Lumumba inspireert nog steeds strijd voor verandering in Congo (Afrika-serie deel 3)
Al decennia lang wordt Congo-Kinshasa geteisterd door geweld, onderdrukking, corruptie en straffeloosheid. Maar jongeren laten het er niet bij zitten. In 2011 richtten zij de burgerbeweging Lutte pour le Changement (Lucha, Strijd voor de Verandering) op. Hun visie: “We willen een nieuw Congo, een sterke, vrije, verenigde en welvarende natie, waar elke Congolees een waardig en sociaal rechtvaardig leven kan leiden. We halen onze inspiratie uit de politieke ideeën van Lumumba en andere tegenstanders van kolonisatie en slavernij.”
Aan het woord is de Congolese activist en onderzoeker Bienvenu Matumo, in gesprek met Ben Radley van Review of African Political Economy (ROAPE).
Onze Afrika-serie
1. Wat er gebeurt in Niger is helemaal geen doodgewone staatsgreep
2. De junidagen: Senegals strijd voor rechtvaardigheid
3. Lumumba inspireert nog steeds strijd voor verandering in Congo
4. Het ‘vriendelijke’ Nieuwe Kolonialisme
Als kind woonde ik in een dorp in Nyamilima (in het oosten van Congo-Kinshasa, de Democratische Republiek Congo), waar mijn vader werkte als agent van de Agence Nationale de Renseignements (ANR, Nationale Veiligheidsdienst). Ik ben dus de zoon van een smeris. Hij heeft me opgevoed om politiek bewust te zijn en om van de radio te houden, zodat ik het nieuws zou volgen en zo raakte ik geïnteresseerd in informatie en politiek. Mijn vader kwam uit Zuid-Kivu (Oost-Congo) en beschreef de conflicten en de oorlog in de jaren zestig, de onafhankelijkheidsstrijd en vooral de opeenvolgende Congolese presidenten. Ik kom uit een eenvoudig gezin, maar mijn vader zei me dat ik het verder kon brengen dan hij. Hij wilde dat ik hard zou studeren om een fatsoenlijke baan te krijgen en uiteindelijk de politiek in te gaan. Ik was nog erg jong toen hij in 2001 overleed, dus om mijn school- en universiteitsdiploma te halen had ik veel steun nodig van mijn moeder en haar familie.
Ik ben opgegroeid te midden van de conflicten in de provincie Noord-Kivu (ook in Oost-Congo). Ik heb Congolezen zien sterven, jonge mensen vermoord zien worden omdat ze tot de ene of de andere etnische groep behoorden. Ik verloor vrienden die het slachtoffer werden van dit etnische geweld. Andere vrienden sloten zich aan bij gewapende groepen om wraak te nemen voor familieleden die gedood waren, en sommige van die vrienden stierven. Geen van die vrienden had er vrijwillig voor gekozen om lid te worden van zo’n groep. Als slachtoffers van geweld was het naar hun idee iets wat ze móesten doen.
Deze conflicten bepaalden mijn levensweg. Het onrecht dat ze veroorzaakten en de armoede waarin Congolese gezinnen zoals het mijne leefden. Spijtig genoeg teisteren verschillende problemen uit mijn kindertijd vandaag de mensen nog steeds. Denk maar aan de ontheemden door de oorlog, de Rwandese vluchtelingen en de slachtoffers van de Rwandese en Oegandese bezetting van Oost-Congo.
Ik studeerde in 2008 aan de universiteit van Goma (Oost-Congo) toen ik activisten zoals Luc Nkulula, Serge Sivya en anderen ontmoette. Dat bracht me ertoe me aan te sluiten bij de burgerbeweging Lucha, die toen nog in de kinderschoenen stond.
Gevangenis werd een activistisch laboratorium
De ANR arresteerde me twee keer in Kinshasa (hoofdstad van Congo) voor mijn activisme, in augustus 2015 en opnieuw in februari 2016. De eerste keer verbleef ik niet lang op het politiebureau. Na druk van verschillende kanten – Amnesty International, bevriende Congolese organisaties en individuele Congolezen – werd ik na vier dagen verhoor zonder proces vrijgelaten. Maar de tweede keer zat ik zes maanden vast in Makala, de grootste gevangenis van Kinshasa. Vrienden die samen met mij gearresteerd waren, hadden last van depressies omdat dit hun eerste gevangeniservaring was. Maar ik bleef sterk, zowel voor het oog van de buitenwereld als inwendig. Ik was de meest prominente figuur in de zaak en trad op als leider. Ik kon het me niet veroorloven om angstig of depressief over te komen, ook al veranderde de gevangenisstraf de loop van mijn leven, zowel ten goede als ten kwade.
