Geen keurmerk voor werklozen!
Eric Datema van BuroDat. wil een keurmerk voor werklozen instellen. Nee, dit is niet de zoveelste rechtse klootzak die werkkampen wil inrichten en mensen onder het minimumloon wil laten werken. Het is een goedbedoeld voorstel!
Het beeld van werklozen, zegt ondernemer Datema, is zo negatief. Daarom moet er een keurmerk komen voor werklozen die echt wel willen werken. Want dat willen de meesten, weet Datema. “BuroDat. werkt aan een keurmerk voor werkzoekenden. Het keurmerk is bedoeld voor gemotiveerde werkzoekenden die voldoen aan de eisen zoals een werkgever deze normaliter mag verwachten. Om het keurmerk te ontvangen dient de werkzoekende gemotiveerd te zijn en over een aantal werknemersvaardigheden te beschikken. De reden voor het keurmerk is de negatieve berichtgeving omtrent werklozen of ‘uitkeringsgerechtigden’ die niet willen werken. Er is ongetwijfeld een groep werklozen die niet behoort tot de categorie werkzoekenden. Echter is het aantal mensen dat de uitkering liever kwijt dan rijk is, vele malen groter. Ook in dit geval lijden de goeden onder de kwaden. Met het keurmerk kan de werkzoekende zich op een positieve manier onderscheiden. Het keurmerk helpt toekomstig werkgevers bij het aannemen van nieuwe medewerkers. Het keurmerk biedt geen garantie. Wel weten werkgevers dat werkzoekenden met het keurmerk zeer gemotiveerd zijn om aan het werk te gaan.” Dit is de eerste keer dat ik de heer Wilders zou willen citeren: “Gekker moet het toch niet worden in dit land!”
Datema wil met zijn goedbedoelde bemoeizucht werklozen nog een onderzoek opdringen. Naast de chicanes van de Sociale Dienst en de reïntegratiebureaus wil hij werklozen testen op hun arbeidsethos. Zou Datema wel hebben nagedacht over hoe zijn plannetje praktisch zou kunnen uitwerken als het daadwerkelijk ingevoerd werd? Dan wordt het: wee je gebeente als je zijn keurmerk niet krijgt, dan zou je al snel bekend komen te staan als “niet werkwillig” en zou je (een deel van) je uitkering kunnen verliezen. En hoe zou er precies getest worden of je het keurmerk krijgt?
Datema’s voorstel doet denken aan het “integratie-vignet” dat de toenmalige minister Rita Verdonk 7 jaar geleden voorstelde. Ze kreeg haar voorstel er destijds gelukkig niet door. Verdonk wilde in samenwerking met 19 vooral rechtse opiniemakers een aantal verschillende ‘standaardtypen’ van “allochtonen” vaststellen. Daarna zou aan “autochtonen” gevraagd worden om deze ‘standaardallochtonen’ te beoordelen. Op basis daarvan zou een “integratie-index” worden opgesteld, een meetlat om “de integratie” van “allochtonen” voortaan ‘objectief’ te kunnen meten. De Stichting voor Economisch Onderzoek (SEO) van de universiteit van Amsterdam had deze meetmethode ontwikkeld voor de beoordeling van potjes pindakaas door de consument. Wil die liever goedkope pindakaas in een potje met gouden letters, of dure zonder mooi labeltje erop? Voordat Verdonk ermee kwam, werd deze methode al benut om de acceptatie van laagopgeleide arbeiders door hun bazen te meten.
BuroDat. legt het probleem van werkloosheid bij de werkloze. Die moet laten zien dat hij of zij de wensen van de bazen kan vervullen. Wensen die uiteraard steeds verder opgeschroefd kunnen worden als het aanbod aan arbeiders groot is. Waarom stelt BuroDat. eigenlijk geen keurmerk voor werkgevers voor? Waarin werkomstandigheden, democratie in het bedrijf, goede beloning, en interessant, nuttig en niet milieuvervuilend werk onderdeel zijn van een keurmerk voor werkgevers?
BuroDat. maakt zich zorgen om het slechte imago van werklozen. Dat doet Doorbraak ook. Maar zo’n opdeling in de ‘goede’ en de ‘slechte’ werkloze, waarbij vanzelfsprekend een flinke groep als ‘slecht’ moet worden aangemerkt, werkt juist stigmatiserend. Een Leeuwarder website noemt het plan van BuroDat. een 1 april-grap, maar dat bleek helaas ijdele hoop. Want vanochtend verdedigde BuroDat. het voorstel serieus in het VARA radio 1-programma De Gids.
