Fanon: gevangen in de witte blik

Toch moest ik eind 2018 bij een boekpresentatie in De Balie nog zien uit te leggen waarom het van belang is dat een vertaling van een theoretisch werk de ideeën daarin zo secuur mogelijk weergeeft. Het verlangen naar een nauwkeurige weerspiegeling van die specifieke tekst leidde tot controverse. De tekst was “Peau noire, masques blancs” van Frantz Fanon, een psychiater en Panafrikaanse filosoof uit Martinique die zeer invloedrijk is in postkoloniale studies, Afrikaanse filosofie en Afro-pessimisme. Het ene, heikele woord waar het dit keer om gaat, is nègre. Het was immers maar een woord, en wie weet wat de denker in kwestie daar ruim zestig jaar geleden mee bedoelde? Gedurende de discussie over de vertaling – zowel tijdens de boekpresentatie in De Balie als daarbuiten – hoorden we onder meer stemmen van mensen die zich niet in het werk van Fanon hebben verdiept of zelf nooit hoeven na te denken over de betekenis en implicaties van het n-woord en het woord nègre – en daar ook niet de moeite voor hebben genomen. Zij komen niet verder dan de gedachte: “Ja, die zwarte mensen vinden het tegenwoordig kwetsend. Ik wil best begrijpen dat dit vervelend voor ze is, maar…” En daarnaast stellen vragen als “Moeten ook historische teksten zich gehoorzaam voegen naar activistische eisen?”, zoals Elma Drayer deed in De Volkskrant (3 januari 2019) – een samenvatting die vertaler Jeanne Holierhoek in haar verantwoording gepubliceerd door VertaalVerhaal “bondig en treffend” noemt. Sommigen beweerden dat de vertaaldiscussie voort zou komen uit hedendaagse politieke correctheid, toegepast op het begrippenapparaat van een 67 jaar oude tekst. Vertaler Jeanne Holierhoek merkte in haar videocolumn tijdens het debat in De Balie op dat zij “bepaalde woorden niet politiek correcter” had gemaakt. In haar verantwoording stelde zij bovendien dat vertalen “ingewikkelder wordt wanneer het gaat om woorden die door de tijd heen bevracht zijn geraakt met een negatieve connotatie” en dat zij “niet de illusie heeft dat deze tekst zal worden gelezen door zwarte activisten”. Het verstrijken van 67 jaar heeft er blijkbaar voor gezorgd dat er een duisternis is gevallen over de betekenis van Fanons werk, waardoor niet meer te achterhalen valt wat hij bedoelde met de woorden en concepten die hij gebruikte. Een duisternis waar Descartes, Hegel en Husserl, wier teksten veel langer geleden zijn geschreven, kennelijk niet in dezelfde mate onder hoeven te lijden.

Grâce Ndjako in Fanon: gevangen in de witte blik (Nederlandseboekengids.com)