De Fabel van de illegaal 62, januari/februari 2004

Auteur: Jan Tas


Hoe Antillianen tot tweederangs-Nederlanders worden gemaakt

Beleidsmakers zijn hard bezig om de alledaagse achterstelling van Antillianen nu ook om te zetten in beleid. Men wil "criminele" Antillianen verbieden om naar Nederland te komen, en "ongewenste" terugsturen. Ook wil men de controle op Antillianen opvoeren.

De hetze tegen bolletjesslikkers heeft het beleid tegen Antillianen een nieuwe impuls gegeven. (1) Ze worden steeds vaker afgeschilderd als drugshandelaars, pooiers en moordenaars. Antillianen zouden lui, dom en corrupt zijn. Deze koloniale en racistische stereotyperingen moeten het nemen van ongekende maatregelen rechtvaardigen. Terwijl de Antilliaanse regering door de Nederlandse meer en meer buiten spel wordt gezet, worden Antillianen in Nederland buiten de wet gezet.

Zonder scrupules

In juli 2003 werd Bart Raaimakers in Tilburg doodgestoken. Nadat twee van de verdachten Antillianen bleken te zijn, kwam er een verstrekkende campagne tegen de Antilliaanse gemeenschap op gang. "Deze rotzakken dreigen de samenleving te ontwrichten", aldus toenmalig burgemeester Stekelenburg. (2) Het zegt veel over het racistische klimaat in Nederland dat aan deze - op zich natuurlijk te veroordelen - moord "de ontwrichting van de samenleving" wordt opgehangen. Met "deze rotzakken" doelde Stekelenburg op alle Antillianen. Later werden daar nog "de Somaliërs" en "de Marokkanen" bijgesleept door te zwaaien met misdaadcijfers waaruit zou blijken dat zij tezamen verantwoordelijk zouden zijn voor een groot deel van de criminaliteit. De Tilburgse Antillianen zullen zich de inmiddels overleden Stekelenburg vooral herinneren vanwege zijn draconische maatregelen, zoals extra camera's op straat, een top-50 van "criminele" jongeren, individuele verblijfsverboden, hogere straffen, en het speciaal in de gaten houden van 8 café's. Ook zal er preventief worden gefouilleerd. "Je kunt een gebied uitkiezen waar veel Antillianen komen, bijvoorbeeld een r&b-party", aldus politiechef W. Paulissen. Om er vervolgens doodleuk aan toe te voegen: "Preventief fouilleren richt zich nooit op een exclusieve groep."

Ook wordt "de harde kern" in kaart gebracht, "met de bedoeling te gaan pakken op naamsniveau". Stekelenburg: ''Als er een incident plaatsvindt, moeten ze er rekening mee houden dat we ook bij hen op de stoep staan om te kijken of zij erbij betrokken zijn". (3) Vanwege hun "volksaard" zijn nu blijkbaar alle Antillianen verdacht wanneer ergens een Antilliaan betrokken is bij een "incident". Maar is dat niet racistisch gedacht? Stekelenburg: "Je moet niet de punten en komma's van de wetgeving hanteren om ze aan te pakken. Ze gebruiken zelf de hardste wapens om hun daden te plegen en ze opereren totaal zonder scrupules, dan moeten wij niet schromen dit ook te doen. We kunnen ze niet met de handen op de rug aanpakken".

Geen eigen deur

Maatschappelijke en welzijnsorganisaties ontvangen voortaan alleen nog gemeentesubsidie wanneer ze zich richten op jongeren die dreigen te "ontsporen". Ook buurtconciërges, leerplichtambtenaren en Sociale Zaken-medewerkers moeten meedoen. Een kritisch geluid komt van voorzitter Roy Pieters van de Antilliaanse organisatie Sirkulo Antiyano Tilburg (SAT). "Het is geen kwestie van een klein groepje dat overlast bezorgt, maar van een heel grote groep die in armoede leeft en geen aansluiting vindt bij de Tilburgse gemeenschap." (2) Dat vond ook een deelnemer aan een SAT-bijeenkomst: "En dan zegt de burgemeester dat ze jongeren tot aan hun deur moeten achtervolgen. De meeste jongeren hebben niet eens een eigen deur. Daar gaat het om!" (4)

