Frankrijk: is je dossier geblokkeerd? Geef gratis koffie!
Is je dossier geblokkeerd? Geef gratis koffie in het Gezinstoeslagencentrum. De managers worden zo gedwongen hun knusse kantoren te verlaten…
Een medewerker van het Gezinstoeslagencentrum in Argenteuil, een arbeiderswijk in het noorden van Parijs, geweigerde een uitkeringsgerechtigde te ontvangen als ze een begeleider meebracht. De uitkeringsgerechtigde was te verstaan gegeven dat ze 2 jaar gezinstoeslagen terug moest betalen. Daarop toog het Uitkeringsgerechtigden Solidariteits Netwerk (RSA) richting het Gezinstoeslagencentrum met haar meest gevaarlijke wapen: gratis koffie voor iedereen.
Dit humoristische actieverslagje is geschreven door de Franse werklozen-activisten die komend weekeinde over hun strijd komen vertellen.
Zaterdag 31 maart, van 20:00 tot 22:00 uur. Zondag 1 april, van 13:00 tot 15:00 uur. Elders op onze website vind je meer informatie over de twee bijeenkomsten, over de strijd van de werklozen-activisten en over de situatie van de werklozen in Frankrijk. |
Want alleen gratis koffie voor “de schuldige mensen” zorgt ervoor dat de managers van het Gezinstoeslagencentrum zich laten zien.
Eigenlijk waren we alleen gekomen om de nieuwsbrief van RSA uit te delen, om andere mensen zonder bestaanszekerheid te ontmoeten en om wat informatie te verspreiden.
Onze actie vond plaats in mei 2008. Een uitkeringsgerechtigde, mevrouw L. *, had ons verteld dat ze enige duizenden euro’s moest terugbetalen die ze via de Alleenstaande Ouder Toeslag had ontvangen. De eerste keer dat we kwamen, ging een medewerker razendsnel het dossier van de vrouw bekijken. Na dat eerste bezoek keerden we voor een tweede keer terug naar het centrum. Maar de belangrijkste manager was niet in het gebouw, en dus lieten we een tweede boodschap achter. Ons doorzettingsvermogen begon wat op te leveren: wij kregen een afspraak. “Wij”? Wat een lelijk woord voor de Gezinstoeslagencentrummanagers! Ze houden er niet van, vooral als het wordt gebruikt door georganiseerde of begeleide mensen zonder bestaanszekerheid. De dienstdoende manager van die dag wilde alleen de uitkeringsgerechtigde ontvangen, maar mevr. L. gaf niet toe aan de druk van de instantie.
Voor de tigste keer (als je liefhebt, tel je niet!) keerden we terug naar Argenteuil. Maar deze keer waren we vastbesloten ons recht uit te oefenen om ontvangen te worden met een begeleider, en om uitleg te vragen aan de managers. We besloten koffie aan te bieden in het gebouw van het Gezinstoeslagencentrum. Direct kwam de manager op ons af. Woedend zei ze ons dat we onmiddellijk weg moesten. We hielden aan en vroegen om ontvangen te worden door iemand die een oplossing kon vinden voor het probleem van mevrouw L. De manager dreigde de politie te bellen en ging terug naar haar kantoor.
We gingen door met het ronddelen van koffie, ons bulletin en onze flyers, en begonnen met de werklozen in de receptie te praten.
Aangezien een aanklacht wegens het aanvragen van een “te hoge uitkering” automatisch een verlaging van de uitkering van een werkloze betekent, trok mevrouw L. een nummertje voor een gesprek met een medewerker. Ze wilde nagaan of ze een toeslag zou kunnen krijgen om een kinderoppas te betalen. Ze werd ontvangen door een medewerker die ons uitlegde dat het een paar maanden geleden voor hem nog mogelijk was geweest om zo’n toeslag goed te keuren, maar dat de werknemers van het Gezinstoeslagencentrum nu alleen nog een briefje in het dossier van de werkloze mochten stoppen. Het is de financiële afdeling, goed afgeschermd van de uitkeringsgerechtigden, die de betaling dan goedkeurt… of niet. De wachttijd is daardoor verlengd, en kan leiden tot een definitieve afwijzing van de toeslagen. De medewerkers van het Gezinstoeslagencentrum zijn gefrustreerd omdat ze hun autonomie zijn kwijtgeraakt.
