Aylin Bilic wil opheldering voor de verwarring die ze zelf met haar bizarre column zaait

“Dat rechterlijke uitspraken weggezet worden als ‘een mening’ is natuurlijk ernstig. En uiteraard is de trias politica heilig. Maar kritiek op rechterlijke uitspraken mag, hoewel ik me achter de oren zou krabben voordat ik zoiets deed als politicus – zeker als blijkt dat de ministers vooraf hun huiswerk beter hadden kunnen doen. Maar rechters hebben ook een taak. Om de high-trust samenleving terug te brengen is het zaak om (beter) te vertellen over hun vonnissen en zo goed uit te leggen waarom de voorzieningenrechter niets deed aan de komst van drie islamitische haatpredikers”, aldus Aylin Bilic gisteren in de NRC. Columnisten voelen zich vrij om te zeggen dat ze een uitspraak “onduidelijk” vinden, maar gebruiken vervolgens niet hun podium om lezers te informeren. In plaats daarvan slaan ze een centristisch slaatje uit opgeklopte ‘volkswoede’. Bilic verzaakt haar taak, dus moet ik het doen.
Waar gaat het om? In deze zaak gaat het om Abu Bakr Zoud, Ali Hummada en Mohammed Hijab. Zij werden door minister Van Weel en minister Faber bestempeld als “haatpredikers”, en daarom toegang tot Nederland ontzegt, waar ze zouden spreken op de Ramadan Expo.
Zoud, Hummada en Hijab verspreiden inderdaad meningen waar ik het niet mee eens ben. Zo is Hijab bijvoorbeeld tegen sekswerk, abortus en euthanasie, zaken waar ik voor ben. Daarnaast is Hummada bijvoorbeeld tegen homoseksualiteit. Ook dat vind ik onacceptabel. Maar daar gaat het hier niet om.
De vraag is of de minister van Justitie en Veiligheid de bevoegdheid heeft om mensen de toegang tot het land te ontzeggen omdat zij deze meningen willen verspreiden, en hoe ze hun besluit moeten onderbouwen. Dat is een juridische vraag, die door de wet wordt beantwoord.
Aan het inreisverbod zouden strenge eisen verbonden moeten zijn. Zo is Mohammed Khatib vorig jaar toegang tot Nederland ontzegt, omdat hij steun zou hebben uitgesproken voor terrorisme. Daardoor kon hij niet spreken op een demonstratie.
Het inreisverbod is bedoeld om mensen te weren die een fysiek gevaar voor de samenleving vormen. Echter, steeds vaker wordt het inreisverbod gebruikt om mensen te weren vanwege de inhoud van wat ze te zeggen hebben. Dat is een zorgelijke ontwikkeling, want het geeft minister Faber heel veel macht.
Dus, wat heeft de rechter gezegd? We gaan stuk voor stuk door de uitspraak, zodat we kunnen zien hoe deze is opgebouwd, en hoe de rechter hun uiteindelijke beslissing heeft onderbouwd. We beginnen met de procesgeschiedenis.
Het begint met een inleiding. Het gaat hier om een voorlopige voorziening (vovo) door de bestuursrechter, tegen een besluit van de minister. De minister heeft besloten om de verzoeker (één van de sprekers) twee jaar lang toegang tot Nederland te ontzeggen. Die wil de verzoeker bestrijden.

De rechter beoordeelt eerst of hij wel over deze zaak mag beslissen. Dat mag als de rechter over de zaak gaat, en als er onverwijlde spoed is. Daarvan is sprake, dus mag de rechter beslissen of het inreisverbod inderdaad buiten werking gesteld moet worden.

Dan gaat hij op de inhoud in. Hij omschrijft eerst de achtergrond: naar aanleiding van een motie van de Tweede Kamer heeft de NCTV onderzoek gedaan naar de sprekers. Dit heeft geleid tot een “quick scan”, waarin de NCTV een “dreigingsanalyse” doet.

Het is goed om in die gevallen heel kritisch te zijn. De veiligheidsdiensten, waaronder de NCTV, hebben in het verleden nog wel eens onterechte conclusies getrokken op basis van onvolledige informatie, met enorme gevolgen voor bijvoorbeeld het Cornelius Haga Lyceum.
Maar in dit geval trekt de NCTV de conclusie dat de verzoeker géén extremistische spreker is. Toch gaat de minister over tot een verbod: zij vindt de uitspraken namelijk verwerpelijk en in strijd met liberale waarden. Bovendien hebben de uitspraken geleid tot maatschappelijke verontwaardiging.

De verzoeker heeft (vanzelfsprekend) een andere mening. Voor hem is niet duidelijk op basis van welke uitspraken hij wordt geweigerd, en wat daar het bewijs voor is. Daarnaast heeft de minister geen afweging gemaakt van grondrechten, en stelt de politie dat de sprekers geen veiligheidsrisico vormen.

Naar aanleiding van deze standpunten gaat de rechter een oordeel onderbouwen. Hij begint met de vaststelling dat de minister in haar besluit geen woorden heeft gewijd aan artikel 24 lid 2 van de EU-verordening 2018/1861. Daarin staat wat te gelden heeft als een dreiging voor de openbare orde.

Artikel 24 lid 2 van de verordening luidt zoals hieronder. Er is sprake van een veroordeling voor een strafbaar feit, er zijn redenen om aan te nemen dat iemand een ernstig strafbaar feit gaat plegen, of iemand die heeft geprobeerd de grensbewaking te omzeilen.

Maar, zegt de minister, ze baseert haar conclusie niet op artikel 24 lid 2, maar op haar eigen vaststelling dat er een bedreiging is voor de openbare orde, op basis van de “quick scan” (persoonsgerichte duiding’ van de NCTV. Daar kijkt de rechter dan naar.

