Turkse moslimfundamentalisten nu onderling slaags
In Turkije is een heftige strijd losgebroken tussen de twee machtigste moslimfundamentalisten van het land: premier Recep Tayyip Erdogan en prediker Fethullah Gülen.
Aan het einde van het jaar 2000 stond het Turkse leger door de veranderende politieke conjunctuur zeer zwak: de banden met de VS waren minder sterk geworden en de moslimfundamentalistische AK-partij van Erdogan was aan de macht gekomen. Op dat moment schaarde Gülen zich met zijn machtige beweging aan de zijde van de AKP in een poging om samen voorgoed af te rekenen met het leger, onder het mom van een democratiseringsproces. En daar bleef het niet bij: ook andere oppositiekrachten die potentieel een gevaar vormden voor de moslimfundamentalisten belandden massaal achter de tralies. Erdogan en Gülen voerden zo samen een verandering door van het regime van de militaire staat naar een politiestaat.
Hoofd van de politie
Toen onderzoeksjournalist Ahmet Şık zijn boek “Leger van de imam” publiceerde over de macht van Gülen binnen het apparaat van politie en justitie, belandde hij meteen een jaar achter de tralies op beschuldiging van terrorisme. Ook Hanefi Avci, een voormalige agent van de geheime dienst MIT, die een boek schreef over Gülens kaderleden in het veiligheidsapparaat, werd direct opgepakt en vastgezet.
Gülens lange termijn-strategie van een machtsgreep binnen de politie en justitie was perfect gelukt, mede dankzij zijn nauwe relaties met het leger en de politiek. Door zijn imago als vredelievende prediker die altijd zoekt naar de dialoog, viel hij bij iedereen in de smaak. Als iemand die boven alle partijen stond, kon hij ongestoord zijn gang gaan. Zijn relatie met het leger werd alleen even verstoord toen hij in 2000 werd aangeklaagd wegens het leiden van een religieuze organisatie die tot doel zou hebben om de Turkse staat omver te werpen. Aanleiding voor die aanklacht waren uitgelekte video-opnamen van een van zijn illegale preken waarin hij zijn strategie uiteenzette om zijn doel te bereiken. Kort gezegd kwam het erop neer dat de kaderleden van zijn beweging zouden moeten infiltreren in het staatsapparaat zonder dat het zou opvallen. Daar moesten ze dan afwachten tot ze konden toeslaan. Een vroegtijdige poging om de macht te grijpen zou maar tot onnodig verlies van kaderleden leiden, zoals dat gebeurd was in Syrië, Algerije en Egypte. In 2008 werd hij vrijgesproken. In de gevangenis had hij niet gezeten, omdat hij al sinds 1999 vanuit Amerika opereert, van waaruit hij tot op heden zijn beweging leidt.
De eerste tekenen van een breuk tussen Gülen en Erdogan werden al op 7 februari 2012 zichtbaar toen Hakan Fidan, het hoofd van de MIT en de rechterhand van Erdogan, opgeroepen werd voor een verhoor door de openbare aanklager. Fidan zou in het geheim gesprekken hebben gevoerd met de Koerdische afscheidingsbeweging PKK. Onmiddellijk kwam Erdogans AK-partij met een wet op de proppen die het verhoor van Fidan moest voorkomen. Het was meteen helder dat Gülens mensen achter het verhoor zaten. Ze wilden Erdogan daarmee in de ogen van Turkse nationalisten in diskrediet brengen. Hun aanval werd weliswaar op het laatste moment afgewend, maar het was wel duidelijk geworden dat Gülen zich sterk genoeg voelde om Erdogans machtspositie aan te vallen.
Onderwijsinstituten
Vorig jaar kondigde Erdogan een wetswijziging aan die sluiting zal betekenen voor private onderwijsinstituten die leerlingen voorbereiden op de toelatingsexamens voorafgaand aan hun universitaire opleiding. Naar schatting zeventig procent van dat soort voorbereidingsscholen is in handen van Gülens Cemaat (beweging). Er wordt niet alleen lesgegeven, maar jongeren worden er ook gerekruteerd om als kaderleden te worden opgeleid voor een toekomstige moslimfundamentalistische maatschappij. De instituten worden ook gezien als een belangrijke financiële bron voor Gülens organisatie, waarin miljarden omgaan. De wetswijziging betekende het begin van het einde van de innige vriendschap tussen Gülen en Erdogan die meer dan tien jaar standhield. Voor Gülen voelde de wetswijziging als een staaf dynamiet die onder zijn voeten werd gelegd en hij reageerde dan ook furieus.
In de ochtend van 17 december werd Turkije wakker met nieuws over de aanhouding van de zonen van de ministers van Binnenlandse Zaken, van Financiën en van Milieu en Stedelijke Ontwikkeling. Ook zakenmensen, een burgemeester, en een bankdirecteur met nauwe banden met de AKP werden opgepakt. Allemaal wegens omkoping en witwassen van zwart geld en illegale goudhandel. Het nieuws sloeg in als een bom, maar een tijdlang kwam er geen enkele regeringsverklaring over de aanhoudingen. Langzaam maar zeker werd de omvang van de corruptie duidelijk. Er kwamen foto’s naar buiten van dollars verstopt in schoenendozen, meerdere kassa’s, apparaten om contant geld te tellen. Wat iedereen eigenlijk allang vermoedde, kwam opeens bij wijze spreken op straat te liggen.
