Extreem-rechtse stickers, posters en graffiti verwijderen voor een veiliger straatbeeld
Het kan flink bedreigend zijn als je op straat loopt en je ziet extreem-rechtse graffiti, posters of stickers. Want vaak hebben die de boodschap dat je niet welkom bent, dat je er niet bij hoort, dat je cultuur of geloof gevaarlijk zijn, dat je sowieso een verkrachter bent, dat je weg moet, ja, zelfs dat je dood moet. Dat is precies het effect dat extreem-rechtse activisten nastreven: iedereen die er volgens hen niet bijhoort intimideren. En dat is ook de reden dat veel anti-fascisten voortdurend bezig zijn zulke extreem-rechtse uitingen te verwijderen van de muren en lantaarnpalen van hun stad of dorp. Een interview daarover met een paar anti-fascisten van Doorbraak.
Zelf trek ik al pakweg dertig jaar elke extreem-rechtse poster of sticker die ik tegenkom van de muur. Het is een automatisme geworden: overal waar je loopt goed om je heen kijken. Dat doen veel anti-fascisten. Het is een onderdeel van de anti-fascistische strijd dat – anders dan onderzoek doen, artikelen schrijven en demonstreren – niet veel aandacht krijgt, maar minstens net zo belangrijk is. Veel anti-fascisten doen het individueel, maar er zijn ook steden waar ervaringen gedeeld worden, en activisten elkaar op de hoogte houden van waar welke stickers, posters of graffiti gevonden zijn, en samen die fascistische troep opruimen. Ook Doorbrakers participeren in zulke netwerken.
Waarom doen jullie eigenlijk zoveel moeite? Wat kan zo’n sticker of poster jullie nu precies schelen? Wie kijkt daar nu echt naar? Voor veel mensen zal het niet meer zijn dan rommel aan een muur, verkeersbord of elektrakastje.
Het gaat om het tegenwerken van fascistische en racistische propaganda. Sommige voorbijlopende mensen zien het wel degelijk. Het materiaal creëert zo potentieel voor hele groepen mensen een bedreigende sfeer. Ze kunnen het gevoel krijgen dat ze zich in een vijandig gebied begeven, en ze weten natuurlijk nooit helemaal zeker of het puur bij die woorden en beelden blijft. Het toch al zo racistische maatschappelijke klimaat wordt er nog door versterkt. Het is voor extreem-rechtse activisten een manier om hun territorium af te bakenen. Als wij die troep laten zitten, dan voelen ze zich daardoor empowered. Maar de straat is van ons, van ons allemaal, en we kunnen niet toestaan dat fascisten hem zich toeëigenen. Daarom halen we alles weg, ook bijvoorbeeld stickers met alleen een extreem-rechtse cijfer- of lettercode of url erop, die in eerste instantie natuurlijk niet zo bedreigend overkomen.
Wat treffen jullie het meeste aan?
Momenteel extreem-rechtse stickers, posters en graffiti tegen moslims en vluchtelingen. En tegen de EU en Rutte. Maar bijvoorbeeld ook tegen abortus, belasting of het gebruik van Engelstalige woorden. In de loop der jaren zijn we al heel wat verschillende uitingen tegengekomen. Ook stickers uit andere landen zijn populair: Vlaamse, Poolse en Engelse bijvoorbeeld.
Is het dan altijd meteen duidelijk dat het om een extreem-rechtse sticker gaat?
Je ziet het meestal wel aan de opmaak en de symbolen erop. En soms staat er een website op. Dan neus je daar even rond.
Hebben jullie een idee wie het bij jullie in de stad zijn die de posters en stickers plakken en de graffiti spuiten?
Meestal wel. Het gaat om individuen, soms om kleine groepjes. Het zijn er niet bijzonder veel, maar sommigen plakken wel flink door. De meeste groepjes zijn maar een korte periode actief. Soms kun je bijna een spoor van stickers of posters volgen tot aan hun voordeur. Bijzonder slim zijn de meesten niet, wat dat betreft.
Jullie weten dus wel zo’n beetje waar je de meeste troep zult aantreffen?
Ja, er zijn echt bepaalde hotspots en vaste routes door de stad. Waarschijnlijk hebben ze een meeting, geven ze elkaar daar stickers en plakken ze die vervolgens als ze naar huis lopen overal op. Omdat ze weten dat wij ze meestal snel weer weghalen, gaan ze soms op hun fiets staan om de stickers hoger te plakken. Maar ja, wij hebben natuurlijk ook fietsen. Dat niemand die hoge stickers nog ziet of kan lezen, deert hen kennelijk niet. Het gaat erom hun terrein af te bakenen. Een keer stond er naast een sticker met stift geschreven: “blijf van mijn sticker af”.
