Aanvallen op alevitische instellingen in Turkije
In Turkije zijn alevitische instellingen en een alevitische bestuurder aangevallen. Dergelijke aanvallen hebben een lange en bloedige traditie in het land.
Het gebeurde op 5 augustus, aan het begin van de islamitische maand Moharrem, wanneer de alevieten rouwen om de dood van de kleinzoon van de profeet, Hoessein, in de slag bij Kerbala. Selami Sarıtaş, het hoofd van het alevitische gebedshuis (cem) in de wijk Kartal in Istanboel, reed in zijn auto toen een motor vreemde manoeuvres maakte en uiteindelijk zijn weg versperde.
De twee mannen op de motor stapten af en deden alsof ze naar een huisnummer vroegen. Sarıtaş, die intussen het raampje naar beneden had gedraaid, zei dat ze het huis al voorbij waren. Op dat moment begonnen de mannen tegen hem te schelden en een van hen sloeg hem met zijn vuist. Tegelijk probeerden ze de autodeur te openen. Sarıtaş drukte op de claxon en wist na een handgemeen zijn auto vrij te maken. Toen hij het incident later meldde, had hij twee blauwe ogen.
De aanval op Sarıtaş, die de tweede voorzitter is van de Federatie van Alevitische Stichtingen in Turkije, vond plaats kort nadat bij vijf alevitische instellingen in Ankara eigendommen waren beschadigd. Ahmet Ozan Karaca was een van de daders. Hij reed van zijn huis in Izmir naar Ankara en viel binnen 45 minuten drie alevitische instellingen aan. Karaca gaf later een verwarde verklaring: de Illuminati hadden hem gezegd de alevitische instellingen aan te vallen. Buitenlandse, boze krachten hadden het dus weer eens gedaan. Kort na de incidenten in Turkije werd ook een ruit ingegooid bij een alevitische culturele vereniging in het Duitse Düren.
Aanvallen op alevieten kennen een lange en bittere traditie in Turkije. Ze werden al onderdrukt in het Ottomaanse Rijk. Sultan Selim I (1512-1520) – bijnaam Yavuz (de Wrede) – zou meer dan veertigduizend alevieten tussen de zeven en zeventig jaar hebben geëxecuteerd. De Turkse president Recep Tayyip Erdoğan heeft een brug over de Bosporus naar deze sultan genoemd.
Het spoor van bloed loopt door tot in het recente verleden. In 1978 werden meer dan honderd alevieten vermoord in Kahramanmaraş. De pogrom duurde een hele week. Twee jaar later vermoordden leden van de Grijze Wolven achttien alevieten in de omgeving van Çorum. In 1993 belegerde een opgehitste menigte dertien uur lang een hotel in Sivas. Toen het in vlammen opging, kwamen zevenendertig mensen om, voor het merendeel alevitische intellectuelen die waren gekomen voor een alevitisch cultureel festival.
Aanleiding voor de pogrom was vooral de aanwezigheid van de atheïstische satiricus Aziz Nesin, die eerder delen van het boek “De satanische verzen” van Salman Rushdie in het Turks had vertaald en gepubliceerd. Maar uiteindelijk was het opnieuw de alevitische minderheid die werd getroffen. In 1995 beschoten onbekenden cafés in de wijk Gazi in Istanboel, waar voornamelijk alevieten verbleven, waarbij een alevitische voorganger (dede) om het leven kwam. Tijdens de demonstraties en rellen die volgden, doodde de politie volgens officiële cijfers vijftien mensen.
Het alevitisme is een religieuze beweging die is ontstaan in Anatolische dorpen en kleinere steden. De aanhangers zijn het er onderling niet over eens of zij moslims zijn of niet. Het is niet zo makkelijk om dat punt volledig op te helderen, ook al omdat er geen uniforme leer van de alevitische religie bestaat. Het staat buiten kijf dat er in het alevitisme veel dingen zijn die in het geheel niet islamitisch lijken, zoals de afwijzing van straf en beloning in het hiernamaals. Terwijl de Koran uitvoerig in gaat op het paradijs en de hel. Het feit dat mannen en vrouwen samen bijeenkomen in de cemhuizen, en dat alevieten ook naar muziek luisteren en alcohol drinken, vervult sommige orthodoxe moslims met afschuw en misschien ook met afgunst. Indien de alevieten echter op grond van andere kenmerken van hun godsdienst als moslims worden beschouwd, dan behoren zij eerder tot de sjiieten, waartoe de meerderheid van de bevolking in Iran en Irak behoort, terwijl de door de staat gesteunde meerderheidsgodsdienst van Turkije de soennitische islam is.
Deze keer reageerde de staat onmiddellijk op de incidenten. Minister van Binnenlandse Zaken Süleyman Soylu (AKP) belde Sarıtaş persoonlijk op en beloofde opheldering. In korte tijd arresteerde de politie negen verdachten voor de aanslag op Sarıtaş. Er werd gesproken over een terroristische organisatie. De religieuze krant Yeni Şafak (Nieuwe Dageraad), die dicht bij Erdoğan staat, schreef dat de verdachten behoorden tot de Revolutionaire Jeugd, een groep gewapende linksen uit kringen rond de maoïstische THKP-C. De groep heeft dit onmiddellijk ontkend. Het zou ook voor het eerst zijn dat linkse mensen alevieten aanvielen.
