De Fabel van de illegaal 67, najaar 2004

Auteurs: Ellen de Waard en Inge van de Velde


Slachtoffers organiseren zich tegen vrouwenhandel

In december 2003 werd Atalantas opgericht, de eerste zelforganisatie van slachtoffers van vrouwenhandel ter wereld. Gezamenlijk komen de vrouwen in actie tegen hun handelaren en tegen de overheid. Die ziet slachtoffers namelijk vooral als middel om migratie beter te kunnen beheersen.

Derde rapportage mensenhandel

Sinds 2002 brengt de Nationaal Rapporteur Mensenhandel jaarlijks een rapport uit. (1) Rapporteur Anna Korvinus opent het onlangs verschenen derde rapport (2) met: "Officieel is slavernij afgeschaft, maar dat betekent niet dat het niet meer voorkomt. Overal op de wereld worden mensen door anderen uitgebuit. Dit gebeurt zowel binnen landsgrenzen als grensoverschrijdend. Armoede en ongelijkheid, werkloosheid en politieke instabiliteit zorgen ervoor dat er mensen zijn die, in de hoop op een beter leven, ten prooi vallen aan criminele personen en netwerken die hen gewetenloos uitbuiten. Aan die uitbuiting wordt grof verdiend." Volgens de rapporteur speelt de steeds restrictievere migratiebeheersingspolitiek daar een grote rol bij. "Het opwerpen van beletselen om legaal een land binnen te komen creëert omstandigheden die afhankelijkheid vergroten en de kans op misbruik en uitbuiting doen toenemen. Echter, het wegvallen van illegale grensoverschrijding sluit mensenhandel niet uit. De auteur Kartush wijst er op dat het vooral gaat om de toegankelijkheid van de arbeidsmarkt. Zolang inreismogelijkheden geen toegang tot de reguliere arbeidsmarkt geven, blijft het gevaar bestaan dat gemigreerde vrouwen in 'informele markten' als de prostitutie, huiselijk of fabriekswerk worden uitgebuit."

Mensenhandel is een complex fenomeen. Het nieuwe rapport worstelt bijna 300 bladzijden lang met wetsartikelen, nationale en internationale verdragen, onderzoeksrapporten, cijfers en tabellen, politie- en justitieafdelingen, ngo's en andere bronnen van informatie. Mensenhandel kan vanuit diverse invalshoeken bekeken worden: nationale en internationale staatsbelangen, criminaliteit, economie en arbeidspolitiek, mensenrechten, moraliteit en zeden, gender, heteroseksualiteit en waarschijnlijk nog veel meer. En vanuit al die invalshoeken wordt door overheden, ngo's en anderen naar 'oplossingen' gezocht, zoals onder meer migratiebeheersing, werkvergunningen, repressie, humanitaire en ontwikkelingshulp, en bewustzijnscampagnes.

In dit enorme politieke krachtenveld worden de slachtoffers maar al te vaak uit het oog verloren. Van subject verworden ze tot object waarmee geschoven kan worden, al naar gelang het belang van de autoriteiten. Hoewel ingesteld door de overheid, ijvert de Nationaal Rapporteur er in ieder geval voor dat de rechten van de slachtoffers niet met voeten worden getreden in naam van het zogenaamd hogere landsbelang. Korvinus uit bijvoorbeeld kritiek op de "veegacties" van de politie waarbij illegale prostituees met puur repressieve middelen geïntimideerd worden, niet of slecht geïnformeerd worden over hun basale rechten en zo snel mogelijk gedeporteerd worden. Slachtoffers van vrouwenhandel kunnen daardoor geen beroep doen op de speciaal voor hen bestemde regelgeving. De rapporteur wil dat slachtoffers beter geïnformeerd worden over hun rechten en mogelijkheden en dat zij goed op de hoogte gehouden worden van de voortgang van de procedure. De B9-regeling moet soepeler ingevuld worden: ook slachtoffers die geen aangifte hebben gedaan zouden aanspraak moeten mogen maken op voorzieningen zoals opvang en hulpverlening. Ook is ze er voorstander van dat de slachtoffers mogen werken. De rapporteur vindt verder dat Nederland meer garanties moet bieden voor bescherming als de vrouwen teruggestuurd worden naar hun land van herkomst. Kan Nederland dat niet, dan vindt de rapporteur dat er een verblijfsvergunning verstrekt moet worden.

