Geen dak en geen eten meer voor de mensen zonder papieren in Leiden
“Morgen belanden Leidse ongedocumenteerden mogelijk op straat, ondanks de coronarichtlijn van het ministerie van VWS”, zo schreef De Fabel van de illegaal, het spreekuur voor ongedocumenteerden van Doorbraak, op donderdag 30 april. De dag erna zou de Leidse Bed-, Bad-, Broodopvang (BBB-opvang) voor mensen zonder verblijfsrecht de deuren sluiten. Er ontstond enige ophef in de media, politieke partijen eisten een verklaring en de wethouder antwoordde hen in een brief. En er kwam gelukkig wat steun vanuit de bevolking. Hier een overzicht van wat er allemaal gebeurde. En vooral van wat er niet gebeurde, want de gemeente Leiden laat momenteel tien of meer ongedocumenteerden over straat zwerven in tijden van een pandemie.
Volgens de Leidse PvdA-wethouder Marleen Damen moeten alle mensen zonder papieren die geen opvang hebben, zich maar melden bij de Landelijke Vreemdelingenvoorziening (LVV) in Rotterdam. Alle Leidse organisaties die ongedocumenteerden steunen, hadden zich tegen de sluiting van de BBB-opvang uitgesproken, waaronder De Fabel en diaconaal centrum De Bakkerij. Toch bleef de gemeente vastbesloten om de sluiting door te zetten. Zelfs de huidige coronacrisis met desastreuze gevolgen voor mensen met een zwakke gezondheid of kwetsbare sociaal-economische omstandigheden kon het college van B&W, het ambtenarenapparaat en de meeste gemeenteraadsleden niet op andere gedachten brengen. Koste wat kost moest de sluiting doorgaan. De bewoners moesten zelfs eerder, twee maanden voor de officiële sluitingsdatum van 1 juli, de BBB-opvang verlaten. Op 1 mei werden ze geacht hun sleutels in te leveren. En daarmee was volgens de gemeente de kous af.
Reguliere opvang
Vorige week donderdag, op 30 april, een dag voordat ze op straat werden gezet, had De Fabel in overleg met de ongedocumenteerden twee van hen aangemeld voor de lokale reguliere daklozenopvang, De Binnenvest. Die opvang is sinds de invoering van De Koppelingswet in 1998 alleen toegankelijk voor mensen met verblijfsrecht of de Nederlandse nationaliteit. Maar dat beleid moet vanwege de coronacrisis tijdelijk aangepast worden, zo blijkt uit een richtlijn over dak- en thuislozen van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De richtlijn geeft aan dat gemeenten met het oog op het virus ook voor “niet-rechthebbenden” opvangplekken moeten realiseren. Leiden zou dus tijdens de coronacrisis ook opvang moeten regelen voor mensen zonder verblijfsrecht. En De Fabel vindt vanzelfsprekend dat de gemeente ook na de coronacrisis moet doorgaan met een vorm van noodopvang. De gemeente reageerde niet op de aanmeldingen voor de daklozenopvang.
Op 1 mei waren twee medewerkers van De Fabel van de illegaal de hele dag op kantoor om de mensen zonder papieren te kunnen spreken die door de gemeente Leiden op straat waren gezet. Er meldden zich uiteindelijk acht van de voormalige BBB-bewoners. Besloten werd om ook de overige zes mensen aan te melden bij De Binnenvest. Die middag gingen de acht naar die opvang, samen met het onvermoeibare SP-raadslid Ries van Walraven, die zich al vaker kritisch heeft uitgelaten over de sluiting van de BBB. Ondertussen probeerden medewerkers van De Fabel om telefonisch iemand van De Binnenvest te pakken te krijgen, om zo nog eens extra te kunnen pleiten voor toegang tot de daklozenopvang. Uit die telefoontjes bleek al snel dat er een interne mail rondging bij De Binnenvest, waarin expliciet werd opgedragen “mensen van STUV” (de organisatie die de BBB tot voor kort uitvoerde) niet toe te laten. Medewerkers van De Binnenvest bevestigden telefonisch dat het ging om een besluit van de gemeente. Alle acht mannen werden op basis van die email geweigerd. In twee artikelen in het Leidsch Dagblad staat deze gang van het kastje naar de muur uitgebreid beschreven.
Om 17:30 uur kreeg De Fabel een enigszins geïrriteerde mail van de gemeente waarin werd vermeld dat De Binnenvest de acht mannen niet zou gaan opvangen omdat ze naar de LVV in Rotterdam moesten gaan. Omdat de LVV echter op vrijdagavond en in het weekend niet te bereiken is, kon men zich dan alsnog voor dat weekend bij STUV melden, maar slechts voor opvang voor drie nachten. Maar alleen, zo stond er nadrukkelijk bij, als ze maandag dan echt naar Rotterdam zouden vertrekken. Niet naar Rotterdam, dan ook geen opvang dat weekend, dat was de strekking van de email. Wil je niet naar Rotterdam, ga dan maar op straat slapen, aldus de impliciete boodschap.
