Euthanasie: dood is goedkoper
Momenteel wordt in het Verenigd Koninkrijk een euthanasiewet door het parlement geloodst. We vertaalden naar aanleiding daarvan twee kritische artikelen over die wet en over euthanasie meer in het algemeen. Hier de tweede. De eerste lees je hier.
Sterven onder begeleiding van de staat. Vroeger was ik daar helemaal voor. Het is meelevend en empathisch om zieke mensen te laten kiezen om te sterven, dacht ik ooit. Een echt kenmerk van een geavanceerde, zorgzame samenleving. Toen begon ik beter te kijken.
Ik zag hoe bezuinigingen door regeringen, miljardairs en hun denktanks een ravage aanrichtten in de gezondheidszorg. Ik las studies over de honderdduizenden mensen die het leven lieten door bezuinigingen op overheidsuitgaven, in het bijzonder bezuinigingen op gezondheidszorg en sociale zorg. Ik zag hoe gehandicapte vrienden wanhoopten toen instellingen die hen steunden opzettelijk van hen werden weggenomen. Ik heb een kapotmakende pandemie meegemaakt. Ik zag hoe vrienden gehandicapt raakten door een virus waarvan ze te horen kregen dat het geen probleem zou vormen als ze jong en fit waren, vooral nadat ze waren ingeënt. Ik heb gezien hoe ze in de steek werden gelaten door de regeringen die hen vertelden dat alles goed zou komen. Ik zag hoe regeringen zieke mensen demoniseerden. Ik zag hoe ze hen vertelden dat hun ziekte een keuze van levensstijl of angst was. Het zat allemaal in hun hoofd. Ik zag hoe ze probeerden deze zieke mensen weer aan het werk te krijgen.
Ik las wat gehandicaptenorganisaties te zeggen hadden over het zogenaamde “recht om te sterven”. Ik las over hoe euthanasie werd toegepast in Canada, Nederland, Zwitserland, Oregon. Ik las over de lange geschiedenis van euthanasie. Ik las over de voorliefde van de nazi’s voor eugenetica, vermomd als medeleven. Ik las verslagen van gehandicapten die decennialang werden vernederd en afgewezen door artsen en verpleegkundigen. Ik luisterde naar mensen die uitlegden hoe deze grotesk onevenwichtige machtsrelatie zo gemakkelijk en snel misbruikt en gevaarlijk kan worden. Zelfs dodelijk. En ik ben van gedachten veranderd.
Het Verenigd Koninkrijk is het meest recente westerse land dat wetten aanneemt om hulp van een arts bij zelfdoding te legaliseren. De huidige wet zou mensen met nog zes maanden te leven toestaan om te kiezen voor de dood, nadat ze onderzocht zijn door twee artsen en de beslissing getoetst is door een rechter.
Lijkt dat redelijk? In de kleine lettertjes staat dat de tweede arts wordt aangewezen door de eerste, waardoor het systeem vatbaar is voor misbruik. Juridische experts zeggen dat de rechterlijke toetsing onwerkbaar is. Artsen zeggen dat een tijdsbestek voor de verwachte resterende levensduur vaak arbitrair is en nooit nauwkeurig kan worden vastgesteld.
Maar de roep om een wetswijziging moet wel overweldigend zijn, toch? Niet helemaal. Iedere organisatie in het Verenigd Koninkrijk die geleid wordt door mensen met een handicap is tegen het wetsvoorstel. En geen enkele arts en sociale of palliatieve zorgorganisatie heeft zich uitgesproken ter verdediging van de voorgestelde wet. De campagne in het Verenigd Koninkrijk is volledig gevoerd door één organisatie – Dignity in Dying – een pro-euthanasie lobbygroep, gefinancierd door een rechtse Britse miljardairsfamilie.
De groep heeft de afgelopen jaren miljoenen uitgegeven om haar boodschap over te brengen, onder andere door hele metrostations in Londen te versieren met advertenties voor euthanasie. In de week voorafgaand aan de eerste stemming over de wet in het Britse parlement was de groep de grootste koper van Facebook-advertenties in het land. Het is onduidelijk wat precies de beweegredenen van deze groep zijn. Maar het laat ons één ding zien: geld koopt wetten. Want, nogmaals, elke organisatie waar de Britse regering naar zou moeten luisteren als het gaat om de gevaren van zelfmoord via de staat, wordt genegeerd.