Na lang wachten kwamen Erdogan en zijn ministers uiteindelijk met een summiere verklaring. De premier beschuldigde binnenlandse en buitenlandse krachten van het smeden van een complot tegen zijn regering, omdat ze niet zouden kunnen hebben dat hij zo succesvol was geweest de afgelopen jaren. Zonder zijn naam expliciet te noemen wees hij Gülen aan als schuldige achter dat complot. Daarna begon Erdogan met een omvangrijke schoonmaakactie binnen het politieapparaat, justitie en allerlei andere staatsinstellingen. Die actie gaat tot op vandaag nog door. In korte tijd werden honderden ambtenaren en andere personeelsleden overgeplaatst of vervangen. De positie van de ministers met hun corrupte zonen was echter ook onhoudbaar geworden. Na een week dralen nam Erdogan ook zijn ministersploeg op de schop. De betreffende ministers namen een voor een ontslag. Opmerkelijk was dat een van de ministers die ontslag nam zowaar Erdogan beschuldigde dat hij medeverantwoordelijk was, en dat de premier dus zelf ook ontslag moest nemen. De AK-partij beleeft nu de grootste crisis in haar bestaan en begint diepe interne scheuren te vertonen. Ministers die bekend staan als Cemaatci – dat zijn de aanhangers van de Gülen-sekte – en de meer sociaal-democratische vleugel scheidden zich af van de partij. Wat ook weer gepaard ging met forse kritiek.
Doelwit Erdogan
Iedereen, inclusief de premier zelf, weet dat Erdogan het uiteindelijke doelwit is van de aanhoudingen. Erdogan probeert met man en macht te voorkomen dat zijn familieleden en uiteindelijk hijzelf aangehouden zullen worden. Kort na de eerste aanhoudingen kwam er een tweede ronde op gang. Die werden echter tegengehouden door een pas door Erdogan aangestelde hoofdaanklager. De openbare aanklager had de aanhouding van Erdogans zoon aangekondigd. Maar de politie weigerde die opdracht uit te voeren. De hoofdaanklager beschuldigde de openbare aanklager van het niet correct uitvoeren van de juridische procedures. Juridisch klopte er sowieso niets meer van. Maar dat zal Erdogan een zorg zijn.
Opnieuw geschud
De patstelling die nu is ontstaan tussen Erdogan en Gülen betekent nog lang niet het einde van de smerige oorlog waarin ze verwikkeld zijn geraakt. Er wordt gezegd dat Erdogan nu bezig is om een grootscheepse arrestatiegolf voor te bereiden waarbij Gülens Cemaat het doelwit is, en die binnen een paar dagen zal plaatsvinden. Ondanks allerlei pogingen om beide partijen weer tot bedaren te brengen, is er nauwelijks zicht op een wapenstilstand. Vroeg of laat zal een van de heren het veld moeten ruimen. Dan zullen de kaarten opnieuw geschud worden in het Turkse politieke landschap. Dan zullen we zien welke nieuwe coalities er gesmeed gaan worden om het land verder leeg te plunderen. Nu al zijn er tekenen van verschuivingen binnen de machtsstructuur. Erdogan zei een paar dagen geleden plots dat het volgens hem goed mogelijk zou zijn om de rechtszaken tegen oud-militairen te heropenen en ook werden er ineens Koerdische parlementariërs vrijgelaten uit de gevangenis.
En ondertussen gaan mensen, net als tijdens de juni-opstand van afgelopen jaar, weer de straat op om te laten zien dat ze niet veroordeeld zijn om te kiezen tussen twee kwaden, tussen twee moslimfundamentalistische machtsblokken, maar dat een ander alternatief mogelijk is.
Bülent Yilmaz
Eerder publiceerden we deze reeks artikelen van Doorbraak-auteurs Bülent Yilmaz en Emek Egeli over de actuele gebeurtenissen in Turkije:
Meer over de opkomst van het fundamentalisme in Turkije lees je in de artikelen van Mehmet Kirmaci: |
Nu is nog niet duidelijk waarom het gebruik van de term “moslimfundamentalisten” hier gepast is. Dit is weer en typisch voorbeeld van de blinde vlek die links heeft voor alles wat islam-gerelateerd is. ‘Moslimfundamentalisme’ bestaat niet. Het is een eurocentrische creatie van neo-kolonialen en door hun narratief over te nemen, geeft links, op zijn zachtst gezegd, blijk van een hemeltergend gebrek aan kennis van wat islam is. De kritieken op het gebruik van termen als ‘moslimfundamentalisten’ zijn bekend, dus dat ze dan toch gebruikt worden wanneer het gaat om clubs als de AKP en “de Gülen-sekte”, getuigt van intellectuele luiheid.