In totaal komt de rapporteur met 63 aanbevelingen. Ze spoort de regering en het parlement aan tot meer "bevlogenheid" en een "luidere" stem als het om mensenhandel gaat. Ze wil dat de overheid zich "onomwonden uitspreekt over een benadering primair in de context van mensenrechten" en niet - zoals de huidige praktijk dus is - vanuit het perspectief van migratiebeheersing en openbare orde.

Ellen de Waard

Noten

De jonge vrouwen Maria en Tatjana zijn al vier jaar in Nederland, maar hoe hun toekomst er uit zal zien weten ze nog steeds niet. Ze waren betrokken bij de oprichting van Atalantas, uit onvrede over de beeldvorming en over hun behandeling door de overheid, en ook uit behoefte aan onderlinge steun. Atalantas komt op voor de rechten van meiden en vrouwen en hun eventuele kinderen die als handelswaar zijn gebruikt en gedwongen in de prostitutie hebben moeten werken. De organisatie is vernoemd naar Atalanta, een Griekse godin die door haar uitzonderlijke snelheid al haar opdringerige aanstaande echtgenoten wist te ontlopen.

Bij vrouwenhandel worden meiden en vrouwen naar Nederland gelokt door bemiddelaars. Die spiegelen hen een mooie toekomst in het rijke westen voor en bieden hen bijvoorbeeld horeca- of schoonmaakwerk aan. Soms doen ze zich voor als vriendjes, vergelijkbaar met de "loverboys" die ook meiden in Nederland de prostitutie in lokken. Ook die meiden worden overigens door Atalantas gesteund. Alle vrouwen die te maken hebben gehad met gedwongen prostitutie zijn welkom en dus ook illegale en Nederlandse vrouwen. Alle slachtoffers hebben gemeen dat zij niet over eigen lijf en leden mochten beschikken, dat hun verdiensten werden afgepakt en dat ze door intimidatie en geweld in hun vrijheid werden beperkt. Het is een moderne vorm van slavernij.

Ontsnappen

Ontkomen aan de handelaren is heel moeilijk, zeker zonder hulp van buitenaf. "Je hoopt dat iemand je komt redden of dat je kunt ontsnappen. Maar ze hebben je ook psychisch in bedwang. Je durft niet eens, omdat ze jou of je familie dreigen te vermoorden. Vooral in het begin ben je bang en hulpeloos. Je gelooft alles. Je weet niet hoeveel mensen er bij betrokken zijn", vertellen Tatjana en Maria. Zelfs hulp van buitenaf wordt gewantrouwd. Degene die aanbiedt je bijvoorbeeld "vrij te kopen" kan je volgende handelaar blijken te zijn. Volgens Atalantas komen vrouwen vooral vrij via politie-invallen wegens mensenhandel of andere criminaliteit.

De meeste vrouwen van Atalantas zitten in de zogeheten B9-regeling. Ze krijgen dan drie maanden de tijd om te bedenken of ze aangifte willen doen tegen hun handelaren zodat die kunnen worden vervolgd. Doen de vrouwen aangifte, dan mogen ze gedurende de strafzaak in Nederland blijven en krijgen ze onderdak, een uitkering, een verzekering, en psychische en juridische steun.

Bij "veegacties" in Amsterdam en Den Haag zijn veel Oost-Europese prostituees direct gedeporteerd en niet geïnformeerd over de B9-regeling. Sowieso kunnen veel vrouwen niet meedoen aan de regeling omdat ze te weinig informatie over de handelaren kunnen geven. Die vrouwen staan meteen met lege handen. Voor mannelijke slachtoffers zijn er meestal helemaal geen mogelijkheden.

