1 mei in Tilburg: kleinschalig, goed en grappig
In Tilburg hebben we een kleinschalige, maar levendige en nu en dan zeer grappige 1 mei-viering achter de rug. In totaal zullen zo’n zeventig tot tachtig mensen aan de activiteiten hebben deelgenomen. Die activiteiten bestonden uit een demonstratie, en uit een avond met lezing en muziek.
De demonstratie had als motto “Sloop muren, geen mensen – doorbreek alle grenzen”. We waren uiteindelijk met tegen de veertig demonstranten. Iets minder dan vorig jaar. Dat zal te maken hebben gehad met het feit dat vorig jaar mensen uit Nijmegen deelnamen. Dit jaar was er in Nijmegen zelf een 1 mei-demonstratie. Nogal wiedes dat mensen uit Nijmegen dan niet in Tilburg komen demonstreren op dezelfde dag rond dezelfde gelegenheid. Feit is wel dat de gestage groei van het aantal deelnemers aan 1 mei in Tilburg dit jaar niet heeft doorgezet. Genoeg te doen dus, in de aanloop naar 1 mei 2019.
Een actiegroepje onder de naam 1 Mei Tilburg had de zaak op poten gezet. We verzamelden ons op de heuvel in de binnenstad. Enkele spandoeken, een zwart-paarse en een zwart-roze vlag. Een AFA-vlag zag ik ook. Er waren sprekers. Dichter/kunstenaar/performer Nick J. Swart leidde de zaak in en trad op als presentator. Twee jonge vrouwen uit Oeganda, gevlucht omdat ze als lesbische vrouwen geen vrijheid en veiligheid hadden, vertelden over hun ervaringen. Iemand van Spreekuur 89, een initiatief tegen uitsluiting en dwang in met name de psychiatrie, hield een hele mooie toespraak. Zelf gaf ik een kort praatje over het ontstaan van de 1 mei-strijd vanuit het gevecht om de achturendag, de botsing met de staat die volgde, de repressie tegen stakingsactivisten, etcetera. Daarbij wees ik erop hoe de staking van buschauffeurs tegen werkdruk en voor voldoende tijd voor een plaspauze gewoon een hedendaagse voortzetting is van die achturenstrijd.
We gingen lopen, en na enige minuten doorbraken we onze eigen stilte en gingen leuzen roepen. “Eén mei – Iedereen vrij!” – met er achteraan: “Twee mei – Iedereen vrij!”… “Sloop muren, geen mensen – doorbreek alle grenzen!”, “A – anti- anticapitalista”, “Hun strijd, onze strijd, internationale solidariteit!” We kwamen bij de Emmapassage,, door een overdekt winkelcentrum, een Hoog Catharijne in zakformaat. Erin, er doorheen, leuzen roepend! Dat was vorig jaar een ondeugend hoogtepunt van de demonstratie. Dit keer kwamen we echter nog niet op de helft: een agent maande ons terug te gaan, het was niet de officiële route…. Wat er gebeurd zou zijn als we het tempo hadden verhoogd en stug waren doorgelopen, zullen we nooit weten.
We keerden terug en vervolgden de demonstratie langs de officiële route (de demonstratie was trouwens volgens de voorschriften aangemeld). Bijna voortdurend leuzen, en ook een keer een liedje:
“1, 2, 3, 4, 5, 6, 7,
Waar is onze poen gebleven?
Het is niet hier, het is niet daar,
Allemaal naar Wassenaar.”
Maar tegen die tijd waren we uit het voetgangersgebied, in de Nieuwlandstraat en vervolgens de Stationstraat. Een kameraad wees me erop dat we op de stoep liepen. Waarom niet op de straat zelf? Net als anderen ging ik op de straat lopen, met het idee dat de demo de breedte van die straat zou kiezen. Meteen kwam de begeleidende fietsagent: dit zijn niet de voorschriften, op de stoep alstublieft. Enkelen gingen net náást die stoep lopen, maar de hele breedte werd het helaas niet. We hadden natuurlijk beter meteen toen we het voetgangersdomein uit waren op de straat zelf kunnen gaan lopen, dat had de agent minder grip gehad. Een en andere gebeurde trouwens in de straat waar zich het centrale politiebureau van Tilburg bevindt.
Het gedoe van die agent, plus dat politiebureau, was natuurlijk een goed moment en mooie plek voor een passende leus. En ja hoor: “Geef de politie de straten terug – steen voor steen!” Ik zette ook nog een smartlap in:
“Sorreg dat je erbij komt, bij de politie, bij de politie,
Sorreg, dat je erbij komt bij de politie moet je zijn.
