Wederom Grijze Wolven-bijeenkomst in Utrecht
Op 19 mei organiseert de Turkse Federatie Nederland (TFN) in Utrecht een congres. De hoofdgast is Devlet Bahçeli, de leider van de Turkse extreem-rechtse partij MHP. Het congres vindt, niet voor de eerste keer, plaats in zalencentrum De Vechtsebanen. Naast Bahçeli staat ook een aantal vooraanstaande Grijze Wolven-musici op het programma.
De MHP is een partij met fascistische en antisemitische trekken en heeft openlijke verbindingen met het criminele milieu in Turkije en Europa. Bij de lokale Turkse verkiezingen in 2009 haalde de partij 16 procent van de stemmen. Bij de landelijke verkiezingen vorig jaar 13 procent en daarmee 53 van de 550 parlementszetels. De aanhangers van de MHP worden ook wel Grijze Wolven genoemd. In Nederland zijn die veelal georganiseerd in lokale verenigingen die op hun beurt weer aangesloten zijn bij de landelijke koepel Turkse Federatie Nederland. Grijze Wolven zijn ultra-nationalistisch. Minderheden als Koerden, Alevieten en Armeniërs vormen volgens hen een gevaar voor de eenheid van “het Turkse volk”. Ook zijn ze tegen de integratie van Turkse Nederlanders, omdat daarmee de Turkse identiteit aangetast zou worden. Het ultra-nationalisme van de Grijze Wolven beperkt zich niet tot woorden alleen. Door de jaren heen zijn ze verantwoordelijk geweest voor talloze gewelddaden, met name tegen Koerden en linkse Turken.
Nationalistische retoriek
De hoofdgast van het congres in Utrecht is MHP-leider Devlet Bahçeli. Bij een TFN-congres in 2009 in hetzelfde Utrechtse zalencentrum hield hij ook al een toespraak. Daarin benadrukte hij “de eenheid onder de Turken” en zei hij dat de Turkse Nederlanders op de steun van de MHP kunnen blijven rekenen. Op het congres werd toen veelvuldig gezwaaid met vlaggen met het symbool van de Grijze Wolven erop. Veel bezoekers maakten ook met hun hand het Wolven-gebaar en de nationalistische retoriek was niet van de lucht. Zo werden slogans geroepen als “Martelaren sterven nooit. Ondeelbaar vaderland!”, in een verwijzing naar de strijd van Turkse nationalisten tegen Koerden die autonomie nastreven. Naast Bahçeli treden ook dit jaar weer een aantal Turkse Grijze Wolven-musici op. Een daarvan is Mustafa Yildizdogan. Hij is vooral bekend geworden met zijn lied “Ik sterf voor jou, Turkije”. Ook maakte hij eerder een lied over zijn verdriet na de dood van de voormalige MHP-leider Alparslan Türkes, en maakte hij een nummer ter ere van het 40-jarige bestaan van de MHP. Yildizdogan is een fanatiek aanhanger. Al jaren staat hij op het podium bij bijeenkomsten van Grijze Wolven in Turkije, Nederland en andere Europese landen.
Een andere muzikant is Zafer Isleyen. Ook hij is een graag geziene gast op dit soort nationalistische bijeenkomsten. Isleyen onderhoudt nauwe banden met de MHP. Hij schreef op verzoek van die partij een verkiezingslied met als titel “Mijn partij MHP”. Daarin zweert hij trouw aan de partij, haar leider en de symbolen van de Grijze Wolven. Recent bracht Isleyen nog een rock-versie uit van de “Mehter Marsi”. Dat is een soort militaire kapellenmuziek die oorspronkelijk in de Ottomaanse tijd gemaakt werd om soldaten te motiveren voordat ze ten strijde trokken. De Grijze Wolven houden van deze Mehter-muziek omdat het verwijst naar “de bloeiperiode” van het Ottomaanse Rijk, toen Noord-Afrika, een flink deel van Europa en het hele Arabische schiereiland veroverd werden door de Turkse legers.
Ook Ahmet Safak zal dit keer weer zijn opwachting maken. Met zijn muziekalbum “Alleen Wolf” verwierf hij voor het eerst bekendheid. Safak is tevens schrijver. Uit de titels van zijn boeken is op te maken waar zijn politieke interessen liggen: “De wolf”, “Opkomend nationalisme en liberaal verraad” en “Bloedraad 1915”. Dat laatste verwijst naar het jaartal 1915 toen de Ottomaanse genocide op de Armeense minderheid plaatsvond. Ook Atilla Yilmaz gaat optreden bij het komende congres. Hij maakt geen enkel geheim van zijn verleden als Grijze Wolf. In zijn biografie op zijn eigen website zegt hij vanaf zijn jonge jaren actief te zijn geweest bij “de idealistische haarden”, oftewel de militante afdelingen van MHP die verantwoordelijk zijn voor talloze moorden in Turkije.
