De Fabel van de illegaal 69, maart/april 2005
Auteur: Ellen de Waard
Boekrecensie
De eerste generatie
Ter gelegenheid van het precies 40 jaar geleden tussen Nederland en Turkije afgesloten wervingsverdrag voor arbeiders kreeg het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG) in Amsterdam de opdracht het wel en wee van deze eerste generatie gastarbeiders in beeld te brengen. Met officiële stukken, maar vooral ook met veel foto’s en brieven van deze Turkse Nederlanders, wordt een geschiedenis uit de doeken gedaan die in grote lijnen wel bekend is, maar zelden zo persoonlijk verteld werd.
Zoals bekend, kwam het merendeel van de arbeiders, nagenoeg allemaal mannen, hier via wervingsbureaus. Moralistisch en daarom grappig zijn de zeer concrete gedragsregels die de bemiddelaars van beide kanten aan de arbeiders meegaven. Van Turkse zijde kreeg men bijvoorbeeld te horen: “Knip minstens eenmaal per week je nagels, doe jezelf niet zielig voor, maak geen ruzie, presteer beter dan van je verlangd wordt”, maar ook: “Houd de Turkse eer en vlag hoog”. Van Nederlandse kant werden er reisinstructies gegeven, zoals dat men zo schoon en netjes mogelijk gekleed moest zijn, niet de schoenen en jas in het vliegtuig mocht uittrekken, zonder rennen en lawaai het vliegtuig in en uit moest gaan en vooral ook dat men niet op de wc moest klimmen.
Het boek geeft een, soms ontroerend, inzicht in die eerste jaren waarin alles nog nieuw, onwennig, maar ook hoopvol was. Het werd een leven van hard werken, stekende heimwee, armoedige woonomstandigheden, maar ook van avontuur, hechte vriendschappen en nieuwe persoonlijke vrijheden. Langzamerhand ontstond er een nieuw sociaal, cultureel en politiek leven, met eigen organisaties en ontmoetingsruimten. Hoewel veel gastarbeiders in die eerste 10 jaar naar Turkije terugkeerden, besloten anderen hier te blijven. Dat had mede te maken met de politieke situatie in Turkije, waar de militairen de macht hadden gegrepen. Vanaf begin jaren 70 verlaten de arbeiders hun woonkazernes en pensions, en ze kopen huizen zodat hun gezinnen over kunnen komen. De gastarbeider is niet langer tijdelijk in Nederland, maar vestigt zich hier en wordt voortaan bestempeld als migrant. Daarna krijgen ze nog vele namen om hun “status” in de Nederlandse samenleving te omschrijven. De voorlopig laatste in deze reeks is “allochtoon”.
“Lied uit den vreemde. Brieven en foto’s van Turkse migranten 1964-1975”, Erhan Tuskan en Jaap Vogel. Uitgeverij: Aksant, € 20,00. ISBN: 9052601402.