Politieke partijen
Op zondag 3 mei bleek de omvang van de crisis te zijn doorgedrongen tot een aantal gemeenteraadsleden van de coalitiepartijen, die tot dan toe blindelings hadden vertrouwd op de verantwoordelijke wethouder Damen, die telkens had beweerd dat niemand op straat hoeft te slapen in Leiden. Op hoge poten eisten ze een verklaring waarom de opvang nu twee maanden eerder werd gesloten, en nog wel midden in de coronacrisis. “De oud-bewoners die verkiezen om in Leiden te blijven, dreigen door de sluiting op straat terecht te komen. De raadsfracties van GroenLinks, D66 en de PvdA zijn van mening dat dit tijdens de coronacrisis zeer onverantwoord is. Wij roepen het college dringend op om haar zorgplicht ter harte te nemen. Ten tijde van corona is het niet verantwoord om mensen afhankelijk te maken van hun eigen netwerk. Men kan immers het netwerk besmetten of zelf besmet raken. Ook vragen we ons af of het wel verantwoord is om deze mensen te vragen met het openbaar vervoer naar Rotterdam te reizen, nu het gebruik van het openbaar vervoer tijdens de coronacrisis wordt afgeraden.” De coalitiepartijen geboden het college van B&W om maandag 4 mei voor 14:00 uur antwoord te geven. Ondertussen hadden de oppositiepartijen SP, PS, PvdD en de CU ook schriftelijke vragen ingediend over de vervroegde sluiting en de weigering om op te vangen ondanks corona.
Brief van de wethouder
Maandag kwam wethouder Damen met een brief. De strekking daarin was nog steeds dezelfde: geen opvang voor dakloze mensen zonder papieren in Leiden. Ze schreef onder meer: “Vorig jaar oktober is bekend gemaakt dat de BBB medio 2020 zou sluiten (…) De BBB bewoners die zelf niet hebben gekozen voor LVV opvang, hebben alsnog ruim de tijd gehad – vanaf vorig jaar oktober – om alternatieve huisvesting te zoeken (…) De zeven personen die afgelopen vrijdag nog in de BBB verbleven, hebben recentelijk bij STUV aangegeven dat zij niet naar de LVV willen en ook kiezen voor het eigen netwerk (…) De overgebleven zeven personen hebben dit weekend de mogelijkheid gekregen om drie nachten te worden opgevangen aan het Maansteenpad, omdat het afgelopen vrijdag inmiddels te laat geworden was om zich alle zeven nog te melden bij het LVV loket in Rotterdam. De voorwaarde voor extra opvang dit weekend was dat zij zich vandaag (maandagochtend, 4 mei 2020) zouden melden bij de LVV. Deze zeven personen hebben volgens STUV er allen voor gekozen om afgelopen weekend niet aan het Maansteenpad te slapen. We gaan er daarom vanuit dat zij een plek gevonden hebben binnen hun eigen netwerk. De gemeente blijft contact houden met partners om deze gevallen te monitoren.”
Verder argumenteerde ze in de brief: “Het RIVM heeft in een richtlijn opgenomen dat ook niet-rechthebbenden tijdens de coronacrisis recht hebben op opvang. Deze opvang geldt voor mensen die vanwege de coronacrisis dakloos zijn geworden. Daarnaast mag er geen sprake zijn van een voorliggende voorziening. Naar aanleiding van deze richtlijn heeft een deel van de zeven overgebleven personen met hulp van stichting Fabel van de Illegaal zich geprobeerd te melden voor ‘reguliere’ opvang bij de Binnenvest. Voor de doelgroep uitgeprocedeerden is de Landelijke Vreemdelingenvoorziening (LVV) in Rotterdam echter een voorliggende voorziening. Opvang bij de Binnenvest op grond van deze richtlijn is voor deze groep dus niet van toepassing. De verwachting is dat de coronamaatregelen nog een tijd zullen duren (…) Wat de gemeente deze personen kan bieden is een vergoeding van een taxirit naar Rotterdam, waar zij zich alsnog kunnen melden voor opvang en begeleiding in de LVV.”
Honger en dakloosheid
De wethouder had het over zeven mensen, waar het in werkelijkheid ging om acht ongedocumenteerden die zich bij de Binnenvest hadden gemeld. Ondertussen houdt De Fabel zoveel mogelijk contact met alle op straat gezette ongedocumenteerden. Voor zover na te gaan, kon iedereen in het weekend van 2 en 3 mei nog wel een plek vinden. Maar het zijn de vervolglogeeradressen waarmee mensen in de knel komen. En dat speelt nu. Op woensdag 6 mei spraken spreekuurmedewerkers drie ongedocumenteerden die toen al twee nachten op straat hadden geslapen. Nog drie anderen hadden tot ergens afgelopen week opvang, maar weten niet waar ze daarna naartoe moeten. Twee hebben nu nog wat langer onderdak, maar het is nog niet duidelijk voor hoe lang dat duurt. Naast de acht mannen uit de BBB kent De Fabel nog twee ongedocumenteerden die op straat moeten leven. Mensen die eerder niet werden toegelaten in de BBB-opvang. Dat betekent dat er, voor zover bij De Fabel bekend, momenteel in Leiden tien mensen zonder verblijfsrecht een zwervend bestaan leiden. En mogelijk gaat het om meer mensen, die (nog) niet bekend zijn bij het spreekuur. Vanzelfsprekend kennen de medewerkers zeker niet alle mensen zonder verblijfsrecht die in Leiden verblijven en rondzwerven.
