Wat is geld? En wie “betaalt” nu eigenlijk?

Tweede Kamerlid Daan de Kort. VVD-ers scheppen er genoegen in om te trappen naar mensen die minder bijdragen aan de vernietiging van de samenleving en het ecologische systeem.

Zoals het een VVD-Tweede Kamerlid betaamt, hetzte Daan de Kort onlangs in een artikel in De Telegraaf tegen baanlozen. Ik reageerde daarop op Twitter: “Soms kan je recht in de ziel van een samenleving kijken, alsof je in het hart van een kampvuur kijkt. Wie dit stuk leest, ziet het verrotte hart van de samenleving en machthebbers zoals De Kort die het in stand willen houden.” Daarop kreeg ik veel de vraag: “Er moeten toch mensen werken om het geld te verdienen dat naar uitkeringen gaat?” Dit laat zien dat veel mensen een verkeerd beeld hebben bij wat geld is, en welke rol het speelt in de maatschappij.

Dit sentiment werd door een aantal mensen (maar zeker niet de meerderheid) gedeeld. Mensen met een uitkering worden gezien als een soort “put” waar het belastinggeld van “hardwerkende mensen” in verdwijnt. Om deze situatie te verbeteren moeten die mensen “werken voor hun geld”.

Deze opmerkingen gaan uit van de volgende aannames:

  • 1. “Geld’ is een uitputbare, beperkte grondstof;
  • 2. “Geld” is nodig om de maatschappij draaiende te houden;
  • 3. “Geld” is een beloning voor hard werken; hoe harder je werkt, hoe meer geld je verdient.

Drie foute aannames.

Allereerst: geld als uitputbare grondstof. Het is niet vreemd dat mensen het gevoel hebben dat dat zo is. Zo wordt er immers altijd over geld gesproken. Er is een bepaalde “koek”, en die moet verdeeld worden. Dat impliceert dat die koek op kan.

Het is dan ook begrijpelijk dat geld wordt vergeleken met goederen die wél eindig zijn, zoals bijvoorbeeld brandstoffen, bouwstoffen, landbouwgrond en voedsel. Maar in tegenstelling tot al deze goederen is geld een zogenaamd “sociaal construct“.

Geld heeft daarmee geen “natuurlijke” waarde. De waarde van geld moet gehandhaafd worden. Dat gebeurt door centrale banken, zoals de Europese Centrale Bank, maar ook door alle bedrijven en overheden die prijzen vaststellen voor goederen en diensten.

Geld is in die zin ook geen fysiek iets dat je nodig hebt om te overleven. Geld kan je niet eten, je bouwt er geen huizen van, je kan er niet in slapen en je kan het ook niet als kleding dragen. Geld dient alleen om te kunnen betalen voor die dingen die je nodig hebt.

Dat brengt ons bij vraag 2: hebben we geld nodig om de maatschappij draaiende te houden? De onderstaande tweet laat goed zien wat mensen eigenlijk bedoelen als ze het hebben over dat mensen moeten “werken voor hun geld”. Het gaat niet zozeer om het geld, maar om échte goederen.

En inderdaad: voedsel moet verbouwd worden. Ziekenhuizen moeten bemenst worden. Treinen hebben machinisten nodig, elektriciteit moet worden opgewerkt, vuilnis moet worden opgehaald, enzovoorts, enzovoorts, enzovoorts. Maar zoals gezegd: geld maakt al die dingen niet.

Dan komt de economieles van de middelbare school om de hoek kijken: “Geld is een ruilmiddel”, wordt dan gezegd. Geld is een vertegenwoordiging van arbeid. Zo hoeft de kippenboer geen kippen te ruilen voor een smartphone. Geld is een universeel ruilmiddel.

Historisch klopt dit in ieder geval niet. Het is een mythe dat mensen vóór de uitvinding van geld zich vooral bezig hielden met “directe” ruilhandel, zoals het handelen van kippen voor smartphones. Goederen werden lang communaal geproduceerd.

Dit was een systeem van “onbepaald krediet en schuld”, dat ook nu nog veel voorkomt in de wereld. Mensen produceerden voor elkaar, en waren elkaar op sociaal niveau zaken verschuldigd, maar niemand hield bij hoeveel dat precies was.

In een samenleving waar iedereen voor elkaar produceert in een systeem van “onbepaalde kredieten” is geld niet nodig. Geld is namelijk een manier om heel precies te bepalen wie wat aan wie verschuldigd is, en daar hadden de meeste mensen heel lang geen baat bij.

Maar naast de historische feiten: wie vandaag de dag leeft, weet dat geld geen vertegenwoordiging is van arbeid. Dat zou betekenen dat de rijkste mensen de hardste werkers zijn. Maar zeg nu zelf: werken ceo’s nu honderd keer harder dan andere mensen?

En bovendien: doen ze nuttige arbeid? Wellicht hebben deze ceo’s wel veel afspraken in hun agenda’s staan, en moeten ze veel beslissingen nemen. Maar is die arbeid ook nuttig? Is het werk dat zij doen nu zoveel productiever dan dat van de mensen die zij bevelen geven?

