De Fabel van de illegaal 59, zomer 2003
Auteurs: Harry Westerink en Latifa El-Harrak
(Uit de illegaliteit - column)
Homoseksualiteit als "misdaad"
Hani is een 36-jarige man uit een Arabisch land. Hij noemt liever niet zijn echte naam en ook niet de naam van het land waar hij vandaan komt. Hani heeft een universitaire studie toerisme gedaan en jarenlang in hotels gewerkt. Daar kwam hij veel in contact met Europeanen, die er als hotelgast verbleven. Hij leerde veel over "de Europese cultuur", zoals hij het noemt. Zo ontdekte hij zijn homoseksuele gevoelens, die hij echter steeds moest zien te verbergen. Homoseksualiteit is in zijn land namelijk een misdaad, waarop 3 tot 15 jaar gevangenisstraf staat.
In die tijd werkte hij in een grote stad en woonde hij in een klein dorp. Zijn dorpsgenoten kwamen er achter dat hij homo was. Ze bedreigden hem in het openbaar. Kinderen gooiden stenen naar hem, mannen sloegen hem in elkaar. De politie pakte hem 5 keer op. Een keer zat hij 3 maanden in een politiecel vast. Omdat "de misdaad" van homoseksualiteit in zijn land bewezen moet worden aan de hand van verklaringen van minimaal 4 getuigen, worden homo's vaak niet voor de rechter gesleept. Wel worden ze zonder vorm van proces in de politiecel gesmeten. Zo ziet de politie kans om homo's te straffen zonder dat er een rechter aan te pas komt. Hani werd wegens zijn homoseksualiteit ook nog eens ontslagen. Hij kwam zonder werk te zitten, verkocht zijn huis en auto, en vluchtte in 1997 naar Italië en later naar Canada, in de hoop dat men hem in zijn land zou vergeten en dat hij daar dan niet meer als homo bekend zou staan.
In 2002 ging hij met het vliegtuig terug. Maar al op de luchthaven van de hoofdstad van zijn land werd hij weer opgepakt. Hij stond namelijk geregistreerd als "misdadiger", als homo. Hij werd daarop door de politie onder "toezicht" gesteld. Overdag hield de politie hem op afstand in de gaten, en elke avond moest hij zich melden bij de gevangenis. Daar moest hij de nacht doorbrengen. Zo ontnam men hem zijn vrijheid. Lang kon Hani dit leven niet volhouden. Na een maand vluchtte hij opnieuw, nu naar Nederland. Zes maanden probeerde hij in Nederland als illegaal het hoofd boven water te houden. Toen bezocht hij het spreekuur van De Fabel van de illegaal met de vraag of De Fabel hem zou willen ondersteunen met het aanvragen van asiel. Hij probeert nu om schriftelijke bewijzen te verkrijgen dat hij door de autoriteiten in zijn land wordt vervolgd wegens zijn homoseksualiteit.