En de gevaren zijn talrijk en verraderlijk. We hoeven alleen maar te kijken naar wat er in Canada, Nederland en Oregon is gebeurd. Ik hou niet echt van het “hellende vlak”-argument, omdat je het kunt inzetten tegen elk beleid, goed of slecht. Maar als het gaat om euthanasie, overal waar het gelegaliseerd is, stond de eerste versie van de wet wel degelijk bovenaan het hellende vlak.
Nadat euthanasie in Canada in 2016 werd gelegaliseerd voor terminaal zieken, werd het toepassingsgebied uitgebreid naar mensen met chronische, maar niet levensbedreigende ziekten. Daarna zijn mensen met niet-terminale ziekten aangemeld om te sterven, en zijn ze gedood door een arts. Mensen met een terminale ziekte, maar met mogelijk nog vele jaren te leven, hebben in Canada voor de dood gekozen omdat de staat weigerde hen met iets anders te helpen.
In 2022 koos Sathya Dhara Kovac, een Canadese met de progressieve zenuwziekte amyotrofische laterale sclerose (als), op 44-jarige leeftijd voor euthanasie, niet in de eerste plaats vanwege haar ziekte, maar omdat de staat weigerde te betalen voor de extra thuiszorg die ze nodig had om met haar geliefde hond in haar eigen appartement te kunnen blijven wonen. In haar overlijdensbericht was ze hier expliciet over. Ze schreef: “Uiteindelijk was het geen genetische ziekte die me nekte, het was een systeem”.
Kunnen we ooit zeker zijn van de ethische positie van de artsen die hun hand opsteken om de dood toe te dienen? In Canada hebben artsen grappen gemaakt over het dwingen van de familie van patiënten om door te zetten met de euthanasie. Anderen hebben het er schandalig genoeg over gehad dat het moment van de dood “een dringende behoefte aan seks” teweeg brengt.
In Nederland kunnen twintigers met autisme en een persoonlijkheidsstoornis legaal zelfmoord plegen onder een wet die oorspronkelijk alleen bedoeld was voor terminaal zieken met nog maanden te leven. Theo Boer, een professor in de ethiek van de gezondheidszorg en oorspronkelijk een uitgesproken voorstander van euthanasie, zat negen jaar in de overheidscommissie die euthanasie beoordeelde. Door die ervaring veranderde zijn mening. Boer zei dat hij “de Nederlandse euthanasiepraktijk zag evolueren van de dood als laatste redmiddel naar de dood als standaardoptie”.
In Oregon werd patiënten met anorexia euthanasie aangeboden. Uit een analyse van vijfentwintig jaar euthanasiewetten in Oregon bleek dat maar heel weinig mensen die geëuthanasieerd worden ooit begeleiding aangeboden krijgen, en dat de helft van de mensen die een arts vragen om hen te doden dat doen “omdat ze zich een last voelen“. Is euthanasie onder deze omstandigheden werkelijk het resultaat van door de staat gestuurd mededogen en succes, of van door de staat gestuurde onverschilligheid en mislukking?
Natuurlijk zijn er individuele verhalen van pijnlijk lijden die pleiten voor euthanasie. krachtige verhalen. Maar in democratieën worden wettelijke kaders die het gedrag van hele beroepsgroepen bepalen, die kwesties van leven en dood bepalen, niet geacht te reageren op individuen en lobbygroepen van miljardairs. Ze worden verondersteld voor iedereen te werken en te reageren op de meerderheid.
Naar mijn mening moeten we uiterst wantrouwig zijn over de beweegredenen van die landen die verder gaan met euthanasie. Want deze landen en hun regeringen hebben geen staat van dienst die wijst op welwillendheid en compassie als drijvende krachten achter het beleid op het gebied van gezondheidszorg en handicaps.
