De Peueraar 51, november 1994

Auteur: Antonio Reynaldos


Een weerzien met Chili

Dit jaar is een van de medewerkers van de Leidse stichting América Latina, Antonio Reynaldos, voor een korte tijd teruggekeerd naar zijn geboorteland Chili. Een verslag van zijn reis.

In de zomer van 1994 kon ik eindelijk teruggaan naar Chili. In 1986 had ik het land verlaten met het idee dat ik terug zou gaan als de dictatuur van Pinochet zou vallen. Mijn idee van hoe Chili eruit zou zien na de val van Pinochet bleek echter heel anders dan de werkelijkheid.

Het weerzien met mijn land was een schok, en mijn eerste dagen in Santiago waren uiterst vermoeiend. In de laatste tien jaar is de bevolking van de hoofdstad toegenomen van één miljoen mensen tot meer dan vijf miljoen. Het aantal auto's en bussen is misschien wel verdubbeld. Een zwarte rookwolk hangt over de stad en veroorzaakt tranende ogen. Op dagen dat de luchtvervuiling op z'n ergst is, kun je de smog zelfs ruiken. De luchtvervuiling is al sinds jaren een ernstig probleem, maar nu schijnt het de grenzen van het dragelijke bereikt te hebben.

Markteconomie

Weliswaar bestaat er een metrosysteem dat de verbindingen in een deel van de stad verzorgt, maar dit werkt onder zijn capaciteit. Over de brede lanen die bovengronds boven de metrolijnen liggen, rijden duizenden autobussen die hetzelfde traject afleggen.

Afgezien van wat ontoereikende maatregelen is er geen regeringsbeleid dat gericht is op het verminderen van het autoverkeer of het beter organiseren van het openbaar vervoer. Dit is een typisch voorbeeld van de mentaliteit die momenteel in Chili heerst: het devies is markteconomie; de staat moet zo min mogelijk ingrijpen en de privé-onderneming moet reageren op de vraag van de maatschappij.

Ook de actieve leden van de linkse partijen zijn aanhangers van deze opvatting: de vroegere marxisten die nu in de regering zitten, rechtvaardigen de situatie met argumenten van "Realpolitik" en "Er is geen andere keus". Het economische systeem en de bijbehorende mentaliteit zijn even hard als in de tijd van Pinochet, met dit verschil dat de linkse partijen in de regering er nu mee instemmen en dat Pinochet zijn machtspositie inneemt zonder dat ook maar iemand hier vraagtekens bij zet.

Overleven

In feite houdt niemand zich in Chili vandaag de dag nog veel met politiek bezig; iedereen heeft het veel te druk met overleven. Gevoelens van solidariteit en ge-meenschappelijk belang en vriendschapsbanden zijn meer op de achtergrond geraakt of zelfs helemaal verdwenen.

Het leven is een heel stuk duurder geworden: kleding en huisvesting zijn even duur als in Nederland of zelfs nog duurder. De lonen zijn niet in gelijke mate gestegen, zodat iedereen veel harder moet werken om te overleven: overuren, bijbanen en werken op zaterdag en soms zelfs op zondag komen veel voor.

Het kopen en betalen met allerlei soorten creditcards is reusachtig toegenomen, zodat ook de mensen met een gemiddeld of zelfs laag inkomen deel kunnen hebben aan de consumptiekoorts die wordt bevorderd door schreeuwerige en opdringerige reclame. Veel mensen die door deze kaarten in de rode cijfers komen, kunnen hun schulden niet of nauwelijks afbetalen.

Politiek

Toen ik in Chili aankwam, was de tweede gekozen re-gering na de verkiezingsnederlaag van Pinochet in 1989 net geïnstalleerd: een coalitie van christen-democraten en sociaal-democraten. Tijdens mijn verblijf in Chili ging de nieuwe president, Eduardo Frei, naar een vergadering van Latijns-Amerikaanse presidenten in Cartagena. Zijn plaatsvervanger was Germán Correa, die momenteel in de regering zit en behoort tot de Socialistische Partij.

In die dagen vonden er een aantal politiek significante gebeurtenissen plaats: een ex-lid van de gewapende groepering Frente Manuel Rodríguez, die tijdens Pinochet uit de gevangenis was ontsnapt waar hij een veroordeling uitzat wegens het smokkelen van wapens voor het verzet in 1986, keerde terug naar Chili om zich aan de justitie over te geven. De leider van de Lautaro-beweging, de enige groepering die nog actief bleef met gewapende acties tegen de regering, werd opgepakt en de gehele organisatie werd ontmanteld. En de commandant van de politie die was benoemd tijdens het Pinochet-regime en aan wie de president verzocht had af te treden, kondigde aan dat hij zijn positie niet zou prijsgeven. Generaal Pinochet keerde terug van zijn reis door Europa.

Provincie

Ik ging naar het zuiden om oude vrienden te ontmoeten. In de provincie verloopt het leven rustiger. In sommige steden zijn tekenen van economische groei; andere steden die aan deze groei geen deel hebben, kunnen nauwelijks overleven. Hier kom je de gastvrijheid en de hartelijkheid nog tegen die ik in Santiago miste, maar het tempo is ook hier sneller geworden.

In de provincie zijn de twee kanten van het nieuwe economische model goed te zien: langs de weg - nu de enige transportroute: de trein, vroeger een belangrijk transportmiddel, rijdt nog maar één keer per dag - staan de bedrijven waar fruit wordt ingepakt voor de export en de houtzagerijen. Enorme stukken grond worden beplant met een zeer rendabel soort naaldbomen.

Daar staat tegenover dat met regeringssubsidie het oorspronkelijke bos en de daarbij behorende flora en fauna vernietigd wordt. Heel weinig mensen protesteren hiertegen, en er wordt door niemand naar geluisterd.

Het naaldhout wordt in de vorm van cellulose of houtsnippers voor meubelplaat geëxporteerd. Het andere grote exportartikel is vis, in de vorm van vismeel voor dierenvoeding. Chili heeft de rol van "bananenrepubliek", die het land door de nieuwe wereldorde kreeg opgelegd, volledig aanvaard.

Vlak voor ik vertrok was er in Santiago een demonstratie, georganiseerd door de grootste vakbondscentrale in Chili, om te protesteren tegen de achteruitgang van het inkomen van de arbeiders en om een verandering te eisen van de arbeidswet die dateert uit de tijd van Pinochet. Ongeveer 50.000 mensen trokken langs La Alameda, de belangrijkste straat in Santiago; een klein aantal in vergelijking met de omvang van vroegere demonstraties in Chili, maar groot gezien deze tijden van sociale apathie.

Terwijl ik in de optocht meeliep, dacht ik terug aan andere demonstraties in diezelfde straten, in al die jaren van strijd en verdrukking onder Pinochet. Zoveel strijd om uiteindelijk te komen tot een maatschappij die overeenkomt met het model dat door de dictatuur werd ontworpen. En pas sinds kort zijn er geluiden van ontevredenheid te horen.

Dit verslag verscheen eerder in de nieuwsbrief van stichting América Latina.

Terug