De Peueraar 51, november 1994
Auteur: Eric Krebbers
Met Airbussen tegelijk worden ze ingevlogen. Mexico is in bij toeristen en dat is niet verwonderlijk. Het land heeft veel te bieden. Voor elk wat wils. Oude tradities zoals het feodalisme van de blanke families die het land bezitten. Toeristenparadijs Acapulco en miljoenen mensen die zich op vuilnisbelten in leven weten te houden. Zwerfkinderen en handelaars in hun organen. Zapatista's en doodseskaders. De grootste stedelijke ecologische ramp ter wereld en de mooie ogen van subcommandante Marcos. Goedkope arbeidskrachten, olie voor onze auto's en vliegtuigen en... koffie.
Voor een geurig kopje Mexicaanse koffie hoef je gelukkig niet zelf je lijf en leden te riskeren in deze kolonie. In voedselcoöperatie De Lachende Lazuli is ook Mexicaanse koffie verkrijgbaar. Deze koffie wordt geleverd zonder bittere bijsmaak. Het gaat om biologische Max Havelaar-koffie van het bedrijf Simon Levelt. Biologische koffie komt helaas vaak van grote plantages met slechte arbeidsomstandigheden. Het afschaffen van pesticiden komt de gezondheid van de boeren ten goede maar ecologische landbouw en sociale rechtvaardigheid gaan helaas zelden samen. Op initiatief van Simon Levelt zei de International Federation of Organic Agricultural Movement (IFOAM) vorig jaar dat producten alleen milieuvriendelijk mogen heten als tegelijk de sociale arbeidsomstandigheden van de arbeiders beoordeeld zijn.
Simon Levelt koopt zijn koffie in Mexico bij een grote boerencoöperatie en bij een familiebedrijf. Beide zitten in de bergstreken van de zuidelijke deelstaat Chiapas. Begin dit jaar kwamen daar de boeren en boerinnen in opstand. Ze vechten voor sociale rechtvaardigheid en gelijkwaardigheid van de Indiaanse bevolking. Ze noemen zich Zapatista's. Afgevaardigden van de Zapatista's deden maart dit jaar Leiden aan. In Peueraar 44 lees je hun verhaal over de opstand tegen de corruptie van de regeringsambtenaren en politici. Hun verzet is ook gericht tegen het NAFTA-vrijhandelsakkoord dat eind vorig jaar werd afgesloten. Dat akkoord dreigt lokale economieën en de natuur in heel Mexico kapot te maken.
Na twee weken kwam men een wapenstilstand overeen. De Zapatista's begonnen onderhandelingen met de centrale regering. Deze "dialoog" is inmiddels gestrand op de met wollige woorden omklede onwil van de regering. Subcommandante Marcos zei tegen de verzamelde internationale pers: "Jullie hebben ons gezegd dat wij de vrede een kans moeten geven. Als er een andere weg bestaat naar democratie, vrijheid en gerechtigheid, toon ons die dan. Wij willen het bloed van onze mensen niet lichtvaardig vergieten. Als het mogelijk is dat wapens en legers niet meer nodig zijn, en ook geen bloed en geen vuur om de geschiedenis te zuiveren, zoveel te beter. Maar als het niet zo is, als alle deuren weer voor onze neus worden dichtgeslagen, als woorden niet toereikend zijn om de muren van doofheid en onbegrip te slechten, als de vrede niet waardig en waarachtig is, wie, vragen wij ons af, wie zal ons dan verbieden ons heilige recht te nemen, als eerlijke en waardige mannen en vrouwen te leven en te sterven? Wie zal ons verbieden ons weer te kleden met het kleed van de oorlog en de dood om in de geschiedenis vooruit te komen? Wie? Het woord is aan jullie, regeerder en regeerden, aan alle volkeren van de wereld. Jullie moeten antwoorden. Wij zullen weten te luisteren." Ondertussen bouwen de Zapatista's hun organisatie uit en proberen ze het verzet breder te organiseren. Ze trachten arbeiders en studenten in heel Mexico bij de strijd te betrekken. Overal in het land nemen nu andere groepen de wapens op en worden landgoederen bezet. Het land is een kruitvat dat elk moment kan ontploffen.
Op de coöperatie die Simon Levelt zijn koffie levert is het nu relatief rustig. Deze coöperatie bestaat uit meer dan 1000 aangesloten indianenfamilies en is half zo groot als Nederland. De grond is gemeenschappelijk bezit, de families werken bij elkaar op het land en gezamenlijk wordt gewerkt aan gezondheidszorg, onderwijs en onderhoud. De arbeidsomstandigheden op het familiebedrijf Finca Irlanda, waar Simon Levelt ook zaken mee doet, waren volgens Simon Levelt beter dan die op de andere plantages. Niettemin bezetten begin augustus honderden arbeiders en hun families het bedrijf. Ze zijn hun arbeidsomstandigheden beu. De arbeiders zijn vastberaden het bedrijf niet meer af te staan en er een coöperatie van te maken. Zij hebben zich verenigd in de Union Campesina Popular Francisco Villa. "De staat Chiapas heeft zich nooit iets gelegen laten liggen aan onze eisen en de doodseskaders, die banden onderhouden met de overheid en met de drugshandel, vermoorden ongestraft onze compañeros." Daarom vermommen ze zich ook, want "ze zullen ons nooit vergeven dat we de Finca in bezit hebben genomen." Ze ontkennen iets maken te hebben met één of andere vorm van guerrilla, maar zeggen wel door de Zapatista's te zijn geïnspireerd. "De doodseskaders weten niet wat hun overkomt met zulke onbekende bewegingen. Ze krijgen te maken met mensen die hun angst overwonnen hebben."
De Braziliaanse oogst is door vorst vernield. De koffieprijzen op de wereldmarkt zijn daardoor sterk gestegen. De meerprijs die de koffiedrinkerster betaalt verdwijnt in zijn geheel in de zakken van de westerse tussenhandel. Zo niet bij Simon Levelt. Zijn hogere koffieprijs komt ten goede aan de Indiaanse boeren in Chiapas. Een deel van het extra geld wordt gebruikt voor het oprichten van scholen, gezondheidszorg en voor verdere omschakeling naar ecologische land- en tuinbouw. Dat doen de koffieboeren om minder afhankelijk te worden van de koffie, dat wil zeggen de grillen van westerse koffiehandelaren en -consumenten. Veel boeren zien door de betere betaling kans te stoppen met monoculturen en pesticiden.