Lokaal Kabaal 2, april 1995
Auteur: Eric Krebbers
Genetische wetenschap op glad ijs?
De genetische wetenschap maakt een spectaculaire groei door. In de Nazi-tijd speelden de voorgangers van de huidige genetici een weinig verheven rol. Waarom wordt er in debatten rond de huidige genetische wetenschap over dat verleden nogal schimmig gedaan? Daarover gaat een lezing van beroemde Duitse hoogleraar B. Müller-Hill.
Het eerste genetische handboek in Duitsland verscheen in 1921. Het boek behandelde ook de praktijk van de genetica: de eugenetica ofwel rassenhygiëne. Men vroeg om sterilisatie van "genetisch inferieure mensen". Die zouden veel meer kinderen krijgen dan anderen. Toen de nazi's aan de macht kwamen konden de Duitse genetici al snel met de gedwongen sterilisatie van zwakzinnigen, schizofrenen en alcoholici beginnen.
Verschuer
Neem nu Ottmar v. Verschuer, een toonaangevend geneticus in de Nazi-periode. Hij was voorstander van een rigoureuze selectie van productieve en niet-produktieve mensen en streefde naar een gezond arisch ras. Hij was de directe chef van de beruchte kamparts Mengele. Samen waren zij verantwoordelijk voor sterilisatie en castratie van duizenden mensen en voor afschuwelijke proeven met mensen. En net als andere genetici waren ze betrokken bij de uitroeiing van joden, Polen, Russen, zigeuners, geesteszieken en homo's.
Na de oorlog
Tot 1945 verdedigden de Duitse genetici alle anti-joodse maatregelen als 'wetenschappelijk noodzakelijk'. Na de oorlog hielden de heren zich even stil. Ze probeerden voortdurend de waarheid omtrent hun Nazi-verleden te verdoezelen en vernietigden vele documenten en archieven. Geen van hen nam afstand van de Nazi-praktijken. De meesten bleven werkzaam in de genetische wetenschap.
Nieuw begin
Verschuer werd na de oorlog al snel directeur van het instituut voor humane genetica aan de universiteit van Münster. Daar ging hij door met zijn onderzoeken. Hij werkte aan een archief met erfelijke gegevens van meer dan 2.000.000 Duitsers. Verschuers levenswerk werd na 1965 voortgezet door Professor Wilhelm Tünte. Dit archief had eenvoudig misbruikt kunnen worden voor gruwelijke selectiedoeleinden. In 1986 werd het echter grotendeels verwoest door een brandaanslag van de revolutionair-feministische organisatie Rote Zora. Tünte zette het werk voort en was onder meer betrokken bij de oprichting van de Human Genome Organisation (HUGO). Deze wereldwijde organisatie hoopt over een aantal jaar een complete genetische DNA-kaart te hebben van de westerse (blanke) mens. Voor uitstervende volkeren is een aparte afdeling van HUGO opgericht. Pikant detail: ook het Clinisch Genetisch Centrum van de Leidse universiteit werkt mee aan HUGO.
De lezing
Professor Benno Müller-Hill schreef in 1984 het boek: "Met de wetenschap als excuus. De rol van psychiaters, antropologen en genetici in Nazi-Duitsland." In het kader van Studium Generale van de Leidse universiteit houdt Müller-Hill de lezing "From eugenics to massmurder: Germany 1933-1945. What can we learn from it?" Müller-Hill zal in het Engels spreken.