De Fabel van de illegaal 73, najaar 2005
Auteur: Harry Westerink
Gemeente Arnhem dwarsboomt kraakactie dakloze vluchtelingen
Samen met vluchtelingensteungroep Onbegrensd hebben zo'n 30 vluchtelingen op 1 september 2005 geprobeerd om in Arnhem 6 leegstaande flatwoningen te kraken.
De actie was voor de vluchtelingen een laatste redmiddel om aan onderdak te komen, maar de Arnhemse wethouder Sjoerd Veenstra liet de woningen door de politie ontruimen. Volgens Onbegrensd verschuilt de gemeente zich laf achter het landelijke beleid, in plaats van een voortrekkersrol te nemen door dakloze vluchtelingen niet langer op straat te laten zwerven.
Onbegrensd en de vluchtelingen hadden drie eisen aan de actie verbonden. Arnhem moet er samen met alle andere gemeenten binnen de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) serieus werk van gaan maken om onderdak te bieden aan alle vluchtelingen die door de landelijke overheid op straat belanden. De Arnhemse burgemeester Krikke moet als korpsbeheerder niet langer meer meewerken aan het uitzetten van vluchtelingen. En telkens wanneer een vluchteling op straat wordt gezet, moet de gemeente Arnhem een brief sturen aan minister Verdonk waarin staat dat iedereen recht heeft op opvang. Volgens de actievoerders heeft de gemeente een eigen zorgplicht voor mensen die op zoek zijn naar een menswaardig bestaan. "Deze verantwoordelijkheid wordt des te groter wanneer gelet wordt op de mensenrechtenschendingen die het vluchtelingenbeleid haast achteloos met zich meebrengt", aldus Onbegrensd. De steungroep wil verder dat Arnhem de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep nakomt, die onlangs bepaalde dat ook illegaal gemaakte kinderen recht hebben op een bijstanduitkering.
Wethouder Veenstra veegde de eisen echter meteen van tafel. Na afloop van de actie, toen de vluchtelingen opnieuw op straat waren gegooid, verklaarde hij doodleuk: "Het is beter voor jullie gemoedsrust om de situatie zo te houden". Kraakpanden zouden namelijk niets voor vluchtelingen zijn. Die zouden het meest gebaat zijn bij "een stabiele plek". Maar in plaats van zo'n "stabiele plek", bood Veenstra de vluchtelingenfamilies slechts een plaats onder de blote hemel.