Het verzet rond Zwarte Piet is goed voor de democratie. Koester het

Rosa Parks na haar arrestatie
Rosa Parks na haar arrestatie.

Wie de geschiedenis bekijkt, ziet dat juist buitenparlementair verzet de democratie verder brengt. Veroordeel en criminaliseer het niet, maar koester het, zegt filosoof Mathijs van de Sande.

Ze zouden de passagiers in de bus van Rosa Parks kunnen zijn, die met enig ongemak kijken naar haar protest. Premier Mark Rutte en VVD-fractievoorzitter Klaas Dijkhoff lieten zich eerder deze week kritisch uit over het verzet tegen Zwarte Piet. Rutte wil dat er niet langer wordt gedemonstreerd tijdens de intocht: dat is een kínderfeest. Wat Dijkhoff betreft is Nederland drie weken lang, vanaf de intocht tot pakjesavond, verboden terrein voor protest. Dat is in die periode en op die plek te ongemakkelijk.

Rosa Parks was een Amerikaanse burgerrechtenactiviste die in 1955 wereldnieuws werd, nadat ze in de bus weigerde op te staan voor een blanke medepassagier. In haar woonplaats Montgomery waren zwarten in die tijd wettelijk verplicht hun plaats af te staan aan blanken. Maar Rosa Parks bleef zitten waar ze zat, omdat ze vond dat ze net zoveel rechten had als een blanke passagier. De ‘buitenwettelijke’ actie van Parks was weliswaar ongemakkelijk voor de buschauffeur en haar medepassagiers, maar haar arrestatie en veroordeling vormden wel de aanleiding tot een grootscheepse boycot, geleid door dominee Martin Luther King. Die leidde uiteindelijk tot de afschaffing van de rassenscheiding in het openbaar vervoer.

Kerkasiel

Wat filosoof Mathijs van de Sande met dit voorbeeld maar wil zeggen over de huidige tijd: “Problematiseer protest niet zo en criminaliseer het zeker niet”, zegt hij. “Politici zijn geneigd het als een ongemak te zien. De Zwarte Pieten-discussie is in dit opzicht een heel goed voorbeeld, maar ook het kerkasiel in Den Haag en de blokkade van het gasveld in Groningen. Deze acties veroordelen is democratisch zeer ongezond en historisch problematisch.

Want we moeten erkennen dat veel vooruitgang in politieke zin het gevolg is van daden van mensen die protesteerden en daarbij de wet braken, net als Rosa Parks. Ongehoorzaamheid heeft geleid tot algemeen stemrecht, maar ook tot de vrouwen- en arbeidsrechten, het vrije onderwijs en de verzorgingsstaat. Dat zijn allemaal verworvenheden die zijn ontstaan uit de mobilisering van onvrede.”

Van de Sande doceert in de hoge Erasmus-toren van Radboud University politieke filosofie, met als specialisme “politiek activisme” en als onderdeel daarvan “burgerlijke ongehoorzaamheid”. Daarbij kijkt hij uit over de stad die daarin een traditie heeft. Vanuit de heuvels van het “rooms-rode” Nijmegen werden in de vorige eeuw de blokkadeacties aangevoerd die zouden leiden tot de sluiting van de kerncentrale in Dodewaard en de snelle kweekreactor in Kalkar, en het behoud van de woningen in de Piersonstraat die anders was omgetoverd in een parkeergarage.

Het lijkt erop dat mondige burgers zich steeds nadrukkelijker roeren. Ze komen elkaar ook steeds meer tegen op straat. Wordt daarmee ook het begrip “burgerlijke ongehoorzaamheid” afgestoft?

“Niet alle acties zijn natuurlijk onder dat begrip te scharen. De term is geïntroduceerd door de Amerikaanse filosoof Henri Thoreau, die in 1846 werd gearresteerd omdat hij weigerde belasting te betalen uit protest tegen de slavernij en de Amerikaans-Mexicaanse oorlog. Naar aanleiding hiervan schreef hij het essay ‘Civil Disobedience’.

