Alevitisch Nieuws 11 (9 november – 18 november)

Een bloemlezing van de berichten op de Facebook-pagina “Alevitisch Nieuws” van 9 november tot en met 18 november.

9 november – AKP-theoloog: niet trouwen met alevieten

Hayrettin Karaman, een theoloog die bekend staat om zijn nauwe banden met het Erdoğan-regime, heeft in een fatwa (religieus advies) op zijn persoonlijke website gesteld dat een soennitische jongedame niet mag trouwen met een alevitische jongeman zolang de laatste zich niet bekeert tot de soennitische islam. Dit als reactie op een vraag op zijn website.

De fatwa van Karaman (rechts op de foto), tevens journalist bij het reactionaire dagblad Yeni Şafak, heeft in Turkije voor opschudding gezorgd. Het is zeker niet de eerste fatwa met deze strekking. De fatwa van Karaman past in de traditie van conservatieve soennitische stromingen. Karaman zegt in zijn fatwa: “Als de familie van deze jongen alevitisch is, maar als hij zelf in de islam gelooft zoals een soenniet, het geloof accepteert zoals wij dat doen, dan is hij een geaccepteerd moslim. Maar als hij het alevitisme bewust beschermt, de rituelen en geloofsconcepten van het alevitisme aanhoudt die niet stroken met de islam, dan kan deze jongen niet met een soennitisch meisje trouwen.”

10 november – AKP-theoloog haalt fatwa van website

AKP-theoloog Hayrettin Karaman (foto) heeft na een storm van kritiek een door hem afgegeven fatwa – waarin hij stelt dat een soennitische vrouw niet met een alevitische man kan trouwen – van zijn website gehaald.

Vanuit de gedachte dat de aanval de beste verdediging is, schrijft Karaman in dagblad Yeni Şafak dat zijn criticasters “vijanden zijn van de Turkse eenheid” en de waarheid hebben “vervormd”. Ook schrijft de uit Çorum afkomstige erdoğanist dat het merendeel van zijn vrienden uit zijn kindertijd alevitisch is.

Wijs genoeg gaat Karaman niet in op hoe zijn criticasters de waarheid dan zouden hebben vervormd. Blijkbaar was de waarheid achter de fatwa pijnlijk genoeg, waardoor deze niet meer is te vinden op zijn website.

12 november – “De alevitische vrouw is niet gelijk aan de man”

Tijdens een werkconferentie van de Vrouwenraad van de Pir Sultan Abdal Culturele Vereniging – een van de grootste alevitische organisaties in Turkije – hield Bedriye Poyraz een interessante lezing. De conferentie vond vorige week plaats in Antalya.

Poyraz (foto), communicatiewetenschapper en hoogleraar aan de Universiteit van Ankara, stelde dat het alevitisme in religieuze zin wellicht geen onderscheid maakt tussen man en vrouw, maar dat de maatschappelijke positie van de alevitische vrouw niet gelijk is aan die van de man. Daaraan voegde Poyraz toe dat de emancipatiestrijd van vrouwen nergens in de wereld als voltooid kan worden beschouwd.

De onderdrukking van alevitische vrouwen heeft in haar ogen drie aspecten: gender, sociale klasse en religieuze identiteit. Poyraz benadrukte dat alevitische vrouwen en de alevitische beweging nog een lange weg te gaan hebben en waarschuwde voor zelfgenoegzaamheid. In haar ogen vinden alevieten te vaak gemoedsrust in de gedachte dat alevitische vrouwen relatief vrijer zijn door steeds een vergelijking te maken met de soennitische islam. Poyraz: “We kunnen niet zeggen dat we gelijk zijn door het alevitisme met de soennitische islam te vergelijken. Dit is een gelijkheid die gebaseerd is op het feit dat wij onze hoofden niet bedekken. Natuurlijk is het niet dragen van een hoofddoek misschien een belangrijk iets dat niet gebagatelliseerd moet worden. Maar je kunt niet enkel op basis van dit criterium oordelen over de gelijkheid van vrouw en man.”

15 november – In memoriam: Seyid Rıza (1863-1937)

Vandaag, exact 84 jaar geleden, werd pir Seyid Rıza – een alevitische voorman in Dersim – samen met zes andere prominente Dersimi’s in Elazığ geëxecuteerd door de Turkse staat.

