De Fabel van de illegaal 92, mei/juni 2008

Auteur: Ellen de Waard


Geweld tegen vluchtelingen in Europa schering en inslag

Recent onderzoek heeft aangetoond dat vluchtelingen veel te maken krijgen met geweld vanaf het moment dat ze in Europa asiel aanvragen. Dat hangt nauw samen met hun kwetsbare positie in de marge van de samenleving. Gepleit wordt voor voorlichting, veiligheid en gelijke rechten.


Toekenning van volledige burgerrechten zou het geweld tegen migranten en vluchtelingen verminderen. (Foto: Ellen de Waard)
Iedereen die met vluchtelingen en migranten werkt kent de voorbeelden over geweld, en ook de problemen die men tegenkomt bij pogingen daar iets tegen te doen. Zoals bijvoorbeeld de strijd van een vader om het seksueel misbruik van zijn zoon door een medewerker op het asielzoekerscentrum (azc) te doen stoppen, waarbij in eerste instantie niemand hem gelooft. En de verhalen van vrouwelijke vluchtelingen die ‘vrijwillige’ seks hebben met een medewerker van VluchtelingenWerk vanwege zijn vage belofte om hen sneller aan zelfstandige woonruimte te helpen. Vanwege schaamtegevoelens zullen ze deze zaak echter nooit aanhangig maken.

Om meer zicht te krijgen op de aard en omvang van de problemen hebben erkende vluchtelingen in België en Nederland zelf interviews afgenomen bij 250 andere erkende vluchtelingen, vluchtelingen in procedure en afgewezen vluchtelingen, allen afkomstig uit Irak, Iran, Afghanistan, Somalië of de voormalige Sovjet-Unie. Gevraagd werd naar de oorzaken van het geweld en naar mogelijke preventieve maatregelen die ze zich konden voorstellen.

Hogedrukpan

Maar liefst 74 procent van de geïnterviewden was ooit zelf slachtoffer van geweld of wist van anderen die dat geweest waren. Ze hadden tijdens hun verblijf in een azc of op een kamer, in detentie of tijdens uitzettingen te maken met geweld. Het afgewezen worden, het in procedure zijn en zelfs het geaccepteerd worden als vluchteling veroorzaakt gevoelens van onmacht en agressie. Dat wordt gezien als de belangrijkste oorzaak van geweld. Onderling geweld, seksueel geweld en intimidatie komt het meest voor. Heftige emoties worden op elkaar afgereageerd, geweld in huiselijke kring komt dan ook veel voor. Daarbij komt dat vluchtelingen meestal dicht op elkaar wonen, samen met anderen die men niet kent, waardoor er weinig privacy is. In 30 procent van de gevallen wordt het geweld echter gepleegd door “autochtonen”. Tien procent daarvan door lieden met een machtspositie, zoals politieagenten, medewerkers van de asielopvang of ambtenaren van de asielprocedure.

In 62 procent van de gemelde gevallen werd emotioneel-psychologisch geweld gepleegd, zoals opsluiting, vernedering en dreigementen. In ruim 56 procent werd seksueel geweld genoemd, zoals seksuele intimidatie, seksueel misbruik, verkrachting en seksuele uitbuiting. Daarnaast werden fysiek geweld en sociaal-economisch geweld genoemd. Met dat laatste wordt gedoeld op discriminatie vanwege afkomst of seksuele geaardheid, maar ook de weigering van toegang tot rechtsbijstand, diensten en voorzieningen als gezondheidszorg en onderwijs.

Enkele voorbeelden uit het onderzoek. Een gedeporteerde vluchteling vertelde dat hij bij een ontsnappingspoging uit een gevangenis zijn been brak. “Politie en veiligheidsbeamten kwamen toen ik nog op de grond lag. Ze schopten tegen mijn gebroken been. Ze legden me op een brancar. Ze lieten mijn gebroken been ernaast bungelen en zwiepten opzettelijk tegen de struiken die langs het pad stonden naar de ingang van het kamp.” Later werd hij uitgezet. “Ik werd door twee veiligheidsbeamten van de trap van het vliegtuig naar beneden gebracht en ze lieten mijn been dat nog in verband zat hard tegen de treden bonken. Ze gooiden me in een auto en een van hen gaf me meerdere stompen met zijn blote vuisten.” Een ander vertelt: “Ik moest toekijken als hij masturbeerde. Dat maakte me erg nerveus, hetgeen hij erg grappig vond.” Weer een ander zegt: “Wat hij zei deed me meer pijn dan geslagen worden. Soms is geslagen worden makkelijker om mee om te gaan dan psychische marteling.”