“De schuldigen”
“Koffie voor de schuldige mensen”: deze uitdrukking is makkelijk te begrijpen voor, en uit te leggen aan, iedereen die een uitkering ontvangt, vooral werklozen. Ze leven in een situatie waarin ze steeds ter verantwoording worden geroepen, en als “schuldig” worden beschouwd aan dingen die bij ieder ander mens onbelangrijk zouden zijn. Bijvoorbeeld: een controle-afspraak missen. We worden ook wettelijk gedwongen om procedures te ondergaan die normaal op mensen worden toegepast die een misdaad hebben begaan: huisbezoeken, de verplichting om uitleg te geven over het persoonlijke leven (huwelijk, seksueel) en familieleven, de verplichting om vrijwilligerswerk te accepteren dat vergelijkbaar is met een taakstraf, en bovendien moeten we regelmatig op afspraak komen, net als mensen die onder gerechtelijke supervisie staan voor een misdaad. We hebben deze term, “koffie voor de schuldige mensen”, gebruikt na de Franse presidentiële campagne van 2007, waarin de zogenaamde “bijstandsmensen” publiekelijk gestigmatiseerd werden als fraudeurs. Sinds die tijd is de mythe van “fraude” verheven tot een permanent argument bij allerlei campagnes en andere gelegenheden. |
De manager kwam snel terug, beval de werknemer om het gesprek met ons te af te kappen, maar nodigde ons wel uit om in het gebouw te blijven. Er zou een manager van Cergy naar ons toe komen. In het Cergy-gebouw zitten de topmanagers van het centrum. Maar we waren toch al niet van plan om te vertrekken, tenminste niet totdat we erin geslaagd zouden zijn om wat goed nieuws te krijgen voor mevrouw L.
Ondanks het nadrukkelijke autoritaire gedrag van de lokale managers is de sfeer bij dit Gezinstoeslagencentrum redelijk vriendelijk. Onder het genot van onze gratis koffie werden vele problemen en misverstanden bediscussieerd. Veel uitkeringsgerechtigden komen regelmatig naar het centrum omdat ze uitleg nodig hebben over hun situatie en hun rechten. Maar het gebrek aan personeel, en de verhoogde druk op dat personeel om meer productie te leveren, belet de medewerkers om de tijd te nemen om alle vragen te beantwoorden.
Deze keer ontmoetten we de heer Chauvet, de directeur van personeelszaken van het Gezinstoeslagencentrum die dus in Cergy werkt, en mevrouw Boursier, de adjunct-directeur van het Gezinstoeslagencentrum in Argenteuil en tevens de manager die verantwoordelijk is voor het verdelen van de uitkeringen op departementaal niveau (Frankrijk is verdeeld in 95 departementen).
De aanwezigheid van de personeelsdirecteur was veelzeggend over de problemen bij het centrum, problemen die zowel de uitkeringsgerechtigden als de werknemers aangaan. De medewerkers zijn getroffen door de personeelsterugloop, en omdat hun banen radicaal veranderd of vrijwel afgeschaft zijn, zoals het maatschappelijk werk.
Mevrouw L. en haar vrienden zonder bestaanszekerheid werden ontvangen door Chauvet, die ons tevergeefs probeerde te overtuigen dat hij niet onder druk was gezet, en dat de persoon die mevrouw L. vergezelde slechts mocht observeren en verder moest zwijgen als het graf.
De goede man beweerde dan wel dat hij zich niet onder druk liet zetten, maar hij probeerde ons wel onder druk te zetten. Hij zei tegen mevrouw L. dat onze aanwezigheid nadelig voor haar was en haar belangen niet diende. We horen iedere keer dezelfde riedel als we met een groep werklozen komen. Het is een vorm van bedreiging. Natuurlijk nemen we dat verhaal nooit serieus: onze ervaring heeft ons geleerd dat onze aanwezigheid over het algemeen het tegenovergestelde effect heeft.
Ons doorzettingsvermogen begon wat op te leveren!!
De heer Chauvet leek opeens bevangen door paranoia toen we hem vroegen wie hij was en wat zijn daadwerkelijke functie was. Waarom wilden we weten wie hij echt was? Dat was niet logisch voor hem. Gedurende ons gesprek noemde hij meerdere keren de Russische “Pravda” (de krant van de Russische Communistische Partij tijdens de Koude Oorlog) en dat hij niet onder supervisie van een politieke commissaris wilde werken. Niet alleen waren deze politieke verwijzingen belachelijk, ze hadden ook niets van doen met onze discussie, want als mensen zonder bestaanszekerheid besluiten om collectief tegen de bedenkelijke methoden en controles van het Gezinstoeslagencentrum op te treden, dan wordt dat geboren uit noodzaak, en niet vanwege een politieke strategie.
Maandenlang probeerde mevrouw L. tevergeefs een verklaring te krijgen en ontvangen te worden door de manager van het Gezinstoeslagencentrum, en dat lukte pas toen we haar gezamenlijk vergezelden naar het centrum. Puur toeval misschien?
