De angst aan de UvA
Op woensdag 25 februari, hield Valkhoff een speech voor het bordes van het Maagdenhuis. Hij sprak daarbij over de opstand tegen het rendementsdenken, de opstand tegen en uitschakelen van de medezeggenschap en de opstand tegen de centralisering van het onderwijs. “Mensen, dat hebben we allemaal al besproken,” zei hij vervolgens, “maar een van de meest perverse prikkels is de angstcultuur!” Dat deze angstcultuur reëel is blijkt onder andere uit het feit dat de UvA inmiddels een zwarte lijst bijhoud van docenten die zich bezig houden met de breed gedragen kritiek op de manier waarop de universiteit op dit moment georganiseerd is. Een groot percentage van de docenten werkt met tijdelijke contracten en wordt dus niet beschermd tegen ontslag wanneer zij zich kritisch uiten. De academische vrijheid, een van de voorwaarden voor iedere wetenschappelijke praktijk, is ver te zoeken als docenten niet kunnen spreken. Als student literatuurwetenschap het ik het onderwijs de afgelopen jaren achteruit zien gaan. Docenten krijgen nauwelijks meer tijd papers na te kijken, en raken overspannen of gedesillusioneerd. Kritiek hebben had toch geen zin. De kans dat je gehoord werd was nihil. De opstand van studenten en docenten in Amsterdam kwam dus niet uit de lucht vallen. De bezetting van het Maagdenhuis was een explosie van jaren opgekropte frustratie.
Latara Schellen in De angst aan de UvA (Joop.nl)