De gemeente Tilburg nam begin 2003 de coördinatie van het Antillianenbeleid over van de SAT. Beleid maken tegen Antillianen is eenvoudiger zonder hen erbij. Zodoende werd de SAT ook niet uitgenodigd op de persconferentie waar Stekelenburg het nieuwe Antillianenbeleid presenteerde. Zogenaamd omdat er geen ruimte was. Pieters: "Wij worden niet gerespecteerd. Al jaren waarschuwen we dat het verkeerd gaat in Tilburg, maar geluisterd wordt er niet. Integendeel. Onze subsidie is gehalveerd en het beleid ligt bij mensen die totaal geen verstand hebben van Antillianen. Op de afdeling minderheden in Tilburg werken allemaal witte neuzen." (5)

Spookbeeld

Tegelijk besloten de burgemeesters van 9 "Antillianengemeenten" samen beleid tegen de Antillianen te gaan ontwikkelen. Al snel verdubbelde het aantal steden. Inmiddels gaat het om Rotterdam, Dordrecht, Capelle aan den IJssel, Vlaardingen, Groningen, Amersfoort, Eindhoven, Breda, Zwolle, Almere, Amsterdam, Arnhem, Den Haag, Den Helder, Lelystad, Nijmegen, Tilburg en Zoetermeer. (6) Vanuit dit stedenverband kwam een vloedgolf aan negatieve verhalen over Antillianen. Iedere 'burgervader' had wel een verhaal over hoe hij zijn 'ongewenste kinderen' aanpakt. In Den Helder was een "harde kern" van 100 tot 150 "criminele Antillianen" aanleiding om preventief fouilleren in te voeren. In Groningen werd een speciaal rechercheteam opgericht. "In 20 tot 30 gevallen heeft dat al geleid tot zware gevangenisstraffen", aldus burgemeester Wallage. In Eindhoven werden camera's geplaatst tegen Antilliaanse jongeren. Burgemeester Welschen: "We willen die mensen uit de anonimiteit halen en persoonlijk aanspreken op hun daden." (7) In Rotterdam moesten Antillianen voortaan gespreid worden, maar burgemeester Opstelten "zou ze het liefst daar houden". (8)

Een probleem dat voortdurend wordt besproken, is de groep van "ongeregistreerde Antillianen". Die "criminele Antilliaanse jongeren" zouden zich bewust nergens registreren. Ze zouden van stad naar stad reizen en logeren bij familie of kennissen. Ze zouden zich vooral bezig houden met cocaïnehandel, "rooftochten in winkels", autodiefstal en loverboy-praktijken. Als het hen ergens te gevaarlijk wordt, dan zouden ze vertrekken naar een andere stad en zo vaak hun straf ontlopen. Volgens het onderzoek "Ik ben geen slechte jongen, ik doe alleen slechte dingen", uitgevoerd door de Nederlandse Politie Academie (NPA), is de hele Antilliaanse gemeenschap schuldig aan dit probleem. "Je hebt hele gezinnen die betrokken zijn bij de drugs. Ze laten het voor wat het is." (9) De "criminelen" zouden in diverse steden een netwerk hebben. Zo zou men in Rotterdam grote drugsdeals regelen, in Nijmegen schuilen en kleine handelsvoorraden drugs kopen en in Dordrecht wapens aanschaffen. Ook de havens van Den Helder zouden populair zijn in de drugshandel. Deze geheimzinnige "ongeregistreerden" spelen een belangrijke rol in de algehele "criminele Antillianen"-paranoia en worden gebruikt om nieuwe racistische en repressieve maatregelen te rechtvaardigen. De spookverhalen zijn moeilijk te controleren of te weerleggen omdat het om "ongeregistreerden" zou gaan.

Straatfeesten

De burgemeesters en politiechefs worden gesteund door "ervaringsdeskundigen" en adviseurs als J. Schrils, een Tilburgse jongerenwerker en voormalig directeur van de Antilliaanse zelforganisatie Forsa. (10) Hij vindt de tot nu toe opgezette projecten inefficiënt en wil daarom een radicalere aanpak, want "Antillianen hebben zeer lange tenen. Ze schreeuwen: "Wij eisen respect!" Maar ze geven zelf niemand respect." Volgens hem moet de politie niets meer accepteren en optreden tegen zowel wapenbezit als luidruchtige straatfeesten. Het tekent de racistische sfeer dat wapenbezit en straatfeesten in één adem worden genoemd. "We hebben internaten nodig die kinderen kunnen opvangen, zo nodig onder dwang", gaat hij verder. Over Antilliaanse vrouwen zegt hij paternalistisch: "Vaders moeten op hun verantwoordelijkheid worden gewezen. Ze kunnen de opvoeding niet overlaten aan tienermoeders wier opleidings- en taalniveau doorgaans niet hoger is dan die van de criminele jeugd zelf."