Niet dat die regeling zo geweldig is. Atalantas: "We worden niet goed geïnformeerd over de werkelijke gang van zaken. De vrouwen denken dat ze geholpen worden. Er wordt hen niet goed duidelijk gemaakt dat ze uiteindelijk toch weg moeten, ook al zijn ze hier al 5 of 6 jaar. Na beëindiging van de rechtszaak ontvang je namelijk direct een brief dat je aanwezigheid niet meer nodig is en dat je het land moet verlaten. Ook lopen vrouwen door een rechtszaak meer gevaar, maar dat beseffen ze vaak pas later. Wij vertellen vrouwen dat soort dingen wel. Ze moeten alle consequenties goed overdenken en niet te snel beslissen dat ze mee zullen werken. Na afloop van de rechtszaak voelen vrouwen zich namelijk vaak opnieuw misleid en gebruikt, dit keer door de politie en de overheid."

In haar kritiek op de B9-regeling weet Atalantas zich gesterkt door de Nationaal Rapporteur Mensenhandel. Die publiceert jaarlijks een overzicht van de stand van zaken rond mensenhandel in Nederland (zie kader). Die steun is heel belangrijk voor de lobby-activiteiten van Atalantas.

Slachtofferschap afschudden

Een kleine kern van vrouwen steekt heel veel tijd in Atalantas. Daar omheen zitten nog een paar vrouwen die ook actief zijn, en de rest vormt een netwerk. Atalantas benadert vrouwen op informele wijze en nodigt hen uit voor gezellige bijeenkomsten waar gesproken wordt over het werk van Atalantas. Beslissingen worden gezamenlijk genomen. Niemand is de baas. "We gaan vriendschappelijk met elkaar om, kunnen bij elkaar uithuilen, vinden herkenning en kunnen zelfs lachen. Ons enthousiasme is besmettelijk en maakt dat vrouwen zich durven aan te sluiten."

Veel verhandelde vrouwen kampen met forse problemen. "Ze drinken bijvoorbeeld veel om te vergeten. Anderen zijn depressief of hebben psychiatrische klachten. Er zijn vrouwen die op straat rondzwerven omdat ze uit de opvang zijn gezet. We mogen niet werken of studeren. Het geld dat we krijgen gaat op aan de huur en eten. Geld voor een bioscoopje zit er niet in. We hebben niets om handen. Daardoor ben je teruggeworpen op je pijn en ellende. Je bent een slachtoffer, maar je krijgt niet de hulp die je nodig hebt. Aan de andere kant wil je geen slachtoffer zijn. Dat tast je eigenwaarde aan. Daarom willen we ons zélf organiseren en dat niet aan anderen overlaten."

Atalantas werkt wel samen met andere organisaties. Bijvoorbeeld om geld aan te vragen, om gehoord te worden door de politiek en om onderdak en juridische kennis te krijgen. Ook deelname voor de slachtoffers aan taal- en computercursussen probeert men samen met anderen te regelen. Studieboeken worden vaak vergoed via fondsen.

Terugkeer

Atalantas vindt dat de overheid te weinig doet voor de slachtoffers en zich teveel richt op migratiebeheersing. Na gebruikt te zijn als getuige, worden de vrouwen afgedankt. Ze moeten dan terug, maar willen dat meestal niet. "De handelaren worden vaak maar kort gestraft. Als ze vrijkomen, gaan ze gewoon weer verder. Sowieso blijft er altijd een aantal uit zo'n crimineel netwerk op vrije voeten. Er verandert dus niets. Je blijft dus gevaar lopen, hier en in je eigen land. Ze dreigen jou, maar ook je achtergebleven familie en kinderen, kwaad te doen of zelfs te vermoorden als je tegen hen getuigt. Dat blijft soms niet bij dreigementen. Daarbij zijn sommige vrouwen na terugkeer extra kwetsbaar. Ze komen alleen te staan omdat hun familie of sociale omgeving hen niet meer accepteert vanwege hun verleden in de prostitutie."

In de landen waar de slachtoffers vandaan komen hebben vrouwen vaak weinig kansen. Velen van hen behoren in die landen bovendien tot gediscrimineerde minderheidsgroepen. Voor hun veiligheid kunnen ze meestal niet rekenen op de plaatselijke autoriteiten. Daardoor blijft de wens en noodzaak om elders een bestaan op te bouwen onverminderd. "Er wordt daarom door de Nederlandse politie soms gesproken over de mogelijkheid om in een ander land, onder een nieuwe identiteit, een nieuw leven te beginnen. Maar dat zien we niet zitten. Je bent dan totaal geïsoleerd en hebt niemand om op terug te vallen." De vrouwen zeggen daarom: "We willen de tijd in Nederland nuttig besteden met studie, werk of hulpverlening. Om later op terug te kunnen vallen. Of dat nu hier is of terug in het land van herkomst. Door de B9-regeling kunnen we niets opbouwen." Het is belangrijk voor de vrouwen om grip te hebben op hun leven en hun toekomst, en om niet opnieuw mee te hoeven maken dat anderen hun leven gaan bepalen. Atalantas pleit ervoor om vrouwen die dat willen, een definitieve verblijfsvergunning te geven.

