Actie bij Soedanese ambassade: “Het militaire bewind valt niet te vertrouwen” (beeldverslag)
Vandaag deden zo’n twintig mensen, voor het merendeel Soedanezen, mee aan een protestactie bij de Soedanese ambassade in Den Haag. De actie was gericht tegen de deal die het militaire bewind in Soedan heeft gesloten met een deel van de oppositie. Een van de demonstranten, Abdel Al, gaf de stemming die heerst binnen het Soedanese verzet van onderop, goed weer: “Ik weet dat iedereen de oorlog moe is en dat sommige mensen instemmen met het akkoord, omdat we niet alles in één keer gaan krijgen. Maar de militairen van het regime zijn geen betrouwbare mensen. Straks gaan ze weer alle ministers in de gevangenis gooien.”
De verzetsbeweging wijst daarom elke samenwerking met het leger af. Dat was ook de sfeer die bij de actie van vandaag kon worden geproefd. “We moeten niet vragen om onze rechten, we moeten onze rechten pakken”, zo viel er ook nog te horen tijdens de vele toespraken die werden gehouden.
De actie vond plaats op de stoep voor de Soedanese ambassade aan de Badhuisweg 77. Maar na een half uur kwam de politie, die al die tijd zichtbaar bij de actie aanwezig was geweest, de demonstranten ineens melden dat de actie niet meer mocht doorgaan bij de ambassade. De activisten werden verplicht om honderden meters verder te gaan staan, op een pleintje bij wat bosjes, waar in geen velden of wegen ambassades waren te bekennen en zelfs geen mensen op straat. Het bezwaar dat de Soedanezen daartegen maakten, was tevergeefs. De Haagse politie liet dus weer eens zien waar men goed in is: demonstrantje pesten en wegtreiteren.
Aan de actie namen ook twee Doorbraak-activisten deel, van wie Harry Westerink een praatje hield. Hieronder de integrale tekst daarvan.
“Het Soedanese militaire regime heeft onlangs een akkoord gesloten met een deel van de oppositie. Er is afgesproken dat het leger zich gaat terugtrekken uit de regering. Maar een aantal politieke partijen, de verzetscomités en de vakbonden weigeren om daaraan mee te doen. De breed gedragen protestbeweging van onderop vertrouwt de deal niet en komt daartegen in actie. Niet alleen in Soedan, maar ook in Nederland. Zoals nu hier, bij deze protestactie.
In oktober 2021 pleegden militairen onder leiding van Abdel Fattah al-Burhan in Soedan een staatsgreep. Dat betekende het einde van een korte overgangsperiode, nadat de militaire dictator Omar al-Bashir had moeten vertrekken wegens massale protesten tegen zijn bewind. Het was de bedoeling dat die overgangsperiode zou gaan leiden tot een burgerregering. Maar de militairen maakten het kwetsbare proces naar vrijheid en democratie kapot door een coup te plegen. Daarmee zit de Soedanese bevolking opnieuw opgescheept met een militaire dictatuur.
Diezelfde militairen die in 2021 de overgangsfase vernietigden, zeggen nu dat het nieuwe akkoord de eerste stap is van een overgangsperiode naar verkiezingen toe. Dat geloven we natuurlijk niet. Tachtig procent van de Soedanese economie is in handen van het leger. Die economische macht gaan de militairen uiteraard niet zomaar opgeven. Sterker nog, de militaire leider Al-Burhan, die het akkoord mede heeft ondertekend, heeft al laten weten dat het leger niet zal accepteren dat het wordt hervormd door een burgerregering. De militairen willen dus de baas blijven. Maar miljoenen Soedanezen willen dat niet! Ook de Soedanese vluchtelingen in Nederland willen dat het militaire regime vertrekt. Want hun leven zal in gevaar zijn, als ze gedeporteerd zouden gaan worden naar Soedan.
Het regime van Al-Bashir werd in 2019 ten val gebracht door een volksopstand. Het overgrote deel van de verzetscomités in Soedan is tegen elke vorm van samenwerking met het leger. Vanuit die comités is er al voor gewaarschuwd dat de burgerregering waartoe het akkoord moet gaan leiden, kan gaan dienen als een marionet van het leger. Het akkoord kan worden gebruikt om de militaire dominantie achter de schermen van het civiele bewind te legitimeren. Ook wij in Nederland wantrouwen het akkoord. Want we verwachten dat het gebruikt gaat worden als een propagandamiddel van de militairen om zo te proberen om de toenemende internationale kritiek op hun regime en hun macht tot zwijgen te brengen.
De Soedanese revolutie mag niet worden verkocht. Er is geen weg terug, we moeten doorgaan op de weg naar vrijheid en democratie. De militairen hebben ons niets te bieden, niets behalve repressie en geweld. Het is gelukt om Al-Bashir af te zetten. Nu moet ook het regime van Al-Burhan verdwijnen. Daarvoor strijden miljoenen Soedanezen, in Soedan, in Nederland en in de rest van de wereld.”
Harry Westerink en Mariët van Bommel