@rachid; het zijn iig beide partijen die het ‘scheiding tussen kerk en staat’ principe niet onderschrijven. ik vermoed dat de betiteling ‘moslimfundamentalisten’ voornamelijk daarop slaat, en niet op de manier waarop invulling word gegeven aan de leer.
@Rachid. Er valt kritiek te leveren op het begrip “moslimfundamentalisme”, dat klopt, maar eurocentrisch is het gebruik door Doorbraak niet, want even zo goed spreken we van “christenfundamentalisme”. Het gebruik van het begrip “fundamentalisme” ten aanzien van religieus extreem-rechts is naar verluidt begonnen bij het beschrijven van christelijke stromingen: http://en.wikipedia.org/wiki/Fundamentalism
We staan open voor discussie: misschien heb jij een beter begrip dat de beide stromingen omschrijft waar het artikel over gaat?
gaat dit nu een exercitie in semantiek worden? het lijkt me dat het woord in de context begrepen moet worden en dat het in de discussie inhoudelijk over het onderwerp van het artikel moet gaan.
@fix @Eric; jullie reacties bewijzen juist dat het eurocentrisch is!
Hoezo ‘scheiding tussen kerk en staat’? Het gaat hier om Turkije en in de islam is er geen ‘kerk’.
De rol van de verschillende vormen van geïnstitutionaliseerde islam in de maatschappij is nooit vergelijkbaar geweest met de rol die de verschillende vormen van geïnstitutionaliseerd christendom gehad heeft en thans heeft in Europa.
De ‘moskee’ is nooit een ‘kerk’ geweest zoals bijvoorbeeld de Rooms Katholieke Kerk of de Nederlands Hervormde Kerk is.
Dit bedoel ik met “hemeltergend gebrek aan kennis van wat islam is.” Jullie hebben geen idee en projecteren jullie eigen religieus-filosofische tradities op anderen.
Je verwijst er zelf naar Eric; de term ‘fundamentalisme’ werd door Westerse christenen geïntroduceerd als reactie op Westerse christelijke modernistische theologie. Om dan datzelfde kader te projecteren op een wezenlijk andere religie met een andere (cultuur)geschiedenis, noem ik eurocentrisch en neokoloniaal.
Er is geen ‘fundamentalistische’ islam en er is ook geen ‘liberale’ islam; er is alleen maar islam in tientallen vormen. Meningsverschillen komen voort uit keuzes die gemaakt worden door moslims uit het corpus van theologisch materiaal en uit de interpretaties van dat gekozen materiaal.
Dan komen we uit bij wat Fix gezegd heeft en de blinde vlek waar ik het over heb; het al dan niet onderschrijven van het principe van ‘scheiding tussen kerk en staat’ (wat dat ook mag zijn) komt juist voort uit “de manier waarop invulling word gegeven aan de leer.”
Jouw vraag Eric, gaat uit van de geldigheid van het in het artikel gebruikte narratief. De term ‘moslimfundamentalist’ wordt in het artikel en elders gebruikt door politieke tegenstanders van die zogenaamde ‘moslimfundamentalisten’. Hun narratief impliceert een strijd tussen moslims en niet-moslims. Om moslims niet massaal te schofferen, wordt een ‘modifier’ als /fundamentalist/ gebruikt om de inherente islamofobie te verbergen. Ja, het is islamofobie omdat de term ‘moslim’, met of zonder modifier, niet gebruikt wordt voor de tegenstanders van die ‘moslimfundamentalisten’.
Verder lijkt het me sterk dat de AKP en “de Gülen-sekte” een conflict hebben dat voortkomt uit een theologisch meningsverschil. Uit het artikel wordt niet duidelijk waarom deze twee ‘moslimfundamentalisten’ zouden moeten zijn en wat er zo niet-moslimfundamentalistisch is aan hun tegenstanders.
Ik zie hier een ordinaire machtsstrijd tussen minstens drie groepen mensen die zich voor het mobiliseren van medestanders beroepen op alles wat ze denken te kunnen gebruiken; islam, democratie, mensenrechten, vrijheid blablabla… Islam als centrale spil in het conflict is maar een deel van de propagandaoorlog.
Hoi Rachid.
Het lijkt me goed om niet teveel te projecteren (om dat woord ook maar eens te gebruiken) op de auteur van het stuk (Doorbraker Bülent) en op mij vanwege ons gebruik van het begrip “moslimfundamentalisme”. Ik denk dat je ons te gemakkelijk wil wegzetten als mensen met “een hemeltergend gebrek aan kennis” over de islam en de geschiedenis, politiek en religie in Turkije. Jij weet vast en zeker meer van de islam dan ik, maar een discussie win zeer zeker je niet door dit type diskwalificatie van je gesprekspartner. Want waar baseer je nu eigenlijk op dat ik “hemeltergend” weinig weet over dit onderwerp? Omdat ik een andere mening heb?
Volgens mij is er wel degelijk iets van een staatsreligie geweest in Turkije vergelijkbaar met wat er in het westen was/is . Dat was het Kalifaat, waarbij de groep mensen die de staatsmacht had meteen ook de religieuze leiders waren (afgeschaft in de jaren 20). Er zijn nu moslimfundamentalisten die daar naar terug verlangen.