Willem Slaapmaat
Ik kan in het bovenstaande helemaal niet ontdekken wat “goedbedoeld” is aan dit malle voorstel, noch waarom Eric Datema niet “de zoveelste rechtse klootzak” is. Laat deze randfiguur oprotten en zich met zijn eigen besognes bemoeien.
En waar bestaan die eisen dan uit?
In de “cursussen” reintegratie op de arbeidsmarkt stellen ze al van die belachelijke eisen zoals je moet er netjes uit zien (wat is netjes?) en vrouwen moeten hun benen scheren, enzovoort. Dit soort eisen grijpt dan dus diep in op mensen hun persoonlijk leven en hun lichamelijke integriteit zelfs.
Het is een zorgelijk iets dat mensen steeds meer moeten voldoen aan het keurslijf van de werkgever, zich moeten aanpassen aan de eisen van de arbeidsmarkt die vervolgens op steeds meer facetten van je leven een vinger probeert te leggen. Het kunnen bepalen van je eigen leven komt zo steeds meer onder druk te staan!
BuroDat. werkt aan een keurmerk voor werkzoekenden. Het keurmerk is bedoeld voor gemotiveerde werkzoekenden die voldoen aan de eisen zoals een werkgever deze normaliter mag verwachten. Om het keurmerk te ontvangen dient de werkzoekende gemotiveerd te zijn en over een aantal werknemersvaardigheden te beschikken.
De reden voor het keurmerk is de negatieve berichtgeving omtrent werklozen of ‘uitkeringsgerechtigden’ die niet willen werken”.
Zo, en dan nu even eerst over de leeftijdsdiscriminatie van de oudere werkzoekenden.
Ondernemers zijn niet dol op oudere werknemers. Nog geen tiende van de werkgevers onderneemt serieuze pogingen om mensen ouder dan 55 jaar in dienst te nemen, blijkt uit onderzoek dat het Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut (NIDI) recentelijk uitvoerde in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken. „Ouderen worden door veel werkgevers gezien als kostenpost”, stelt Harry van Dalen, econoom bij het NIDI en aan de Universiteit van Tilburg.
Duidelijk, Dus ben ik naar het UWV in Amsterdam gegaan en vroeg aan een hotemetoot hoe het toch komt dat vijftig plussers in Nederland zo moeilijk of zeg maar niet aan werk komen. Eerlijk antwoord graag.
De man staarde een paar seconden naar het plafond. Langzaam kwam zijn hoofd weer in de juiste positie, waarna hij vroeg of ik thee of koffie wilde. Hij stond op en liep naar het raam van waaruit hij een magnifiek overzicht had op het luxe kantorencomplex. Terwijl hij thee inschonk, zei hij: ‘U moet twee dingen goed onderscheiden, er is beleid en werkelijkheid.De werkelijkheid is dat vijftig plus is uitgerangeerd, maar ons beleid onderstreept alle mogelijkheden voor deze doelgroep. Leeftijdsdiscrimatie bestaat.’
Zouden deze mensen nou echt geholpen zijn met een keurmerk voor gemotiveerde werkzoekenden? Nee dus, de negatieve berichtgeving over werklozen of uitkeringsgerechtigden heeft helemaal geen baat bij een keurmerk, zorg dat werkgevers eens bereid worden om ook ouderen in dienst te nemen en laat zij maar een keurmerk halen. Een keurmerk dat aangeeft hoe de verhouding jong en oud in hun bedrijf is. Een keurmerk dat ze ontvangen als ze daadwerkelijk stoppen met leeftijdsdiscriminatie. Daar hebben de werklozen pas wat aan en werkgevers trouwens ook.
Het is altijd goed om de vooroordelen over baanlozen te bestrijden. Maar dat zal op een heel andere manier en op meerdere fronten moeten gebeuren. Wie wil weten van wat voor kwaadaardigheid en hardnekkigheid die vooroordelen zijn kan ik onderstaand ontluisterend artikel als voorbeeld aanraden:
http://www.mugweb.nl/opinie/betoog/uwv-klant-is-geen-fraudeur
Steekwoorden: Telegraaf, VVD, CDA (houd die vreselijke Koopmans in de gaten) en PVV.
Dit is dus een 1 april grap
Was het maar zo. De werkelijkheid is erger dan een grap.