Als je gratis koffie uitdeelt, zijn er drie mogelijkheden:
1. Op sommige plekken zal er niemand met je komen praten. Dat komt dan meestal doordat het soort mensen dat naar de plaats gaat die jij gekozen hebt, niet passen bij jouw radicale politiek, bijvoorbeeld een gezinsbijstandsbureau in een slecht gekozen gebied, of een banencentrum voor hoger opgeleiden. In dat geval sta je voor lul en moet je alle koffie zelf opdrinken. 2. In de meeste gevallen zijn de kwetsbare mensen die naar je toe komen óf diegenen die houden van praten en discussiëren over van alles en nog wat onder het genot van een kop koffie (een wijdverbreide verslaving), óf mensen die een specifiek probleem hebben. In dat geval maak je contacten, en doe je soms zelfs direct een actie in het bureau met de mensen die hun problemen met jou besproken hebben. 3. De derde mogelijkheid is om koffie uit te delen in het bureau zelf, als je er klaar voor bent jezelf publiekelijk uit te spreken. In dat geval is het onvermijdelijk dat de managers van het bureau in de val trappen en je komen vertellen dat “het verboden is”. Je begint meteen een publiek debat, het feit benadrukkend dat werklozen al in een zeer moeilijke materiële situatie zitten, uren wachtend en behandeld als stront, en dat een gratis kopje koffie dan een probleem vormt? In het algemeen zijn mensen solidair met je initiatief omdat ze het belachelijk en vernederend vinden dat men deze mensen niet eens een bakje koffie mag aanbieden, en dat creëert een goede collectieve atmosfeer. |
Toen we hem eraan herinnerden dat de werknemers in het Gezinstoeslagencentrum streden voor meer personeel, en om betere werkomstandigheden te krijgen om op een behoorlijke manier de uitkeringsgerechtigden te kunnen ontvangen, antwoordde hij dat we politieke argumenten inbrachten. Dat weerhield hem er niet van om later in het gesprek te klagen over het gebrek aan personeel om te voldoen aan de voor het centrum vereiste controles. Voor deze man zijn collectieve klachten en eisen voor betere werkomstandigheden of betere behandeling van uitkeringsgerechtigden een vorm van “totalitarisme”.
Voor wat betreft de problemen van mevrouw L., die we uiteindelijk met succes hebben kunnen voorleggen, was het Gezinstoeslagencentrum niet in staat om op diezelfde dag de documenten te produceren die zij verstrekt had, met name de officiële verklaringen die ze regelmatig aan het centrum gegeven had. Het voornaamste probleem was dat L. niet gescheiden was van haar man. Volgens het centrum heeft iemand geen recht op de Alleenstaande Ouder Toeslag, zelfs als diegene niet in dezelfde flat woont als zijn of haar vrouw of man, en ook geen enkel bezit of inkomsten met hem of haar deelt. Toen we vertelden dat hetzelfde probleem door het Gezinstoeslagencentrum in Nanterre heel anders behandeld werd na een actie daar van Agir contre le Chômage, een netwerk waar RTO toen nog toe behoorde, was het enige antwoord: “We hebben een andere interpretatie”!
Toen we dat vertelden, leek Chauvet behoorlijke gegeneerd, omdat hij, als personeelsdirecteur, niet veel af leek te weten van de regels van het centrum. Nadat ze het dossier van mevrouw L. bestudeerd hadden, besloten de managers dat ze opnieuw ontvangen zou moeten worden door een commissie om haar zaak te laten beoordelen.
Deze vooruitgang, die een geïsoleerd persoon niet had kunnen boeken, zal ons er niet van weerhouden om terug te keren naar het Gezinstoeslagencentrum en door te gaan met het aanbieden van gratis koffie aan “de schuldige mensen”. We kunnen alleen maar hopen dat de werknemers van de Gezinstoeslagencentra, die er eveneens van beschuldigd worden niet productief genoeg te zijn, die te veel tijd zouden besteden aan de uitkeringsgerechtigden, die te soft zouden zijn tegen de uitkeringsgerechtigden, zich ook zullen aansluiten bij onze strijd.
Noot
* Mevrouw L. kwam naar Frankrijk, terwijl haar man in het buitenland bleef wonen. Ze hadden nog wel contact, vooral wanneer L. haar vakantie in haar moederland doorbracht. Het Gezinstoeslagencentrum had haar verteld dat ze recht had op de Alleenstaande Ouder Toeslag omdat ze zwanger en “alleenstaand” was in Frankrijk. Op gezette tijden vroeg het centrum haar om een officiële verklaring dat haar man in het buitenland was en haar financieel niet ondersteunde. Toen haar man een verblijfsvergunning kreeg, gaf ze door dat hij in Frankrijk was komen wonen, en daarna ontving ze geen Alleenstaande Ouder Toeslag meer. Het Gezinstoeslagencentrum bekeek haar dossier daarop opnieuw en veranderde van gedachte. De “geografische scheiding” was geen “feitelijke scheiding” geweest, en daarom had ze geen toeslag mogen ontvangen en moest ze meer dan zevenduizend euro terugbetalen!
(Dit artikel is in 2008 geschreven door enkele mensen zonder bestaanszekerheid, en is gepubliceerd op de RSA/RTO website.)