Vooral migranten worden getroffen door het rigide beleid van de Sociale Verzekeringsbank

Naar aanleiding van het toeslagenschandaal hebben het ministerie van Sociale Zaken en de Belastingdienst besloten om voortaan niet zo rigoureus en op de automatische piloot mensen in problemen te brengen met grote terugvorderingen. Maar dat schandaal lijkt vooralsnog geen invloed te hebben op het beleid van de Sociale Verzekeringsbank (SVB). Al tien jaar geleden waren er moeilijkheden bij de SVB over het uitbetalen van het persoonsgebonden budget (pgb). Voorzitter Nicoly Vermeulen van de raad van bestuur van de SVB werd daarop ontslagen. En recentelijk is gebleken dat er ook op andere terreinen problemen bestaan binnen de SVB.

AIO-aanvulling

Er zijn migranten die bejaard zijn en die gedeeltelijk AOW hebben opgebouwd. Die mensen hebben naast hun gedeeltelijke AOW een Aanvullende Inkomensvoorziening Ouderen (AIO). Dat is een bijstandsregeling waarop alle voorwaarden van de Participatiewet van toepassing zijn. Deze migranten hebben het slechter dan Nederlanders met volledige AOW. Ze hebben soms dertig jaar of langer in Nederland gewerkt, maar worden wel geconfronteerd met een veel kwetsbaardere positie dan mensen met volledige AOW. Voor de bijstand en dus ook voor de AIO geldt dat eventuele inkomsten verrekend moeten worden met de AIO-aanvulling, bijvoorbeeld een klein pensioentje. En bijvoorbeeld de kostendelersnorm is van toepassing. De gedeeltelijke AOW wordt aangevuld tot het bijstandsminimum, en dat is meer dan 100 euro lager dan een volledige AOW. Dat komt door belastingmaatregelen die de overheid speciaal voor AOW-ers heeft ingevoerd, maar die niet gelden voor bijstandsgerechtigden.

En er geldt bij de AIO-aanvulling dezelfde vermogenstoets als in de bijstand. Sommige migranten hebben tijdens hun werkzame leven wat gespaard, en bijvoorbeeld een huisje of een stuk grond in het land van herkomst gekocht of geërfd. Vaak gaat het om een klein kapitaal. Dat moeten ze verkopen en het geld moeten ze inleveren bij de SVB. Dus ze hebben ondanks het harde werken voor niets gespaard. Soms bezitten ze in het land van herkomst een oud huis of een stuk land dat nauwelijks iets waard is, en de SVB doet daar heel moeilijk over. Die migranten moeten veel documenten inleveren en worden met wantrouwen gevolgd door de SVB. Velen waren niet op de hoogte van de vermogenstoets en hebben hun huisje of stukje land niet opgegeven aan de SVB. Daarop is de SVB in 2017 begonnen om zeer strenge controles in het land van herkomst uit te voeren, en over te gaan tot grote terugvorderingen van duizenden euro’s. De migranten zijn daardoor in bittere armoede en grote problemen terecht gekomen. Van menselijk maatwerk was volstrekt geen sprake. Betalen zul je, aldus de SVB.

Alleenstaanden in AOW en bijstand

Tot voor kort werden migranten die in Nederland wonen en van wie hun gezin in het land van herkomst woont, voor de bijstand en de AIO-aanvulling beschouwd als alleenstaanden. En daarom gold voor hen de norm van zeventig procent van het minimumloon bij de bepaling hoeveel AIO-aanvulling ze kregen. Maar de regering heeft besloten dat die migranten voortaan niet meer worden aangemerkt als alleenstaanden, wat ze in feite wel zijn, maar als samenwonend met hun gezin in het land van herkomst. Daardoor is de norm van vijftig procent gaan gelden. Veel migranten verloren daarop hun AIO-aanvulling en moeten voortaan als alleenstaande in Nederland leven van vijftig procent van het minimumloon. Hun gezin in het land van herkomst heeft vaak geen inkomsten, of heel weinig.

De Bijstandsbond is bezig om die migranten te steunen, bijvoorbeeld door kwijtschelding van gemeentelijke heffingen te vragen als ze toch nog een beetje spaargeld van vroeger hebben overgehouden. Ook dienen we verzoeken in bij de SVB om een beroep te doen op de regeling voor schrijnende gevallen. Die regeling is ingesteld door de SVB, een beetje buiten de regering om, nadat de betrokken groep migranten hun AIO-aanvulling kwijtraakten. De levensomstandigheden van die groep zijn vaak bijzonder schrijnend. Maar de ervaring van de Bijstandsbond leert dat de SVB bijzonder moeilijk doet bij het bepalen of er sprake is van een schrijnend geval. Zo wil de SVB bewijzen zien van het dagelijks levensonderhoud, bijvoorbeeld kassabonnen van Albert Heijn. Om boos en wanhopig van te worden.

Beslagvrije voet

Ook zijn er bij de SVB moeilijkheden met de beslagvrije voet die geldt als je een schuld aan de SVB moet terugbetalen. De Centrale Raad van Beroep deed hierover een sensationele uitspraak. Maar de SVB wil die uitspraak niet navolgen. Als beslag wordt gelegd op je inkomsten in geval van een schuld, dan mag je een deel van je inkomen houden om de vaste lasten en boodschappen van te betalen. Dat deel wordt de beslagvrije voet genoemd. Op dat deel van het inkomen is het beslag dus niet geldig.

