Nederland als decor van Erdoğans nationalistische propagandastunt

Recep Erdoğan.
Recep Erdoğan.

Al vijftien jaar aan de macht laat de Turkse president Recep Erdoğan zich keer op keer kennen als een meester in het laten escaleren van conflicten die hij dreigt te verliezen. Pragmaticus als hij is, liet hij eerder de Koerden als een blok vallen om vervolgens een totale oorlog te beginnen in Koerdistan, en noemde hij de couppoging door Gülenisten een godsgeschenk. En zo liet hij ook een Russisch gevechtsvliegtuig neerschieten aan de Syrisch-Turkse grens, om vervolgens te roepen dat hij dat, indien nodig, best nog een keer zou doen. Waarna hij met de staart tussen de benen excuses ging maken bij Putin die een economische boycot van Turkije had uitgeroepen. Erdoğan manoeuvreert in het diplomatieke mijnenveld met de behendigheid van een konijn.

Opiniepeilingen laten keer op keer zien dat het “nee”-kamp aan de winnende hand is bij het referendum dat Erdoğan bijna onbeperkte macht moet geven. Om zijn winst veilig te kunnen stellen, grijpt hij ook nu weer terug op de escalatie van conflicten. Door nationalistische sentimenten aan te wakkeren hoopt hij mogelijke “nee”-stemmers richting het “ja”-kamp te trekken. Al geruime tijd deed het gerucht de ronde dat het Turkse leger enige tijd voor het referendum Irak zou binnentrekken of de Syrische stad Minbic zou aanvallen om de oorlog met de Koerdische bewegingen PKK of YPG verder op te voeren.

Erdoğan zocht ook toenadering met de Koerdisch-Iraakse president Massoud Barzani, waarbij hij het risico liep om zijn coalitiepartner Devlet Bahçeli, van de ultra-nationalistische Grijze Wolven-partij MHP, tegen zich in het harnas te jagen. Die poging had wel enig succes, want Barzani’s peshmerga’s vielen daarop de Turks-Koerdische PKK-strijders in het Iraakse Sinjar aan, met het doel om hen uit de stad te verjagen. Barzani voerde ook gesprekken met Koerdische oppositieleiders in Turkije, maar dat leverde Erdoğan niet veel op. Bahçeli mopperde, maar slikte het toch, tot geluk van Erdoğan. Want waar de president eerder uithaalde naar nationalistische krachten, is hij er sinds de staatsgreep volkomen afhankelijk van. Hij beheerst het politieke balanceren als geen ander.

Ottomaanse vernedering

Erdoğan weet welke gevoelens er onder zijn aanhang leven. Vernederd worden door Nederland, door het Westen, roept een nostalgische verlangen op naar verloren vaderlandse trots. Sinds de ineenstorting van het Ottomaanse Rijk kunnen Turkse leiders dat politieke verlangen naar “een leider, een vlag, een land” nog steeds heel functioneel inzetten. Dat daarbij minderheden als de Koerden geslachtofferd moeten worden, is voor Erdoğan slechts een bijzaak van een strategische keuze op weg naar de absolute macht.

Via de dit weekeinde geënsceneerde actie is Nederland het decor geworden voor die strijd tegen vernedering. Erdoğan kan nu als sterke leider zijn achterban haar verloren trots weer teruggeven. In Turkije haalt hij nu flink uit naar Europa als de grote buitenlandse vijand die de ontwikkeling richting een groot en sterk Turkije wil tegenhouden. Dat is altijd bruikbaar als het even tegen zit. En mocht het nodig zijn, dan kan hij altijd nog een totale ommezwaai maken, zonder dat dat politieke consequenties zal hebben. Om de absolute macht te verkrijgen is alles veroorloofd.

Vluchtelingendeal

Maar achter dat nationalistische decor staan de Nederlandse politici die het spel lekker meespeelden. Tot nu toe lieten ze Turkse diplomaten en prominenten van Erdoğans AK-partij hier zonder problemen propaganda maken. Alle Nederlandse partijen die nu plots schouder aan schouder staan en Erdoğan een les willen leren, kijken al vijftien jaar toe hoe hij massaal mensenrechten onder de voet loopt. En waren het niet diezelfde politici die een deal met hem sloten om vluchtelingen tegen te houden? Die politiek zaken bleven doen met Turkije ook nadat tientallen Koerdische politici en meer dan honderd journalisten in de gevangenis belandden?

Het kan Erdoğan momenteel niets schelen dat de diplomatieke rel tussen Turkije en Nederland zo uit de hand is gelopen. Dat is nu eenmaal wat hij nodig heeft om zijn referendum te winnen. Daarna zal hij de oude orde herstellen. Hij zal het zelfs als een succesverhaal presenteren, net zoals hij na het conflict met Rusland deed. Het zal niemand verbazen als het tot aan het referendum tot meer van dit soort tactische escalaties van conflicten zal komen, op kleine of grote schaal. Maar of het voldoende zal zijn om hem te laten winnen? Laten we hopen van niet.

Bülent Yilmaz