De Fabel van de illegaal 42, november/december 2000

Auteur: Harry Westerink


Hitlers vrome paus

In de Vaticaanse heiligenfabriek onder leiding van paus Johannes Paulus II zijn al bijna 1.000 zaligverklaringen en zo'n 300 heiligverklaringen van de lopende band gerold. De kandidaat-heilige moet wel minstens 2 "wonderen" hebben verricht. Johannes Paulus II wil ook Pius XII (letterlijk: de vrome XII), de meest omstreden paus van de twintigste eeuw, heilig verklaren. Zijn "wonderen" bestonden uit machtswellust, jodenhaat en collaboratie met het Duitse en Kroatische fascisme voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog.

In de negentiende eeuw is de pauselijke macht aanzienlijk uitgebreid. Tijdens het Eerste Vaticaans Concilie van 1870 werd de paus onfeilbaar verklaard in zaken over geloof en moraal. Zijn woord werd wet en zijn wil kwam gelijk te staan aan Gods wil. De rooms-katholieke onderdanen moesten de pauselijke doctrine volledig aanvaarden, ook al zou dat indruisen tegen hun eigen geweten. Dat dogma leidde tot het huidige extreem centralistische en hiërarchische model, waarbij de ongeveer 1 miljard rooms-katholieken ter wereld worden bestuurd door één enkele in het wit gehulde oudere man aan de top.

Koehandel

De pauselijke alleenheerschappij heeft de afgelopen eeuw afschuwelijke gevolgen gehad. Dat blijkt onder meer uit de geschiedenis van Eugenio Pacelli, die als Pius XII paus was van 1939 tot 1958. Over hem schreef John Cornwell de biografie "Hitlers paus". Het boek moest een antwoord zijn op de vraag hoe een weldenkend mens vandaag de dag nog katholiek kan zijn. Het Vaticaan heeft namelijk alle fascistische dictators van de twintigste eeuw gesteund: Franco, Salazar, Pavelic, Mussolini, Hitler.

Cornwell was er eerst van overtuigd dat hij de reputatie van Pius XII zou kunnen zuiveren. Maar uit zijn onderzoeksmateriaal "bleek dat Pacelli in zijn streven naar ongeëvenaarde pauselijke macht de katholieke Kerk in 1933 medeplichtig had gemaakt aan de wandaden van het Hitler-regime." Cornwell: "Ik vond tevens bewijzen dat Pacelli in het begin van zijn carrière al een onmiskenbare afkeer had van joden. Bovendien werden katholieke verenigingen die in het Duitsland van de jaren dertig tegenwicht hadden kunnen bieden tegen Hitlers regime en de genocide hadden kunnen vertragen, door zijn diplomatieke inspanningen opgeheven."

Het Vaticaan verleende nazi-Duitsland ongekende handelingsvrijheid en zelfs openlijke steun. In 1933 sloot Pacelli namens de toenmalige paus Pius XI met Hitler een concordaat tussen het Vaticaan en Duitsland. Pacelli wilde dat de Duitse staat de katholieke kerk en het kerkrecht erkende. Hitler wilde dat het Vaticaan het nazi-regime erkende. In ruil voor beperkte vrijheden op het gebied van godsdienst en onderwijs dienden Duitse katholieken zich volgens het concordaat voortaan 'vrijwillig' te onthouden van alle politieke en sociale activiteiten. Het nazi-regime mocht zelf bepalen wat het onder "politiek" en "sociaal" verstond. Met die catastrofale koehandel versterkte Pacelli de macht van het Vaticaan over Duitse katholieken en schakelde hij welbewust het verzet tegen Hitler uit dat juist langzamerhand onder een deel van de katholieken was opgekomen.

Nog voordat het concordaat was ondertekend, begon het Hitler-regime al met de maatschappelijke uitsluiting van joden. De nazi's werden daarbij geholpen door duizenden priesters in heel Duitsland, die hen systematisch gegevens verstrekten uit de huwelijks- en doopregisters. Zo moest de "zuiverheid van het bloed" van hun parochianen bewezen worden. "De betrokkenheid van de Duitse clerus bij dit proces zou gedurende het hele nazi-regime doorgaan. Uiteindelijk zouden de katholieke en protestantse Kerk ook betrokken raken bij de organisatie van de vernietigingskampen", aldus Cornwell. En Pacelli was "buitengewoon goed" op de hoogte van "de gewelddadige aard van het gangsterregime waar hij zaken mee deed".

