De Fabel van de illegaal 38/39, april 2000

Auteur: Eric Krebbers


Stichting Aarde flirt met nationalisme

Willem Hoogendijk van Stichting Aarde heeft het initiatief genomen tot een federatie van "progressieve NGO's" die een kleinschalige economie willen. Uitgangspunt daarbij is zijn "Optimistisch manifest", dat bol staat van nationalisme. Hij keert zich tegen migranten en "het buitenlandse kapitaal".

Hoogendijk kreeg in de jaren 70 enige bekendheid als oprichter van de milieu-organisatie Aktie Strohalm en de fietsersbond ENFB. Hij verdween vervolgens in het circuit van milieu-adviesraden. Momenteel is hij onder meer lid van het Kritisch Landbouw Beraad. De laatste jaren richtte hij een hele reeks clubjes op ter promotie van zijn eigen geschriften, zoals het Project Moderne Economie, Nederland Anders en Stichting Aarde.

Stichting Aarde organiseerde in november 1998 een eerste bijeenkomst met organisaties als De Kleine Aarde, Grondvest, PAIS, Vereniging Basisinkomen, Stichting UNO-inkomen, PSP'92, de European Business Council for a Sustainable Energy, Aktie Strohalm, Komitee Omslag, en de Alternatieve Konsumenten Bond. Men besloot samen projecten op te gaan zetten en Stichting Aarde nam het secretariaat op zich. Tijdens de tweede bijeenkomst werd Hoogendijks "Optimistisch manifest" kort besproken, waarbij naar verluidt uitsluitend instemmend gereageerd werd. De "progressieve NGO's" hadden kennelijk geen moeite met zijn overduidelijk nationalistische opvattingen.

Allemaal samen

Gemarginaliseerden, studenten, wetenschappers, hogere ambtenaren, politici en ondernemers. In Hoogendijks denken hebben alle inwoners van Nederland uiteindelijk één en hetzelfde gezamenlijk nationaal belang. Eenmaal verenigd in één beweging zouden ze een "Grote Ommekeer" teweeg kunnen brengen, zoals Hoogendijk zijn nationale revolutie graag noemt. "De omvormingsbeweging moet zich dus hoeden om zich met een politieke stroming of kleur te verbinden. Maar zij moet ook niet anti-parlementair zijn."

Hoogendijk droomt van een "brede, links en rechts verenigende of overstijgende, sociaal-culturele beweging voor leven, overleven en samenleven". Maar het blijft niet bij dromen. Hij verkoopt via Nederland Anders al ansichtkaarten met naar keuze linkse of rechtse citaten, bijvoorbeeld van Frits Bolkestein of Willem van Oranje. Hij stelde zelfs voor om een uitspraak van deze laatste tot motto van de federatie kiezen: "Ik heb geen hoop nodig om te beginnen noch succes om door te zetten".

Zoals bij nationalisten gebruikelijk wil Hoogendijk een einde maken aan elke onderlinge strijd. "In bijna alle partijen zitten puike mensen! Mensen die, mits we niet polariseren, op onze lijn kunnen komen. Maar dan moeten we gevoelige onderwerpen zoals immigratie vermijden." De strijd tegen racisme is voorbij, als het aan Hoogendijk ligt.

Ook uiterst rechtse politici moeten zich thuis kunnen voelen in de "prerevolutionaire volksbeweging" van Hoogendijk. "Als Dijkstal daar op bezoek zou komen, zou hij wellicht met boe-geroep begroet worden. Veel radikalinski's maken meer stuk dan heel", vindt hij. Op de beschuldiging van zo'n radicaal-linkse activist dat hij zo racisten in bescherming neemt, reageerde Hoogendijk furieus: "De mening van anderen (die toch ook bondgenoten zijn) moeten we respecteren! Anders blijven we sektarisch bezig, blijven we in de marge. Die andere mening zou immers wel eens die van de meerderheid kunnen zijn, dus van een heleboel mensen waarvan we toch een deel met ons mee willen krijgen."

Daarbij acht Hoogendijk racisme een biologisch gegeven. Hij schrijft dat een oom van hem altijd zei: "Discriminatie is een natuurlijke eigenschap van de mensen. Je zet je altijd af tegen anderen. Je markeert jezelf altijd in betrekking tot anderen. Als individu of als groep heb je de neiging je te verdedigen." Hoogendijk: "Ik denk dat dit een gezond uitgangspunt is."

Nederland vol

"Ik zie hongersnoden komen in Egypte en Rusland, moeten we dan maar overspoeld worden?" Hoogendijk lijkt zijn beeldspraak direct te ontlenen aan extreem-rechts. "Miljoenen zullen er straks voor de deur staan." Hij pleit daarom als een volleerd revolutionair nationalist voor "terughoudendheid in het immigratiebeleid. Ik wil enig behoud van de Nederlandse cultuur - wat dat ook precies moge zijn. Ik wil dat hier een grote sociale omvorming komt, een moeilijke klus. Die moet niet extra bemoeilijkt worden door nieuwe spanningen binnen de bevolking te creëren."

Hoogendijk besluit zijn "Optimistisch manifest" met een aantal discussiepunten. Een daarvan komt eveneens uit de extreem-rechtse doos: "Nederland immigratieland? (Nederland vol, en niet alleen met auto's?)". Hoogendijk meent dat "duurzaamheid op de lange termijn om bevolkingsvermindering vraagt". Hij ziet "een streefgetal voor de bevolking in deze Rijndelta van ongeveer 10 miljoen, wellicht later 7 miljoen! Ons land is vol met auto's maar ook met mensen - toch wel."

