Basisinkomen-voorstanders nemen klassenverschil op de koop toe
Tegelijkertijd worden ook huisbazen, supermarkten, het grootkapitaal, enzovoorts niet aan de kaak gesteld maar mogen gerust blijven bestaan. Het idee van het Universeel Basis Inkomen (UBI) is dan ook het in stand houden van onze klassenmaatschappij maar de onderste klasse een wortel voor de neus houden. De mensen aan de onderkant zullen, hopelijk, net van het UBI kunnen overleven en daarom nog steeds praktisch verplicht worden om aan het werk te gaan voor een baas. Of dat nu in een ZZP constructie is of met een ander soort werkcontract maakt niet uit. De mensen aan de bovenkant zullen met hun peperdure champagne nog steeds honend naar de rest van de maatschappij lachen en ons belachelijk maken voor het feit dat wij moeten werken. Wanneer het UBI ingevoerd zal worden zal het ongetwijfeld niet lang duren voordat de vaste lasten op zo’n manier verhogen dat die gelijk zijn aan, of zelfs hoger zijn dan het UBI. Dat is immers nu met de uitkering ook veelal het geval. Tegelijkertijd lost het de klassenverschillen in de maatschappij niet op en houd het zelfs de macht van kapitalisten en politici in stand. Machthebbers geven sowieso alleen wat extra broodkruimels aan de onderkant van de maatschappij als ze daar hun macht mee veilig kunnen stellen of voordeel mee kunnen doen. De welvaartsstaat was bijvoorbeeld een poging om het kapitalisme extra levensduur te geven door het kunstmatig scheppen van een grotere lokale afzetmarkt. Tegelijkertijd probeerden de machthebbers met de welvaartsstaat een tegenwicht te bieden tegen het ‘rode gevaar’ in het Oosten. Dat rode gevaar was trouwens regelmatig wel gewoon eerlijk en stuurde een aantal tanks om de onderkant van de maatschappij te onderdrukken.
Hadrian Ferran in Het Universeel Basisinkomen (In dystopia levend)