bezien is een ja-stem nog verdedigbaar ook. Niet vanwege de vrijhandel, maar vanwege het signaal dat er vanuit gaat naar de Oekraïense bevolking: dat zij welkom zijn bij de Europese gemeenschap als soeverein land en geen kolonie van Rusland hoeven te blijven.
Het is als socialist vanzelfsprekend om tegen een neo-liberaal vrijhandelsakkoord te zijn. Maar als het referendum niet over vrijhandel gaat, maar over de politieke associatie met een land dat toenadering zoekt en zich probeert te ontworstelen aan een imperialistische mogendheid die zijn invloedssfeer wil doen gelden, dan is een ja-stem ook een krachtig signaal aan de Oekraïense bevolking dat wij solidair met hen zijn en hen niet laten vallen in de klauwen van de Rusland. Een nee-stem daarentegen speelt de nationalistische sentimenten in eigen land in de kaart die dat enge, corrupte Oekraïne aan haar lot wil overlaten en zich er vooral niet mee wil inlaten.
De rol die wij Europa graag zouden zien spelen hier, is er eentje van ondersteuning en zachte dwang. Door expertise opgedaan in Polen en Roemenië te gebruiken wat betreft het bestrijden van corruptie en het opzetten van een efficiënte en democratische overheid. Dat kan het gecorrumpeerde systeem niet zelf, vooral niet door de positie van de oligarchen. Europa, en dat is de hoop hier, kan Oekraïne dwingen zichzelf op de rails te zetten. Overigens zijn wij er zelf kritisch over of Europa als geheel dat zelf beseft. Het nadeel is dat het maar al te vaak gaat over de economie, over geld. Als je het belang van de Oekraïner zelf bekijkt, zou dat secundair moeten zijn.
Het model “zoek-het-zelf-maar-uit” is echter weinig rooskleurig. Europa als “natie” heeft al aan kracht ingeboet doordat keer op keer blijkt dat haar uitspraken weinig waarde hebben, bijvoorbeeld bij de inname van de Krim of de nu al vijftien jaar oude belofte van visumvrij reizen (Verwar dat niet met open grenzen. Het enige verschil is dat een visumaanvraag voor een korte vakantie nu drie weken duurt, met stapels papierwerk).
Indien Europa Oekraïne weer laat zitten, kan de wind wel eens vanuit het oosten gaan waaien. Voor de genoemde oude generatie klinkt dat soms plezierig bekend, maar de Sovjet-Unie en de enorme vervolging van Oekraïners zijn niet vergeten. Iedereen heeft wel een familielid dat in die tijd is verdwenen. Geen “Europa” in brede zin betekent de definitieve overwinning van de kleptocratische oligarchie. Dan zullen dissidenten – net als in Rusland – monddood worden gemaakt en kan twintig jaar moeilijke vooruitgang ineens ongedaan worden gemaakt. Dat zal tevens de hoop en moed van deze generatie vernietigen en hoeft er verder niet meer over “toekomst” te worden gesproken.
Wat kan links doen met het referendum? Wij kunnen alleen maar aanbevelen om een geïnformeerde keuze te maken. Kom eens langs in Oekraïne, want onbekend maakt onbemind. Maar vooral wees kritisch op iedereen die maar wat beweert. De strijd wordt vooral gevoerd in de beeldvorming waar feiten schaars zijn en propaganda rijkelijk vloeit. Oekraïne is noch het gevaar noch het toekomstig economisch walhalla, maar simpelweg 45 miljoen mensen op zoek naar een betere toekomst. Daar zou onze solidariteit bij moeten liggen. En helaas voor GeenStijl en de onderbuiken, een referendum helpt daar geen moer bij.
Een nee-stem en daarmee de nationalisten in eigen land en het Russische neo-liberalisme steunen of een ja-stem en het Europese neo-liberalisme en haar elite heersende klasse steunen maar tevens ook een signaal van solidariteit aan de Oekraïense bevolking afgeven. Een lastig dilemma, een lastige keuze. Een keuze tussen twee kwaden, met verschillende effecten. Of dit referendum überhaupt links laten liggen vanwege deze schijnkeuze. Het is de vraag welk antwoord links in Europa op dit dilemma heeft en waar de werkende klasse van Europa en Oekraïne het meeste bij gebaat zijn.
Lennart Feijen
(Vice-fractievoorzitter en bestuurslid SP Zoetermeer)
Bas Schuiling
(Oud-raadslid SP Zoetermeer en woonachtig in Kiev)
Lennart Feijen twijfelt nog wat hij gaat doen met dit referendum. Of hij gaat niet stemmen, of hij stemt ‘ja’ om een signaal naar de Oekraïense bevolking af te geven dat zij welkom zijn bij Europa.
Bas Schuiling stemt niet, aangezien de toekomst van de Oekraïense bevolking niet in Nederland wordt bepaald, maar in Oekraïne zelf.
Bizar eind van een lange uiteenzetting waarbij aan het eind niet duidelijk is waar men naartoe wil:
“Het is de vraag welk antwoord links in Europa op dit dilemma heeft…”
Volgens mij is er nooit een dilemma in de keuze tussen oorlog en vrede.
Iedereen met enige bewustzijn kent al het antwoord.
Het aller eerste standpunt vanuit het gezond verstand zou zijn dat we ze voor de associatie verdrag vragen dat ze definitief een einde aan de oorlog tegen het eigen bevolking maken. Het is een schaamte om onder het voeren van een burgeroorlog met Europa te willen associeren. Het moet meteen ophouden en de afspraken van Minsk moeten nagekomen worden. De auteurs reken ik dit niet aan – mogelijk zijn ze helemaal niet geïnformeerd over de realiteit, mede omdat in de media de duizenden burgerslachtoffers – kinderen, bejaarden enz. worden volledig verzwegen.
Onder deze situatie een stem “ja” is in wezen een stem voor het voortzetten van de oligarchische oorlog.
Ten tweede is dit referendum niet bindend daarom valt te verwachten dat de neoliberale regering zal het in het geval van een massale “nee” stem het naast zich laten liggen gelijk in andere gelijkwaardige gevallen.
Het belangrijkste politieke aspect is dat dergelijke referenda eigenlijk vaak komen als een toets voor de bestaande politiek – daar ligt het meest belangrijke draaipunt van deze stemming. De mensen in wezen zullen een oordeel over de regerende politiek gaan afgeven.
Het is een grote misser dat beide auteurs deze simpele politieke waarheid niet kennen oftewel hebben niet willen meenemen in hun redenering.
Nooit zal ik mij verlagen tot het inwilligen van diensten van Nazi’s en hun opvolgers en aanbidders…
Dus nee, mijn oproepkaart houd ik in eigen bezit en negeer dit onzinnig referendum,