Het grappige is dat we zijn actie nu niet meer burgerlijk ongehoorzaam zouden noemen, omdat Thoreau de publiciteit niet zocht om iets aan de kaak te stellen. Hij was eerder een gewetensbezwaarde. In de huidige betekenis gaat het om acties door burgers die weliswaar buitenwettelijk zijn, maar geweldloos en gemotiveerd. Ze hebben tot doel misstanden of ongelijkheden aan te kaarten, maar de actievoerders doen dat openlijk en accepteren ook als justitie daar tegen optreedt.”

De Friezen die vorig jaar op de snelweg anti-Zwarte Piet-demonstranten tegenhielden, zijn veroordeeld voor opruiing en overtreding van de Wegenverkeerswet. Waren zij in feite burgerlijk ongehoorzaam?

“Dat denk ik niet. Ik heb die term in deze zaak ook niet door hun advocaten horen gebruiken. De blokkeerders hadden geen hoger doel, ze wilden eenvoudigweg niet dat er bij de intocht van Sinterklaas gedemonstreerd werd. Ze ontzegden dus het recht wat andere burgers toekwam. En ze erkenden ook de rechtsstaat niet. Dat heet eigenrichting. Ze deden justitie en de rechter af als ‘te links’.”

En hun tegenpartij? Zijn de anti-Zwarte­ Piet-demonstranten wel burgerlijk ongehoorzaam?

“Nee, zij maken gewoon gebruik van het recht op demonstratie.”

Nog een poging: de mensen die in Den Haag met een doorlopende kerkdienst willen voorkomen dat het uitgeprocedeerde Armeense gezin Tamrazyan wordt uitgezet? Is kerkasiel een vorm van burgerlijke ongehoorzaamheid?

“Nee, zij maken juist handig gebruik van de wet, de Algemene wet op het binnentreden, die voorschrijft dat godsdienstoefeningen niet mogen verstoord.”

Oké, kunt u misschien zélf een actueel voorbeeld noemen?

“Neem de vluchtelingen van We Are Here die in Amsterdam en omgeving verblijfsruimte kraken. Door gebouwen te bezetten zorgen ze praktisch gezien voor onderdak, maar stellen ze ook een praktijk aan de kaak die in hun ogen een misstand is: dat je als uitgeprocedeerde geen rechten meer hebt. Opmerkelijk hierbij is wel dat zij géén Nederlands staatsburger zijn, en daarmee rekken ze de definitie op. Datzelfde zag je gebeuren bij de blokkade-actie deze zomer van een gasveld in Groningen. Die was ook burgerlijk ongehoorzaam, maar veel actievoerders waren helemaal geen Nederlandse burgers. Als bewoners van de aarde of wereldburgers zijn zij ongerust over de klimaatveranderingen en spreken ze niet alleen de overheid aan, maar ook bedrijven die doorgaans helemaal geen verantwoording hoeven af te leggen. De term burgerlijke ongehoorzaamheid krijgt zo langzamerhand een nieuwe invulling.”

Is die term ‘links’? Anders gesteld: zijn er ook rechtse voorbeelden van burgerlijke ongehoorzaamheid?

“Absoluut, maar in mindere mate. Toch zijn de acties van Identitair Verzet, dat op diverse plaatsen in Nederland de daken van moskeeën bezet, goede voorbeelden. De club vraagt met een buitenwettelijke actie de aandacht van het brede publiek voor wat zij als misstand ziet, motiveert de actie ook en laat zich uiteindelijk door de politie afvoeren. Een verschil met de andere voorbeelden is overigens wel dat extreem-rechts de bestaande maatschappelijke verhoudingen niet wil veranderen, maar juist wil consolideren.”

U maakt zich zorgen over de manier waarop er in Nederland op allerlei protesten wordt gereageerd.