Zelfbepaling staat voor Atalantas sowieso steeds voorop, ook bij samenwerking met organisaties als de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM). Die verzorgt terugreizen, geeft zakgeld mee en helpt bij de opvang en "reïntegratie" van vrouwen na terugkeer. Atalantas wil alleen mogelijkheden van de IOM gebruiken wanneer die aansluiten bij de wensen van de individuele vrouwen. Die mogen niet in één standaardhokje geduwd worden. Wanneer organisaties als de IOM terugkeer als voorwaarde zouden stellen voor het geven van subsidie of andere middelen, dan gaat Atalantas niet meer met hen in zee.

Straffen

Volgens Atalantas helpt alleen zeer zwaar straffen tegen mensenhandel. "De handelaren zijn door en door crimineel en zeer goed georganiseerd. Ze zien je niet als mens, maar als een stuk vlees dat je kunt kopen en verkopen." De vrouwen willen dan ook de beeldvorming over de slachtoffers doorbreken. Die zijn niet per se naïef, slecht opgeleid of arm. Atalantas benadrukt dat ieder meisje en iedere vrouw slachtoffer kan worden, doordat de handelaren vreselijk doortrapt te werk gaan. Al bij het eerste contact dat ze leggen, proberen ze zoveel mogelijk gevoelige informatie te vergaren, bijvoorbeeld over ouders en kinderen. Met die kennis kunnen ze de meiden en vrouwen later onder druk zetten. Bewustwordingscampagnes helpen volgens Atalantas niet voldoende. Tatjana: "Natuurlijk had ik in mijn land de waarschuwingen voor handelaren gehoord. Maar ik dacht dat mij zoiets nooit zou overkomen. Ik had een vriendje en samen maakten we mooie plannen voor een toekomst in het buitenland. Maar hij heeft mij gewoon verkocht! Niemand kan zich voorstellen ooit iemands bezit te worden. Het gaat vaak om erg jonge meisjes. Ze zijn vol levenslust en toekomstplannen. Die criminelen weten precies hoe ze tienermeisjes moeten manipuleren. In de campagnes zal dus veel meer aandacht moeten komen voor loverboys."

De vrouwen van Atalantas hebben veel plannen. Zo loopt er een maatjesproject waarbij vrijwilligers de vrouwen wegwijs maken en gezellige dingen met hen doen. Atalantas wil ook een gratis telefoonlijn beginnen die 24 uur per dag bereikbaar is. Dat kost geld. De werkzaamheden zijn inmiddels zo uitgebreid dat structurele subsidie nodig is, bijvoorbeeld voor telefoon-, reis- en kantoorkosten. Nadat het ministerie van Sociale Zaken zo'n subsidie in eerste instantie had afgewezen, voert Atalantas daarover nu opnieuw gesprekken. De Atalantas-vrouwen doen hun werk onder zeer zware omstandigheden. Maar door zich te verenigen hebben ze het slachtofferschap naar de achtergrond weten te duwen. "Het geeft emotioneel zoveel voldoening om samen te vechten voor je rechten. Je bent minder gericht op de pijn en op jezelf. Je laat zien dat er een groot sociaal probleem is. Het is gewoon bevrijdend om te vechten."

Vanwege de veiligheid van de vrouwen zijn schuilnamen gebruikt. Voor meer informatie zie: Atalantas-website, en: Gebladerte-brochure nr. 24 "Vrouwen zonder papieren". In: Fabel Archief. Voor dit artikel is mede gebruik gemaakt van het boek "Een weg terug? Slachtoffers van vrouwenhandel over terugkeer naar het land van herkomst", E. van Eimeren (BlinN), 2004.

Terug