Ik maakte me meer zorgen om mijn moeder en twee zussen, die afhankelijk van me waren. Ik was nog maar net afgestudeerd en had net een aanstelling bij het Ministerie van Landbouw gekregen. Ik dacht dat ik mijn baan zou verliezen en dat mijn gezin eronder zou lijden. Onze gevangenschap was echter van grote politieke en symbolische betekenis. We vertegenwoordigden een moedige jongere generatie die bereid was om te vechten en de dictatuur uit te dagen, en onze opsluiting maakte Congolezen bewust van de politieke manipulatie van het rechtssysteem.
Tijdens onze zes maanden in Makala hebben we veel bereikt. Zo hebben we er bijvoorbeeld de Lucha-afdeling Kinshasa opgericht. De autoriteiten hadden de gevangenis bedoeld als een plaats van straf en opsluiting. In plaats daarvan werd het een activistisch laboratorium. Het werd ook een universiteit, omdat we de mogelijkheid kregen om te lezen, kennis uit te wisselen, te schrijven, te debatteren en talen te leren zoals Engels en Italiaans. Hoewel we eerlijk gezegd daar niet veel vooruitgang in boekten. Terwijl ik in de gevangenis zat, stelde ik er met veel steun van Lucha-lid Fred Bauma mijn aanvraag op voor een beurs die me in staat stelde om in Frankrijk te gaan studeren, zodat ik er daarna promotieonderzoek kon doen aan de Université Paris 8, waar ik nu lesgeef op de afdeling geografie.
Kortom, ik denk dat mijn tijd in de gevangenis een grote rol heeft gespeeld bij het vormgeven van mijn activisme en bij mijn sociale en culturele ontwikkeling. Ik heb fantastische gevangenen ontmoet die ons vitale steun gaven. Met Eddy Kapend (naaste medewerker van revolutionair en voormalig president van Congo Laurent Kabila ) besprak ik regelmatig de geschiedenis van Congo. Ik heb mijn eerste serieuze contacten met de Congolese politiek gelegd toen ik in de gevangenis zat. Kortom, het effect van deze arrestaties was dat ze zowel mijn persoonlijke betrokkenheid als de opbouw van Lucha versterkten.
Geweldloos verzet
Ik ben ondertussen al bijna negen jaar een trots lid van Lucha. Wij werken aan sociale rechtvaardigheid en menselijke waardigheid. Ons doel is om mensen bewust te maken, zodat ze in staat zijn om machthebbers te controleren en ter verantwoording te roepen. We willen onze burgerlijke verantwoordelijkheid serieus nemen, en dat betekent dat we politiek bewust moeten zijn en onze macht als burgers moeten uitoefenen om vrijheid, democratie en respect voor de mensenrechten in ons land te verzekeren en een regeringsvorm te krijgen die alle Congolezen de gelegenheid biedt om in vrede en in gelijkheid voor de wet te genieten van onze natuurlijke rijkdommen. Onze visie is eenvoudig: we willen een nieuw Congo, een sterke, vrije, verenigde en welvarende natie, waar elke Congolees een waardig en rechtvaardig leven kan leven. We halen onze inspiratie uit de politieke ideeën van Lumumba en andere pan-Afrikaanse tegenstanders van kolonisatie en slavernij. Lucha staat dus open voor Afrikaanse coalities en zet zich in voor bredere Afrikaanse kwesties.
We pleiten voor geweldloos verzet. Maar hoe kunnen we van jonge activisten uit regio’s, die al drie decennia lang geteisterd worden door conflicten, verwachten dat ze geweldloosheid omarmen? Ons antwoord is tegelijk eenvoudig en complex. Ten eerste moeten we onder ogen zien dat politiek geweld meer schade heeft aangericht dan problemen opgelost, wat toch de bedoeling was. Geweldloosheid is een uitnodiging om alternatieve methoden te gebruiken die tot andere, betere resultaten leiden. De oplossingen die geweldloosheid voortbrengt zijn duurzaam, terwijl geweld tot fragiele oplossingen leidt, omdat het haat en wraakgevoelens aanwakkert.