En daar hebben wij ook al meerdere keren over geschreven, op basis van uitgebreid onderzoek (ja, want zo “hemeltergend” onwetend zijn we nu ook weer niet). Lees bijvoorbeeld dit stuk van Turks-Nederlandse Doorbraker Mehmet Kirmaci eens: “Kalief” Kaplan wil chef worden van alle moslims of het stuk De droomstaat van de moslimfundamentalisten van mijn hand.
De situatie in Turkije is volgens mij zo dat moslimfundamentalisten de seculiere en diverse samenleving bedreigen, en daarbinnen vooral links en vrouwen, maar ook bijvoorbeeld de alevieten, ook moslims. Dus dan hebben we het over moslims die tegen moslimfundamentalisten zijn. Ik denk dat de linkse beweging van onderop in Turkije zoals we die in de Gezi-opstand gezien hebben, en die bestaat uit mensen met allerlei identiteiten (van linksen, anarchisten, feministen, milieu-activisten, vrouwen, homo’s, voetbalfans, sloebers en alcoholici ;-), maar ook moslims en alevieten) wel degelijk terecht spreekt van moslimfundamentalisten, in die zin van een stroming van extreem-conservatieve moslims die de macht in de samenleving naar zich willen toetrekken.
@fix; dit is geen semantische discussie. Het gaat veel verder. Dit gaat over gebruikte narratieve kaders die averechts voor de progressieve beweging zijn.
@rachid; dit is meteen de laatste keer dat ik reageer in deze discussie. wat mij betreft heb je geen recht van spreken als je anderen beschuldigd van gebrek aan kennis terwijl je het zelf kennelijk niet de moeite waard vind om je te verdiepen in wat bedoeld word met de uitdrukking ‘scheiding van kerk en staat’, getuige je geringschattende ‘(wat dat ook mag zijn)’. het woord kerk staat hierin voor alle vormen van religie, en het principe dat religie niet bepalend mag zijn voor de staatsmacht. iets zegt me dat je dat best wel weet, maar dat je er niet aan wil, en dat je daarom het tot een semantiek strijdperk maakt waardoor de wezenlijke discussie verzandt en er niks zinnigs meer gezegd kan worden. ik heb geen enkele behoefte me in de islam te verdiepen, het is niet mijn religie. ik heb trouwens helemaal geen religie, maar ik ken ze wel, zowel islam als christendom als hindoeisme en nog zo wat, niettemin hoef ik die kennis ervan helemaal niet te hebben om mijn punt, wat ik wel degelijk heb, te maken.
erik heeft verders goeddeels het gras al weggemaaid, dus ik besluit maar met te zeggen dat ik al je aantijgingen van me afwerp en afhaak van deze discussie.
Ik denk dat Rachid wel een punt heeft. Je kunt wel verklaren dat iets een zuiver semantische discussie is, maar achter die semantiek gaat vaak heel veel schuil dat onbenoemd blijft. Het is lastig, maar daarom juist goed om er nader op in te gaan. Zelf ben ik ook gewend om allerlei christelijke categorieen min of meer willekeurig op islamitische stromingen te plakken. Zo kon je begin jaren tachtig, na de islamitische revolutie in Iran, makkelijk denken dat de sjiieten radicaal waren en de soennieten gematigd. Later leerde je dan dat dit een onzinnig idee was en dat je het verschil tussen sjia en soenna eerder kon vergelijken met het verschil tussen rooms-katholieken en oosters orthodoxen. En ik noem dit hier, omdat ik daarbij wil benadrukken dat het dan weer om een rare vergelijking gaat: het christendom geldt als maatstaf en de islam wordt “verklaard”, of misschien beter gezegd: “begrepen” aan de hand van een westers christelijk denkkader. Ik wil Rachid uitnodigen om dit denkkader verder te bekritiseren.
Zelf maakte ik vaak een onderscheid tussen moslimfundamentalisme en islamisme. De fundamentalist is voor mij dan de gelovige moslim die strikt volgens de leer wil leven. De islamist trekt bepaalde politieke consequenties uit het geloof en wordt militant. Het onderscheid is evenwel niet absoluut en heeft tussenliggende grijstinten. Maar de terminologie (en daarmee vermoedelijk ook de definitie) van het woord moslimfundamentalist heeft wederom een christelijke herkomst. Er wringt dus iets, er klopt iets niet. Dat blijkt ook uit de hierboven aangehaalde scheiding tussen kerk en staat. De moskee is geen kerk en heeft een andere functie en organisatie binnen het geloof dan de kerk (en zal in verschillende streken en stromingen ook weer andere functies en organisatie hebben). Om algemene uitspraken te doen zul je je in ieder geval iets meer in de materie moeten verdiepen.
