Eerste succes in honger- en dorststaking vluchtelingen
“Ik word óf vrijgelaten, óf ik verlaat het detentiecentrum Rotterdam in een lijkkist”, verklaarde de dorststaker Sayam Udin Nessar een paar dagen geleden. Via een hongerstaking is hij samen met andere opgesloten vluchtelingen in actie gekomen tegen vrijheidsberoving door de Nederlandse staat die hun moedige verzet met man en macht probeert te breken. Maar gelukkig heeft de rechter gisteren bepaald dat Nessar moet worden vrijgelaten omdat zijn detentie onrechtmatig is.
Zoals vluchtelingen sinds eind 2011 via tentenkampen zelf hun strijd voor een menswaardig bestaan bepalen, zo kiezen ze ook in detentiecentra zelf hun middelen om strijd te voeren. Vanzelfsprekend zijn de omstandigheden in die gevangenissen veel zwaarder en de mogelijkheden tot opstand veel minder. De hongerstakingsactie in het Rotterdamse detentiecentrum vormt een uiterste middel van in het nauw gedreven vluchtelingen om de macht terug te pakken die de staat hen heeft afgenomen. Vrijwel alles is hen ontnomen, om te beginnen hun vrijheid. Maar nog niet hun lichaam en hun leven, dat ze sinds meer dan een week op het spel zetten om af te dwingen dat ze er zelf over kunnen beschikken.
Vertrouwensarts
In dit gevecht op leven en dood is de staat al snel met het gebruikelijke repressieve antwoord gekomen, bekend van eerdere hongerstakingen. De vluchtelingen zijn enorm onder druk gezet. Ze worden nog meer geïsoleerd en van de buitenwereld afgesloten dan toch al het geval is in gevangenissen. De staat wil hen breken en hun verzet in de kiem smoren. De autoriteiten proberen koste wat het kost te verhinderen dat de hongerstaking meer steun van buitenaf krijgt. Daarom heeft de directie van het detentiecentrum geweigerd om de vertrouwensarts Elcke Bonsen in de gevangenis toe te laten. Bonsen zette zich een jaar geleden in voor medische zorg aan de vluchtelingen van het omvangrijke tentenkamp in Ter Apel. Ze was verontwaardigd over hun slechte gezondheidssituatie en diende een klacht in bij de Nationale Ombudsman over het gebrek aan medische zorg voor vluchtelingen. Zo’n soort arts, die de autonomie van de hongerstakers respecteert, vormt voor de directie een vervelende risicofactor. Het wordt de opgesloten vluchtelingen dan ook zo moeilijk mogelijk gemaakt om contact met haar te leggen.
De gevangenisdirectie stuurt liever een andere arts op de vluchtelingen af, die met handen en voeten is gebonden aan afspraken met de staat en zich ook nog eens schuldig maakt aan belangenverstrengeling. Dat is Esther Ronner, directeur van Detentiezorg Nederland, een particulier bedrijf dat “zorg op maat” zegt te kunnen bieden binnen de gevangenissen van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) van het ministerie van Veiligheid en Justitie. Dat bedrijf verdient een aardige boterham met het leveren van detentie-artsen aan de DJI. Ronner heeft er dus een financieel belang bij dat ze op goede voet blijft staan met de staat. Dat stelt de bewering van de DJI dat Ronner een onafhankelijke arts zou zijn, in een merkwaardig daglicht. Wie een maatje wenst te zijn van de gevangenisdirectie, kan uiteraard niet tegelijk ook een vriendje worden van de hongerstakende vluchtelingen.