Tegenover de ceo’s staan bijvoorbeeld de mantelzorgers. Die krijgen helemaal niet betaald voor hun harde werk, terwijl het maatschappelijk nuttiger is dan de regelneverij waar juristen (zoals ondergetekende) zich schuldig aan maken.

Neem pr-medewerkers. Als alle medewerkers in de reclamebranche plotseling zouden stoppen met werken, zou niemand in de wereld minder te eten hebben. We zouden nog steeds evenveel materiële goederen hebben. We zouden zelfs iets meer ruimte over hebben.

Maar toch zouden dan rond de 50.000 mensen geen “baan” meer hebben. Die mensen worden dan opeens de zogenaamde “uitkeringstrekkers”, terwijl ze nog steeds evenveel (of zelfs meer) bijdragen aan de gedeelde welvaart van de wereld door niets te doen. Hoe kan je dat verklaren?

Dit kan alleen als geld geen vertegenwoordiging is van maatschappelijk nut, maar van machtsverhoudingen. Dit klopt ook wel: mensen hebben geld nodig om boodschappen te doen en huur te betalen. Dat maakt mensen afhankelijk van een loon.

De mensen met de macht zijn de mensen die het geld al in handen hebben. Die kunnen bepalen wat wij, werkende mensen, moeten doen om eten, onderdak, zorg en onderwijs te “verdienen”. We moeten dus nuttig zijn voor ‘werkgevers’ om geld te krijgen, niet per se voor de maatschappij.

En die twee zijn nogal eens met elkaar in strijd. Neem de consultants van McKinsey, die bijvoorbeeld de tabakslobby en de farmaceutische industrie hebben geadviseerd. Zij doen actief schade aan de wereld, maar verdienen bakken met geld.

En toch kunnen die consultants neerbuigend kijken naar mensen met een uitkering, omdat die van ‘hun’ belastinggeld leven. Terwijl mensen met een uitkering vaak heel nuttig vrijwilligerswerk, activisme of mantelzorg ondernemen. En ook niets doen is minder schadelijk dan McKinsey.

En dan heb je natuurlijk ook nog huisbazen: figuren die letterlijk geld verdienen met niets doen. Het geld waarvoor anderen gewerkt hebben, komt bij hen binnenstromen, puur en alleen omdat zij ‘eigenaar’ zijn, en genoeg geld hebben gehad om een verhuurbaar huis te kopen.

Dat is de rol die geld vervult: het vormt een rookgordijn. Ceo’s, huisbazen en consultants kunnen naar hun bankrekening wijzen als ‘bewijs’ van hun bijdrage aan de samenleving. Crypto-boeven, die letterlijk geld uit het niets toveren, kunnen zeggen dat ze belasting “bijdragen”.

Terwijl, zoals gezegd: geld kunnen we niet eten. Sterker nog, geld leidt juist tot vernietiging van een leefbare wereld. Geld wordt juist verdiend op plekken waar de kosten, de schade, over een gemeenschap wordt uitgestrooid. Zoals de klimaatcrisis.

Dus, in het kort: ik maak me helemaal geen zorgen over mensen met een uitkering. Ik maak me zorgen over mensen die de wereld actief slechter maken, en daar enorm veel geld mee verdienen. Die mensen zijn het échte gevaar voor onze gemeenschap.

Ben je bang voor mensen die een hongerloontje krijgen, omdat ze niet voor een hebberige baas willen werken?

Denk even aan huisbazen, die zich vijftig procent van je loon toeëigenen voor reparaties die je zelf voor veel minder zou kunnen doen. Denk aan barpersoneel, die per uur honderden euro’s aan drankjes schenken, maar die daar slechts een klein percentage van terugzien, terwijl de rest in de zakken van de eigenaar verdwijnt. Denk aan (zorg)verzekeraars die geld verdienen door het afwijzen van claims.

Denk aan de postbezorgers, de vuilnisophalers, de onderwijzers, de verzorgers, de landarbeiders die keihard werken. Allemaal voor een ceo, wiens baan het is om te zeggen dat hun loon niet té hard mag stijgen. Want hoe minder zij krijgen, hoe groter zijn bonus.

Wat mij betreft mag iedereen van een uitkering leven. Zolang we leven in een systeem dat de wereld verkloot voor de verzonnen rijkdom van een zeer kleine groep, hebben wij geen recht om te zeggen dat mensen “meer moeten bijdragen” aan dat systeem.

En stop met de illusie dat, hoe meer geld je verdient, hoe meer je bijdraagt aan de samenleving. De relatie is eerder omgekeerd.

Hoe ziet een geldloze wereld eruit, waar mensen produceren en gebruiken naar behoefte? Lees dat in mijn artikel “Toekomstbeeld: vrije arbeid voorbij het kapitalisme“.

Bo Salomons

(Dit artikel verscheen eerder als draadje op Twitter.)