Verder denk ik ook dat Rachid gelijk heeft over drie groepen die strijd leveren. De derde groep zou ik bijvoorbeeld eerder als links-progressieve middenklasse omschrijven. Ik kan me goed herinneren hoe linkse Turken de spagaat omschreven die zij doormaakten op de momenten dat het leger, als bewaker van de seculiere Turkse staat, in conflict kwam met de islamisten. Plotseling voelde men zich dan (tegen wil en dank) toch eerder verbonden met de militaire aartsvijand… Het zijn in ieder geval uiterst complexe kwesties, waarop je niet, een twee drie, westerse links-libertaire wensdromen kunt plakken.
Rachid,
“Het gaat hier om Turkije en in de islam is er geen ‘kerk’. De rol van de verschillende vormen van geïnstitutionaliseerde islam in de maatschappij is nooit vergelijkbaar geweest met de rol die de verschillende vormen van geïnstitutionaliseerd christendom gehad heeft en thans heeft in Europa.”
Het gaat inderdaad niet om een kerk in de strikte zin van de betekenis (in nog striktere weer wel, kerk = kyriakon = huis des Heren). Toen de scheiding van kerk en staat een feit werd, was er van islam in Europa nog weinig sprake, vandaar dat het principe genoemd is naar het gebedshuis van de toen wijdstverbreide religie, het christendom.
De bedoeling is echter, dat religies, die uitgaan van veelal niet verifieerbare en onbetwistbare leerstellingen geen onbedoeld voordeel zouden krijgen in staatszaken. Dat is het resultaat van de Verlichting. Dit voordeel zou een gelovige dan krijgen boven een niet-gelovige, die naar argumenten moet zoeken. De gelovige zou dan beide kunnen: argumenten aandragen of zich beroepen op en heilig geacht boek. Bij de Koran doet zich nog de moeilijkheid voor, dat een moslim tegenover een ambtenaar de uitleg kan geven, die hem goeddunkt, want de moslim gaat ervan uit, dat een niet-moslim de Koran noch kan lezen noch kan interpreteren.
Ik zal hieronder mijn analyse nader toelichten
Rachid, wat moslimfundamentalisme betreft: ook al heeft de islam als godsdienst in brede zin van het woord, zoals je zegt, geen politieke ideologie, binnen de islam zijn, geïnspireerd door de leer, wel degelijk groepen/partijen/stromingen die er een politiek programma, ideeën, opvattingen op na houden over hoe de maatschappij naar hun politieke inzicht vorm moet gaan krijgen. Als het ze lukt om aan de macht te komen, zoals in Turkije het geval is, blijft het niet alleen in theorie hangen maar worden die ideeën wel degelijk in de praktijk gebracht. Een bepaalde soort religieuze levenswijze wordt van bovenaf, vaak met geweld, opgelegd. De opstand die in juni 2013 plaatsvond had daarom twee dimensies. Aan ene kant kwam het naar voren als een opstand tegen de vernietiging van de stedelijke leefomgeving. Op de achtergrond speelde het AKP-beleid een belangrijke rol. Op een autoritaire wijze is men van bovenaf islamisering gaan doorvoeren op mensen die daar helemaal niet op zitten te wachten. De AKP botste daardoor en nog steeds met mensen of groepen die dit niet willen accepteren. We kunnen wel een andere terminologie gebruiken om het te analyseren, geen probleem. Maar met het fenomeen dat ik hierboven beschrijf hebben mensen in Turkije dagelijks te maken en ze riskeren hun leven om het te bestrijden.
Rachid, de scheiding tussen kerk en staat (of moskee en staat, maakt niet uit hoe je het formuleert), waar je zo makkelijk aan voorbij gaat, is eigenlijk de kern van het problemen waar men jarenlang mee te maken heeft gehad in Turkije, sinds de republiek is gesticht. De staat heeft weliswaar het Kalifaat opgeheven en in plaats daarvan een meer seculier democratische systeem ingevoerd. Maar de islam is niet verdwenen uit het staatsbestel en, zoals het in een seculiere samenleving hoort te gaan, verschoven naar privésfeer. In tegendeel, door Diyanet (het ministerie van Religieuze Zaken) is geprobeerd om de controle over religie in eigen handen te houden. En dat niet alleen: de Turkse staat, geregeerd door de kemalisten, streefde niet alleen eenheid in de zin van nationalisme na, maar ook voor wat betreft geloofsovertuiging. Diyanet vertegenwoordigt de Hanefi-tak van de Soennitische stroming binnen de islam. Alle religieuze groepen die hier buiten vielen werden verboden, vervolgd, gestraft. Deze politiek heeft er uiteindelijk voor gezorgd dat vooral degenen die de streng orthodoxe leer aanhingen (Tarikat mensubu) vervreemd raakten van het kemalistische regime en hun eigen leven gingen leiden. Pas eind jaren 50 kwam daar verandering in toen het meerpartijenstelsel werd ingevoerd. De Tarikats konden na het versoepelen van het controle hun aantal zien groeien. Tarikats, zoals die van Gülen, voelden zich na die tijd vrij om naargelang hun belangen bodngenootschappen aan te gaan met rechtse partijen om op die manier hun positie te versterken. Zo konden ze ook druk uitoefenen om concessies af te dwingen. Alevieten en andere minderheidsgroepen vielen daar weer buiten. Tot op de dag van vandaag is Diyanet blijven bestaan, en het krijgt van alles ministeries het grootste deel van het budget uit de staatskas. Alevieten worden niet aangenomen op belangrijke posities binnen staatsinstellingen of het leger. De spanning tussen de kemalisten (met het leger in de hoofdrol als onderdukkings- en controlemechanisme) en de fundamentalisten heeft voortgeduurd tot de overname van de macht door de AKP. De enige echte oplossing voor het probleem ligt in de richting van het afschaffen van Diyanet en de financiering en bevoorrechting van alle Tarikats. Stoppen met verplichte godsdienstlessen. Het assimilatiebeleid richting andere geloofsgroepen en minderheden opheffen, en hen zelf laten bepalen hoe ze hun geloof en/of cultuur willen beleven, enzovoorts. Dat is in essentie hoe secularisme hoort te zijn.