"Het zijn met name de kansloze jongeren uit de Antillen. Die hebben weinig scholing en spreken vaak nauwelijks Nederlands", beweert de Tilburgse "projectmanager multiculturele samenleving" J. van Gurp in de tegenwoordig weer gebruikelijke koloniale stijl. (11) "Ze worden door hun moeder op het vliegtuig gezet en gaan hier op de bonnefooi op zoek naar een tante of een neef. Een thuisbasis ontbreekt. Er is geen sturing van ouders." Volgens SAT-voorzitter Pieters gaat het echter "om een groep van rond de 18, die zijn juridisch volwassen." Uit SAT-onderzoek blijkt bovendien "dat er duizend wooneenheden te weinig zijn. Je krijgt situaties van een moeder met een dochter in een kamer van 4 bij 4 en een zoon bij een zus of vriendin. Niet echt een goede opvoedingssituatie." (11)

Reisverbod

De 18 gemeenten stelden al snel "een convenant" op, maar konden het toch niet eens worden over "het Antillianenprobleem". De Rotterdamse burgemeester Opstelten meldde na het overleg enthousiast dat alle steden pleiten voor "een reisverbod" voor "criminele Antilliaanse jongeren" die naar Nederland willen komen. Maar de Groningse burgemeester Wallage was daar tegen. Niet vanwege het racisme, maar omdat het juridisch onhaalbaar is. (12) Ook het ministerie van Binnenlandse Zaken reageert voorzichtig. Een reisverbod blijkt moeilijk omdat Antillianen dezelfde rechten hebben als alle andere Nederlanders en zich dus vrij kunnen vestigen. Gelijkheid of niet, toch hebben de gemeenten een voorstel gemaakt voor zo'n reisverbod.

Dat verbod zou voorlopig alleen moeten gelden voor Antillianen die nog een straf moeten uitzitten. Het terugsturen van "criminelen" is nog geen eis. Ook worden er allerlei informatiebestanden aan elkaar gekoppeld, zodat Antillianen beter in de gaten gehouden kunnen worden. Deze informatie gaat niet alleen over "criminelen", maar ook over inburgering, scholing en woonbegeleiding. (13) Antillianen zouden zich moeten registreren bij vertrek uit de Antillen en bij binnenkomst in Nederland. Strafdossiers uit de Antillen moeten in Nederland ook bekend worden. Er moet voorlichting aan Antillianen worden gegeven, zodat "verkeerde beelden" over Nederland worden ontkracht. Verder moeten schoolverzuim en illegale bewoning worden aangepakt. En nieuwkomers die toch nog kans zien om in Nederland te geraken, moeten geholpen worden bij het zoeken van werk en onderdak. (14)

De verantwoordelijke ministers reageerden enthousiast op het plan. Minister de Graaf van Koninkrijksrelaties ziet een reisverbod wel zitten. "Als je problemen wilt oplossen, moet je van tevoren niets uitsluiten." Niets uitsluiten, behalve de Antillianen zelf. Want die waren al uitgesloten, zelfs voordat het debat over hen begon. De Graaf wil ook "criminele" Antillianen terugsturen. (15) Hij heeft daarnaast ook al afspraken gemaakt met de Antilliaanse regering over "pre-boarding checks" voor Antilliaanse jongeren. De jongeren moeten ter plekke bewijzen dat ze een voogd hebben in Nederland, anders mogen ze het vliegtuig niet in. Die regel bestond al, maar werd niet nageleefd. (16) Ook minister Verdonk van Vreemdelingenzaken en Integratie komt binnenkort met "een actieplan" vol toelatingsvoorwaarden voor Antilliaanse jongeren. En minister Donner van Justitie wil "Antilliaanse drugskoeriers" voor een bepaalde tijd de toegang tot Nederland ontzeggen. (17) Het is nog onzeker of alle plannen ook zullen worden uitgevoerd, maar wel is duidelijk dat Antillianen nu officieel als tweederangs-Nederlanders worden behandeld.

Noten

Terug