In een nieuwsbrief van Stichting Aarde plaatste Hoogendijk zelfs eens een bijdrage van een, waarschijnlijk fictief, "comité ter verwijdering van de mensheid van de aarde". Te beginnen met de migranten en vluchtelingen, zo valt te vrezen. Want ofschoon hij nog steeds beweert het "leuker" te willen maken "met en voor wie er nu wonen" in Nederland, fantaseert Hoogendijk al wel voorzichtig over het vertrek van de aanwezige migranten en vluchtelingen: "Duizenden Ghanezen die nu wegkwijnen in en rond de Bijlmer, daarmee kan je toch veel beter een Groot Project uitvoeren in hun eigen land, met veel geld en hulp onzerzijds?!"

Koop Nederlandse waar

Hoogendijk noemt zich een 68-er en een marxist. Maar in plaats van de marxistische klassentegenstelling tussen arbeid en kapitaal, ziet Hoogendijk - net als extreem-rechts - voornamelijk een tegenstelling tussen het 'goede' nationale kapitaal en het 'slechte' buitenlandse grootkapitaal. Hij wil het "grote geld wat temmen" en de "buitenlandse gelden wat weghouden".

Hoogendijks concrete voorstellen komen sterk overeen met die van de nationalisten. "Maak goederen zoveel mogelijk in eigen land, en, vooral, houd de financiering nationaal." We moeten "in een land als het onze weer treinstellen gaan maken voor de NS, vliegtuigen voor KLM en Martinair, helikopters voor onze politie en ons leger". Hoogendijk wil "de nationale munt behouden" en stelt tevens voor om de oude nationalistische leus "Koop Nederlandse waar" weer in ere te herstellen.

Hoogendijks plannen zijn overigens verre van anti-kapitalistisch. Dat is ook niet nodig, want volgens hem is "het kapitalisme vriendelijker geworden". Het belangrijkste is volgens Hoogendijk dat "de gezamenlijke bevolking" een einde moet maken aan het "uit de hand gelopen, alles en iedereen aan zich onderwerpend geldsysteem". Wanneer Nederland dan eenmaal een "kalme eigen geldcirculatie" heeft verkregen kan "concurrentie haar goede daden blijven verrichten".

Over het beëindigen van uitbuiting rept Hoogendijk met geen woord. Vanzelfsprekend, want volgens het nationalistische ideaal sluiten bazen en knechten een verbond en weet iedereen zijn plek. Hoogendijk bewondert vooral "de na-oorlogse elite". Die "propageerde een Morele Herbewapening. Die mensen, vooral industriëlen, waren de kwaadste niet, een soort sociaal-liberalen. De beweging, nu door ons voorgestaan, heeft er zeker trekken van", aldus Hoogendijk.

Edward Goldsmith

Hoogendijk pleit voor een "herstel van het aanzien van overheden, dat wil zeggen hun omvorming tot onze eigen collectieve moraal, wilsuitdrukking en instrumenten". We moeten volgens hem dan ook af van het "doorgeslagen idee over de vrije burger, de vrije ondernemer", en toe naar een "herstel" van het "evenwicht individu-collectiviteit".

In zijn nationalistische visioen zijn sowieso alle politieke tegenstellingen onder het vloerkleed geveegd. De nieuwe leiders weten dan precies wat iedereen wil. "Ik zou me een systeem kunnen voorstellen waarbij ik het volste vertrouwen heb in de bestuurders (soort verlichte sjamanen, wijze opperhoofden) en dan maar al te graag het bestuur aan hen overlaat", aldus Hoogendijk. "Maar die leiders moeten wel altijd gecorrigeerd kunnen blijven", voegt hij er nog wel aan toe.

"Democratie werkt alleen als die lokaal is en als er direct contact is tussen de kiezer en de persoon waar hij op stemt." Aldus Hoogendijk in zijn boek "De Grote Ommekeer". Het betreft een citaat van de in 1997 overleden Sir James Goldsmith. Op het eerste gezicht is het een merkwaardige keuze om juist via deze Britse miljardair iets over democratie duidelijk te willen maken. Hij financierde namelijk begin jaren 70 operaties van de Britse geheime dienst MI5 en extreem-rechts om de opkomst van links tegen te gaan. Later organiseerde en betaalde hij onder meer de extreem-rechtse fractie "Europa van de naties" in het Europarlement. Het Franse Front National verklaarde bij Goldsmiths overlijden dat een "loyaal" strijder voor "de verdediging van de nationale identiteit" was heengegaan.

Hoogendijks opmerkelijke keuze houdt waarschijnlijk verband met zijn bewondering voor de broer van Sir James: Edward Goldsmith. Die werd vorig jaar ontmaskerd als nieuw-rechtse ideoloog, onder meer door De Fabel van de illegaal. Edward Goldsmith is vooral bekend als eigenaar van het milieublad The Ecologist. Hij is tevens oprichter en voorzitter van de organisatie Ecoropa, volgens Hoogendijk "een vriendenclubje van Europese milieubehouders. Wij houden van de ideeën van Schumacher (hou het klein) en de radikale zienswijze van The Ecologist, het beste milieutijdschrift dat ik ken." Stichting Aarde maakt deel uit van Ecoropa en Hoogendijk bezoekt naar eigen zeggen trouw alle bijeenkomsten. In zijn boek "De Grote Ommekeer" maakt hij reclame voor The Ecologist.

Op 18 maart spreekt Hoogendijk op de conferentie van Vereniging Solidair over alternatieven voor de markteconomie. Zijn workshop heet "Wereldeconomie, geld en groei".

Bronnen:

Terug