De Fabel van de illegaal 75, maart/april 2006
Auteur: Gerrit de Wit
Antisemitisme in Turkije
Antisemitisme is in Turkije wijdverbreid. Het wordt gepropageerd door zowel de extreem-rechtse Grijze Wolven als de moslimfundamentalisten. Ook het ontkennen van de holocaust raakt er in zwang. Dat blijkt uit de brochure "Antisemitisme en nationaal-socialisme in Turkije", die in januari 2006 werd uitgebracht door de Onderzoeksgroep Turks extreem-rechts en het anti-fascistische vakblad Alert!.
De grondlegger van het hedendaagse antisemitisme in Turkije was de oud-militair Cevat Rifat Atilhan. Die onderhield in de jaren 30 nauwe contacten met antisemieten uit nazi-Duitsland en andere landen, en verspreidde nazistische propaganda in Turkije. In 1933 bezocht hij München op uitnodiging van de nazi-ideoloog Julius Streicher. Die leerde hem acties op te zetten voor een jodenboycot, en gaf hem inzicht in de methode om paramilitaire groepen en jongerenverenigingen in te zetten voor de strijd om de macht.
Een Turkse versie van Hitlers "Mein Kampf" |
In 1934 werd Atilhan gekozen tot voorzitter van een internationaal antisemitisch congres in München, en bij een soortgelijk congres in 1935 in Denemarken was hij algemeen secretaris. In 1934 richtte Atilhan het antisemitische blad "Mili Inkilap" op, een Turkse variant op Streichers blad "Der Stürmer". Mili Inkilap speelde een belangrijke rol bij het ophitsen van de bevolking in de regio Thraci? tegen de daar levende joden. Medio 1934 werden hun bezittingen geplunderd en kregen ze te maken met verkrachtingen en ander geweld. Daarop vluchtten er zo'n 15 duizend joden naar Istanbul. Later werd er een speciale belasting voor joden ingevoerd, en vertrokken de Thracische joden massaal naar Israël. Atilhan bracht tientallen boeken uit. Een viertal daarvan werd in de jaren 90 heruitgegeven en een aantal andere zijn nog steeds integraal op internet te vinden.
Grijze Wolven
In 1969 werd in Turkije de Partij van de Nationalistische Actie (MHP) opgericht. Men had contact met allerlei extreem-rechtse partijen in Europa, zoals de Duitse NPD, het Franse FANE en het Belgische VMO. Deze contacten hielden minstens tot in de jaren 70 en 80 stand. De MHP, waarvan de aanhangers ook wel Grijze Wolven genoemd worden, probeerde die partijen in te zetten bij de bestrijding van linkse Turken in West-Europa. In Turkije verspreiden Grijze Wolven nationaal-socialistische propaganda, zoals vertalingen van Hitlers boek "Mein Kampf" en het antisemitische verzinsel "De Protocollen van de Wijzen van Zion", waarin een plan tot joodse wereldheerschappij zou zijn vastgelegd. Verder staat in MHP-gezinde publicaties regelmatig anti-joodse retoriek.
Ook onder moslimfundamentalisten is antisemitisme gemeengoed. Moslimfundamentalistische politieke partijen zien joden als "schurken", en in de pers worden ze veelal gepresenteerd als menselijk afval dat op zijn vernietiging wacht. Joden krijgen opmerkingen over hun accent, en joodse ondernemers durven hun achternaam niet als bedrijfsnaam te gebruiken. Dat zou namelijk opdrachten kosten, zeker van de overheid. Veel Turken geloven dat joden Turkije uitbuiten en niet loyaal zijn jegens het land.
Minister-president
In antisemitische kringen worden communisme en kapitalisme als zionistische machinaties gezien. In de jaren 70 leidde het scherper wordende conflict tussen links en rechts tot een toename van het antisemitisme. Het zionisme zou Turkije onder controle proberen te brengen door het land in twee vijandig gezinde kampen te verdelen. In die periode introduceerde de moslimfundamentalist en latere minister-president Necmettin Erbakan het antisemitisme in het gevestigde politieke discours. Hij propageerde "de bevrijding van Jeruzalem" en veroordeelde de samenwerking van de Turkse staat met het IMF, omdat dat "de onderwerping aan de renteslavernij van het joodse kapitaal" zou betekenen. In 1991 schreef Erbakan het economische programma van de Welzijnspartij. Hij noemde het liberale economische systeem "een slavernijsysteem" dat aangestuurd zou worden door het zionisme. In 1995 kreeg de Welzijnspartij de regeringsmacht. Onder druk van het Turkse leger werd de toon jegens joden toen iets milder. Het leger heeft namelijk alle belang bij samenwerking met Israël. Ook de huidige premier Recep Tayyip Erdogan laat zich weinig vleiend uit over joden. Eind jaren 90 zei hij bijvoorbeeld: "De joden begonnen met het onderdrukken van de moslims in Palestina in de naam van het politiek judaïsme, wat zionisme wordt genoemd. Vandaag de dag is het beeld van de jood niet anders dan dat van de nazi's."
Radicale islamitische organisaties als de Turkse Hezbollah en IBDA-C hebben vanaf de jaren 80 regelmatig aanslagen gepleegd op joodse instellingen en vooraanstaande joden in Turkije. De Onderzoeksgroep Turks extreem-rechts telde in de periode 1980-2004 12 aanslagen, waarbij 50 doden en honderden gewonden vielen. De lijst is verre van compleet. In maart 2004 viel er in Istanbul nog een aanslag van moslimfundamentalisten te noteren op een vrijmetselaarsloge. Veel antisemieten geloven dat "de joden" achter de vrijmetselarij zitten.
Holocaust
Een ander verontrustend fenomeen dat in Turkije opgeld doet, is de holocaustontkenning. In de moslimfundamentalistische pers, maar ook daarbuiten, verschijnen artikelen over bekende revisionisten als de Fransman Roger Garaudy en de Brit David Irving, waarin de holocaust ontkend wordt. Boeken van Garaudy worden in het Turks vertaald. De meest vooraanstaande Turkse revisionist is Adnan Oktar. In 1995 bracht hij het boek "De holocaustleugen" uit, dat goede kritieken ontving in de moslimfundamentalistische pers. Volgens Oktar had de holocaust nooit plaatsgevonden. Als 'bewijs' kwam hij met een foto van de "Zentral Sauna" in Auschwitz. Daarop waren naakte gevangenen te zien die een douche nemen. Dat zou volgens Oktar aantonen dat joden niet werden gedood in het concentratiekamp. Maar het bewijst vanzelfsprekend slechts dat er naast de gaskamers ook een wasruimte aanwezig was.
De brochure is te bestellen door overmaking van € 6,50 op giro 4553587, t.n.v. FOK te Amsterdam, o.v.v. "antisemitisme".
Terug