De machtsstrijd tussen de twee partijen (die ik in het artikel beschreef) komt niet voort uit verschillende interpretaties van de islam. Daar zijn Erdogan en Gülen grotendeels wel over eens. Daarom zal het voor links en andere minderheden niet veel uitmaken wie er als winnaar uit de strijd komt. Het gaat uiteindelijk om wie de absolute macht krijgt.
Sorry mensen; ik heb de discussie met een verkeerde toon geopend 🙁
Ik ben wel blij dat voor Sandra mijn punt helder is; ik ben dus toch niet gek!
Eric, ik heb je stuk gelezen; jeetje wat een vermoeiende zit was dat! Dan heb ik het over de ideeën van die Hizb-ut-Tahrir en niet over de kwaliteit van jouw tekst. Ik heb zelf ook met die lui gesproken en flink ruzie gemaakt; wat een fantasten!
Nu weer on-topic; Sandra heeft volgens mij goed uitgelegd wat de bezwaren tegen het gebruik van de term “moslimfundamentalisme” kunnen zijn. Is er ook aan bod gekomen waarom we die term wel zouden moeten gebruiken en wegen die voordelen op tegen de nadelen? De vraag stellen is hem beantwoorden, maar als de enige reden ‘gemak’ is…
Verder vraag je mij: “Want waar baseer je nu eigenlijk op dat ik “hemeltergend” weinig weet over dit onderwerp? Omdat ik een andere mening heb?”
Als jouw mening is dat het gebruik van de term niet eurocentrisch en neokoloniaal is, dan moet ik ja zeggen. Leg mij maar uit waarom polygamie fundamentalistisch is en monogamie niet fundamentalistisch is.
Je beweert ook dat “er wel degelijk iets van een staatsreligie geweest in Turkije vergelijkbaar met wat er in het westen was/is.” Ja, vergelijkbaar zoals je appels met peren kunt vergelijken of appels met paracetamol zelfs. Moet ik echt gaan uitleggen wat de verschillen zijn tussen het Ottomaanse Kalifaat en, ik noem maar wat, het Tweede Rijk?
Moet ik echt gaan uitleggen dat in het Ottomaanse Kalifaat “de groep mensen die de staatsmacht had”juist niet “meteen ook de religieuze leiders waren”?
Als het moet, doe ik het wel, maar ik vind het zonde van mijn tijd. Ik kan je wel wat teksten aanraden als je dat wilt; een goede start zou zijn “Rethinking tradition in modern Islamic thought” van Daniel Brown.
Je noemt de alevieten als moslims die tegen moslimfundamentalisten zijn. Zo zou ik het niet willen stellen. Ik zou zeggen dat de Alevieten moslims zijn die tegen het inperken van hun rechten zijn door andere moslims die er een andere interpretatie op nahouden. Door niet-Alevieten tot fundamentalist te bestempelen, ontken je de legitimiteit van hun geloof. Immers, moslimfundamentalisten handhaven de ‘fundamenten’ van de islam en alle andere zijn dus eigenlijk slechte moslims die het niet zo nauw nemen met de fundamentele regels.
Hier komen we dus bij de oorsprong van de term ‘fundamentalisme’. Zoals gezegd; de term ‘fundamentalisme’ werd door Westerse christenen geïntroduceerd als reactie op Westerse christelijke modernistische theologie. De christenen die zich fundamentalisten noemden en noemen, verzetten zich tegen die modernistische theologie omdat ze dat kennelijk een afwijking vonden van de fundamenten van de christelijke leer. Er zijn geen moslims die vinden dat hun versie van de islam afwijkt van de fundamenten van de islam. De ene moslim een fundamentalist noemen, is in feite verkettering van de andere.
Bovendien is het een belediging voor alle moslims om corrupt en misdadig tuig moslimfundamentalisten te noemen.
Bülent, mijn bezwaar is niet tegen jouw analyse gericht. Mijn bezwaar is tegen het gebruik van de term “moslimfundamentalisme”; die vind ik eurocentrisch en neokoloniaal en helaas wordt die inmiddels zelfs geïnternaliseerd. Zoals gezegd in mijn reactie #7; dit gaat over gebruikte narratieve kaders die averechts voor de progressieve beweging zijn.
