Europees Hof voor de Rechten van de Mens gaat kijken of Nederlandse uitsluitingspolitiek van “illegalen” een vorm van marteling is
In 2014 stelde het Europees Comité voor Sociale Rechten (ECSR) dat Nederland ongedocumenteerde migranten niet zomaar zonder hulp of middelen van bestaan op straat mag laten zwerven. Zij hebben volgens het Comité, zoals ieder ander, “basale mensenrechten” en Nederland mag daar géén voorwaarden aan verbinden. Een welvarend land als Nederland dat mensen uitsluit van basale levensbehoeften schendt volgens het Comité het Europese Sociale Handvest dat toeziet op mensenrechten. “Het komt erop neer dat het Comité zegt dat het uitsluiten van voedsel en opvang door Nederland een vorm van marteling is, verboden in artikel 3 van het EVRM (Europees Verdrag van de Rechten van de Mens)”, zegt Fischer. (…) De Centrale Raad van Beroep (CRvB) en de Raad van State (RvS) bepaalden in november 2015 dat de Nederlandse Overheid wel voorwaarden, ofwel: een “terugkeereis”, mocht verbinden aan BBB-opvang. De strijd om basale rechten voor ongedocumenteerden leek terug bij af’. (…) “Maar mooi niet dus!”, zegt Fischer. “Het Europees Hof kan de uitspraak van de Nederlandse bestuursrechters overrulen en de terugkeervoorwaarden van het kabinet in één klap van tafel vegen. Een uitspraak van het Europees Hof is namelijk wel bindend. (…) Het feit dat het Hof prioriteit geeft aan de kwestie, zegt volgens Fischer dat er zwaarwegend gedacht wordt over het handelen van Nederland. “We staan met deze zaak plots in een rijtje van zaken waarbij grootschalige of systematische mensenrechtenschendingen in landen als Rusland, Oekraïne of Turkije worden aangekaart. Het gewicht van deze zaak ligt natuurlijk niet zozeer in de aard van de mensenrechtenschending, maar in het principe: het feit dat een Europese lidstaat zich niet verplicht voelt een uitspraak van het ECSR te respecteren.”
Jonneke van Wierst in BBB-kwestie met spoed voor Europees Hof – ‘UITGEPROCEDEERD? “Echt niet!” (Vluchtverhalen)