Stel: je ontvangt AOW én je hebt een schuld bij de SVB. Om deze schuld af te lossen, houdt de SVB maandelijks een bedrag in op je AOW. Maar sinds de invoering van de Wet Vereenvoudiging Beslagvrije Voet moet je maandelijks op basis van zeer ingewikkelde berekeningen meer aflossen dan voorheen en blijft er minder geld over voor de kosten van levensonderhoud. De berekeningen zijn werkelijk bijzonder gecompliceerd, en het is dus belachelijk dat de naam van die nieuwe wet suggereert dat er sprake zou zijn van “vereenvoudiging”. De wet op de beslagvrije voet is aangenomen tijdens het toeslagenschandaal. Sinds dat schandaal blijkt er niets te zijn veranderd voor wat betreft “de menselijke maat”.

De advocaat van de Bijstandsbond, Mark van Hoof, procedeerde tot aan de Centrale Raad van Beroep om een soepelere regeling te krijgen, dus een regeling waarbij je meer van je inkomen zou mogen houden. Voordat de zaak bij de Centrale Raad diende, was de SVB niet bereid om in schrijnende gevallen een ander beleid te voeren. Van Hoof had een zaak van een echtpaar dat tachtig euro per maand overhield om van te leven. In een brief liet de SVB weten dat het echtpaar maar hun vrijwillige ziektekostenverzekering zou moeten opzeggen om nog wat geld te hebben om van te kunnen leven. Noodzakelijke ziektekosten worden vergoed uit de basisverzekering, aldus de SVB, en de aanvullende verzekering vergoedt ziektekosten van niet-noodzakelijke zorg. Dus volgens de SVB was zo’n aanvullende verzekering niet nodig. Verder gaf de SVB aan dat men het beleid in principe wel wilde versoepelen, maar dat men was teruggefloten door het ministerie van Sociale Zaken.

Rigide beleid

De Centrale Raad van Beroep deed in de zaak een opvallende uitspraak. De raad oordeelde dat de berekening voor het aflossen van de schuld bij de SVB voorlopig anders uitgevoerd moet worden. Voor AOW-gerechtigden betekent deze uitspraak dat het af te lossen maandelijkse bedrag op basis van een andere berekening lager wordt. Zij houden dus meer over om van te leven. De betrokkenen werden dus in het gelijk gesteld.

De Centrale Raad heeft de ministeriële regeling voor de berekening van de beslagvrije voet buiten werking gesteld en baseert zich op een oudere regeling, die ruimer is. De uitspraak kan in sommige gevallen inhouden dat AOW-gerechtigden met schulden honderden euro’s per maand meer overhouden om van te leven. Maar de SVB reageerde rigide op de uitspraak. Men weigert het eigen beleid aan te passen overeenkomstig de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep. Diverse contacten met de SVB, waarbij op aanpassing werd aangedrongen, leverden niets op.

Belastingen en SVB

Chronisch zieken kunnen soms een teruggave van de Belastingdienst ontvangen met aftrek van specifieke ziektekosten. Bij mensen met een AIO-aanvulling van de SVB, die dus een minimuminkomen hebben, levert dat problemen op. Omdat de AIO-aanvulling bijstand is, moet bekeken worden of de teruggave van de Belastingdienst verrekend moet worden met het inkomen uit AIO. Veel gemeenten zijn bij de uitvoering van de Participatiewet van mening dat belastingteruggave op basis van ziektekosten niet verrekend hoeft te worden met de uitkering. Het zijn immers daadwerkelijk gemaakte kosten die niet worden vergoed door de ziektekostenverzekering.

Maar bij de SVB gaat het anders. Daar verrekenen ze de belastingteruggave wel met de uitkering en zijn ze dus veel strenger. Een betrokkene: “De SVB eiste het volledige bedrag van de teruggave met de ziektekosten terug. De procedure om het door de SVB teruggeëiste bedrag van 1.790 euro terug te betalen, duurt al een jaar, waardoor ik zwaar depressief werd. De antidepressieve middelen helpen niet, want ik voel me miserabel en onrechtvaardig behandeld. Ik volgde de informatie die stond op de website Meerkosten.nl dat bij gehandicapten en chronisch zieken de teruggave niet behoort te worden aangemerkt als inkomen volgens de Participatiewet en dat personen met bijstand niet verplicht zijn om het terug te betalen, ook niet personen met een AIO-aanvulling van de SVB. De beslissing van de SVB is anders: ik moet het volledige bedrag van de teruggave toch terugbetalen aan de SVB. Iedere maand trekken ze een deel van het bedrag van 1.790 euro af van mijn minimale inkomen en dat gaat zo door tot 2026. Ik ben bij verschillende instanties geweest: Sociale Dienst, Sociale Raadslieden, sociale advocaat. Maar niemand kan me uitleggen dat ik de teruggekregen ziektekosten niet hoef terug te betalen aan de SVB.”

Hierboven zijn enkele structurele problemen met de SVB behandeld. Het lijkt erop dat vooral migranten door het beleid worden getroffen, zowel in de uitvoering als bij de vastgestelde regels.

Piet van der Lende

(Dit artikel verscheen eerder op de website van de Bijstandsbond.)