Weg met de Participatiewet

Over de Participatiewet is al veel gezegd en geschreven. De teneur van veel commentaren is dat de wet op zijn minst gedeeltelijk mislukt is. De oorspronkelijke doelstellingen, mensen in de bijstand en gehandicapten massaal aan betaald werk krijgen, zijn niet of nauwelijks bereikt.

De ontschotting van Wajong, Wet Sociale Werkvoorziening en bijstand, waarbij al die groepen onder de Participatiewet kwamen te vallen, heeft weinig effect gehad. De gelijktijdige afschaffing van toestroom naar de sociale werkplaats en jonggehandicapten niet meer in de Wajong heeft ertoe geleid dat gehandicapten die vroeger in de sociale werkplaats werkten, nu thuis zitten. Veel jonggehandicapten zijn in een uitzichtloze armoede gestort.

Uitsluiting

Wat daarbij opvalt is dat ervaringsdeskundigen zeggen dat de wet eerder averechts werkt. In plaats van mensen te stimuleren zich te ontplooien, werpen de ingewikkelde regels en de bureaucratie in de uitvoering juist barrières op die de klant belemmeren in het ontplooien van activiteiten. Ervaringsdeskundigen hebben boeken volgeschreven over hoe dit in de praktijk werkt. Enkele voorbeelden.

Eric Hochstenbach (67) beschreef zijn leven in de biografie “Gelukkig ik leef nog”. Hij heeft zijn bestaan als lichamelijk gehandicapte vastgelegd in een persoonlijke beschrijving die een goed beeld geeft van de problemen die je dan tegenkomt. Discriminatie, eenzaamheid, onbegrip en uitsluiting vanuit de maatschappij heeft hij heel zijn leven meegemaakt. Eric noemt dat het ijzeren gordijn waardoor hij constant het gevoel heeft in een gevangenis te leven.

Moeras ingezogen

Gerard Sangers schreef het boek “Met dank, door MijnOverheid bij de Voedselbank”. Hij schreef een tweede boek, “Te gek voor woorden”, over de leefwereld van een bijstandsgerechtigde. Gerard raakte in 2011 zijn baan kwijt. Hij werkte keihard om uit de bijstand te komen en nam drie nulurencontracten tegelijk aan.

Bij Gerard resteert het gevoel dat hij door de Participatiewet een soort moeras werd ingezogen. O wee als je in de bijstand zit en erbij gaat werken. Veel sociale diensten kunnen de bijverdiensten niet vlot verrekenen, met als gevolg onterechte opschortingen, verkeerde berekeningen en plotselinge grote terugvorderingen. “Uiteindelijk heb ik met werk moeten stoppen, omdat het niet meer te betalen was.”

Gevecht tegen bureaucratie

Stella de Swart schreef het boek “Armoede krijg je gratis”. Haar gevecht tegen de bureaucratie is een gevecht van jaren, waarbij ze ten strijde trekt om er het beste van te maken voor haar twee kinderen. Stella raakt verstrikt in het web van ambtelijke regels en formulieren. Dat leidt uiteindelijk zelfs tot schuldsanering. Ze moet leven van een paar tientjes per week en voordat ze het weet, staat ze zelf met schaamte in de rij voor de Voedselbank.

Aan de ene kant is de Participatiewet grotendeels mislukt. Er zijn naar schatting anderhalf miljoen mensen tussen de 18 en de 67 jaar die geen betaald werk hebben. Aan de andere kant betekent de coronacrisis een versnelling in veranderingen in het karakter van betaald werk, waardoor ook arbeidskrachten werden getroffen die een vaste aanstelling hadden.

Isolement

Thuiswerken neemt een hoge vlucht. Velen zitten geïsoleerd thuis achter de computer te werken en vergaderen alleen online via applicaties die deze faciliteit bieden. Fysiek bij elkaar komen is er niet meer bij of nog slechts incidenteel. Hoewel in de nabije toekomst fysiek bij elkaar komen wel weer mogelijk lijkt te zijn, is thuiswerken een blijvertje.

Door deze ontwikkelingen zitten veel arbeiders thuis in een isolement. Daar komt de doorgeschoten flexibilisering van de arbeid nog bij. De tijd dat je aan betaalde arbeid status kon ontlenen, sociale contacten kon opbouwen, jezelf kon ontplooien in intensieve contacten met collega’s op een vaste werkplek in teamverband is voor velen al lang voorbij.

Parallelle arbeidsmarkt

Sommigen willen omvangrijke investeringen in verschillende sectoren om de anderhalf miljoen baanlozen aan werk te helpen, oftewel: de parallelle arbeidsmarkt. Dat laatste houdt het gevaar in dat er sprake is van werkverschaffing: gedegradeerde betaalde arbeid verrichten die eigenlijk niet noodzakelijk is. Velen die voor deze oplossing kiezen op basis van het traditionele arbeidsethos pleiten voor dat soort werkverschaffing. Daarbij worden “basisbanen”, reïntegratieprojecten en allerlei andere vormen van aanvullende arbeid, soms werken met behoud van uitkering, ingevoerd om vooral bijstandsgerechtigden aan het werk te krijgen.

In de praktijk zijn deze maatregelen in het licht van de macro-ontwikkelingen echter een druppel op een gloeiende plaat, die de meeste mensen die geen betaald werk hebben niet aan een baan zal helpen. Ik zie het in toenemende mate als een achterhoedegevecht. Ik zie meer in: arbeidstijdverkorting, verhoging van de minimumlonen en de daaraan gekoppelde uitkeringen, waarbij het wettelijk minimumloon naar 14 euro per uur gaat.

We moeten volledige robotisering van zoveel mogelijk productieprocessen eisen en felle kritiek leveren op het westerse arbeidsethos, waarbij betaald werk wordt beschouwd als zaligmakend en de enig mogelijke bron van ontplooiing en inkomensvoorziening.

Vrijheid

Verder pleit ik voor de invoering van een universeel leefbaar basisinkomen. Het is de notie van vrijheid die daarbij aantrekkelijk is. Die vrijheid geeft mensen de ruimte om vorm te geven aan de sociale structuren, contacten, alternatieve vormen van arbeid en de menselijkheid die nu door robotisering, flexibilisering en veranderingen in het karakter van arbeid dreigen weg te vallen.

De vrijheid die met een basisinkomen gepaard gaat, biedt voor verschillende groepen een aanknopingspunt om een emancipatiebeweging te ontwikkelen van “hier zijn we, wij zijn er ook en we komen los”. Daarnaast zal er een programma ontwikkeld moeten worden om de bezitsverhoudingen en de tegenstellingen tussen arm en rijk in de wereld te veranderen en de grote platforms onder controle te brengen van de gemeenschap.

Piet van der Lende

(Dit artikel verscheen eerder op de website van Sociaal Bestek.)