Kwetsbaarheid

Uit het onderzoek bleek dat vluchtelingen kwetsbaar worden voor allerlei vormen van geweld door hun afhankelijke positie, hun gebrek aan een sociaal netwerk, hun gebrek aan kennis en informatie, hun armoede, hun langdurige onzekerheid over het al dan niet verkrijgen van een verblijfsvergunning en hun toekomst. Alleenstaande vrouwen zijn extra kwetsbaar en zoeken daarom nogal eens bescherming bij mannen uit hun omgeving. Die afhankelijke positie leidt dan in veel gevallen tot misbruik. “Ik had geen papieren en geen geld, dus ik had maar een optie: zijn slaaf zijn”, aldus een illegale vluchteling. Ook zijn vele illegalen, zowel mannen als vrouwen, genoodzaakt enorme risico’s te nemen om te overleven, zoals bijvoorbeeld onbeschermd seks hebben als ze - al dan niet gedwongen - in de prostitutie werken.

De gevolgen voor de slachtoffers zijn enorm. “Angst, nachtmerries, we kennen het allemaal. Mijn kinderen kunnen geen harde stemmen en lawaai verdragen. Ze zijn erg teruggetrokken. Ze zijn de betekenis van het woord ‘vreugde’ vergeten”, aldus een van de geïnterviewde vluchtelingen. Een ander zegt: “Alle seksuele gevoelens zijn dood in mijn lichaam.” In 68 procent van de gevallen hebben de slachtoffers emotionele en psychische problemen zoals depressies, nachtmerries en angsten. Soms worden slachtoffers van seksueel geweld verstoten door de familie of gemeenschap, soms gedwongen tot een huwelijk vanwege schaamte en geschonden eer. Ruim 44 procent meldt lichamelijke klachten. Een groot aantal keren heeft het geweld uiteindelijk een fatale afloop, door moord of zelfmoord.

Tweederangs burgers

De geïnterviewden zeiden dat op individueel, groeps- en politiek niveau maatregelen getroffen zouden moeten worden om geweld tegen legale en illegale vluchtelingen te voorkomen en te bestraffen. Bovenaan hun verlanglijstje stonden bewustwording, kennis en vaardigheden om weerbaarder te worden, rechten te doen gelden en hulp in te kunnen schakelen. Ook moest er van de vluchtelingen iets gedaan worden aan de beeldvorming die Nederlanders van hen hebben. Tenslotte willen ze dat het vreemdelingenbeleid veranderd wordt en dat vluchtelingen gelijke burgerrechten krijgen, zodat ze actief kunnen deelnemen aan de samenleving.

Organisaties als Movisie en Pharos hebben al gehoor gegeven aan een aantal van de wensen. Ze zullen op grote schaal een publicatie gaan verspreiden met advies in negen talen over het voorkomen van geweld, en informatie over rechten en hulpadressen. Verder gaan ze scholing aanbieden aan medewerkers in de asielopvang, en weerbaarheidstrainingen aan de bewoners. Met die gelijke burgerrechten vlot het zoals te verwachten veel minder. Belangenbehartigers zeggen daarover in gesprek te willen met de staatssecretarissen Albayrak van Justitie en Bussemakers van Gezondheidszorg. Maar daarvan valt weinig te verwachten. De overheid zet immers juist alle zeilen bij om vluchtelingen af te wijzen en uit te sluiten, en dus de facto machteloos te maken en kwetsbaar voor geweld.

Hidden violence is a silent rape”, Ines Keygnaert en Marleen Temmerman. Op: ICRH-website.

Terug