Dersim, een hoofdzakelijk door alevitische Koerden (Zaza’s) bewoonde regio, was zowel in de Ottomaanse (tot 1923) als de republikeinse periode (vanaf 1923) een doorn in het oog van de machthebbers. De inwoners van Dersim stonden religieus, etnisch én taalkundig ver af van de Turks-nationalistische idealen van de republiek en kenden eeuwenlang een zekere mate van autonomie. Voor Ankara was dit onacceptabel. In 1937-1938 werd een grootschalige militaire operatie uitgevoerd tegen Dersim. Tienduizenden burgers werden daarbij vermoord, onder meer met gifgas, en tienduizenden werden gedeporteerd naar gebieden met een Turkstalige, soennitische meerderheid.

De inleiding tot deze strafexpeditie werd gevormd door de executie van Seyid Rıza en zijn metgezellen. Beweerd werd dat zij een opstand hadden georganiseerd en aangevoerd in Dersim. In een illegaal showproces werden zij ter dood veroordeeld. Zo werd Seyid Rıza’s leeftijd administratief van 74 jaar teruggebracht naar 54 jaar, zodat hij opgehangen kon worden. Het was namelijk niet toegestaan om bejaarden te executeren. De beklaagden spraken alleen Zaza en begrepen niets van het Turkstalige proces.

Toen Seyid Rıza – die tijdens de Armeense genocide vluchtende Armeniërs bescherming had geboden – de galg zag op het Tarweplein in Elazığ, begreep hij pas dat Ankara hem ging vermoorden. “Wij zijn de zonen van Kerbela. Wij zijn onschuldig. Dit is een schande! Dit is wreed! Dit is moord!”, schreeuwde hij uit. De locatie van de graven van Seyid Rıza en zijn lotgenoten wordt nog steeds geheim gehouden door de staat.

17 november – Racistische column AKP-politicus Besli

Hüseyin Besli, ex-parlementariër voor Erdoğans AKP, heeft zich de woede van alevitische en Koerdische organisaties op zijn hals gehaald met een schandalige, racistische column in dagblad Akşam. Het doelwit van de column is Kemal Kılıçdaroğlu, leider van de sociaal-democratische Volkspartij van de Republiek (CHP) en tevens oppositieleider.

Besli (foto) stelt dat Kılıçdaroğlu, van Koerdische en alevitische komaf, een leugenaar is en dat deze karaktertrek voortkomt uit de alevitische cultuur. Want alevitische ouders zouden hun kinderen vanaf hun geboorte leren om hun identiteit te verbergen en daarover te liegen. Alevitische kinderen zouden aangemoedigd worden om “dubbel gebakken leugenaars” te worden. Natuurlijk rept Besli met geen woord over het feit dat alevieten in Turkije als onderdrukte minderheidsgroep voortdurend het gevaar lopen om met lichte en ernstige vormen van geweld en discriminatie te worden geconfronteerd.

Besli gaat nog verder en probeert in zijn column Turkstalige en Koerdischtalige alevieten tegen elkaar uit te spelen. Alevitisme zou in de kern ‘Turks’ zijn en Turkse alevieten zouden neerkijken op Koerdische alevieten. Te meer daar de Koerdisch-alevitische identiteit zou worden misbruikt om een “andere identiteit” te verhullen. Daarmee insinueert Besli dat alevitische Koerden crypto-Armeniërs zijn, de vertegenwoordigers van het grote kwaad in het zieke wereldbeeld van Turkse nationalisten en fundamentalisten.

Het slijk dat Besli over alevieten uitstort is eerder gemeengoed in Turkse fascistische en fundamentalistische kringen dan uitzonderlijk. Dat slijk gaat ook altijd gepaard met pogingen om alevitische Turken en Koerden tegen elkaar op te zetten. Maar alevieten trappen niet in deze evidente val. Alevitische organisaties hebben gisteren in Istanbul aangifte gedaan tegen Hüseyin Besli. Ook hebben alevieten geprotesteerd voor het gebouw van dagblad Akşam in dezelfde stad (foto). De Democratische Partij van de Volkeren (HDP) heeft schriftelijke vragen gesteld over de racistische kletspraat van het voormalige parlementslid.

18 november – Franse alevieten herdenken Seyid Rıza

De Federatie van Alevitische Verenigingen in Frankrijk (FUAF) organiseert aanstaande zondag om 13.00 uur een herdenkingsbijeenkomst voor Seyid Rıza en zijn zoon en metgezellen die op 15 november 1937 zijn geëxecuteerd door de Turkse staat. Seyid Rıza was een alevitische en Koerdische voorman in Dersim, een gebied dat Ankara wilde verturksen en soennitiseren.

De herdenking vindt plaats bij het monument voor de alevitische slachtoffers van vervolging in Turkije (foto). Dit staat in Sarcelles, in het noorden van Parijs, en is in 2018 onthuld.