Invloed
Dit is alweer het negende congres van de TFN. Die congressen trekken doorgaans enkele duizenden aanhangers. Discriminerende en nationalistische uitingen zijn er schering en inslag. Zo worden leuzen geroepen tegen de separatistische Koerdische onafhankelijkheidsbeweging PKK, hangen er vlaggen met de Grijze Wolf erop en slaan bezoekers Grijze Wolven-vlaggen met drie halve sikkelmanen om zich heen. Die vlaggen dateren uit de Ottomaanse tijd. Via de congressen haalt de TFN de banden aan met de achterban, en poogt men in contact te komen met jongeren om zo nieuwe leden te werven. En voor de MHP is het van groot belang om invloed te blijven uitoefenen op Turkse gemeenschap in Nederland en andere Europese landen. Politieke problemen in Turkije worden namelijk ook op Nederlandse bodem uitgevochten. Zo werden eind vorig jaar na een nationalistische Turkse demonstratie in Amsterdam tegen aanvallen van de PKK in Turkije een Koerdisch cultureel centrum en haar bezoekers aangevallen.
De groei van Turks extreem-rechts wordt deels veroorzaakt door de zwakte van links in Turkije, maar deels ook door de steun van de Turkse staat. De Turkse staatsbelangen zijn veelal nauw vervlochten geweest met die van de Grijze Wolven. De MHP heeft zelfs meerdere keren in de regering gezeten. Maar de belangrijkste reden waarom de Grijze Wolven zich hier in Nederland zo makkelijk hebben kunnen organiseren, is het gebrek aan weerstand van de Nederlandse samenleving, van de gevestigde politiek en de anti-fascistische beweging. Historisch gezien heeft Nederland natuurlijk weinig te maken gehad met het Turkse fascisme, waardoor de alertheid grotendeels ontbreekt die men bij witte fascisten wel heeft. Maar de Turkse extreem-rechtsen zijn zeker niet minder gevaarlijk. De Grijze Wolven beschikken over een grote aanhang, over veel meer middelen dan de Nederlandse fascisten, en ze zijn goed georganiseerd. In 2009 protesteerde Doorbraak ook al tegen het TFN-congres in Utrecht. Toen weigerde het college van B&W bij monde van burgemeester Aleid Wolfsen in te grijpen, omdat hij meende dat het congres onder “de vrijheid van meningsuiting” viel. Daarbij liet het college zich in de luren leggen door het standaard verweer van de TFN dat deze congressen een cultureel en a-politiek karakter hebben. In werkelijkheid echter wordt er ter plekke in de Turkse taal extreem-rechtse propaganda gemaakt via toespraken, muziek en zang. Het wordt tijd om hier paal en perk aan te stellen.
Doorbraak
Ten eerste wil ik melden dat ik van Turkse afkomst ben, hoewel ik zelf in Rotterdam ben geboren en getogen. Ik weet niet in hoeverre dat relevant is, maar het geeft mij wel een “insider” perspectief op de Turkse cultuur. Ik walg van het Turks nationalisme en eveneens alle nationalisme overal ter wereld. Ook al heeft bijvoorbeeld het Palestijns nationalisme erg motiverend gewerkt voor hun strijd, is het in essentie een racistische ideologie; het doet niks anders dan een wij-tegen-zij gevoel op te wekken.
Van kleins af aan werd ik hier al mee geconfronteerd. Het duurde pas tot mij 15-16e tot ik in staat was kritisch na te denken over de wijze waarop het Turks nationalisme is geïnstitutionaliseerd in de samenleving. Elke dag voor de dag van een basisscholier begint, roepen zij gezamenlijk: “Ik ben turks, hardwerkend en eerlijk {…} Mijn leven is gewijd aan de Turkse existentie {…} Hoe gelukkig zijn zij die zeggen dat ze Turks zijn” Niet te spreken over de ontkenning van identiteit en cultuur van minderheden, zorgt zoiets van jongs af aan al voor de, in mijn ogen, walgelijke trots voor het vaderland.
Wanneer ik in Turkije ben en mijn ideeën uitspreek over hoe jammer ik het vind dat de trots voor het vaderland al snel leidt tot (onbewuste) discriminatie jegens minderheden en buitenlanders, word ik voor alles uitgemaakt. Ik moet me blijkbaar schamen dat ik geen trots voel voor de grootse imperialistische veroveringen van de vroegere sultans (who cares). Ik zou net zo’n smeerlap zijn als de westerlingen die het vaderland aanvielen, of als de koerden die niks anders willen dan de vernietiging van alle turken. En alleen de Turkse dominante publieke opinie over de Armeense genocide is acceptabel.
