Ad Melkert, een geniale man met verkeerde doelstellingen

Momenteel wordt er op links gediscussieerd over de oprichting van een nieuwe politieke partij, waar de Partij van de Arbeid en GroenLinks in ieder geval in zouden moeten opgaan, eventueel ook de SP en de Partij voor de Dieren. Dit als vervolg op de samenwerking tussen de PvdA en GroenLinks die er nu al is. Binnen de PvdA is daartegen oppositie van oudgedienden ontstaan, omdat volgens hen de partij hiermee haar sociaal-democratische principes verkwanselt. GroenLinks zou geen ideologie hebben. Trekker van de oppositie is Ad Melkert, die binnen de partij de groepering Rood Vooruit heeft opgericht.

De PvdA staat voor werk, herverdeling en verbinding in de samenleving als basis voor zo’n beetje alles, aldus Melkert tijdens een recente bijeenkomst van Rood Vooruit. Vooral dat woord “verbinding” is belangrijk. Daarmee wordt door de oude sociaal-democraten niet alleen bedoeld dat er compromissen moeten komen tussen kapitaal en arbeid, maar ook dat allerlei groepen die op basis van hun identiteit nu georganiseerd zijn in aparte (belangen)organisaties, moeten opgaan in één emancipatiebeweging van links. Melkert vreest dat GroenLinks teveel “woke” is. Dat wil zeggen: opkomen voor achtergestelden door hun specifieke belangen naar voren te brengen. Ook bijvoorbeeld de SP wil alle strijden laten opgaan in één strijd, namelijk de klassenstrijd.

Oude mannen

De nadruk van de oppositiegroepering op de waarden van de sociaal-democratie verbaast enigszins, omdat flink wat oudgedienden die deel uitmaken van Rood Vooruit, eerder via de kabinetten-Kok, waarin de PvdA regeerde met de liberalen van de VVD, alle sociaal-democratische principes (de ideologische veren) overboord hebben geworpen en een onvervalst neo-liberaal rechts beleid zijn gaan voeren. Maar in de kop van dit artikel wordt Melkert toch “een geniale man” genoemd. Waarom? Hiervoor moeten we teruggaan in de geschiedenis. In 1985 werd met Europese subsidies het “nationaal jongerenjaar” gehouden. Daarvoor werd een comité opgericht waarvan Ad Melkert de coördinator was. In het kader van het jongerenjaar moesten voorstellen worden gedaan om de positie van (migranten)jongeren te verbeteren. De vele jongerenorganisaties die er toen waren, hadden forse kritiek op het nationaal comité, omdat zij vonden dat de eisen niet ver genoeg gingen. Er was een grote jeugdbaanloosheid, en daar moest iets aan gedaan worden.

Dat nationale comité, de zogeheten Nationale Werkgroep Jongerenjaar 1985 (NWJ), kwam in de publiciteit vanwege de interne strubbelingen. De eersten die afhaakten, waren de buitenlandse jongeren. Daarop volgde het vertrek van de homojongeren. Niet lang daarna hingen de Jonge Socialisten de vuile was van de NWJ in de open lucht. Melkert was toen nog een onbekende opbouwwerker, die als coördinator van de NWJ wel al af en toe interviews gaf in de media. Hij was ook nog secretaris van de directie van de NOVIB. In het kader van het jongerenjaar werden fietstochten tegen racisme in den lande gehouden, waaraan ik ook nog heb deelgenomen. We fietsten vanuit Amsterdam naar het noorden en er werden overal discussiebijeenkomsten georganiseerd. Ook in het zuiden van Nederland werden dergelijke fietstochten gehouden, waaraan veel organisaties van migrantenjongeren deelnamen. Ook daar werd er kritiek gehoord op het nationaal comité.

Vooruitziende blik

In een evaluatie van het nationaal jongerenjaar in De Volkskrant gaf Melkert zijn visie op het gebeuren. Hij zei daarbij: “Ik heb drie doelstellingen. Ten eerste wil ik een coalitie van de VVD en de sociaal-democraten van de PvdA, ten tweede wil ik dan minister van Sociale Zaken worden, en ten derde wil ik het terugploegen van uitkeringen om de jeugdwerkloosheid te bestrijden.” We moeten bedenken dat Melkert toen nog een betrekkelijk onbekende opbouwwerker was. Een coalitie van de VVD en de PvdA was onvoorstelbaar in 1985, in de na-Uyliaanse dagen.

Ik vind het geniaal dat die onbekende opbouwwerker toen tien jaar vooruit kon kijken, zowel wat zijn eigen carrière betreft als de indeling van het politieke landschap dat hem voor ogen stond. Immers, tien jaar later zijn de regeringen gekomen die hij wenste, is hij minister van Sociale Zaken geworden en heeft hij het terugploegen van uitkeringen gerealiseerd via de zogeheten Melkert-banen. Melkert voerde als minister een desastreus beleid. Hij bezuinigde onder andere op de bijstand, en voerde de regeling in waarbij de basisuitkering in de bijstand voor een alleenstaande werd verlaagd naar vijftig procent van het minimumloon voor een alleenstaande. Daarbij hadden de gemeenten de beleidsvrijheid om dat te verhogen met tien of twintig procent toeslag. Via de Melkert-banen voerde hij in feite dwangarbeid voor bijstandsgerechtigden in.

Terug naar het jongerenjaar

Hoe verwerkte Melkert de kritiek van de jongerenorganisaties op zijn beleid? Daarover zei hij in een interview in De Volkskrant: “Jongeren zijn niet intolerant, maar de bereidheid om compromissen te sluiten is vaak nog niet zo goed ontwikkeld. Jongeren hebben veelal de neiging erg vast te houden aan hun eigen identiteit en die van hun organisatie. Dit kan ermee te maken hebben dat veel jongerenorganisaties voortdurend bezig zijn hun eigen ideeën te verdedigen. Dat leidt tot een sterk individualistische opstelling die de effectiviteit van het geheel niet ten goede komt.” De doelstellingen van de eerder genoemde “verbinding” in de sociaal-democratie zijn na 1985 door grote delen van de sociaal-democratie zo ingevuld dat subsidies aan anti-racisme organisaties en belangenorganisaties van migranten en van uitkeringsgerechtigden werden afgebouwd. Iedereen moest “integreren” in één grote samenleving waarbij tegenstellingen onder het tapijt werden geschoven. In feite is de oppositie van Melkert tegen het ontstaan van een grote linkse partij met GroenLinks een uiting van de verdeeldheid binnen links over de koers die moet worden gevolgd bij de emancipatie van achtergestelde groepen. Over de geschiedenis van die verdeeldheid valt nog meer te zeggen, maar daarover een andere keer.

Piet van der Lende

(Dit artikel verscheen eerder op zijn weblog Stellingwerven.)