Dwangvoeding
Het is duidelijk dat de gevangenisdirectie, de DJI-ambtenaren en de verantwoordelijke VVD-staatssecretaris en ijzervreter Fred Teeven vol in de aanval zijn gegaan om de vluchtelingen klein te krijgen. Tegen afspraken met de Vereniging Asieladvocaten en –juristen Nederland (VAJN) in, zijn hongerstakers in de isoleercel gegooid, vooral degenen die in de ogen van de directie de grootste lastposten zijn en worden beschouwd als de leiders van de actie. Die verdeel- en heersstrategie is een oud en vaak beproefd recept bij opstandsbestrijding. Het verblijf in een isoleercel, met camerabewaking en dag en nacht licht aan, is een marteling. Het is er steenkoud, en de gevangene krijgt alleen “een scheurhemd” aan, een korte katoenen jurk zonder mouwen. Alle hongerstakers worden bedreigd met dit chantagemiddel. En er moet altijd rekening mee worden gehouden dat Teeven en zijn meute de vluchtelingen uiteindelijk dwangvoeding gaan toedienen, wat eveneens neerkomt op marteling. Een paar dagen geleden ging de staat al in tegen de nadrukkelijke wil van Nessar. Hij had eerder een verklaring ondertekend waarin hij aangaf dat hij ziekenhuisopname, dwangvoeding en medicijnen weigert, ook als hij het bewustzijn zou verliezen. Maar de DJI-ambtenaren legden deze verklaring simpelweg naast zich neer, met de bedoeling om zijn verzet te breken en hem te isoleren van de rest van de hongerstakers. Hij werd afgevoerd naar het Justitieel Medisch Centrum in Scheveningen. Ook zijn vrijlating kan gezien worden in dit licht. Met het uit de huidige strijdfase nemen van een van de gangmakers lijkt Justitie de groep hongerstakers te willen verzwakken. Maar die zullen Nessars vrijlating mogelijk ervaren als het resultaat van zijn doorzettingsvermogen, en ieder voor zich kan nog gemotiveerder worden om door te zetten. Opvallend is het overigens dat de rechter juist op het moment dat de strijd tussen Justitie en Nessar een climax bereikt met vrijlating op de proppen komt. Van een onafhankelijke rechterlijke macht lijkt zo geen sprake.
Het gebruik van dwangvoeding bij hongerstakers wordt ook aanbevolen door SP-Kamerlid Sharon Gesthuizen, zoals bleek tijdens een radio-uitzending van Argos op 27 april 2013 naar aanleiding van de dorststaking van een Kameroense vluchteling. Haar opvatting gaat lijnrecht in tegen het standpunt van de artsenorganisatie KNMG en de Johannes Wier Stichting, een belangenorganisatie voor mensenrechten en gezondheidszorg. Zij wijzen het toedienen van dwangvoeding bij hongerstakingen resoluut af. Door dwangvoeding te propageren veegt Gesthuizen de vloer aan met de autonomie van vluchtelingen die zelf willen beschikken over hun lichaam en hun leven.
Harry Westerink
Elke arts die met een hongerstaking wordt geconfronteerd staat voor een aantal moeilijke beslissingen en dilemma’s, waarvoor helaas geen echt bevredigende oplossingen bestaan. Het is wel mogelijk om, alles zorgvuldig overwegend, tot een zo redelijk mogelijke en een ethisch verantwoorde opstelling en handelwijze te komen. Eén van de eerste dingen die opvalt is de paniek van de omgeving (1) tegenover de rust en heldere beslotenheid van degene die voedsel weigert. Alle denkbare variaties van reacties zijn voorgekomen en komen nog steeds voor: volkomen negeren (ook door artsen); de gevangene op transport zetten, tijdens dit transport slechts meedelen “hier zijn geen hongerstakers” en “wij erkennen zoiets niet”; artsen verplichten tot het geven van dwangvoeding; artsen die dit vrijwillig doen; arresteren en martelen van artsen die ertegen protesteren; laten sterven zonder enige concessie van de zijde van de overheid; in de gevangenis stoppen; krankzinnig verklaren; in het geheim een video maken tijdens het lichamelijk onderzoek en de wereld insturen om te suggereren dat de verbannen hongerstaker goed gezond is; het weigeren van artsen om gevangenen te adviseren bij het optreden van klachten omdat ze in hongerstaking zijn; door de overheid ontslaan van hongerstakenden uit de gevangenis en ze opnieuw arresteren als ze net een beetje hersteld zijn (suffragettes in Engeland in 1913, volgens de zogenaamde “Cat and Mouse Act”) ; het geven van injecties door artsen; vastbinden en uitlachen van de gevangene door omstanders; het weigeren van artsen een hongerstaker in een ziekenhuis of verpleeghuis op te nemen.