Een boeiend boeket aan eufemismen over de huurprijzen
“Kamermeerderheid wil einde aan torenhoge huren en eerlijke huurprijs afdwingen”, kopte RTL in mei 2021. Het woonbeleid is een bijzondere samenkomst van omstandigheden: een woning is een eerste levensbehoefte, de grootste uitgave van huishoudens, maar het genereert veel winst. De politieke onmacht resulteert daarom in een boeiend boeket aan eufemismen.
Het begint al in de inleiding. De Kamer wil een bescherming tegen “extreem” hoge huren. Huren moeten “eerlijk”. Men is dus niet eens tegen alle hoge huren, alleen tegen wat zij “extreem” noemen. Wat een extreme of eerlijke huur is, verschilt natuurlijk per persoon.
Huisbazen vinden dat zij alles moeten kunnen vragen voor “hun eigendom”. Sterker nog: zij vinden hoe hoger, hoe eerlijker. Sociaal-democraten zouden eerder zeggen dat huur eerlijk is als die laag is, maar huisbazen er nog wel van kunnen leven en willen investeren.
Voor mijzelf is het simpel: als je geld verdient met een eerste levensbehoefte, houd je je beroepsmatig bezig met gijzeling. Dat iedereen gegijzeld is en dat de staat die gijzeling legaliseert en ondersteunt, maakt het niet minder afschuwelijk. Een eerlijke huur is geen huur.
Maar de term “eerlijke huur” stelt de hele Kamer, van BIJ1 tot VVD tot PVV, in staat om in te stemmen met het idee. Dit, terwijl het kabinet beleid blijft voeren dat de huizenprijzen alleen maar verder oppompt.
Een ander eufemisme is om het te hebben over “betaalbaar”. De logica van die term wordt niet begrepen: zijn alle hogere huren dan “onbetaalbaar”? Is het niet gruwelijk dat er überhaupt woningen “onbetaalbaar zijn”? Moet dat niet verboden worden? Dat hangt af van je definitie.
Door huisbazen wordt “betaalbaar” letterlijk gelezen: kan je het betalen? Maakt niet uit hoeveel geld je overhoudt. Dan is elke huur die betaald wordt, per definitie betaalbaar. Sociaal-democraten vinden het betaalbaar als je nog wat geld overhoudt na de huurbetaling.
Ook hier zijn alle Kamerleden het met elkaar eens: huren moeten betaalbaar zijn. Dat de VVD dat vindt omdat ze anders geen winst maken, daar gaan we aan voorbij. Overigens willen sociaal-democraten vooral dat je ook geld uitgeeft aan andere bedrijven, maar dat is tenminste leuk.
Dit zie je bij de VVD en D66: ook zij willen huurwoningen voor een “normale” prijs (nog een niets-term!), en ze willen betaalbare woningen. Maar in plaats van daadwerkelijke oplossingen zijn ze voor meer bouwen door particuliere verhuurders, die nog meer “onbetaalbare” woningen willen bouwen. En niet te vergeten de PVV en hun bruin-rechtse bende, die vooral migranten willen weren.
Dit, terwijl honderdduizenden woningen duurzaam leeg staan, puur en alleen omdat de prijzen onbetaalbaar zijn. Gaat meer bouwen of mensen uitzetten dan echt helpen? Natuurlijk niet.
Dit soort eufemismen maken het onmogelijk om nog een gezond woondebat te hebben. De term “eerlijke huur” maakt het onmogelijk om te vragen: is huur überhaupt eerlijk? De term “betaalbaar” vraagt alleen of we het kúnnen betalen, niet of we het zouden moeten willen.
Dit is natuurlijk niet beperkt tot het woondebat. Elk maatschappelijk debat is zo ver geabstraheerd dat alleen de politiek nog weet waar ze het over hebben. Voor inhoudelijke argumenten is allang geen ruimte meer. Dus: wie eerlijke huren voorstaat, moet vooral een huis kraken.
Bo Salomons
(Dit artikel verscheen eerder als draadje op X.)