Deze stukken zijn geheim, dus mag de rechter alleen de conclusie delen. De NCTV oordeelt dat de spreker niet te kwalificeren is als een extremistische spreker, maar zegt ook dat ze niet alle filmpjes en posts op zijn sociale media hebben bekeken.

Hiermee onderbouwt de rechter dat de conclusie van de NCTV geen rechtvaardiging vormt voor het besluit van de minister. Er is immers helemaal niet onderbouwd waarom die uitspraken een gevaar zijn, anders dan dat ze tot ophef hebben geleid.

De rechter wijst er ook op dat de filmpjes die de minister als onderbouwing gebruikt, veelal uit context zijn getrokken. Zo werden gewelddadige uitingen aangewezen die, in context, herhaald werden door de sprekers om vervolgens later in het filmpje weerlegd te worden.

De rechter stelt vervolgens dat het enkele feit dat bepaalde uitlatingen verwerpelijk zouden zijn, en hebben geleid tot verontwaardiging, geen onderbouwing zijn om te stellen dar er een bedreiging is voor de openbare orde.

Als laatste gaat de rechter in op de stelling van de minister dat er brede steun was (naast de coalitie van D66, CDA en SP) voor de motie om de drie sprekers te weigeren, en dat ook de burgemeester van Utrecht had gevraagd iets te doen. Maar die druk ontslaat de minister niet van haar plicht.

De rechter sluit af door het verzoek van de sprekers toe te wijzen: het besluit van de minister wordt buiten werking geplaatst, en de sprekers krijgen toegang tot Nederland. In dit geval was dat klaarblijkelijk de enige juiste uitspraak.
Als de rechter had geoordeeld dat dit besluit rechtsgeldig was, dan had hij in feite rechterlijke toetsing van ministeriële besluiten afgeschaft. Besluiten van ministers moeten op zijn minst onderbouwd zijn, anders weet je niet of de minister zich aan haar verplichtingen houdt.
Dit is van bijzonder belang in deze kwestie, waarbij het overduidelijk niet zozeer gaat om de inhoud van de uitingen, maar het feit dat het door moslims is gedaan. Immers, deze uitspraken worden wekelijks gedaan in kerken in onze eigen Bible Belt. Maar pas als moslims het zeggen is het een gevaar.
De stelling van Bilic, dat rechters de burgers moeten “meenemen”, is in de context van het bovenstaande bizar. Zij had haar platform (haar column) ook kunnen gebruiken om de bovenstaande uitspraak uit te leggen. In plaats daarvan schept ze alleen maar meer verwarring.
De uitspraak is, voor een bestuursrechtelijke uitspraak, heel kort en zeer leesbaar geschreven. Natuurlijk verwacht ik niet dat iedereen die uitspraak gaat zitten lezen. Maar van mensen die hun beroep hebben gemaakt van het ventileren van hun meningen mag je wel verwachten dat ze dat doen.
“Is dat mijn taak?” Ja! Als je vindt dat de samenleving gebaat is bij zo’n uitleg, dan heb je een plicht om je platform niet te gebruiken om verder verwarring en wantrouwen te zaaien, maar om misverstanden uit de wereld te helpen. Anders ben je onderdeel van het probleem dat je aankaart.
Dat zeg ik temeer in het kader van de laatste alinea van Bilic betoog. Ze roept op om een “high-trust” samenleving te bouwen. In dezelfde alinea noemt ze de sprekers “islamitische haatpredikers”, iets dat in het vonnis juist wordt bestreden.

Het niet lezen of begrijpen van zo’n uitspraak is voor veel mensen te vergeven. De Nederlandse journalistiek is absoluut bagger als het gaat om het uitleggen van rechterlijke uitspraken. Maar diezelfde vergiffenis kan niet gelden voor professionele stukjesschrijvers met 1001 juristenvrienden.
Wat verwacht Bilic dan ook dat rechters doen? Dat ze hun uitspraken onderbouwen? Dat doen ze al, in de uitspraak zelf. Dat ze hun uitspraken ook nog eens gaan verdedigen in talkshows? Wellicht in toga om het nog eens goed kracht bij te zetten? Waarom zouden ze door die hoepels moeten springen?
Is onze rechterlijke macht perfect? Geenszins. Als anarchist kan ik dat niet over mijn lippen krijgen. Rechters maken fouten. Maar als ik dat vind, dan lees ik de uitspraak en geef ik daar commentaar op. Dan ga ik niet de rechter de schuld geven van mijn eigen moedwillige onbegrip.
En daar gaat het om: de vijandigheid van Faber en Van Weel richting de uitspraak is niet gebaseerd op onbegrip. Het is moedwillige beschadiging van rechters die het niet met hen eens zijn. Voor hen is het goed als mensen niet begrijpen op welke basis een oordeel is geveld.
En dat onbegrip wordt verder aangezwengeld door de columnisten van de Telegraaf, die gretig het onbegrip aangrijpen om de haat naar moslims en fundamentele mensenrechten nog verder op te stoken. Het is het resultaat van een extreem giftig ecosysteem.
Maar niet alleen extreem-rechtse columnisten doen er hun voordeel mee. Ook de centristische route, zoals het stellen dat de rechter zijn uitspraak beter had moeten onderbouwen, slaat een slaatje uit de opgeklopte volkswoede die zich uitte in bedreigingen richting de rechter.
Dus stop met die naïeve middenweg zoeken, waarin je anderen de schuld geeft voor een probleem dat je zelf kan verhelpen. Wie dat doet, is geen “neutrale derde” die slechts “zaken benoemt”. Dan draag je bij aan het giftige ecosysteem waar de huidige regering zich mee voedt.
Bo Salomons
(Dit artikel verscheen eerder als draadje op Bluesky.)