20 december, Amsterdam: bijeenkomst met Black Lives Matter-activist Patrisse Cullors

Patrisse Cullors.
Patrisse Cullors.

Op 20 december geeft Patrisse Cullors, mede-oprichter van de Black Lives Matter-beweging, de vijftiende Vrijheidslezing in politiek-cultureel centrum De Balie. Na de lezing gaat Cullors met Jessica de Abreu, Ioana Tudor en Levi Gijsbertha in gesprek over de strijd tegen racisme. Gideon “Gikkels” Everduim verzorgt de inleiding.

Bijeenkomst
Dinsdag 20 december
Vanaf 20:00 uur
De Balie
Kleine Gartmanplantsoen 10
Amsterdam
Tickets
Facebook-event
Voertaal: Engels

Cullors is kunstenaar, activist en vrijheidsstrijder. Op 20 december gaat ze spreken over de organisatie en de strategie van Black Lives Matter, de context van waaruit de beweging ontstond en de uitdagingen waar anti-racisten vandaag de dag voor staan met het presidentschap van Donald Trump.

Uit de oproeptekst: “Cullors, die de hashtag #blacklivesmatter in het leven riep, stond samen met Alicia Garza en Opal Tometi aan de wieg van de gelijknamige beweging. Black Lives Matter verzet zich tegen het (politie)geweld en racisme tegen de zwarte gemeenschap in de VS en komt op voor de meest gemarginaliseerde groepen in de samenleving. Het is een echte grassroots beweging, zonder hiërarchische structuur, de organisatie kent dan ook geen echte leiders. Black Lives Matter werd in drie jaar tijd een beweging met aanhangers over de hele wereld en inspireert en ‘empowert’ een nieuwe generatie jonge, zwarte activisten in hun strijd voor rechtvaardigheid, gelijke kansen en respect.

Na de lezing gaat Cullors met Jessica de Abreu, Ioana Tudor en Levi Gijsbertha in gesprek over de relatie tussen het anti-racisme debat in de VS en in Nederland. Ook hier zien we een nieuwe generatie zwarte mensen zich steeds sterker engageren, organiseren en zich uitspreken in een gepolariseerd en vaak openlijk racistisch publiek debat. Wat kan onze samenleving leren van een organisatie als Black Lives Matter? Kan Cullors ons helpen bij het vinden van een discours waarmee we het racismedebat kunnen voeren, dat voorbij de ontkenning van racisme gaat, zoals zo vaak nog in Nederland het geval is? En hoe denkt Cullors over samenwerken en partnerschappen; moet de anti-racisme beweging een beweging zijn voor zwart én wit? Moet de beweging streven naar het hervormen van de bestaande instituties binnen het systeem, of moet men op zoek naar nieuwe vormen van organisaties die opereren buiten het dominante (en vaak witte) systeem? En hoe komen we dan uiteindelijk tot elkaar, in een tijd waarin de samenleving meer gepolariseerd lijkt dan ooit?”

Harry Westerink