Trivialisering van de genocide

"Toen Pius XII in de lente van 1942 de eerste betrouwbare informatie over de genocide ontving en door de geallieerden en joodse organisaties werd gevraagd zich ertegen uit te spreken, deed hij aanvankelijk niets." Pas op 24 december had hij het in een kersttoespraak over "de honderdduizenden die geheel buiten hun eigen schuld, soms alleen vanwege hun religie of ras, worden uitgekozen om vermoord of geleidelijk uitgeroeid te worden". Wanneer de houding van het Vaticaan in de Tweede Wereldoorlog tegenwoordig bekritiseerd wordt, verwijst de kerkleiding graag naar dit citaat, dat bedoeld zou zijn geweest als een duidelijke veroordeling van de genocide op de joden.

"De kloof tussen de massamoord op het joodse volk en deze vage, ontwijkende verklaring was schokkend. Zijn woorden hadden net zo goed op de ontelbare andere oorlogsslachtoffers kunnen slaan. Het dubbelzinnige taalgebruik was duidelijk bedoeld om zowel degenen die bij hem op een protest aandrongen tevreden te stellen, als het nazi-regime te vriend te houden. Maar deze overwegingen worden overschaduwd door de impliciete ontkenning en trivialisering van de genocide. Hoewel er miljoenen joden vanwege hun afkomst werden vermoord, sprak hij over "honderdduizenden", liet hij het woord "joden" helemaal weg en zei hij dat ze "soms" alleen vanwege hun ras werden gedood. Nergens verwees hij naar Duitsland of de nazi's. Hitler had zelf nauwelijks een onschuldiger reactie voor de paus kunnen bedenken."

Volgens Cornwell "moeten we wel tot de conclusie komen" dat het zwijgen van de paus "meer te maken had met ingesleten wantrouwen jegens joden dan met diplomatieke strategie of het streven naar neutraliteit. Pacelli liet zijn neutrale houding bijvoorbeeld wel varen toen Nederland, België en Luxemburg in mei 1940 werden aangevallen."

Bloedvloeiing

Dat "wantrouwen jegens joden" kwam niet uit de lucht vallen. Ongeveer vanaf het jaar 100 hebben zowat alle christelijke ideologen, waaronder bijvoorbeeld Paulus en Augustinus, antisemitische standpunten verkondigd. In 1140 beweerde Petrus Venerabilis dat joden geen mensen zijn, maar dieren. In 1278 legde Raymond Martini uit dat joden afstammen van de duivel, met wie zij een complot hebben gesmeed om het christendom te vernietigen. Volgens talloze kerkvaders verspreidt de joodse levenswijze niets dan stank. In de christelijk kunst werd de jood eeuwenlang op weerzinwekkende wijze voorgesteld als de "Judensau": de jood 'rijdt' op een zwijn, joden zuigen aan zijn tepels, houden zijn staart omhoog en eten zijn uitwerpselen; een joodse vrouw baart geen kinderen maar biggetjes, die vervolgens door een smerig varken in leven worden gehouden en grootgebracht. Beeldhouw- en houtsnijwerken met deze "Judensau" versieren nog altijd het interieur van vooral Duitse kerken.

Een van de kerngedachten van het antisemitisme is dat het kwade van de jood niet zozeer in zijn religie, maar vooral in zijn aard schuilt. Dat idee werd in de veertiende eeuw uitgewerkt door Nicolaas van Lyre, toen de meest gezaghebbende bijbelgeleerde. Joden konden de toenmalige antisemitische vervolgingen niet ontlopen door christen te worden, want "een jood blijft altijd een jood", zo zei men.

In 1631 schreef Fray Gavilan Vela dat de joden de Portugezen en Spanjaarden hebben besmet met "de zonde van de Sodomieten", dus homoseksualiteit en seksuele omgang met dieren. Volgens hem lijden joodse mannen die in een rechte lijn afstammen van degenen die het bloed van Christus hebben vergoten, aan bloedvloeiing en menstruatie. De joden zouden kindermoordenaars zijn geworden, omdat ze zouden geloven dat alleen het bloed van een kind van christelijke ouders hen van deze kwaal kon genezen. Later namen onder meer Maarten Luther en Desiderius Erasmus de jodenhaat van de katholieke ideologen over.

Certificaten

Het bleef niet bij woorden alleen. In Spanje werd in de vijftiende eeuw de beruchte praktijk van "de zuiverheid van het bloed" ingevoerd. De Spaanse inquisiteurs zagen zichzelf als geestelijke artsen die Europa moesten zuiveren van elke vorm van joodse besmetting. Ze "onderzochten de zuiverheid van het bloed op elk spoor van joods bijmengsel van allen die in kerk en staat een ambt bekleedden. Om geen zuiver bloed te hebben was het voldoende dat alleen iemands moeder joods was of slechts voor een kwart of zelfs maar voor een achtste joods bloed had. Certificaten werden afgegeven waarop officieel werd bevestigd dat een katholiek niet door joods bloed was bezoedeld", aldus Hans Jansen in zijn boek "De Paus en de jodenvervolging". Zonder certificaat van zuiverheid was het onmogelijk om ergens binnen te komen. Ze werden onder meer gevraagd door het leger, rechtbanken, kloosters, universiteiten en besturen op plaatselijk en landelijk niveau.