Je hoeft me niet uit te leggen hoe erg het is als een (interpretatie van een) godsdienst opgedrongen wordt. Daar zijn we het allemaal over eens.
In jouw laatste alinea sla je de spijker op de kop; dat is precies wat ik in de laatste zinnen van mijn reactie #5 heb gezegd!
@mijn reactie #12; jammer dat ik die niet kan bewerken, maar ik wil nog zeggen over het stukje waarin de Alevieten ter sprake komen: Eric, je bewijst in jouw reactie #6 dat mijn verwijt terecht is. Je begint over “maar ook bijvoorbeeld de alevieten, ook moslims”
Mijn verwijt in reactie #5 was: “Ja, het is islamofobie omdat de term ‘moslim’, met of zonder modifier, niet gebruikt wordt voor de tegenstanders van die ‘moslimfundamentalisten’.”
Zie je het probleem? Je gebruikt de term “Alevieten”, niet de term ‘moslim’, met of zonder modifier.
Ha Rachid, ik heb je reacties nog eens grondig doorgelezen, maar er is me nog steeds veel onduidelijk.
In eerste instantie leek het je erom te gaan het gebruik door links van het volgens jou “eurocentrische” begrip “moslimfundamentalisme” te bekritiseren. Ik ben het er niet mee eens dat het begrip “eurocentrisch” is, maar ik sta open voor een ander begrip dat de lading beter zou dekken. De lading bestaat in dit geval uit een aantal patriarchale en conservatieve tot extreem-rechtse bewegingen die zich beroepen op de islam. Maar jij weigert met een andere benaming te komen, en vindt dat mijn verantwoording. Daar ben ik het niet mee eens. En ik begrijp ook niet waarom jij dat vindt. Als je ze wilt bestrijden, en dat wil ik (en jij hopelijk ook) dan zul je er een naam op moeten kunnen plakken. Dat is ons beider verantwoording dan, lijkt me
Gaandeweg de discussie sla je echter een andere weg in, zo lijkt het, en begin je mij en andere radicaal-linksen die het moslimfundamentalisme bekritiseren en bestrijden te betichten van “islamofobie”. Je schrijft: “Om moslims niet massaal te schofferen, wordt een ‘modifier’ als /fundamentalist/ gebruikt om de inherente islamofobie te verbergen.” Je suggereert daarmee dat de diverse Doorbraak-auteurs, waaronder ik dus, die tegen moslimfundamentalisme geschreven hebben, feitelijk “islamofoben” zijn. “Ja, het is islamofobie omdat de term ‘moslim’, met of zonder modifier, niet gebruikt wordt voor de tegenstanders van die ‘moslimfundamentalisten’”, schrijf je. Maar wat je vergeet is dat veel van de tegenstanders van de moslimfundamentalistische bewegingen weliswaar ook moslims zijn, maar dat niet altijd als belangrijkste onderdeel van hun identiteit naar buiten brengen. Zo zullen vrouwen in Turkije die moslim zijn én tegen Gülen zijn, zichzelf in de strijd wellicht eerder als feministe (of het meer algemene: activiste) benoemen. Hetzelfde kan gelden voor al die andere identiteiten van waaruit mensen de strijd aangaan. In de beargumentering van hun politieke punten beriepen de meesten op het Gezi-plein zich niet op hun religie, wat niet wil zeggen dat ze allemaal geen moslim waren. Het zou van onze kant raar zijn geweest om hen dan toch moslim-ecologen te gaan noemen, als ze er zelf kennelijk voor kiezen om dat niet te doen. Het probleem in deze is dat jij ons een dichotomie op lijkt te willen leggen: of bij alle identiteiten hun geloof benoemen of helemaal niet. Zo zou je ook kunnen beargumenteren dat we bij alle niet-gelovigen in de strijd moeten gaan benoemen of ze zich beroepen op een of andere vorm van atheïsme. Maar zo zit de realiteit niet in elkaar, vrees ik.
“Islamofoob” zijn wel, als je dat vage begrip graag wilt gebruiken, de rechts-populisten die wat moslimfundamentalisten doen en denken graag toeschrijven aan alle moslims. Zij ontkennen dat er net als bij andere geloven grote meningsverschillen bestaan tussen moslims onderling, en maken regelmatig Nederlandse moslims verantwoordelijk voor terroristische aanslagen van moslimfundamentalisten elders in de wereld. Een typisch voorbeeld daarvan is Hans Jansen. Wij maken in onze artikelen juist altijd heel nadrukkelijk een onderscheid tussen extreem-rechtse activisten die zich beroepen op de islam (de fundamentalisten in ons jargon) en alle andere mensen die dat doen. Maar dát die extreem-rechtse stromingen zich beroepen op de islam, daar kunnen wij ook niets aan doen. Dat moet wel benoemd kunnen worden. Net als bij christenfundamentalisme. Ze vinden het zelf immers essentieel voor hun bestaansrecht als bewegingen en organisaties.