Ik ben wellicht een tikje uit koers geraakt. Wat ik simpelweg wilde zeggen is dat dit soort groeperingen in mijn ogen een groot gevaar vormen voor de emancipatie van alle mensen, voor een wereld waar je daden tellen en niet een of ander sociaal construct zoals je ‘ras’. Was dit alleen in Turkije zo; helaas zijn deze groeperingen in heel de wereld actief, tegen alle soorten mensen die je maar kunt bedenken…
Wat gaan we hier tegen doen?
Beetje laat, maar mooi gezegd Gurcan. Helemaal mee eens. Vooral wat je zei over bijvoorbeeld het Palestijns nationalisme. Hetzelfde geldt namelijk ook voor het Koerdische nationalisme.
Natuurlijk hebben de Koerden gelijk dat ze zelfbeschikking willen als in Turkije zelfs het bestaan van de Koerdische identiteit werd ontkend, laat staan dat Koerden officieel als minderheid werden erkend of recht op onderwijs en gebruik van de eigen Koerdische taal zouden krijgen. Gelijk hebben ze om in opstand te komen als er wordt gedaan alsof Koerden gewoon Turken zijn die de bergen in gelopen zijn en door een zonnesteek of te weinig zuurstof, een soort onbegrijpelijk koeterwaals zijn gaan brabbelen.
Toch is Koerdisch nationalisme niet het antwoord. Voordat er ooit een Koerdische staat op Turks grondgebied zal kunnen worden gevestigd zal er een onmetelijke hoeveelheid bloed moeten vloeien. Zelfs daarna is er weinig hoop op verbetering voor het leven van de gemiddelde Koerd. Het nieuwe Koerdische staatje zal economisch zeer zwak staan, omringd door vijanden. Er zal corruptie heersen zoals nu het geval is in Noord Irak. Ook dit Koerdistan zal haar onderdrukte minderheden kennen zoals de Syrisch Orthodoxe (Suryani) en Armeense Christenen. Ook zullen er onder de Koerden groeperingen zoals de Yezidi en Alevieten zijn, die dan de nieuwe minderheden en zondebokken zullen worden.
Nationalisme, in etnische of religieuze groepen of “wij tegen zij” denken is niet de juiste oplossing. Zowel de Palestijnen als de Koerden moeten het nationalisme en het “wij tegen zij” gevoel laten varen. Wanneer zij dat doen zullen ze merken dat ze onder hun vijanden (Joden en Turken) meer en meer medestanders zullen vinden die met zijn allen “wij” willen zijn en een betere toekomst voor zichzelf willen opbouwen.
Nu zijn er veel Joden en Turken die bittere vijanden zijn van de Palestijnen en Koerden omdat zij met erkenning van het gelijk en de rechten van de Palestijnen en Koerden, vrezen dat ze dan moeten boeten en Israel of Turkije zullen moeten verlaten. Liever gaan ze dan door op de oude koers van het onderdrukken van de Palestijnen en Koerden. Dit heeft natuurlijk ook gevolgen op de psyche van de Joden en Turken als daders. Enerzijds hebben zij een schuldgevoel voor de daden die zij tijdens de militaire dienst hebben moeten plegen of hebben aanschouwd. Anderzijds leven zij met de vrees dat hun slachtoffers en hun kinderen ooit wraak zullen nemen. Een alternatief waarbij zij zelf geen misdaden hoeven te plegen en niet hoeven te vrezen voor wraak en in vrede samen zullen kunnen leven, zal volgens mij door alle verstandige Joden en Turken omarmd worden.
Nationalisme en een land voor exclusief 1 etnische of religieuze groep, waarbij anderen die er niet bij horen gedeporteerd zullen worden of minder rechten en vrijheden zullen hebben, schendt de mensenrechten. Niet voor niets hebben wij in Nederland zoveel ophef gehad over de familie Gümüs, Mauro, Sahar en nog vele anderen. Wanneer iemand hier geboren is of zolang in Nederland heeft gewoond dat hij of zij alleen Nederland nog als vaderland kent en ergens anders niet meer kan aarden, kan en mag je die persoon niet uitzetten. Hetzelfde geldt dus ook voor de kleinkinderen van de Joden die begin en midden 20e eeuw naar Israel zijn gekomen. Ook zij kennen geen ander vaderland als Israel. Zij zullen ergens anders altijd een immigrant of vreemdeling zijn. Voor de Turken geldt dit natuurlijk ook aangezien hun voorouders niet 60 jaar geleden maar minstens 600 jaar geleden vanuit Centraal-Azië naar Turkije zijn gekomen (of bij de meerderheid van de huidige “Turken”, de geassimileerde oorspronkelijke bevolking is en de Turkse taal en de islam hebben overgenomen).