"96 concilies en 114 pausen hebben in de loop der eeuwen wetten geformuleerd om het joodse volk bespottelijk en belachelijk te maken, om hen te laten martelen en te verbannen, om hun goederen te onteigenen en hen als paria's van de samenleving te beschouwen." Het antisemitisme heeft diepe wortels in de kerkgeschiedenis. In die traditie stond Hitler.

Bijlen en vleeshaken

Nog steeds veel te onbekend is de collaboratie van het Vaticaan met de katholieke fascisten in Kroatië tijdens de Tweede Wereldoorlog. In 1941 vielen Duitse troepen Joegoslavië binnen om de onafhankelijke "arische staat" Kroatië uit te roepen, onder leiding van Hitlers marionet Ante Pavelic en zijn Ustasha-partij. Van 1941 tot 1945 voerde de Ustasha een terreur- en vernietigingscampagne tegen 2 miljoen Servisch-orthodoxe christenen en een kleiner aantal joden, zigeuners en communisten. De Ustasha probeerde door gedwongen bekering, deportatie en massamoord van Kroatië een "zuivere" katholieke natie te maken. De moorden en martelingen van de Ustasha waren zo gruwelijk dat zelfs de Duitse SS-ers ervan opkeken.

De katholieke geestelijkheid in Kroatië was niet alleen op de hoogte van de genocide op de Serviërs en de bijna totale uitroeiing van joden en zigeuners, maar speelde zelfs een vooraanstaande rol bij de wreedheden. Franciscanen liepen gewapend rond en moordden enthousiast mee. Met messen, hamers, bijlen en vleeshaken richtte men enorme bloedbaden aan. Ook de aartsbisschop van Zagreb, Alojzije Stepinac, maakte zich door samenwerking met Pavelic medeplichtig aan de fascistische terreur. Stepinac zou in 1998 niettemin zalig worden verklaard door paus Johannes Paulus II.

De Ustasha-priesters kwamen regelmatig naar het Vaticaan om verslag te doen van hun kampactiviteiten en ontvingen dan de zegen van Pius XII. Zijn zeer welwillende houding tegenover het Kroatische fascisme valt te verklaren door zijn rabiate anti-communisme en zijn verlangen om de rooms-katholieke invloedssfeer te vergroten ten koste van de orthodoxe Serviërs. In 1943 zei hij: "Ik ben zeer teleurgesteld dat niemand nog lijkt in te zien dat de Sovjet-Unie de ene echte grote vijand is van Europa en dat er nog geen gemeenschappelijke kruistocht tegen het bolsjewisme is georganiseerd." Hij en andere pausen hebben altijd anti-linkse politieke en sociale bewegingen gesteund.

Ook van zwarte mensen had Pius XII een afkeer. In 1944, toen de geallieerden in Italië op het punt stonden om de fascisten te verslaan, hoopte Pius XII dat de geallieerden geen zwarte Amerikaanse soldaten in Rome zouden stationeren. Hij was er namelijk van overtuigd dat er onder zwarte soldaten een heleboel verkrachters zaten, meer dan onder blanke.

Witwassen

De katholieke kerk in Duitsland heeft 55 jaar lang verzwegen dat katholieke ziekenhuizen en kloosters tijdens het nazi-regime buitenlandse dwangarbeiders in dienst hebben gehad. Men weigert nog steeds om geld te storten voor de stichting die dwangarbeiders schadeloos probeert te stellen.

Het is tekenend voor het klimaat in het Vaticaan dat Johannes Paulus II de rol van de katholieke kerk tijdens de oorlog probeert goed te praten. Volgens hem hoefde Pius XII zich nergens voor te verontschuldigen. De dreigende heiligverklaring van Pius XII maakt deel uit van het Vaticaanse beleid om de schandalige geschiedenis van de leiding van de katholieke kerk voortdurend wit te wassen.

De geschiedvervalsing gaat heel ver. In 1997 verklaarde Johannes Paulus II tijdens een symposium over christelijke jodenhaat: "Het is inderdaad zo dat er in de christelijke wereld - ik zeg niet van de kant van de kerk als zodanig - al te lang onjuiste en onrechtvaardige interpretaties van het Nieuwe Testament hebben gecirculeerd met betrekking tot het joodse volk en zijn vermeende schuld, interpretaties die haatgevoelens jegens dit volk hebben teweeggebracht." Volgens de huidige paus zou de kerk als hiërarchisch instituut van paus en bisschoppen dus volstrekt geen blaam treffen, terwijl de gelovigen onderaan de hiërarchie van hem de schuld van de christelijke jodenhaat in de schoenen geschoven krijgen. Wanneer gaat de katholieke kerk schijnheiligverklaringen uitreiken?

Terug