Tenslotte nog een ander ding waarop ik wilde ingaan. Je schrijft: “Door niet-Alevieten tot fundamentalist te bestempelen, ontken je de legitimiteit van hun geloof [van de Alevieten]. Immers, moslimfundamentalisten handhaven de ‘fundamenten’ van de islam en alle andere zijn dus eigenlijk slechte moslims die het niet zo nauw nemen met de fundamentele regels.” Het lijkt erop dat het hierom uiteindelijk draait in deze discussie. Wanneer wij schrijven over “fundamentalisten” dan verwijzen we naar een groep gelovigen die beweert dat ze handelen naar volgens hen “fundamentele regels”. Maar daar zit van ons uit natuurlijk geen waardering in van die regels (dat wil zeggen: of je ze ook daadwerkelijk zo zou moeten uitleggen als zij doen, of dat ze daadwerkelijk door een god gegeven zouden zijn), noch een oordeel of die fundamentalisten zich er ook daadwerkelijk (beter) aan houden dan anderen. Daar kunnen wij als niet-gelovigen ook geen oordeel over hebben, want daar weten inderdaad niets vanaf (zoals jij terecht al schreef).
Waar we wel iets vanaf weten is wanneer deze groepen zich mengen in het publieke debat en anderen hun regels willen opleggen, door te beargumenteren dat we allemaal moeten leven naar hun regels (hun interpretatie van de islam, maar hetzelfde geldt bij christen-, joodse en ook hindoe etc -fundamentalisten) omdat die door hun god gegeven zouden zijn. Wij zijn van mening, met jou, dat wij als mensen zelf autonoom samen ons leven moeten vormgeven. Op dat moment begint de strijd. Meer over onze linkse strijd tegen moslimfundamentalisme lees je hier.
Ik hoop dat ik de discussie zo weer wat verder heb kunnen brengen.
Eric, het lijkt erop dat je suggereert dat ik naarmate de discussie vordert, van standpunt wissel. Het klopt dat ik begin met het verwijt dat de term eurocentrisch en neokoloniaal is. Het klopt ook dat ik daarna stel dat de term islamofobisch is. Dat is echter niet ‘een andere weg inslaan’, niet wat mij betreft tenminste en ik zie ook niet waarom het ene het andere uitsluit; het hoeft niet ‘of/of’ te zijn, het kan ook ‘en/en’ zijn en dat laatste geldt in dit geval wat mij betreft zeker. Het draait er in deze discussie “uiteindelijk” ook niet om dat gebruik van de term om de ene groep te beschrijven, de andere verkettert. Het zijn allemaal verschillende redenen waarom ik gebruik van die term fout vind.
Voordat je gaat denken dat ik nu weer van standpunt wissel; dit is een nadere nuancering van hetgeen ik al eerder gezegd heb: het gebruik van de term, getuigt ervan dat ook jij en de auteur van het artikel in de frame van rechtse islamofoben gestapt zijn en. Dat is immers wat de term is; een opgelegd denkkader dat werkelijke problemen verhult en de mensen tegen de islam opjut. Laat ik het anders stellen: Noord Korea heet officieel Democratische Volksrepubliek Korea. Het regime profileert zich dus als democratisch. Volgens jouw redenering moeten we het regime dus democratisch noemen; iets in de trant van “het democratiefundamentalistische bewind van Kim Jong Un raakt slaags met… blablabla”. Misschien nog leuker; verwijzend naar het breken van het Molotov-Ribbentroppact zou je kunnen zeggen: “Europese socialistfundamentalisten nu onderling slaags”, omdat de ene zich nationaal socialisten noemen en de andere soviet socialisten.
Tot op zekere hoogte is het gebruik van de term “moslimfundamentalist” en aanverwante termen vergelijkbaar met hoe in de VS de term “socialist” gebruikt werd en wordt in rechtse kringen. Mensen die er bepaalde ideeen op nahouden, worden gedemoniseerd en monddood gemaakt door hen te pas en te onpas socialist te noemen, impliciet verwijzend naar het totalitarisme van de Sovjet Unie. Zo worden in het geval van dit artikel politieke tegenstanders van links op een hoopje gegooid en moslimfundamentalisten genoemd, impliciet verwijzend naar wat eigenlijk?! Het Afghanistan van de Taliban? Saoedisch Arabie? Qatar? Iran? Waar zijn die moslimfundamentalisten van jullie werkelijk aan de macht dan? Zelfs Mubarak beriep zich op de islam; is hij ook moslimfundamentalist?
Verder vind ik het niet mijn ‘verantwoording’ om “met een andere benaming te komen” omdat ik niet vastzit in hetzelfde denkkader als jullie. Zoals ik eerder gezegd heb en hierbij aanscherp: islam als centrale spil van het conflict is een fictie; het is hoogstens een deel van de propagandaoorlog in een ordinaire machtsstrijd. Machtswellustelingen die zich op een godsdienst beroepen zou ik hoogstens theocraten noemen, maar ik denk niet dat jullie dat een goed alternatief vinden, omdat het woord ‘moslim’ noch het woord ‘islam’ gebruikt wordt.
… alhoewel… aan ’theocraten’ mankeert ook van alles omdat bijvoorbeeld ook de Nederlandse monarchie in God gelegitimeerd wordt