Ten tweede heeft geweldloosheid wereldwijd succes geboekt. Kijk maar naar de politieke acties van Martin Luther King, Gandhi en anderen zoals zij en luister maar naar hun politieke toespraken. Geweldloosheid is essentieel om nieuwe hoop te geven aan Congolese jongeren en om het wijdverspreide geloof dat jongeren in Oost-Congo van nature gewelddadig zijn te laten verdwijnen. Dankzij de inzet van Lucha en andere soortgelijke organisaties is geweldloosheid nu stevig verankerd in de Congolese samenleving, vooral op het gebied van politiek en gemeenschapsactivisme.
Demonstraties en stakingen
Lucha heeft haar hoogte- en dieptepunten gekend, maar de geschiedenis van de beweging toont de ideeën van ons activisten en onze woede over de illegale en willekeurige arrestaties, waarvan we telkens weer het slachtoffer zijn geworden. Lucha speelt een belangrijke historische rol in de strijd voor het respecteren van de grondwet en het oplossen van een aantal sociale kwesties. Zo organiseerde zij met succes allerlei verschillende demonstraties – dead city days, sit-ins, petities, stakingen en marsen – op lokaal, nationaal, regionaal en internationaal niveau om de corrupte president Joseph Kabila (niet te verwarren met Laurent Kabila) te dwingen zich aan de grondwet te houden en zich niet kandidaat te stellen voor een derde termijn als president.
Ik ben opgegroeid onder het presidentschap van Joseph Kabila, de zoon van de in 2001 vermoorde president Laurent Kabila. Aanvankelijk vonden veel mensen het prachtig dat hij nog zo jong was. Op school waren we er bijvoorbeeld trots op dat we de jongste president ter wereld hadden. Maar naarmate we volwassener werden en kritischer ideeën over regeren ontwikkelden, groeide onze teleurstelling. We kunnen hem zijn eerste jaren van gedeeld presidentschap, van 2002 tot 2005, vergeven, ook al zijn we het in bepaalde kwesties niet met hem eens. Maar vanaf 2006 verprutste hij echter de kans om het land te ontwikkelen, wat onvergeeflijk is. Zijn regime was er een van roof, corruptie, straffeloosheid, verduistering, onderdrukking, instabiliteit en gebrek aan discussie. Het dagelijks leven werd steeds moeilijker, met grote gevolgen voor mijn opleiding en die van mijn leeftijdsgenoten, voor families en het hele land. Veel kinderen kwamen uit families die het zich niet konden veroorloven om hen te laten studeren. Anderen maakten hun opleiding af, maar konden daarna geen baan vinden door de grote werkloosheid.
Ik werd politiek actief, toen Kabila besloot de grondwet te negeren en een derde ambtstermijn te willen hebben, toen de levensstandaard alsmaar verder daalde en gevechten in de oostelijke provincies veel Congolezen het leven kostte. Levens braken plotseling af, families werden uiteengerukt en iedereen verloor hoop op een beter leven. Dat alles liet de overheid volstrekt koud. Zij deed niets anders dan doden tellen en statistieken bijhouden. Militaire commandanten als Mamadou Ndala Moustapha en generaal Bauma die de strijd tegen de M23-rebellen hadden geleid, werden onder dubieuze omstandigheden gedood, opnieuw zonder enige interesse van de Congolese staat. Ik verafschuw ook nu nog de slechte omstandigheden waaronder militairen, ambtenaren, politieagenten en hun families moeten leven, wier protesten aanhouden terwijl ministers en gouverneurs in weelde leven. Deze ongelijke verdeling van de belastinggelden maken me woedend. We moeten strijden tegen de sociale ongelijkheid die de staat veroorzaakt en in stand houdt.
Dit alles gebeurde rond 2014. Toen radicaliseerde ik en werd ik activist. Ik wilde mijn landgenoten bewust maken van de plannen van Kabila en zijn horde roofdieren, om die te dwarsbomen. Gelukkig is Kabila geen president meer, maar zijn praktijken gaan maar door. En zodoende de strijd daartegen ook.