“Ik zie dat de waardering voor ongehoorzame burgers de afgelopen tien jaar wel erg klein is geworden. Mensen die zeg maar buiten de lijntjes kleuren worden te snel in verband gebracht met illegaliteit of zelfs criminaliteit. De Zwarte Pieten-discussie laat dat weer zien. Het protest wordt per definitie als onwenselijk, gevaarlijk en problematisch gezien, zelfs door onze premier. Bij demonstraties worden mensen te snel opgepakt omdat de openbare orde in het geding zou komen, maar alle demonstranten worden vervolgens door een rechter vrijgesproken: als ze al moeten voorkomen want de meeste zaken worden geseponeerd. Voor hun aanhouding was dus geen enkele juridische grond. De Nationale Ombudsman heeft er wijze woorden over gesproken: burgemeesters zien het protest vooral als een ongemakkelijk openbare orde-probleem.”

Burgemeester John Jorritsma van Eindhoven zag afgelopen weekend de eieren overkomen en hoorde racistische leuzen. Hij zal na de ongeregeldheden bij de intocht van de Sint vragen: hoe moet ik het dan zien?

“Ongeregeldheden zijn strafbare feiten waartegen hij moet optreden, maar protest zal hij moeten koesteren. In ons dominante politieke discours voert law and order de boventoon en heerst er een bijzonder statisch en eenzijdig begrip van wat democratie eigenlijk is. Dat wordt vooral in Den Haag gezien als iets dat in hetzelfde Den Haag gebeurt, in een beperkt aantal instituties, waar wij als publiek in zekere zin buitenstaan.

Ik zou zeggen dat vormen van burgerlijke ongehoorzaamheid en ander protest juist een elementair onderdeel zijn van de democratie. De Franse politiek historicus Pierre Rosanvallon noemt dit de contra-democratie. Met dat begrip zegt hij niet dat demonstranten tegen de democratie zijn, maar wel dat ze tegenwicht bieden en protest daarmee een elementair aspect van democratie is. Om terug te keren naar het begin van mijn antwoord: daarmee verdient het géén argwaan of angst, maar bescherming.”

Hans Goslinga verwees in zijn column in Trouw over het Haagse kerkasiel naar de uitspraak van PvdA-leider Joop den Uyl in 1970: “Wie de wet verzet al naar het uitkomt, baant de weg voor het recht van de sterkste.” Zelf concludeerde Goslinga dat kerkasiel het vertrouwen in de democratische rechtsstaat ondergraaft, de emoties aanwakkert en willekeur vergroot. Dat staat haaks op uw betoog.

“Laat ik eerst ingaan op Den Uyl. Het is een misvatting dat bij burgerlijke ongehoorzaamheid het recht van de sterkste geldt. Ongehoorzaamheid is vaak een gevolg van een machtsrelatie die allerminst gelijk is. Actievoerders trekken niet op omdat zij de sterksten zijn, ze ageren juist tegen de macht: die op het Binnenhof. Verzet ondergraaft de democratie niet, maar is er een noodzakelijk onderdeel van, zo betoogde ik eerder. Elk bedrijf heeft tegenspraak nodig, ook de democratie. En het argument van de emotie wordt door Goslinga selectief toegepast. Uiteindelijk speelt emotie altijd een rol in de politiek, alleen moet je die soms kritisch waarderen.

In geval van het kerk­asiel kan die emotie ook meespelen, maar ik denk dat meer mensen vanuit volstrekt rationele principes als solidariteit vinden dat een gezin dat al zo lang in Nederland is, niet uitgezet mag worden naar een land dat het niet eens kent. Ik hoef geen emotionele band met dat gezin te hebben om dat te voelen: je kunt uitzetting ook op afstand en geheel beredeneerd moreel verwerpelijk vinden. Oók als die uitzetting door een rechter is goedgekeurd. We moeten immers niet vergeten dat Rosa Parks met haar actie in de bus de wet brak als protest tegen die wet.”

Hans Marijnissen
(Dit interview verscheen eerder in Trouw. Het gebruik van koloniale begrippen als “blanke” en “zwarten” is voor rekening van de auteur.)