Op de site van BuroDat http://www.burodat.nl/ staat dat het inderdaad een 1 april grap was:
“Ik vind namelijk dat de beeldvorming over werkzoekenden veel te negatief is. Ik kom in mijn werk namelijk nooit luie uitkeringstrekkers tegen. Wel gemotiveerde en enthousiaste werkzoekenden die staan te springen om te starten in een (passende) baan. Hen wegzetten als profiteurs die een last zijn voor ons land, is ronduit kwetsend – en onjuist. Of het nu gaat om ww’ers, bijstandgerechtigden of wajongers, vaak delen ze de frustratie van het moeten opboksen tegen een negatief imago. Een negatief stempel heb je zo te pakken. Een pósitief stempel is veel ingewikkelder.
Het keurmerk voor werklozen is maar een 1 april-grap. Dit keurmerk zal er, als het aan BuroDat. ligt, dan ook nooit komen. ”
Een goedbedoelde grap dus. Maar of die grap het imago van werklozen verbetert heeft valt te betwijfelen. Over dit ‘grappige’ plan heb ik in de media gehoord, over de kritiek van BuroDat op zo`n keurmerk niets. Dus wat blijft hangen bij mensen?
Goh, wat een leuke grap, zeg. Maar niet heus. Is het leuk om een groep mensen die toch al aangevallen wordt (werklozen in dit geval) via een grap nog meer de stuipen op het lijf te jagen?
Voor sommige mensen is de beste humor die ten koste van anderen, vooral als die zich niet weren kunnen. Het stukje op de site van BuroDat dateert van ver voor 1 april. Het is een slechte 28 maartscherts van een vervelende man. Bel hem eens of ga een kop koffie bij hem halen. Het adres en telefoonnummer van zijn “buro” staan op zijn website.
Een beetje mosterd na de maaltijd, maar wat mij opvalt aan iedereen die met dit thema te maken heeft, is de negatieve bewoording ‘werkloze’ die continu en consequent wordt gebruikt om iemand aan te duiden die op zoek is naar werk. Geen wonder dat ‘werklozen’ negatief in het leven staan en geen energie hebben om werk te zoeken. Het enige wat ze continu wordt voorgehouden is dat ze wat niet hebben: werk. Hoe deprimerend is het als je zwanger wilt worden en continu wordt geconfronteerd met dat je niet zwanger bent? Om maar een voorbeeld te noemen. Wij houden ‘werklozen’ met zijn allen lekker werkloos op die manier, op hun plek, door hen zo te noemen en te zien waardoor ze zichzelf ook zo gaan zien. Zodat de werkenden zich kunnen onderscheiden van hen en naar hen kunnen wijzen, kijk die werklozen?
Goed, dat is wat negatief gesteld, maar de betiteling is er niet minder om.
Het UWV is dè grote ster in het hanteren van het woord werkloze(n). En vooral zij zou het grote voorbeeld moeten geven.
Waarom noemen we mensen die zoeken naar werk niet ‘werkzoekenden’? Dat klinkt niet alleen veel positiever maar het werkt ook echt positiever. Voor iedereen. Dan ben je op weg naar werk, je doel is werk. Als we elkaar op die manier zien en noemen dan werken we toch met zijn allen naar dat positieve resultaat? Laten we elkaar een handje helpen.
Tuurlijk omvat het woord werkzoekende ook een gevaar, namelijk dat je blijft zoeken en nooit zult vinden, maar werkvindende is geen goed Nederlands. Ik denk dat we met werkzoekende al een eind op de goede weg zitten. Tenzij iemand een beter woord heeft?
Ik gebruik voor mzelf het woord “baanloos”. Ik heb geen báán, en of ik een baan aan het zoeken ben of niet, is verder niet relevant; daarom noem ik me ook geen “werkzoekende”. Maar dat ik geen báán heb, betekent niet dat ik geen wérk verzet. Zo ga ik binnenkort hier weer eens de afwas doen, want daar is het wegens allerhande energieslurpnde maar onbetaalde werkzaamheden de laatste tijd te weinig van gekomen… We moeten af van het idee dat alleen mensen met bánen werk verrichten, en dat het zoeken van dát soort werk een soort algehele maatschappelijke morele plicht is.
Hmmm wordt er dan bij de goedgekeurde werkwillende werklozen het keurmerk in hun pols gebrand?? Of wordt het keurmerk bij de niet gemotiveerde werkeloze in hun pols gebrand??
Vind dat toch wel een belangrijke vraag??
Ik maak me toch ernstige zorgen om de gezondheid van de heer Eric Datema!! Hij moet zo snel mogelijk op de intensive care opgenomen worden, hij heeft veel te lang geen zuurstof meer gehad!!!
Condor