Na de aanvallen op de alevitische instellingen heeft ook president Recep Tayyip Erdoğan zich uitgesproken. Hij verzekerde hen van zijn speciale bescherming, zinspeelde op een mogelijke erkenning van de cemhuizen als gebedshuizen, wat hen onder meer belastingvoordelen zou opleveren, en bezocht zelf de Hüseyin Gazi Cemevi in Ankara. Daar nam hij plaats in de halve cirkel van de ouderen bij het breken van het vasten. Het was de eerste keer in de twintig jaar van zijn bewind dat Erdoğan een alevitische instelling betrad, en kort daarna werd het volgende bezoek aan een alevitische culturele plek in Nevşehir aangekondigd.
Maar de muur waar Erdoğan voor ging zitten om zijn vasten te verbreken (en natuurlijk ook voor een foto) moest wel van tevoren worden voorbereid. Weggehaald werd een kleurrijke afbeelding van de mysticus Hacı Bektaş, die in de dertiende eeuw een soort vroege humanist was en een grote invloed had op het alevitisme. In plaats daarvan werden achter Erdoğan de Arabische letters voor Allah, de profeet Mohammed en zijn schoonzoon Ali aangebracht.
Na het vertrek van Erdoğan werd de foto van Hacı Bektaş teruggeplaatst. De foto met Erdoğan in het verbouwde cemhuis heeft veel alevitische vrouwen beledigd. Dilan Kilic van het bestuur van de alevitische gemeenschap in Duitsland zei in een interview met Jungle World dat dit niet is hoe een alevitische gemeenschap eruit ziet, dat het hele gebeuren een enscenering is en ook het onzichtbaar maken van het alevitisme. De Turkse federatie van alevitische stichtingen uitte scherpe kritiek op het optreden van Erdoğan en nam het initiatief om de leiding van de Hüseyin Gazi Cemevi uit de federatie te zetten. Kilic had dan geen sympathie voor Erdoğan, maar wel voor de alevitische gemeenschap in Ankara. “Als Erdoğan zegt dat hij zal komen, dan zal hij komen en zal hij het op die manier regelen,” zei ze.
In zijn column in de linkse krant Birgün wees Yaşar Aydın erop dat er volgend jaar verkiezingen moeten worden gehouden: het parlement en de president moeten uiterlijk in juni worden gekozen. Met een inflatie van momenteel zo’n tachtig procent moet Erdoğan nu al moeite doen voor zijn herverkiezing. Hij heeft een vast programma voor verkiezingscampagnes, verklaarde Aydın. Dat omvat ook de term “opening”. Met variaties afhankelijk van de economische situatie, kan dit “toverwoord” nu eens betrekking hebben op de Koerden, dan weer op de Armeniërs, de democratie, de EU, de mensenrechten en natuurlijk ook op de alevieten. Niet-bindend verpakt als “vrijheid van godsdienst en geloofsovertuiging” was er al bij de verkiezingen van 2002 een eerste “opening” voor de alevieten. Soortgelijke dingen gebeurden al vóór verschillende verkiezingen en belangrijke referenda waarmee Erdoğan zijn macht uitbreidde.
Na alle verkiezingen gebeurde echter regelmatig hetzelfde, namelijk niets. Het alevitisme wordt niet erkend als godsdienst, kinderen uit alevitische gezinnen worden nog steeds gedwongen soennitisch-islamitisch onderwijs te volgen, de cemhuizen betalen dezelfde belasting als fabrieken, de Yavuz Sultan Selim-brug heet nog steeds zo. Erdoğan zal, zoals gewoonlijk, waarschijnlijk niet veel stemmen van de alevieten krijgen. Zijn doel is hen te verleiden met de beloften van de staat en dan toch nog enkele conservatieve leden van de alevitische minderheid aan zijn kant te krijgen. Maar hij heeft deze truc misschien een beetje te vaak uitgehaald.
Jan Keetman
(Dit artikel verscheen op 18 augustus 2022 in Jungle World onder de titel “Übergriffe auf alevitische Institutionen”. Vertaald door de redactie.)
Er was inderdaad veel kritiek op het bestuur van het cemhuis in Ankara dat door Erdoğan werd bezocht. Het is niet alleen, zoals Dilan Kilic van het bestuur van de alevitische gemeenschap in Duitsland zei in een interview met Jungle World, dat het hele gebeuren een enscenering is voor het onzichtbaar maken van het alevitisme. Het is ook een soennitisering van alevitisme. In de maand Moharrem vasten alevieten om te rouwen om de dood van kleinzoon van Mohammed. Dat is alles. Dat doen ze op een eigen manier binnen de eigen kringen. Een gemeenschappelijk Iftar, zoals de betreffende alevitische verenging die heeft georganiseerd bij het ontvangst van Erdoğan, kennen alevieten niet. Ze eten weinig, geen luxe gerechten, geen vlees. Ik hoorde wel eens dat in sommige gebieden waar alevieten leven men 12 dagen niet meer dan rozijnen eet. Alevieten bidden niet, eten bij hun ceremonies, en reciteren geen Koranversen met de handen open naar boven. Ze houden met handen vast aan tafel of leggen ze schuin op hun borst op de hoogte van het hart en herhalen het alevitische gebed dat iedereen kent en voor iedereen begrijpelijk is. Voor alle duidelijkheid: het alevitische vasten (rouw) verschilt ook wezenlijk van sjiïsme of jafariïsme. Er wordt ook niet gedaan aan massale zelfpijniging in het openbaar, waar bij die religie meestal groepen jonge mannen aan meedoen.