De Fabel van de illegaal 79, najaar 2006

Auteur: Roel Nagel


Waar nuttigheidsdenken toe kan leiden

Het begrip bevolkingspolitiek speelt een belangrijke rol bij de kijk van De Fabel op ontwikkelingen in de samenleving. De overheid gaat de laatste jaren mensen steeds meer beoordelen op hun economische "bruikbaarheid". Zo zijn bijvoorbeeld alleen nog "bruikbare" migranten welkom. Om te laten zien waar dat soort nuttigheidsdenken toe kan leiden heeft onderzoeker Binjamin Heyl het belangrijke boek "Het vergeten hoofdstuk binnen de geschiedenis van de gezondheidszorg 1933 - 1945" geschreven. Heyl werkt in de gezondheidszorg en merkt dat ook daar cijfers belangrijker zijn geworden dan de menselijke factor.


In 1883 werd in Engeland de term "eugenese" geïntroduceerd. Dat begrip werd afgeleid van het Griekse "eugenes", wat "edel ras" betekent. In Duitsland begon eind negentiende eeuw onder wetenschappers een discussie over de sterkte en de gezondheid van "het ras", en over zieken en zwakken die die gezondheid zouden ondermijnen. Er werd bijvoorbeeld beweerd dat het in tijden van oorlog geoorloofd was om euthanasie te plegen op "nutteloos leven". Aan het front stierven immers de sterken, waardoor de samenleving opgezadeld zou blijven met de zwakken. Het eugenetische gedachtengoed vond ook ingang bij de Duitse bevolking, en daardoor was er relatief weinig kritiek op Hitlers ideeën. Enige weerstand tegen euthanasie was er wel bij de kerken. Die domineerden destijds de hulpverlening. Maar men ontving de nazi's toch met open armen omdat die zich sterk maakten tegen de communisten, in de ogen van de kerken een stelletje heidenen.

T4-programma

Direct na hun machtsovername kwamen de nazi's met allerlei wetten tegen zieken en gehandicapten. Zo werden ze bijvoorbeeld verplicht om zich te laten steriliseren. Via allerlei propagandacampagnes probeerden de nazi's de artsen rijp te maken voor dit soort praktijken. Die zouden zich ten dienste moeten stellen van de gemeenschap en niet teveel blijven omkijken naar zwakke individuen. Er werd ook een staatsartsenkamer opgericht om artsen te dwingen zich bij de nazi's aan te sluiten. Tegen Joodse artsen werden maatregelen genomen. Die mochten bijvoorbeeld niet meer naar bijeenkomsten komen van de nationale geneeskundige verzekeringsraden. Daar was vanuit niet-Joodse artsen weinig weerstand tegen. Velen van hen waren bang gemaakt dat hun Joodse collega's anders de medische wereld zouden gaan overheersen.

Om de Duitse bevolking rijp te maken voor euthanasie op "nutteloos leven" werden er filmopnames gemaakt in psychiatrische inrichtingen. Die inrichtingen werden aangezet om zieken te verwaarlozen, en zo werd het beeld bevestigd van ellende en "nutteloze" zieke mensen. Daarop begon men met het T4-euthanasieprogramma. Dat was geheim, want hoewel een groot deel van de bevolking er rijp voor leek, was er toch nog wel enige weerstand. De nazi's wilden overigens niet alleen "nutteloos leven" uitroeien, maar ook alle "minderwaardige rassen", met "de Joden" voorop.

Het protest tegen het T4-programma viel niet Hitler aan, maar vermeende "duistere machten" achter hem. Protestbrieven werden zodoende 'gewoon' onderschreven met "Heil Hitler!". Om hun leven te redden, veranderden sommige artsen de diagnose van bepaalde psychiatrische patiënten en stuurden hen naar huis. In juridische kringen werd er slechts tegen geprotesteerd dat de euthanasie niet op wettelijke gronden plaatsvond. Maar na een wettelijk decreet van Hitler verstomden deze protesten al snel.

Nederland

In de Nederlandse kranten werd wel verslag gedaan van al deze ontwikkelingen in Duitsland. Maar correspondenten in Berlijn die te kritisch waren werden ontslagen. Er werd in Nederland dus nogal lauw gereageerd. De overheid voerde officieel een strikte neutraliteitspolitiek. Maar in de praktijk was men nogal pro-Duits, zeker omdat de Nederlandse economie zeer afhankelijk was van de Duitse. Overigens hielden ook wetenschappers in Nederland zich bezig met eugenetica en de vraag of "de Joden" een "ras" vormden.

Tijdens de bezetting werd er ook in Nederland op de psychiatrische hulpverlening bezuinigd, met name op de Joodse. Ook werden enkele psychiatrische inrichtingen geëvacueerd om plaats te maken voor Duitse militairen. De nazi's probeerden eerst nog de schijn te wekken dat ze de Joodse zieken en gehandicapten wilden helpen, maar al snel begon men alle Joodse psychiatrische patiënten op te sporen en te deporteren. Er was ook wel enig protest tegen de nazi-plannen met gehandicapten en zieken. Zeker vanuit de kerken, die ook in Nederland het meest aan hulpverlening deden. Direct na de Duitse inval werd vanuit die hoek het Kerkelijk Overleg opgericht. Hun protest haalde echter niet veel uit. Overigens was met name in katholieke kring niet iedereen ervan overtuigd dat protest werkelijk nodig was.

De bezetter probeerde ook alle artsen te nazificeren. Joodse studenten werden geweerd van de universiteit, Joodse artsen mochten geen bijeenkomsten meer bijwonen van niet-Joodse medici en ze mochten ook niets meer publiceren. Tegen het isoleren van hun Joodse collega's kwam uit de medische wereld enig protest, en ook tegen de instelling van een door nazi's gedomineerde artsenkamer.

"Het vergeten hoofdstuk binnen de geschiedenis van de gezondheidszorg 1933 - 1945", Binjamin Heyl. Uitgeverij: ServicePost, 24,95 euro. ISBN: 9056530204.

Terug