Laten we het Verenigd Koninkrijk nemen. De wachttijd voor rolstoeltoegankelijke sociale huisvesting in Groot-Brittannië is 47 jaar! De wachttijd voor een simpele rolstoel zelf kan jaren zijn, zelfs voor kinderen. Het gaat verdomme om een simpele rolstoel! Absoluut schandalig. Maar nauwelijks een verrassing.
In 2016 heeft een speciale VN-commissie de Britse regering onderzocht op haar gedrag volgens het VN-verdrag inzake de rechten van mensen met een handicap, en daarop schuldig bevonden aan “ernstige en systematische” schendingen tegen mensen met een handicap. De Britse regering ontweek herhaaldelijk hoorzittingen die bedoeld waren om haar ter verantwoording te roepen en haar tekortkomingen te verbeteren. In 2019 werd in een afzonderlijk VN-rapport van de rapporteur voor extreme armoede en mensenrechten vastgesteld dat het beleid van de Britse regering had geleid tot het “systematisch ellendiger maken van de levens van een aanzienlijk deel van de Britse bevolking”. De Britse nationale gezondheidszorg NHS is dertig jaar lang in stukken gescheurd en uitverkocht door centrum-linkse en centrum-rechtse regeringen. De wachttijden voor spoedeisende hulp, voor kankerbehandelingen, voor thuishulp zijn omhooggeschoten. In Groot-Brittannië komen mensen onder de 65 die gezond worden geacht niet in aanmerking voor covid- of griepvaccins.
Maar plotseling, als het gaat om euthanasie, worden we geacht te geloven dat er een uitbraak is van medeleven in de hoogste regionen van de elite van de Britse samenleving? Moeten we denken dat een land dat systematisch gehandicapten misbruikt en mishandelt, een perfect moreel kompas vindt bij de beslissing wie te doden? Moeten we geloven dat een beroepsgroep in de gezondheidszorg die zich consequent bezighoudt met mishandeling en dodelijk gedrag, maar te vaak boven de wet staat, van de ene op de andere dag al haar gebreken zal corrigeren en de dood met nauwkeurig inzicht en controle zal toedienen?
Echt verlichte samenlevingen zouden iedereen het wettelijke recht geven op begeleid leven vóór begeleid sterven. Echte zorg en compassie zouden ervoor zorgen dat overheden gehandicapten en chronisch zieken alle hulp en ondersteuning bieden die ze nodig hebben en waar ze om vragen, zonder vragen te stellen en met een minimum aan papierwerk. Ze zouden de gezondheidszorg en palliatieve zorg dienovereenkomstig financieren. Ze zouden mensen vertrouwen. Geld zou geen probleem zijn.
De grimmige waarheid is echter dat het gemakkelijker, sneller en vooral goedkoper is om mensen eerst zelfmoord aan te bieden. Euthanasie is in individuele gevallen misschien gemakkelijk te accepteren op grond van empathie en medeleven, maar ik vind het onmogelijk om ermee in te stemmen als de arbiter de wrede en meedogenloze bezuinigingsstaat is.
Staten zouden het recht moeten verdienen, door hun acties en gedrag, wanneer ze euthanasie wettelijk vast willen leggen in het weefsel van onze samenlevingen. Het zou de laatste stap moeten zijn nadat alle andere stappen met succes zijn gezet. Gedrag in het verleden zou ons moeten geruststellen over de toekomstige competente uitvoering van zoiets belangrijks als leven of sterven.
Zoals het nu is, lijken wetten voor euthanasie echter een beloning voor flagrant falen. De relatie tussen patiënt en zorgverlener wordt hierdoor fundamenteel verstoord. Geen enkele arts zou ooit aan iemand mogen vragen: “Heeft u nagedacht over euthanasie?”. Onder het mom van medeleven krijgen systemen die vaak een complete minachting tonen voor het leven, de gezondheid en het geluk van zieke mensen, het recht om deze mensen legaal te doden. Dat kan niet juist zijn.
Nate Bear
(Dit artikel verscheen op 3 december 2024 op zijn website “¡Do Not Panic!” onder de titel “Assisted Dying: Cheaper When Dead“.)