Repressie gaat door
Sinds januari 2019 hebben we een nieuwe president: Felix Tshisekedi. Maar de repressie gaat maar door en activisten komen om het leven. Drie Lucha-activisten zijn sinds 2019 doodgeschoten door de politie tijdens geweldloze protesten: Obadi in november 2019, Marcus in mei 2020, en recentelijk de 22-jarige Mumbere Ushindi op 24 januari 2022. Lucha-activisten zijn ook het slachtoffer van willekeurige arrestaties en een kameraad uit de Oost-Congolese stad Beni, Kambale Lafontaine, moest zijn been laten amputeren, nadat hij tijdens een demonstratie was neergeschoten. Dertien van mijn kameraden zijn onlangs in de gevangenis gegooid en veroordeeld tot twaalf maanden hechtenis. Lucha is natuurlijk in beroep gegaan tegen dit onrechtvaardige vonnis. De burgemeester van Goma heeft een andere kameraad, King Mwamwiso, laten arresteren, omdat hij scherpe kritiek had op het lokale bestuur.
Wat wel veranderd is, is de reden van de arrestaties. Onder Kabila voerden we campagne voor democratie en respect voor de grondwet. Nu protesteren we tegen de manier waarop de overheid rebellen bestrijdt. Onze eisen om een einde te maken aan de bloedbaden en het geweld zijn terecht en dragen ongetwijfeld bij aan het zoeken naar vrede. Ik moet wel zeggen dat wij niet de enige groep zijn die wordt vervolgd, omdat we veiligheidskwesties aan de orde stellen. Lokale activistische kunstenaars in Beni zijn ook het doelwit. Ik denk hierbij aan Idengo die verkommert in de centrale gevangenis van Goma.
Op politiek vlak blijft Lucha voorstellen doen voor een verbetering van het verkiezingsproces, de behandeling van Covid en het bestrijden van corruptie, straffeloosheid en de noodtoestand. Om onze doelen te bereiken zoeken we contact met politieke, religieuze en maatschappelijke stromingen. Als we naar elkaar luisteren, zal Congo daar beter van worden. We zorgen ervoor dat organisaties kopieën ontvangen van belangrijke documenten. Onze talrijke artikelen in het webtijdschrift Fatshimetrie bereiken een groot aantal activisten en vertellen onze leiders wat de burgers van hen vinden. We sturen memo’s en brieven naar de autoriteiten, wanneer er raadplegingen en conferenties zijn. We hebben ontmoetingen gehad met president Tshisekedi, de premier en andere ministers om onze voorstellen over verschillende kwesties te bespreken, maar drie jaar later zijn we nog geen stap verder gekomen. Ik besef nu dat deze mensen niet luisteren en liever gewoon op dezelfde manier doorgaan. Hun enige reactie is het demoniseren en stigmatiseren van dappere activisten. Lucha groeit en zal blijven groeien en haar rol zal de komende maanden cruciaal zijn.
Ik ben optimistisch. Mijn hoop op een mooie toekomst vloeit voort uit het feit dat ik opsta en ervoor vecht. Het Congo van morgen zal beter zijn dan het nu is, maar alleen als we onze individuele en collectieve verantwoordelijkheid nemen. Kabila is weliswaar weg, maar zijn praktijk van roof, corruptie, straffeloosheid en onderdrukking is blijven bestaan en dat moeten we resoluut bestrijden.
Lumumba inspireert ons
Het trio Lumumba, Okito en Mpolo zijn de vaders van de Congolese onafhankelijkheid, terwijl Lumumba zelf een belangrijke figuur is in de gehele Afrikaanse en zelfs in de wereldgeschiedenis. Jezelf Lumumbist noemen is een politieke troef die legitimiteit verschaft. Congolese politieke partijen blijven verkondigen dat ze Lumumba’s ideeën aanhangen. Maar woorden zijn nog geen daden. Ik denk bijvoorbeeld aan wat de Parti Lumumbiste Unifié (Palu) allemaal doet. Dat is een aanfluiting van Lumumba’s gedachtegoed. Voor mij persoonlijk was Lumumba erg belangrijk in mijn ontwikkeling als activist. Maar niet alleen voor mij. Veel jonge activisten identificeren zich met hem en belichamen zijn gedachtegoed. Patrice Lumumba blijft ons inspireren.
Bienvenue Matumo en Ben Radley
Voor het oorspronkelijke artikel zie: “The Struggle for Change in the Congo – An Interview with Bienvenu Matumo” van juni 2022. Vertaling en bewerking: Jan Paul Smit. Alle foto’s komen van de Facebook-pagina van Lucha.