Jullie werken samen?
Je, we geven aan elkaar door welke stickers we waar vinden. Dan herken je die sneller en kunnen anderen die daar in de buurt komen nog even extra rondkijken om de laatste troep op te ruimen. Dat doen we al jaren zo. Veel mensen weten dat en bellen ons op als ze ergens stickers, posters of graffiti tegenkomen. Soms komen ze zelfs van de muur afgetrokken posters of stickers langs brengen.
Krijgen jullie wel eens commentaar van voorbijgangers als je bezig bent die extreem-rechtse propaganda te verwijderen?
Het gebeurt wel eens dat iemand je bezig ziet, en raar kijkt of vraagt wat je aan het doen bent. Soms beginnen ze over de vrijheid van meningsuiting, maar als je dan uitlegt dat het iets van doen heeft met nazi’s, dan vinden de meesten het verder wel goed, zeker de wat oudere mensen. En ja, je ruimt op, hè? Wie is daar nu op tegen? Maar wanneer je over extreem-rechtse graffiti heen staat te spuiten, dan moet je wel goed opletten voor de politie. En bijvoorbeeld ook als je PVV-verkiezingsaffiches weghaalt.
Hoe halen jullie die stickers en posters eigenlijk weg?
Vaak kan je ze gewoon van de muur of lantaarnpaal aftrekken, zeker als ze er nog niet lang zitten. Maar soms heb je wel een krabbertje of iets dergelijks nodig. In veel gevallen plakken we er ook eigen stickers over, bijvoorbeeld van die “Vluchtelingen welkom”- of “Zwarte Piet is racisme”-stickers, of de bekende antifa-stickers. Het ligt ook een beetje aan het formaat dat je nodig hebt. Maar het is sowieso nuttig om onze eigen positieve en bevrijdende ideologie achter te laten. En bij graffiti heb je natuurlijk een eigen spuitbus nodig.
Maar jullie bellen ook wel eens de gemeente als het om graffiti gaat?
Ja, soms gaat het om zoveel fascistisch geklad dat we een mail sturen naar de gemeente of ze het niet kunnen komen opruimen. We doen er dan vaak wel een uitleg bij van wat al die symbolen die de nazi’s gespoten hebben betekenen, want dan komt de gemeente sneller in actie. Als het aan de rand van de stad is, neigen ze er wel eens naar om de verantwoordelijkheid af te schuiven naar bijvoorbeeld Rijkswaterstaat, die het probleem dan weer terugschuift. Maar over het algemeen loopt het goed af en verdwijnt het racisme relatief snel uit het straatbeeld.
Hoe snel halen de fascisten onze posters en stickers weg?
Helaas behoorlijk snel. Een AFA-sticker kan een week blijven zitten, maar stickers of posters tegen bijvoorbeeld Zwarte Piet of de PVV verdwijnen meestal wel binnen een dag. Maar daar zitten natuurlijk niet alleen neo-nazi’s achter: er zijn helaas nogal wat fans van de PVV en van blackface.
De strijd om het politieke beeld van de straat woedt zo al decennia. Hebben jullie het idee dat er meer extreem-rechtse propaganda op straat is tegenwoordig dan pakweg dertig jaar geleden?
Racisme en fascisme is niet speciaal iets van deze tijd. Wel komen er steeds nieuwe extreem-rechtse stromingen en leiders, van Glimmerveen via Janmaat en Fortuyn tot Wilders. En ook kleine groepjes en organisaties komen en gaan. Momenteel zijn de identitaire en anti-moslim-stromingen wat populairder onder nazi-activisten. En dat zie je terug op straat. Ze proberen enigszins in te spelen op wat er in de gevestigde politiek speelt, en dat is niet moeilijk, want in de Tweede Kamer loopt het politieke spectrum tegenwoordig van rechts tot extreem-rechts. Het is niet gezegd dat er nu meer nazi-activisten zijn, maar ze hebben wel meer materiaal. Het is tegenwoordig immers veel goedkoper om stickers en posters te laten maken. Keltische kruizen spuiten doen ze dan ook minder. Dat is natuurlijk wel wat meer werk dan even een sticker plakken.
Hebben jullie nog tips aan activisten in andere steden en dorpen?
Maak foto’s van de stickers. Zorg ervoor dat je altijd een stapeltje eigen stickers bij je hebt om erover heen te plakken, en een krabbertje voor het geval dát. En als je fietstassen hebt: gooi er even een spuitbus in. Je weet maar nooit.
Eric Krebbers