Je staat voor lul, voor honderdduizend mehensen,
Die je allemaal het graf in wehensen,
Sorreg dat je er bij komt, bij de politie moet je zijn.”
Ook weerklonk weer de leus van de demonstratie zelf: “Sloop muren, geen mensen – doorbreek alle grenzen!”
Inmiddels waren we voor het station aangekomen. De route ging links, en de politie wilde dat we de stoep aan de zuidkant namen. Wij niet. We gingen rechtdoor, en tot mijn verbazing accepteerde de agent dat ook. Ik vermoed dat het was omdat we daarmee onze route, en dus zijn werk, inkortten. Hoe dan ook, wij liepen luid leuzen roepend dwars door de stationshal, naar de andere kant, het Burgemeester Stekelenburgplein, waar de demonstratie werd afgesloten. Ik heb daar nog een Engelstalige versie van mijn praatje gehouden, en mensen ook uitgenodigd voor het avondprogramma: de lezing van Dennis Bos, voorafgegaan door muziek van Joke Kaviaar en mij, en ondersteund met soep en vegetarische en veganistische pizza.
Die avond was, zoals te doen gebruikelijk, op touw gezet door de Tilburgse Anarcho Sociëteit TAS en vond plaats in de zeer sfeervolle locatie Kunstmaan, een soort omgebouwde bedrijfshal. Daar verzamelden zich uiteindelijk rond de vijftig mensen. Een deel was meegekomen van de demonstratie, een deel was later gekomen terwijl sommige demonstranten ook waren vertrokken voor de avond werd geopend. De opkomst van demonstratie en avond viel niet samen, maar het overlapte wel.
Eerst een half uurtje muziek dus. Anti-fascistische liedjes, deels zelfgemaakt, deels covers. Liedjes uit de revolutionaire strijd uit diverse landen. Een klassieker van Bertolt Brecht. Het speciaal voor deze gelegenheid gemaakte eigen lied “De emmer”, over plakken, kladden en zo meer, ten bate van de sociale strijd. Dat lied liep niet goed, maar was mede daardoor ook wel hilarisch. Het sloot niet toevallig aan bij het thema van de lezing: “Plakken en kwasten”.
In die lezing vertelde historicus Dennis Bos op zijn onnavolgbare wijze hoe in de socialistische traditie – van sociaal-democraten tot en met anarchisten – zoal geplakt was, posters verspreid, gecolporteerd, tot wat voor soms hilarische taferelen dat aanleiding gaf, maar ook wat voor waarde dat had voor de strijd. Bij herhaling moedigde hij mensen aan om vooral toch ook naar de in de zaal aanwezige kraam te gaan om stickers mee te nemen tegen een bijdrage. Die kraam was de distro van de Autonomen Brabant die bij zulke gelegenheden op deze manier graag materiaal – stickers, maar ook boeken – verspreiden om het radicale anti-autoritaire vuurtje verder op te helpen stoken.
Aan het eind van zijn lezing vroeg Dennis aan Joke en mij om “De emmer” nogmaals te doen. Nu ging het wat beter. Het was dan ook ‘al’ de vijfde of zesde keer dat we het twee weken geleden ontstane smartlapje speelden… Voordat het zo ver was, hadden we ook nog een vraag-en-antwoord-sessie, deels gevuld met het uitwisselen van tips: kun je nu beter overdag gaan plakken, of juist laat in de avond? Zo breng je traditie tot leven, en maak je het tegelijk lekker praktisch. De discussie ging ook over steviger zaken. Mag je wel mensen met een boycot onder druk zetten om mee te doen aan een huurstaking? Doet dat niet denken aan het boycotten van joodse winkeliers? Dat vroeg een aanwezige, in reactie op anekdotes en beelden die Dennis had gebruikt in zijn verhaal. Dennis reageerde daarop door te erkennen dat zo’n boycot een hard middel is, maar ook door het onderscheid te maken tussen een boycot vanwege iemands opstelling – vergelijkbaar met geweld tegen stakingsbrekers – en een boycot uit racistische, antisemitische motieven. Het was dus niet enkel luchtigheid op avonden als deze, en ook dat was waardevol.
Na lezing en slotmuziek was het tijd voor napraten, netwerken, mensen leren kennen en bekenden spreken. Dat dit nog lang doorging, is een teken dat de avond mensen goed is bevallen. Het was rond of na middernacht dat ik thuis was, doodmoe maar blij en tevreden over weer een mooie 1 mei-viering in een jaarlijks aangroeiende rij. Volgend jaar weer, groter en beter.
Peter Storm
(Dit verslag verscheen eerder op zijn weblog Ravotr)