Alle ongedocumenteerden die De Fabel heeft gesproken, vertelden hetzelfde verhaal. Door de coronapandemie zijn mensen bang en bieden ze hen minder snel een slaapplek aan. Ze hadden niet kunnen voorzien hoe groot de negatieve invloed zou zijn van de coronacrisis op hun steunnetwerken en hun mogelijkheden om in eigen kring slaapplekken en eten te krijgen. Enkele van de mannen leden honger. Gelukkig is er enige solidariteit op gang gekomen. Inmiddels zorgt moskee Al Hijra tijdens de ramadan voor gratis eten voor deze mensen zonder papieren, ook zonder dat de iftar-maaltijden gezamenlijk kunnen plaatsvinden. Dat mooie aanbod van de moskee kwam tot stand na bemiddeling van stichting Hoop en Ontwikkeling.
Taxi
In haar brief schreef de wethouder dat de ongedocumenteerden er zelf voor gekozen zouden hebben om een beroep te gaan doen op hun eigen netwerken. Die ‘keuze’ is echter wel een logisch gevolg van haar eigen onverstandige besluit om de BBB te sluiten. Andere steden gaan wel door met een vorm van BBB-opvang. Ze had zich overigens niet door de betrokkenen laten informeren of iedereen daadwerkelijk voldoende door de eigen netwerken geholpen werd. De gemeente zou contact blijven houden met “partners in de stad”, schreef ze. Maar er is na het weekeinde geen contact opgenomen met bijvoorbeeld De Fabel om te vragen hoe het de op straat gezette mensen vergaat. Zolang De Fabel en anderen niet aan de bel trekken, kijkt de gemeente de andere kant op.
Dat het college van B&W de op straat gezette mannen een taxirit naar Rotterdam aanbood, was natuurlijk een lachertje. Het is een doekje voor het bloeden van een college dat niet wil inspelen op veranderde omstandigheden. Omstandigheden die niet te voorzien waren toen besloten werd de BBB dicht te gooien. Er was toen geen wereldwijde pandemie met honderdduizenden doden. Het was niet bekend dat 2020 een jaar zou gaan worden van lockdowns, verplicht thuiswerken, social distancing, mondkapjes, isolatie en quarantaines. Het was toen nog niet bekend welke enorme invloed een pandemie zou gaan hebben op de samenleving, op al onze levens, laat staan op de levens en steunnetwerken van mensen zonder verblijfsvergunning. Deze veranderde omstandigheden vragen, nee schreeuwen, erom mensen hier en nu op te vangen. Het gaat er niet om waaróm mensen op straat staan, het gaat erom dát er feitelijk mensen op straat leven.
Creperen
Net als iedereen hopen ook mensen zonder papieren dat de coronacrisis zo snel mogelijk voorbij zal zijn. Dat de samenleving weer enigszins ‘normaal’ kan gaan draaien, en ze dan weer betere toegang hebben tot hun steunnetwerken. Maar zolang dat niet het geval is, zou de gemeente daar rekening mee moeten houden. En niet een standpunt innemen dat feitelijk neerkomt op: wie op straat crepeert, heeft dat aan zichzelf te danken.
Hen naar Rotterdam verwijzen komt neer op het rücksichtslos willen afsnijden van alle sociale en medische netwerken die de ongedocumenteerden door de jaren moeizaam opgebouwd hebben. En in Rotterdam zouden ze dan moeten meewerken aan terugkeer. Maar dat is STUV in vier jaar in Leiden niet gelukt, waarom zou dat in Rotterdam wel lukken in zes maanden? Die zes maanden zouden dan wel met een paar maanden verlengd kunnen worden, maar over de duur van zo’n verlenging wil de wethouder niets loslaten. Een flink deel van de groep ongedocumenteerden zal met de huidige wetgeving hoogstwaarschijnlijk nooit een verblijfsvergunning krijgen en zal ook niet kunnen terugkeren naar hun land van herkomst. Zelf begrijpen ze natuurlijk heel goed de zinloosheid van het hele proces, en daarom kiezen ze ervoor om in Leiden te blijven. Hier kennen ze in ieder geval mensen, hun dokters, hulpverleners, de stad. Iedereen wil in deze bange tijden liefst in de buurt blijven van de mensen die men kent. Waarom mogen ongedocumenteerden dat niet van de gemeente Leiden?
Mariët van Bommel